Archieven

TWEE

anke


Toen ik hoorde dat ik uitzaaiingen in de longen had en nooit meer zou genezen, moest ik vooral aan één ding denken. Aan het fijne leven dat ik tot nu toe heb gehad en de grote rol die jullie daarin hebben gespeeld. Ik heb een geweldige jeugd gehad, waarin jullie me ontzettend veel hebben meegegeven en geleerd. Ik ben ervan overtuigd dat de goede start die ik dankzij jullie heb gehad, ook de basis is geweest voor het fijne leven dat ik daarna, toen ik uit huis ging wonen, ben gaan leiden. Ik heb het gevoel dat alles mogelijk is geweest: heerlijke vakanties, heel fijn gespeeld toen ik klein was, hobby’s en studies die ik graag wilde doen, leuke feestdagen, twee ouders die er altijd voor me waren. Lange tijd dacht ik dat dit normaal was (ook dat alle vaders tussen de middag thuis aten), later heb ik geleerd hoe bijzonder het is als een gezin nog gewoon bij elkaar is en ouders een kind alle kansen geven die het verdient.

‘Vader ben je niet voor even, maar voor je hele leven’, zo ongeveer luidt de tekst van een liedje dat ik laatst op de radio hoorde. “Maar hoe zit dat dan als je kind sterft?”, dacht ik toen. “Ben je dan vader af?”

Toen ik vader werd was het een warme dag in mei: de zevenentwintigste van het jaar 1978. Het jaar waarin Duitse RAF-terroristen ook in Nederland zullen toeslaan, (twee douaniers in Kerkrade vermoord), Molukkers het provinciehuis in Zwolle bezetten (twee doden) en de Italiaanse Rode Brigades oud-premier Aldo Moro ontvoerden (5 lijfwachten gedood) en vermoordden. Ook toen al kende het terrorisme letterlijk en figuurlijk geen grenzen.

Binnenkort zouden er gemeenteraadsverkiezingen worden gehouden in onze gemeente en vlak voordat Anke geboren werd reed er een geluidswagen door onze straat. Het was alsof ze alvast werd aangekondigd. En ineens, nou ja ineens, stond ik daar met een klein kind op mijn arm, bang om haar stevig vast te pakken en bang haar te laten vallen. Wat waren we trots op ons dochtertje; we konden niet wachten tot we de rest van de wereld onze aanwinst konden tonen en binnen een mum van tijd stond het eerste bezoek al in de slaapkamer.

We wilden graag een meisje en wel eentje met pit. Nou dat hebben we geweten.

Anke was erg aanwezig in ons gezin en vooral tijdens de pubertijd was dat niet altijd even gemakkelijk, om maar eens een understatement te gebruiken. Ze liet zich niet goed sturen en een welgemeend advies werd door haar even welgemeend in de wind geslagen. Gelukkig lezen we in haar brief dat ze vond dat ze een mooie jeugd heeft gehad. Als we haar later wel eens vertelden over haar dwarse karakter zei ze steevast dat het zo erg niet was geweest en dat we overdreven.

Toen ze een jaar of acht, negen was, is ze eens een keer zo kwaad geworden dat ze met haar fiets kilometers uit de buurt was weggefietst. Ruzie maken met haar broertje, het liefst op de achterbank van de auto en het allerliefst als je na een lange rit naar het vakantieadres moe van het rijden nog de weg moet zoeken in een of andere drukke Franse stad.

En later toen ze zogenaamd met de harmonie een concert had gegeven, was ze in werkelijkheid naar een vriendje in een naburig dorp gefietst. Op de vraag hoe de voorstelling was gegaan, antwoordde ze met een stalen gezicht: “Leuk?” Toen we haar met de werkelijke gang van zaken confronteerden werd ze daar niet vrolijk van.

Als ze uitging was ze steeds een kwartier of zo te laat. Ook als ze een week niet mocht uitgaan, was het de keer daarop weer raak. Dan lagen wij weer ongerust in bed te wachten tot ze weer thuis kwam. Ze wilde niet afgehaald worden, want het was maar een paar minuten fietsen van ons huis naar de disco. Maar toen ze een keer in een ander naburig dorp met een vriendje uitging, mocht ik haar wel brengen en halen. Omdat ze op de afgesproken tijd niet – natuurlijk niet – naar buiten kwam, ging ik binnen kijken waar ze bleef. Ze was er niet. “Ben jij bínnen geweest?”, riep ze woest toen ze erachter kwam dat ik haar op de dansvloer had gezocht.

Ze kon nog van geluk spreken, dat ik niet de Vogeltjesdans had aangevraagd en gedanst, zoals een andere vader wiens dochter niet op tijd naar buiten was gekomen eens had gedaan. Díe dochter was daarna nooit meer te laat buiten. Maar de Vogeltjesdans voordoen op een verder lege vloer leek me toch net iets teveel van het goede.

Ook op de middelbare school liet ze zich moeilijk adviseren. Ze moest een nieuw vakkenpakket kiezen en was tot onze verbazing wilde ze daar wiskunde in opnemen. Je kon dat toentertijd nog laten vallen, maar om de een of andere onnaspeurbare reden had zij dat vak gekozen, terwijl ze er helemaal niet goed in was. Ze heeft een tijdje bijles in wiskunde gehad, maar het vak lag haar niet. Erfelijk bepaald. Ik stelde haar voor om er Duits voor in de plaats te nemen; ze was goed in talen en Duitsland zou wel eens een belangrijk land in Europa kunnen worden. Bovendien wist ze toen al in welke richting ze verder wilde en wiskunde hoefde ze daarvoor niet in haar pakket te hebben. Maar ze hield voet bij stuk. En op het einde van het schooljaar mocht ze niet over vanwege het wiskunde dat onvoldoende was. Ze koos vervolgens toen maar… Duits en haalde bij de overgang een 8 voor dat vak en dat terwijl ze een paar jaar geen Duits had gehad.

