Weerdennen

Gelukkig werden we vanuit Jamaica door hen op de hoogte gehouden van de toestand, maar spannend was het evengoed. Ieder jaar vallen er vele doden door de wervelstormen in dat gebied en als je kind daar dan ook zit kun je dit niet zomaar even naast je neer leggen en gewoon verder gaan met je dagelijkse dingen. En zeker als op een gegeven moment geen telefoonverkeer meer mogelijk is en ook geen sms-berichten meer verstuurd kunnen worden.

Toen Anke ziek werd was het voor ons van levensbelang om van haar te horen en te lezen. Gelukkig dat ze haar weblog meestal getrouw bijhield, zo konden we in ieder geval over haar belevenissen lezen. En je wist dan ook hoe ze eraan toe was, want alleen al het blote feit dat ze soms niet schreef was al genoeg om te weten dat het dan niet zo goed met haar ging.

Ofschoon ze het vroeger niet altijd nodig vond om contact te onderhouden, gaat het nu gelukkig wel wat beter. Evengoed echter maak je je als ouder in een situatie als deze vierentwintig uur per dag zorgen. Je bent niet bij haar en stelt jezelf aan de lopende band allerlei vragen. Wat zou ze nu aan het doen zijn? Zou ze veel pijn hebben? Wat zouden ze in het ziekenhuis gezegd hebben? Waarom zou ze niet naar de logopediste zijn gegaan? Hoe zou het vandaag zijn? Zou de reis niet vermoeiend zijn? Zou ze haar voeding of haar medicijnen wel op tijd nemen? Hoe moet dit in hemelsnaam verder? Hoeveel tijd is er nog? Je wordt er heel erg zenuwachtig van, gestresst, ongerust, noem maar op. En het stopt geen moment meer; het beheerst je leven vanaf het moment dat je opstaat todat je naar bed gaat. En daarna. je kunt aan niks anders meer denken. Het is nu nog vele malen erger dan toen ze jonger was.

Een superluxe hoeve met grote tuin + heel mooi weer.

Een verbouwde boerderij met aparte verblijven voor ieder stel. Een mooie wei erbij, een boomgaard. En dat allemaal in april; de lente is volop aanwezig. Het is al wekenlang mooi weer. Iedereen praat met Anke, ontlast Stijn even. Die kan daardoor ook eens even tot rust komen. Hij heeft het meer dan nodig; wat hij allemaal al voor Anke heeft gedaan en nog steeds doet, kunnen we nooit “terugbetalen”. Het is wel heel fijn en geruststellend om te weten dat Anke in goede handen is als we er niet zijn.

En dáárom doet het pijn als er mensen vragen of hij nog steeds bij Anke is. We kunnen het niet hebben, ook al is er geen enkele bijbedoeling. Mensen beseffen in hun onschuld, hun onnozelheid of wat dan ook, vaak niet wat ze met hun opmerkingen allemaal teweeg kun- nen brengen. In ieder geval leer ik ervan dat je in dit soort situaties het beste zo weinig mogelijk kunt zeggen en al zeker niet altijd over je eigen ervaringen moet gaan vertellen. Je aanwezigheid, een arm om iemand heen, een hand op iemands schouder is vaak meer waard dan een heel verhaal. Maar waar leer je zoiets? Wie vertelt je hoe je in dit soort omstandigheden het beste kunt reageren? En wie vertelt je dat het bij de een anders moet dan bij de volgende? Op school wordt dit in ieder geval niet onderwezen.

Het is ook niet gemakkelijk. Wat je wel kunt doen, is het er met kinderen over hebben als iemand gestorven is die ze liefhebben. Maar wat doe je vervolgens als het betreffende kind er niet over wil praten? Of in ieder geval niet in een volle klas? Na school of onder de pauze even apart nemen? Sommigen willen zelfs dat niet en je krijgt nooit de tijd om er veel werk van te maken. Altijd is er weer iets anders dat zo nodig moet, je moet beginnen met reke- nen of gaan gymmen, er is een afspraak, een vergadering, noem maar op. En het ergste van alles is dat je daar soms ook nog voorrang aan geeft.

En ik stel me voor dat hoe hoger je komt op de onderwijsladder, hoe minder er op dit soort emoties wordt ingegaan. Of vergis ik me hierin? Feit is wel dat mensen met een lagere opleiding soms veel hartelijker reageren dan mensen met een hoge. Of is ook dit beeld toch gekleurd door mijn eigen ervaringen in de loop der jaren? In ieder geval is dit een thema dat veel mensen liever uit de weg gaan. En daar vervolgens een goede reden voor zoeken.

Jaren geleden, véél jaren geleden, stierf plotseling een broer van een toenmalige collega, net aan het begin van de zomervakantie. Ik zag haar zes weken niet. Na de vakantie durfde ik haar niet meer te condoleren. Ik had mezelf wijsgemaakt dat mijn collega na zoveel weken wellicht liever niet meer aan de dood van haar broer herinnerd zou willen worden. Ik kreeg er daarvoor van haar op mijn kop. Terecht, zo denk ik nu. Maar nogmaals, wie leert je zoiets? Of waar? Gelukkig zijn de omgangsvormen wat dit betreft nu toch wel verbeterd ten opzichte van vroeger. Zeker in mijn jeugd kreeg je van dit soort sociale vaardigheden vaak maar bitter weinig mee.

Pas veel later hoorden we van Stijn en hun vrienden dat Anke dat weekend in de buurt per se een of ander afgelegen kapelletje wilde bezoeken. Ze had erover gelezen in het gastenboek van hun verblijf en wilde er graag naar toe. Lang hebben ze met zijn allen gezocht voordat ze wisten welk kapelletje bedoeld werd en waar het lag. En toen ze het gevonden hadden, bleek dat je een kwartier of zo heuvelopwaarts moest. Later pas hoorden we ook dat Anke door Stijn naar boven werd gedragen omdat ze zelf te zwak was om erheen te lopen. Ook hebben ze gezocht naar een boodschap die de kinderen van mijn broer er in de omgeving van hun hoeve verstopt hadden toen ze er met de Pasen in de buurt op vakantie waren. En zaten alle meiden (vrouwen?) samen gezellig te kletsen aan een grote tafel in de tuin terwijl de mannen (jongens?) in het gezelschap hun voetbalkunsten ver- toonden. Samen eten (!) en genieten van het stralende weer en de mooie omgeving. Al met al was het een prachtig weekend voor Anke en de anderen.