De volgende dag verschijnt een stukje dat nogal stof tot discussie doet opwaaien. Ofschoon ik de personen die worden opgevoerd niet of nauwelijks ken, doet het gedeelte over de Veronica-gids me denken aan de verontschuldigingen die worden aangedragen als gevraagd wordt of iemand een bepaald tv-programma heeft gezien. En dan heb je het meestal over niet-informatieve programma’s, alsof je naar andere niet zou mogen kijken. Laten we eens zeggen: Wegmisbruikers, Boer zoekt vrouw, of een muziekuitvoering van Frans Bauer. Vaak hoor ik mensen, mezelf incluis, dan bijvoorbeeld zeggen normaal gesproken niet naar zo’n uitzending te kijken, maar dat ze met zappen toevallig bleven hangen. En dus toch hebben gekeken. Ook maak ikzelf graag gewag van het feit dat mijn vrouw keek en dat ik de krant las en zodoende toch genoeg heb meegekregen om te weten waar het gesprek over gaat. Merkwaardig dat je meent je te moeten verontschuldigen omdat je bang bent dat anderen je misschien niet intellectueel genoeg vinden of je van slechte smaak zouden betichten. Wat lijkt Anke toch veel op me.
Aaf ontgroeid
In de Veronica-gids van deze week had ik iets gelezen waarover ik graag op mijn weblog wilde berichten. Maar hoe, daar zat ik een beetje mee in mijn maag. Had ik net uitgebreid verklaard een Vara-meisje te zijn (hetgeen in combinatie met de Volkskrant al voor enige opschudding zorgde), kom ik opeens met Veronica aanzetten… Zouden mijn lezers dit – zonder enige verklaring – wel met elkaar kunnen rijmen, vroeg ik me af (want ik doe er misschien wat nonchalant over, maar u zit altijd ergens in mijn achterhoofd).
Anderzijds vond ik het van ongelooflijk dédain getuigen om mij te verantwoorden (of erger nog: te veronschuldigen) voor het feit dat ik de Veronica-gids lees, omdat wij hem toevallig gratis in de bus hebben gekregen (net zoals de rest van Nederland, begreep ik zaterdag, toen de ouders van S. vertelden dat ook zij de Veronica-gids toegestuurd had- den gekregen – en als iemand on-Veronica is, dan zijn het de ouders van S. wel…) Ik kwam er zo snel niet uit en besloot het logje in de koelkast te zetten – bij een stuk of zes andere waar ik mijn gedachten nog eens over wil laten gaan.
Omdat het vanochtend zo stil was in weblogland (die zin is trouwens zo’n gevleugelde uitspraak geworden dat er zomaar een liedje over geschreven zou kunnen worden… ik bedoel, uit Noord-Korea hoor je nooit wat maar als het stil is in weblogland, nou dan bérg je maar…) besloot ik het Next.log te gaan lezen. Nrc.next is een krant waarvan ik vele malen liever lees hoe hij dagelijks tot stand komt, dan dat ik het eindproduct wil doornemen. De columns van Hans Nijenhuis over hoe wanhopig dit krantje ánders dan anderen wil zijn, zijn zo hilarisch dat ik vaak moet denken aan die fenomenale scène uit Me and You and Everyone We Know met die conservatrice van dat museum voor moderne kunst.
Anyway, ik klikte nog maar eens door naar de column van Aaf Brandt Corstius, die ik op de achterkant van Folia altijd zo leuk vond maar die mij nu, dagelijks in Nrc.next, steeds meer is gaan tegenstaan wegens te veel voorspelbaarheid. In haar meest recente column stond de volgende zin: Ter voorbereiding las ik in mijn VapoRub-cocon de Vara-gids, de Veronica-gids (die ik opgestuurd kreeg, ik kan er niets aan doen) en de Viva, die mij ‘de lekkerste tv- snacks’ beloofde. Aaf die zich verontschuldigt voor het lezen van de Veronica-gids, hoe arrogant, makkelijk en voorspelbaar! Ik vind dat ik haar bij deze ontstegen ben.
En nu waar ik het eigenlijk over wilde hebben. In een interview in de Veronica-gids (door de zus van T!) complimenteert Filemon Wesselink de hier relatief onbekende Louis Theroux van de BBC. En dat vind ik zo leuk omdat ik ervan overtuigd ben dat Filemon alles in zich heeft om de Nederlandse Louis Theroux te worden.