Na het VWO wilde ze in Tilburg journalistiek gaan studeren. Dat was een logische keuze, want ze was haar leven al aan de slag geweest met boeken, met verhaaltjes schrijven, met lezen. Toen ze nog niet kon lezen, las ze toch al verhaaltjes van Jip en Janneke voor aan haar broertje en de andere kinderen uit de buurt. Op elk blaadje dat ze kreeg schreef ze van alles en nog wat. Je kon haar geen groter plezier doen dan haar iets van papier te geven. Ze verzamelde ook allerlei soorten papier, bontgekleurd of velletjes papier met een of ander lijstje erop. Boodschappenlijstjes of muziektitels die ze leuk vond. Ze bewaarde rekeningen, ansichtkaarten, brieven die ze kreeg, krantenartikelen, folders, handleidingen, entreekaartjes van concerten die ze had bijgewoond, maakte zelf een adressenboekje van twee stukjes karton en turkooizen blaadjes. Iedere keer kwam er weer iets bij dat ze interessant vond en daarom wilde bewaren.

Anke kon niets weggooien, niet alleen papier niet, maar ook geen kleren of speelgoed bijvoorbeeld. Bij ons op school werd altijd speelgoed voor de Vastenactie verkocht. Daar bracht ik wel eens speelgoed naar toe, want het was voor een goed doel. De opbrengst was bijvoorbeeld voor de straatkinderen in Brazilië. Als de kinderen later wel eens speelgoed misten, was ik natuurlijk de boosdoener. Nog tot in lengte van jaren was in ons gezin de schuldige gauw gevonden als er wát dan ook vermist werd. “Dat zal pap wel weer op de Vastenactiemarkt hebben verkocht”, werd er dan gemopperd.

Haar verzameling spullen werd steeds groter en nog steeds staan er bij ons op zolder dozen vol met spulletjes die we niet weg mochten doen, want ‘die kon ze nog gebruiken’ zei ze dan. En dan hebben we het nog niet over haar verzamelingen suikerzakjes of potloden. En of dat nog niet genoeg was, wilde ze ook nog typemachines gaan verzamelen. Gelukkig is ze niet verder dan een viertal stuks gekomen.

Toen de kinderen in groep 8 een werkstuk moesten maken om de voorbereiding op het Vormsel af te sluiten schreef ze zelfstandig een boekje, “Put on your dancing shoes”. In het boekje dat 25 bladzijdes dik is, staan slechts een stuk of drie tikfouten, die met wit correctielint zijn verbeterd. En spelfouten maakte ze ook niet gauw. Schrijven en lezen waren toen al haar lust en haar leven.

Ankee was op typeles geweest en kon sneller typen dan menigeen kon praten. Op haar Diploma Machineschrijven haalde ze op het examen 215 aanslagen per minuut volgens het tienvinger-blind-systeem, zoals er zo mooi op het diploma staat vermeld. Ze was toen elf en de computer was er nog niet. Zelf schreef ze in die tijd op een elektrisch typemachine van Brother. Maar toen ze eenmaal kennis maakte met het toetsenbord van de computer ging het tempo nog wat omhoog. En dat bleef zo. Ze was zo snel dat ze later op een bandje ingesproken, interviews voor de auteur kon uittikken en zo wat extra geld verdiende voor haar studie in Amsterdam. (Het boek gaat over de Amsterdamse trambestuurders van lijn 16 die al in de tachtiger jaren hardop hun mening gaven over de lasten van multicultureel Nederland hetgeen van een aantal politici niet mocht.) Anke was er trots op ook zelf met enkele in het boek voorkomende politici te hebben gesproken.

Na haar studie in Tilburg is ze aan de Universiteit van Amsterdam Politicologie; Internationale Betrekkingen gaan studeren. Anke is in haar studietijd en daarna de nodige keren verhuisd. Eerst van Echt naar Tilburg, naar de Boekweitstraat. Een straat in een prachtwijk, zoals die tegenwoordig wordt genoemd. Ze voelde zich daar altijd erg veilig, vertelde ze ons. Er zat altijd wel iemand op de uitkijk. Daarna verhuisde ze naar de Karrestraat in dezelfde plaats. Daar heeft ze ook Stijn leren kennen, maar het was nog niet meteen “aan”.

Haar volgende adres was de Van Speykstraat in Amsterdam. Hoewel de studie haar goed beviel, vond ze het op haar kamer minder leuk. Ze huurde haar kamer onder van een meisje dat, volgens Anke, de hele dag niet veel uitvoerde. En Anke stoorde zich eraan dat zij én studeren én werken moest en haar verhuurster niet veel meer deed dan tv kijken en geld opstrijken.

Iedere keer mocht ik haar spullen verhuizen en haar kamers mee inrichten. Anke vroeg dan tussen neus en lippen door of ik haar even kon helpen met verhuizen en natuurlijk wilde ik dat wel. Het was wel soms inspannend. Een keer of drie op een dag van Tilburg naar Amsterdam heen en weer rijden, de spullen de trappen op sjouwen, alles op zijn plek zetten en in elkaar schroeven, de tv en computer aansluiten en dan weer terug naar Echt. Het waren ongeveer zevenhonderd kilometer die ik die dag reed. Anke was goed in het delegeren van taken en soms dacht ik wel eens dat ze niet echt besefte wat ze van je vroeg. Toen we de eerste keer Amsterdam binnenreden, druk verkeer met trams waar ik het toch al niet zo op had, zei ze vol overtuiging: “Hier zou ik niet willen rijden”. Maar ik moest wel en zonder navigator, waarvan ik het bestaan nog niet kende, vond ik dat ook niet zo prettig.

Ze verkaste weer snel, nu naar Utrecht, waar ze bij haar vriendin Susana introk en daar had ze het wel naar haar zin. Voor haar studie kon ze dan gemakkelijk naar Amsterdam met de trein. Ook was ze in die tijd actief als vrijwilligster bij de opvang van zogenaamde ama’s (alleenstaande minderjarige asielzoekers), en begeleidde die bij hun inburgering in Nederland.

