Mijn collega’s hebben bedacht om mij voor elke bestraling een klein cadeautje met lief briefje te geven. Zo staat er een grote mand met 33 cadeautjes in de woonkamer. Elke keer als we terugkomen uit Amsterdam mag ik een cadeau uitzoeken. Het is elke dag een klein feestje om dit uit te pakken.
Van de bestraling zelf voel ik niets. Tijdens de bestraling stel ik me voor dat de tumorcellen worden aangepakt en de gezonde cellen met rust worden gelaten.
De ochtend na de eerste bestraling is mijn linker oog opgezet en ontstoken. Ik bel met het AVL en kan bij een radioloog terecht als ik er toch weer ben voor de tweede bestraling. De ontsteking heeft niets te maken met de bestraling en is mogelijk het gevolg van een ontsteking in mijn wang. Hij adviseert om het goed schoon te laten maken door de mondhygieniste om te voorkomen dat ik antibiotica moet gaan innemen. Inderdaad is een dag later de zwelling en ontsteking veel minder geworden.
De tandarts en de mondhygiensite zie ik bijna wekelijks. Met de monddouche maak ik ‘s avonds en soms gedurende de dag mijn mond schoon. Ik moet nog steeds regelmatig ‘s nachts opstaan om mijn neus schoon te maken.
Halverwege de bestralingsperiode mag ik na een interventie van de practioner toch overstappen op de nieuwe klosprothese. Hiermee kan ik gaan proberen ook thuis de prothese uit mijn mond te halen. Mijn mond gaat niet open als gevolg van een streng littekenweefsel vanaf mijn onderkaak naar boven in mijn wang. Om de opening te vergroten is het wel nodig om steeds met spatels de mondopening (helaas maar tijdelijk) te vergroten. Ik doe dit ‘s ochtends omdat mijn wang dan enigszins ontspannen is en het gemakkelijker gaat.
De diëtistes houden het eten in de gaten. Twee wekelijks kan ik met mijn vragen bij hen terecht. Het noteren van mijn inname helpt me om ongeveer op gewicht te blijven.
De logopedistes helpen bij het praten en slikken. Ik kreeg bijvoorbeeld oefeningen mee om mijn slikspieren te trainen. Als gevolg van de bestraling zou ik hier problemen mee kunnen krijgen.
De 33 bestraling zijn me gelukt, zonder al te veel problemen. In een soort roes bleef de boog gespannen en zijn de zeven weken voorbij gegaan. Ik was blij dat mijn man bijna elke keer meeging. Mijn zus, mijn zoon en mijn dochter gingen elk een keer in plaats van hem mee. Mijn speekselproductie ging wel omhoog. Langzamerhand kon ik weinig verdragen in mijn mond, ik ervaarde eten en drinken al gauw als te scherp of te zuur.
Ik had steeds minder energie, bracht mijn tijd door met een beetje lezen, mandala’s kleuren en legpuzzels maken. Lieve kaartjes, mailtjes en whatsappjes bleef ik ontvangen evenals regelmatig een mooi boeket bloemen. Dat was allemaal echt een geweldige steun!