En nu iets anders, iets belangrijkers. Onderstaande ontboezeming geeft heel goed weer met welke ontberingen Anke op dit moment te maken heeft. Als je haar opsomming leest doet je hart zeer. Het ergste van alles is dat niemand haar kan helpen, ook wij niet als we bij haar zijn. Het enige dat je überhaupt kunt doen is proberen aanwezig zijn en luisteren en proberen haar moed in te spreken. En een ouder vindt dat al gauw te weinig. Bovendien zijn we niet elke dag bij haar.
Natuurlijk zijn de opbeurende reacties, waaronder het aanbod van iemand om zelf een keer met de auto naar of van het ziekenhuis te rijden, natuurlijk goud waard voor het gemoed.
Zat
Als je ‘s ochtends vroeg al geestelijke steun put uit The wind of change van The Scorpions op de radio, nou dan weet je wel wat voor dag het gaat worden…
Ik ben het zat. Zat om ziek te zijn, zat dat mijn hoofd wel vooruit wil maar mijn lichaam niet waardoor alles vermoeiend voor me is, zat om sondevoeding te nemen terwijl ik snak naar comfort food zoals een banana muffin of een zak drop (ik zou me nu wel tot comfort drínks kunnen wenden, maar dan kom je al snel uit op alcohol en dat lijkt me niet zo verstandig), zat om niet naar buiten te kunnen (want geen tuin of balkon en de echte buitenwereld is confronterend omdat iedereen normaal is en vrolijk vanwege het mooie weer, behalve ik), zat om niks leuks in het vooruitzicht te hebben maar nog zeker twee maanden ellende door bestraling, zat om te dun te zijn voor mijn kleren, zat om ik weet niet hoeveel medicijnen te nemen, zat om met littekens door het leven te gaan die alleen maar roder worden door die klotebestraling, zat om niet normaal te kunnen praten, zat dat alles doorgaat zonder mij, zat dat C. niks van zich laat horen terwijl ik dacht dat we toch vrienden waren…
En dat stomme zorgvervoer ben ik al helemaal zat. Gisteren bijna een uur zitten te wachten in het ziekenhuis op een taxi naar huis (als ik zelf had kunnen lopen was ik binnen een kwartier thuis geweest!) Vanochtend een busje dat te hoog was om de parkeergarage binnen te rijden, waardoor ik bij Spoedeisende Hulp gedropt werd en daarna maar zelf moest zien hoe ik bij Radiotherapie kwam. Vorige week maandag helemaal geen busje. Altijd maar afwachten of ze wel komen, en hoe laat. Ze kunnen zich met recht zorgvervoer noemen; wéér een zorg erbij.
Gelukkig is de ene ‘vriend’ die niets van zich laat horen een uitzondering. De rest is een prima stel en nu nog zijn we blij dat Anke en Stijn door een groot aantal echte vrienden werden bijgestaan.
De laatste zin is natuurlijk een vondst!
Op onze vraag hoe het vandaag met haar is, stuurt ze ’s avonds nog een sms’je: “Het gaat alweer wat beter, ik ben een leuke film aan het kijken. Ik bel morgen nog wel even.”
En gelukkig komt er ook dezelfde avond, als om zich te verontschuldigen voor haar klaagzang, nog een mopje. Hopelijk is Anke die avond toch nog met een glimlach om haar mond naar bed gegaan.
Toch nog iets ‘leuks’ voor het slapen gaan
Een grap (die Syriërs overigens onder elkaar vertellen) uit Joris Luyendijks Het zijn net mensen – Beelden uit het Midden-Oosten:
Een Russische, een Amerikaanse en een Syrische geheim agent doen een wedstrijdje konijnen vangen. Eerst rent de Rus het bos in en komt na achttien minuten terug met een konijn. Dan mag de Amerikaan, die het in zestien minuten doet. Als laatste moet de Syriër. Een kwartier gaat voorbij, een halfuur, uur… Uiteindelijk treffen de Rus en de Amerikaan de Syriër onder een boom aan, waar hij een haas aan het martelen is: ‘Geef toe dat je een konijn bent!’
Een stille wens van mij is trouwens om Joris Luyendijk een keer Arabisch te horen praten. Ik kan me er echt niets bij voorstellen.
Klik om verder te lezen op: juli 2013