En weer later toen Stijn en Anke gingen samenwonen gebeurde dat in Rotterdam. Eerst wilde ze er niet echt naar toe, maar Stijn studeerde en werkte er en na een poosje wennen vond Anke er steeds meer haar draai. Vooral nadat ze als redacteur van het Eramus Magazine aan de slag kon.

Maar niet na ook in Rotterdam nog eens keer te verhuizen, in dit geval vanwege het lawaai dat zich elke dag tot laat in de nacht boven hun hoofden afspeelde. Samen vonden ze een vooroorlogs pand in de Witte van Haemstedestraat, waar ze de tweede en zolderverdieping bewoonden. Stijn afgestudeerd en aan het werk bij de krant, Anke aan het werk en nog net niet helemaal klaar met haar afstudeerscriptie over de rol van de media in de Joegoslavische oorlogen in de jaren 90. Ze was daarvoor ook naar Sarajewo gegaan om mensen over die periode te interviewen. Alles verliep zoals jonge mensen dat graag willen, totdat de dag kwam die alles dramatisch op zijn kop zette.

Niet alleen Anke’s leven en dat van Stijn, maar ook dat van ons.

Dit bericht is geplaatst op 20 mei 2013, in mei 2013.

Mei 2013

20-05-2013
Het begin van het verhaal is een simpele hoest…

Het begon ergens na nieuwjaar, dacht dat ik verkouden was, hoestsiroopje gaan halen en ’t zou zich wel oplossen… Wel raar dat ik niet hoefde te snuiten of me misselijk voelde of zo, had enkel die hoest, en een kriebel in de keel. Toen die na enkele weken nogal hardnekkig bleek, ben ik langs de dokter gegaan, die naar de longen luisterde en niet veel speciaals kon horen. We waren ook voornamelijk gefocust op het regelen van die diabetes, dus dat kreeg voorrang. Ik dacht ook: misschien, als die diabetes goed geregeld is, dat ik dan wel zal genezen, dat mijn lichaam gewoon niet gezond genoeg is nu om die hoest kunnen aan te pakken, en een enorme vermoeidheid die ik had. Ik gaf het nog wat tijd, eerst zien dat die diabetes in orde kwam!

Tegen eind februari moest ik langs de dokter om mijn bloed laten na te kijken voor de suikerspiegel. Ik sprak haar terug van die hoest, dat het echt niet beterde, en ondertussen had ik last van gekneusde ribben door al dat hoesten, en dat was best pijnlijk! Niet dat het een diepe hoest was, klonk ook niet echt ongezond, maar het was heel vaak dat ik hoestte, en daardoor had ik die ribben overbelast… Mijn bloed werd genomen, en ik vroeg haar om gelijk ook te testen op infecties en tumormarkeerders. De ongerustheid begon, want het duurde toch al te lang naar mijn zin. Maar zoals gezegd: het is winter, en het was zo’n rot weer, en ik voelde me toch nog zwakker dan andere mensen, dus ik kon het voor mezelf eigenlijk ook allemaal nog wel verklaren.

Zeker toen ik de dag nadien de uitslag van het bloedonderzoek kreeg: geen virale infectie, geen bacteriële infectie, geen tumormarkeerders te zien, en het suiker was lichtjes aan het verbeteren, maar nog helemaal niet zoals het hoort.

Wat ik wel raar vond, was dat er geen infectie te zien was… Maar evenmin aanwijzingen voor een tumor, dus gingen we weer gewoon verder…

De hoest bleef aanhouden, en werd stilaan erger en erger. Hij begon van dieper te komen, klonk niet meer zo droog, en werden stilaan echte hoestbuien. Maar vond het al bij al nog meevallen, en ik werd ook regelmatig gesust, was het niet door mijn omgeving, dan wel door mezelf…

Begin mei ging het opeens redelijk snel erger: ik had weer last van gekneusde ribben, het hoesten was nog moeilijk te controleren, ik kreeg ’s nachts soms ook veel last. Tegen half mei was het een redelijk groot verschil met ervoor: ik kon ’s nachts bijna niet slapen, was het niet van het hoesten, dan was het van de pijn. Ik ben blijven doorbijten, en blijven gaan werken, had immers net wat verlof gehad, ik moest er toch weer effe tegen kunnen? Maar het was thuiskomen en volledig leeg zijn: op de zetel gaan liggen en proberen te slapen, het begon eerder op overleven dan leven te lijken.

David en ik waren al een tijdje heel erg bezorgd, maar we hadden er nog niet echt over gesproken. Stilzwijgend hebben we ons beide voorbereid op het feit dat dit wel eens foute boel kon zijn, en toen we er klaar voor waren, hebben we gewoon tegen mekaar gezegd: ziekenhuis bellen en onderzoeken laten vervroegen. In juli was er immers een scanner van de thorax gepland, om de longen op te volgen, en vroeg me af wat dat ging geven… De dag erna heb ik mijn contactpersoon in Bordet gebeld, en de situatie uitgelegd: gezegd dat we ongerust werden, en of het niet vroeger kon? De onderzoeken werden vervroegd naar half juni. Vond ik nog wat lang, maar was al blij dat ik toch een maandje vroeger iets ging horen…

27-05-2013
Consultatie bij de huisarts
Maandag, en al enkele dagen is het niet meer te houden!! Heb enorme pijn, hoest constant, ben heel kortademig en het klinkt alsof er een varken aan het brullen is als ik hoest. Dit is dus echt niet goed meer!

Dus als David thuis was van z’n werk, heb ik gezegd: heb naar de dokter gebeld, we mogen direct vertrekken… Het wordt tijd dat we weten wat er hier verkeerd loopt!

Ik zou de dag erna normaal moeten gaan werken, en ik wist ook dat dat echt niet meer ging lukken…

Bij de dokter aangekomen, luistert ze naar de longen, en die klonken echt niet goed, piepen, kraken, gerammel vanbinnen, hoe moet je het allemaal noemen?

We stonden voor enkele opties: longontsteking, ofwel een heel zware bronchitis, of erger?

Om een longontsteking uit te sluiten, moest ik zo snel mogelijk een foto laten nemen… Dit kan in het ziekenhuis, of in een andere dokterspraktijk in de buurt. Ze vroeg me zo snel mogelijk te bellen met de info die in de brief staat die je meekrijgt, en ik besluit om de dag nadien direct naar die praktijk te gaan, zodat ik eindelijk weet wat er mis is. En hoe raar het ook zou klinken in een normale situatie, we hopen op een longontsteking…

Ik krijg in elk geval al antibiotica mee en een pijnstiller met codeïne, waarmee ik erg gelukkig ben…

28-05-2013
De foto van de longen
Dinsdag opgestaan, en een half uur later zat ik al op de bus richting dokter, om de foto te laten nemen van de longen. Dat ging heel snel, had op voorhand gebeld en er was tijd om dat onmiddellijk te doen. Er werd een foto genomen van mijn longen langs voren, en eentje langs de zijkant. Even wachten, en ik kreeg het resultaat in een brief. Maar de verpleegster die de foto genomen had en me ook de brief gaf, zei direct: u moet onmiddellijk langs uw arts passeren, mevrouw… Ik vroeg haar wat ze zag, en ze twijfelde, maar merkte op dat ik op haar computerscherm aan het turen was J Ze draaide het scherm, de foto kon ik niet zien, maar wel de uitleg die de dokter geschreven had: kort uitgelegd: een densiteit van 4cm diameter, mogelijks een caverne, in het rechter onderveld, onmogelijk te bepalen via foto welke origine, zeker verder te onderzoeken. En dan nog een paar van die (voor dokters) verder verhelderende woorden bij, die niet leuk klinken in elk geval. En ik zei: daar gaan we weer… Ze bekeek me en wist niet wat zeggen, en ik vertelde haar dat ik niet echt verrast was en dat ik wel vermoedde wat er aan de hand was, dat ik al ervaring er mee had. Maar dat ik eigenlijk ook opgelucht was dat er verder onderzoek zou volgen, en er zekerheid zou komen.

Thuis gekomen dus direct de dokter gebeld, en het verdict voorgelezen, maar ook de andere, normale bevindingen, zoals de longinhoud die ok was, vorm en grootte van de longen ok, allez, de ganse boel. In die brief stond ook een link zodat je via internet de foto kon bekijken, samen met het verslag, en had die ook doorgegeven, en ondertussen zelf ook eens gaan kijken natuurlijk… Je zag inderdaad rechtsonder een grote witte vlek, maar als leek kan je er ook niet veel van maken é.

Ook was er uit de foto niet op te maken of er ook sprake was van een longontsteking of niet.

Ze zei me dat ik onmiddellijk het ziekenhuis moest bellen, en dat mijn onderzoeken nog voor het weekeinde moesten plaatsvinden, geen tijd te verliezen.

Na contact met het ziekenhuis (had gezegd wat er in die brief stond) mocht ik de ochtend nadien reeds de scanner van de longen laten doen, en de zaterdagochtend een MRI van het hoofd en de keel.

De resultaten mochten we echter pas ophalen de week erna op vrijdag, de 7e juni. Zondag 9 juni was David z’n verjaardag, en we hoopten heel hard deze toch niet in mineur te moeten vieren! Maar we zijn ook niet dom é, dus het was tandenbijten en onrustig zijn, wachten, wachten, wachten…

Had wel aan de huisarts gevraagd ons zo snel mogelijk te contacteren mocht zij eerder iets te weten komen, ik wist dat er op dinsdag in het ziekenhuis steeds vergaderd werd onder de dokters over de ‘lopende zaken’, dus vanaf dinsdag steeg de stress nog wat harder…

 

Tongkanker

Het is vrijdag zeven juli 2006. Anke is bij ons thuis en moet om een uur of elf bellen voor de uitslag van de punctie. Ze durft echter niet zelf te bellen (slecht voorgevoel?) en vraagt aan Annie of die dat wil doen. Ik ben buiten bezig en word dringend naar binnen geroepen. De uitslag is slecht; er is sprake van een kwaadaardig gezwel in de tong. De arts heeft al een aantal afspraken en onderzoeken geregeld in het Erasmus Medisch Centrum.

Tongkanker??

Uit de Patiëntenvoorlichting van Erasmus MC:

Tumoren van de tong

De meeste tongtumoren bevinden zich op de rand van de tong, maar zij kunnen ook ontstaan op de punt of aan de onderkant. De verschijnselen die kunnen wijzen op een tongtumor zijn pijn, een zwelling of zweer, uitstralende pijn naar de hals, kaak of oren, moeite hebben met slikken of spreken en een onaangename geur uit de mond. Een tumor van de tong kan al snel ook de tongspieren aantasten en eventueel uitgroeien naar de bodem van de mond en onderkaak.

We hebben nog nooit van tongkanker gehoord, maar de impact van het woord is enorm.

Kanker, Anke? Dat kan toch niet? Anke toch niet? Verslagen zitten we in de kamer en Anke vraagt, nogal in paniek: “Nu ga ik zeker dood?” Natuurlijk ontkennen we dit in alle toonaarden en wijzen haar erop nog geen overhaaste conclusies te trekken en af te wachten wat er in het Erasmus wordt gezegd. Het is een academisch ziekenhuis, daar zullen ze toch wel iets kunnen doen. De artsen kunnen toch zoveel tegenwoordig en als je er op tijd bij bent hoeft kanker niet dodelijk te zijn.

Ja, als je er op tijd bij bent, maar wat als je zo lang als Anke hebt rondgelopen met pijn, voordat de juiste diagnose is gesteld? De angst is wurgend en ik heb meteen een slecht voorgevoel. Maar ik ken mezelf, ik ben nogal pessimistisch van aard en weet mezelf en de anderen toch nog moed in te spreken. “We zullen maar eens eerst afwachten wat er volgende week uit de bus komt. Wie weet wat er allemaal mogelijk is en we weten nog niet hoe ernstig het is.”

Anke belt Stijn die haar komt ophalen en we spreken af dat we met hun meegaan als het gesprek over de diagnose en de verdere behandeling zal plaatsvinden. We bellen zelf ook een aantal mensen en een vriend zegt tegen me: “Ja, Jo als je zoiets hoort, staat de wereld stil, nietwaar?”

Maar het klopt niet, de wereld staat niet stil. Alles gaat gewoon door. Net alsof er niets gebeurd is. Net alsof je zojuist geen vreselijk nieuws hebt gehoord. Toen mijn vader in het ziekenhuis te Sittard gestorven was, liep ik naar buiten om even alleen te zijn en een sigaret te roken. Het liep tegen de morgen, het werd licht. De nieuwe dienst kwam werken, een ziekenauto kwam aanrijden, het regende zachtjes en mensen gingen naar huis. Alles ging gewoon verder. Een ontnuchterende ervaring. Hoe kon dat nu? Iemand die zoveel voor je betekende is dood en alles gaat gewoon zoals altijd? Vreemd.

Het is niet goed mogelijk om te omschrijven wat je voelt op zo’n dag dat je te horen krijgt dat je kind kanker heeft; ongeloof, verbijstering, angst, woede, hoop, wanhoop. Ik weet wel dat op die dag voor ons leven voorgoed op de kop werd gezet; het was het begin van een nachtmerrie met een dollemansrit in een achtbaan waar je niet uit kunt stappen en die je met onverwachte wendingen in hoog tempo naar de afgrond sleurt.

‘s Middags krijgen we weer een bericht, deze keer is het leuker nieuws. Het is een sms’je van de man van mijn collega, die haar derde kind verwachtte: “ V. geboren. Alles goed met moeder en kind”. Twee zulk verschillende soorten nieuws op dezelfde dag. Vreugde en verdriet, zo kort na elkaar. Het is haast niet te geloven. Ik kan alleen maar terug sms’en: “Proficiat. Kan verder niet reageren. Anke ernstig ziek.”

Dit bericht is geplaatst op 21 mei 2013, in mei 2013.

De eerste slang

En een dag later volgen weer twee nieuwe stukjes, waarbij ik me later afvraag als ik de tweede titel lees: “Hoe komt ze eraan? Hoe krijgt ze het klaar om, ondanks de ellendige toestand waarin ze verkeert, toch weer iedere keer opnieuw met zoveel humor te schrijven?”

Gelukkig laat haar gevoel voor humor haar niet nu al in de steek. En eigenlijk zal blijken dat ze tot in de laatste schrijfsels dat gevoel weet te etaleren.

MRI scan

Ik krijg een MRI scan en ik neem mee…
Welke cd zou het fijnst zijn om naar te luisteren als je drie kwartier lang heel stil onder zo’n MRI-apparaat moet liggen? Ik denk dat ik voor 18 van Moby kies, die vind ik er wel bij passen. Nu maar hopen dat de ‘plaat’ niet blijft hangen…

My first sonde

Ik moet zeggen: het had wel wat om op Moby’s In my heart dat MRI apparaat ingeschoven te worden. Het gaf iets, hoe zal ik het zeggen, heroïsch aan de gebeurtenis. Al had Space Oddity van David Bowie ook niet misstaan, denk ik. Maar goed, dat is dan weer iets voor een volgende keer…

Verder heb ik van de cd weinig meegekregen, omdat je het grootste deel van de tijd allerlei harde geluiden hoort. Een beetje zonnebank meets Thunderdome zeg maar, maar dan lekker koel. Al met al geen heel onprettige ervaring en het duurde ook maar twintig minuten in plaats van de verwachte drie kwartier.

Het inbrengen van de maagsonde via mijn neus (ik ben erg afgevallen en kan door mijn ‘immobiele’ tong zelf nauwelijks meer eten) daarentegen was minder. Het inbrengen zelf ging nog wel, maar nu voel ik door die sonde bij het praten of slikken constant iets lichtjes tegen mijn keel of strottehoofd aanschuren, waardoor ik het liefst zou willen kokhalzen. Maar je schijnt eraan te wennen.

Ander minpuntje is dat het slangetje uit mijn neus nogal prominent aanwezig is in mijn gezicht. En dus stond ik net voor de spiegel op allerlei manieren te proberen hoe de sonde het minst zou opvallen. Al weet ik rationeel ook wel dat het net zo onzinnig is als een grote wijnvlek met één pleister willen bedekken.

De aanwezigheid van de sonde heeft voor Anke, behalve de door haar beschreven nadelen, ook voordelen. Anke is erg afgevallen omdat ze niet meer normaal kon eten en met de sonde kan ze aansterkende voeding binnenkrijgen. We hadden thuis ook al de nodige Nutri drinkpakjes extra calorierijke voeding gehaald, die Anke kon drinken om weer wat in gewicht toe te nemen. Er zijn drie smaken: chocolade, vanille en citroen. De laatste vond ze niet lekker en bovendien prikte die smaak in haar tong als ze deze dronk. Maar veel hebben die pakjes extra voeding niet geholpen.

Anke weegt geen vijftig kilo meer en moet nodig bijkomen eer ze de operatie kan ondergaan. De sonde dus. Ook maakt de neussonde het mogelijk om sommige medicijnen binnen te krijgen zonder die in de mond te moeten innemen en doorslikken of in de arm te moeten spuiten. Gelukkig kan ze de morfine die ze nodig heeft om de pijn te bestrijden ook via pleisters tot zich nemen. Wie had ooit gedacht dat Anke nog eens aan de morfine zou geraken en dat je er nog blij mee zou zijn ook? Want het spul mag dan wel slecht voor een mens zijn en verslavend, maar als je vergaat van de pijn is dat een zorg die niet meteen de hoogste prioriteit heeft.

Door dat het slangetje van de sonde als een kleine slurf voor haar mond bungelt, durft ze nauwelijks nog naar buiten: “Iedereen kijkt naar me”. Maar dat valt nogal mee. In de stad kijken de meeste mensen niet zo gauw raar op en we kunnen haar toch er nog toe overhalen om, met het slangetje vastgeplakt aan haar gezicht, met ons een eindje te gaan wandelen.

Op donderdag 13 juli zal Anke door een team van artsen worden onderzocht en dat gebeurt niet alleen om te zien wat er aan de hand is, zoals Anke in het volgende stukje opmerkt, maar ook om samen een behandelplan af te spreken. Het voordeel is dan dat artsen van allerlei disciplines en afdelingen samen aanwezig zullen zijn, zodat geen kostbare tijd, zowel van de artsen als de patiënt, verloren gaat.

Dit bericht is geplaatst op 22 mei 2013, in mei 2013.

Le Quatorze Juillet

Sometimes truth is stranger than fiction

Eén van de bijwerkingen van de morfinepleisters die ik sinds dinsdag tegen de pijn krijg, is dat je er abnormale gedachten en dromen van kunt krijgen.
Ik weet het niet hoor. Zou het nog abnormaler kunnen dan het nu is?

Met die sonde in mijn neus zie ik eruit als een kruising tussen een (heel magere) olifant en een alien. En de pleister die de slang op zijn plek houdt, lijkt op een snavel.
Ik praat heel moeizaam (gelukkig heeft S. deze keer heel wijselijk niet gezegd: “Nu weet je hoe je gepraat zou hebben als je een mongooltje was geweest…”
Als ik wakker word ligt er ongeveer een liter kwijl op mijn kussen.
Sinds donderdag voert S. mij met behulp van een spuit via mijn neus een extra calorierijke vloeistof die nog het meest aan pannenkoekbeslag doet denken. En als hij per ongeluk veel lucht in de spuit pompt, moet ik een boertje laten…
Vanmiddag heb ik een meet & greet met negen specialisten tegelijk in de Daniel den Hoed Kliniek die allemaal even aan mij willen ‘snuffelen’ om te kijken wat ik precies heb. Om te voorkomen dat de artsen mij alleen als een ziekte en niet als een mens zien, heb ik me extra leuk aangekleed.

Het wordt 14 juli, een vrijdag. Het is de Franse nationale feestdag als Anke het bovenstaande heeft geschreven.

Thuis hebben we een fotootje in een lijstje waarop Anke staat met een lampion in haar hand en een versierd hoofddeksel op haar blonde krullen. We zijn in Zuid-Frankrijk, in de zomer van 1980. Het is de vakantie waarin Joop Zoetemelk de Tour zal winnen en waar Anke voor de eerste keer haar Jip en Jannekeboek zal kwijtraken. Volgens haar is het meegenomen door “Ireem”, een Frans kindje dat ook op de camping is en waar ze vaker mee speelt. Samen met andere kinderen loopt ze in een feestelijke lampionoptocht ter gelegenheid van Le Quatorze Juillet. Ze draagt een roze met blauw geruit jurkje, een paarsig vestje en loopt met haar blote voeten in leren sandalen. Zo meteen zal het vuurwerk worden ontstoken, maar Anke ligt dan in het campingbedje op een terras. Ze slaapt door alles heen.

Maar voor haar en voor ons is het vandaag allesbehalve een feestdag. We staan stijf van de spanning en slapen slecht, we zijn bang. Je kunt je niet voorstellen wat er met je gebeurt als je zoiets moet meemaken.

Je kind heeft kanker. Hoe moet het nu verder met haar, met ons? Wat staat iedereen nog te wachten? We hebben geen idee, gelukkig maar, en leven tussen hoop en vrees. En dat zal bijna een jaar lang zo blijven. Maandag zullen we te horen krijgen wat Anke nou precies mankeert en, belangrijker nog, wat men eraan denkt te doen.

Boven maakt Anke voor het eerst gewag van het speeksel dat ze niet meer goed kan wegslikken. Dit zal in de toekomst alleen maar erger worden. We zullen haar de komende tijd dan ook bijna altijd gewapend met o.a. een rol keukenpapier zien.

Op zondag neemt ze al een voorschot op de behandeling en het vervolg daarna. We lezen dat ze vol goede moed is. De teneur van het stukje is: Oké, ik heb dan wel kanker, maar de doktoren gaan er wat aan doen. Natuurlijk zal het niet allemaal meevallen, maar ik zal me er wel doorheen slaan. Het is de positieve houding die ze uitdraagt totdat blijkt dat ze niet meer beter wordt. En zelfs daarna weet ze nog de positieve dingen te benoemen en ervan te genieten.

Dit bericht is geplaatst op 23 mei 2013, in mei 2013.

Kookworkshop ‘Lekker koken en eten na kanker’

Proef opnieuw hoe lekker eten kan zijn en doe inspiratie op!

In de workshop ‘Lekker koken en eten na kanker’ kr­ijg je tips en trucs om gerechten aan te passen aan jouw wensen of klachten.

Lekker eten met familie en vrienden, wie doet dat niet graag? Maar als je kanker hebt gehad, is genieten van eten er soms niet meer bij­. Je leert in de kookworkshop hoe je met seizoensproducten verschillende soorten gerechten bereidt.

Klachten bij eten
Kankerpatiënten en ex-kankerpatiënten kunnen problemen krijgen met slikken, veranderende smaak, een droge mond of overgewicht. De gerechten die je in de workshop maakt, zijn aangepast aan jouw beperkingen.

 

 

Hieronder een verslag van deze workshop door Marieke. Zij heeft aan deze workshop meegedaan.

Aan de slag
261668_4277572477132_478481807_n[2]23 mei hadden we een kookworkshop voor mensen die kanker hebben gehad. Er waren 10 diëtisten in opleiding aanwezig, een docent en kok. Er deden 15 mensen aan mee.We werden hartelijk ontvangen door de docent en kok. Hessel was er ook bij. De workshop werd in Nijmegen gehouden op de Hogeschool. Bij de voorstel ronde konden we aan de diëtisten vertellen waar je als kankerpatiënt na de behandelingen zoal tegen aan loopt met eten. Dat waren er teveel om op te noemen. Ik kende niemand van de lotgenoten, een mix van alle leeftijden.

Eerst gaf de kok een demo hoe je een roux moest maken. Daarna gingen we in 4 groepen aan de slag met de recepten die de diëtisten bedacht hadden.Iedere groep kreeg 2 diëtisten erbij die de leiding hadden. Er werden ook vragen gesteld over onze leef omstandigheden. Lekker ontspannen hebben we bloemkoolsoep, erwtenstamppot met makreel gemaakt.

De andere groep maakte tovermousse met zalm en een aardappelsalade met kip en radijsjes.Vooraf kregen we mini pasteitjes met ragout. Als toetje een frambozen trifle.

We konden aan tafel alle gerechten proeven en eten. Aan elke tafel zat een diëtist om nog informatie te krijgen. Tevreden ging iedereen naar huis.

 

Klik om verder te lezen: opnieuw keelkanker

Dit bericht is geplaatst op 23 mei 2013, in keelkanker.

Angst

Showtime

Voor degenen die het nog niet wisten: ik heb tongkanker. Ik wou dat ik het wat leuker brengen kon, maar ik zou niet weten hoe. Misschien door te melden dat het eigenlijk een ouwelullenziekte is; tongkanker komt vooral voor bij oudere mannen die veel roken en drinken. Een leuk lotgenotengroepje met mensen van mijn eigen sekse en leeftijd zal er dus wel niet in zitten.

Toen ik gisteren in Daniel den Hoed voor alle artsen van de werkgroep hoofd/halstumoren moest verschijnen, kreeg ik ook het gevoel een soort medisch unicum (het woord ‘wonder’ lijkt me in dit geval wat te hoog gegrepen) te zijn. In een klein kamertje werd ik naar de behandelstoel geleid als een prinses naar haar troon. Enige gepaste afstand in acht nemend, verdrongen de artsen zich daar – blocnoot en pen in de aanslag – om mijn opengesperde mond. Sommigen vroegen of ze even mochten kijken met een lampje. Twee wilden zelfs even voelen. Ze beloofden me geen pijn te doen en dat deden ze ook niet. Iedereen was heel aardig en beleefd. Maar kreeg toch een beetje de indruk een soort bezienswaardigheid te zijn (en niet vanwege die ‘extra leuke’ kleding…)

Maandag hoor ik hoe groot de tumor precies is, of er eventueel uitzaaiingen zijn en hoe de behandeling eruit gaat zien. Dat het een flinke tijd gaat duren voor ik helemaal beter ben, staat in ieder geval vast. En dan nog zal ik misschien altijd een beetje moeite houden met het uitspreken van bepaalde letters en het kauwen van bepaald voedsel. Logopedie gaat in de behandeling een belangrijke rol gaat spelen, en dat vind ik geen leuk vooruitzicht.

Zijn er ook nog positieve dingen te melden? Eens even kijken. Als ik een boer laat kan ik een beetje proeven hoe die extra calorierijke vloeistof die de hele dag mijn lichaam in wordt gepompt smaakt. S. – niet voor één gat te vangen – geeft nog snel even de planten water met dezelfde wegwerpspuit waarmee hij mij heeft gevoed. Mijn vader heeft er ook al eentje mee naar huis genomen voor pesticiden. Anti-wegwerp als ik ben, kan ik deze multifunctionele toepassingen wel waarderen. Als ze maar van mijn morfine afblijven!

De tijd die volgt niet goed te beschrijven. We hebben dan wel vakantie, maar van een vakantiegevoel is geen sprake. Je zit thuis te wachten tot je wat hoort over een afspraak, over hoe het is met Anke. Je praat met een paar mensen die al op de hoogte zijn van de ramp die bezig is zich te voltrekken. Ik fiets naar een oud-collega en zijn vrouw. Beiden schrikken hevig als ik vertel wat er allemaal aan de hand is en dat ik bang ben dat Anke het niet zal overleven.

En dat laatste is nou net mijn grootste angst geweest vanaf het moment dat ze geboren werd. Natuurlijk heeft iedereen zijn dagelijkse zorgen. Dat was bij mij natuurlijk ook zo: over de gang van zaken op je werk, over je ouders en of je kinderen het wel goed doen op school, dat ze op tijd weer thuis zullen zijn na het uitgaan, etc. Die verdwijnen na verloop van tijd meestal. Maar één angst was altijd op de achtergrond aanwezig; die om een kind te verliezen. Waarschijnlijk hebben enkele sterfgevallen van kinderen op school, het verlies van een kind van een toenmalig collega en nog niet zo lang geleden de dood van een andere oud-leerling daartoe bijgedragen. Het verdriet en de ontreddering waarmee de ouders van een gestorven kind te maken krijgen wil niemand meemaken.

Ik barst in tranen uit; het verdriet en de angst voor wat komen gaat worden me te veel. Mijn vroegere collega en zijn vrouw doen hun best me te troosten en enigszins opgelucht ga ik weer naar huis.

Mijn broer en zijn vrouw vieren hun zilveren bruiloft. Toen ze trouwden was Anke drie en met een ander, iets ouder meisje uitgekozen om bruidsmeisje te zijn. Als je de foto’s van toen bekijkt, kun je je niet voorstellen dat 25 jaar later iets dergelijks als nu speelt als nu aan de hand zou kunnen zijn. We zijn uitgenodigd op het feest en Anke en Stijn zullen ook komen. Iedereen die op de hoogte is van Anke’s ziekte is erg begaan en informeert voorzichtig bij haar hoe het is, of ze nog veel pijn heeft. Anke kan niets eten en ook het drinken gaat maar met kleine slokjes. Zelfs het praten gaat moeizaam, maar desondanks voert ze een lang gesprek met iemand die zelf met kanker te maken heeft gehad en ook in hetzelfde gebied. Ik ben blij dat Anke goed met hem overweg kan en ze luistert aandachtig naar zijn verhaal. Hij biedt aan Anke te allen tijde te willen ondersteunen en als ze wil kan ze hem altijd bellen, hetgeen erg aardig is want hij heeft een razend drukke baan.

Dit bericht is geplaatst op 25 mei 2013, in mei 2013.

Vier op een rij

Als het “feest” voor ons voorbij is, kan het niet vlug genoeg maandagmorgen worden. We rijden al op tijd naar Rotterdam. Vroeger reed ik altijd met veel plezier auto, de laatste tijd is dat anders. Ik ben erg gespannen. Het verkeer is drukker geworden (of ik ervaar dat zo), je vindt in de stad niet altijd meteen plek om de auto te parkeren en dan het is ook nog eens vreselijk duur. Een dagje parkeren langs de straat kost al gauw een euro of tien, twaalf. Dat is in ons dorp wel even anders.

Meestal stoppen we tegen de middag even bij pleisterplaats Streepland (mooie naam) tussen Breda en Dordrecht om een hapje te eten. Als sinds Anke in Rotterdam woont rijden we langs het nieuwe traject van de HSL. Er wordt al hele poos niet meer gewerkt en toch rijdt er nooit een (hogesnelheids)trein over het traject. Hoe lang zal het nog duren voordat de HSL helemaal gereed is en de treinen ons voorbijrazen?

Ik zit in de stad nog erger gespannen achter het stuur en hoewel ik de route naar de Witte van Haemstedestraat nu wel zo’n beetje ken, ben ik steeds blij als ik op de plaats van bestemming ben. Ik rijd niet graag in een stad met trams – ik geef ze altijd maar voorrang, dat lijkt me het meest veilig – en ook de juiste afslag vinden bij Ridderkerk is iedere keer weer een spannend moment.

‘s Middags rijdt Stijn ons naar een dependance van het ziekenhuis nabij de Erasmusbrug waar de afspraak zal zijn. Het gebouw heet Zalmhaven en ligt aan de Gedempte Zalmhaven. Vanwege verbouwingen in het Erasmus MC vindt het gesprek hier plaats en niet in het ziekenhuis.

Stijn heeft duidelijk geen angst om in de stad te rijden, hij heeft weliswaar nog niet zo lang zijn rijbewijs, daartegenover staat dat hij de stad inmidels op zijn duimpje kent. Hij parkeert de auto onder de brug en lopen de laatste honderd meter.

Binnen aangekomen hoeven we in de hal niet echt lang te wachten, maar toch lang genoeg om te zien hoe ziek de mensen zijn of waren die hier komen voor een afspraak. Een man kan alleen maar praten via een spraakcomputer, een andere helemaal niet. De sfeer in de wachtkamer is niet erg vrolijk. Alleen de dames achter de balie lijken niet te beseffen in welk een omgeving ze verkeren. Ze praten en lachen honderduit.

Als we worden uitgenodigd om de spreekkamer binnen te komen, gaan we gespannen en muisstil met zijn vieren tegenover een arts zitten. (Als Anke dit gedeelte nu zou kunnen schrijven, zou ze er misschien wel ‘Vier op een rij’ boven hebben gezet.) De arts stelt zich voor en vertelt ons wat er precies met Anke aan de hand is en wat men denkt te doen. Hij is professor en opereert zelf niet meer; hij staat kort voor zijn pensioen. Maar hij geeft nog leiding aan het team dat de operatie zal uitvoeren. Hij toont ons de resultaten van de scan en legt uit wat we zien: er zit een grote tumor in de tong en die moet operatief verwijderd worden. Níét opereren, alleen medicijnen of bestraling, is geen optie.

In zijn team zitten deskundige chirurgen die de operatie zullen uitvoeren. Het zal een zeer zware operatie worden en omdat de tumor er al een tijd zit en zo groot is – de arts laat zien dat de tumor over de helft van de tong zit – zal er zeer nauwkeurig te werk gegaan moeten worden. De consequenties van de operatie zullen ongekend ingrijpend zijn: Anke zal misschien niet meer kunnen praten en in elk geval niet meer normaal kunnen eten. Er zal immers meer dan de helft van haar tong verwijderd moeten worden; alle tumor moet weg. Er mogen geen tumorcellen blijven zitten, anders is alles voor niets geweest en een tweede, soortgelijke operatie zit er niet in. Er blijft dan te weinig van de oorspronkelijke over om een nieuwe tong aan vast te hechten.

In een van de voorafgaande stukjes schrijft Anke over de man met de hamer en een mokerslag. Ik zou niet goed weten te beschrijven hoe de woorden die de arts net gesproken heeft, bij me aankomen. Ik kan me geen eerdere situatie indenken, waarbij ik me zo rot voelde, zo klein, zo verslagen als na zijn woorden. Tranen stromen bij ons drieën over de wangen. Anke zelf houdt zich nog even flink.

Wat we te horen hebben gekregen slaat in als een bom. Zoiets bestaat toch niet. Dit mag een mens toch niet meemaken. Niet meer kunnen praten? Eten? Hoe moet het dan met haar werk? Ze moet toch ook met anderen kunnen praten? En hoe wil je nou zonder te kunnen eten verder leven? De wanhoop wordt alsmaar groter. De arts zegt tegen Anke: ”Je komt voor onmenselijke keuzes te staan” en ik heb nog nooit eerder meegemaakt dat woorden zó waar zullen blijken te zijn.

Als we weer in staat zijn om het gesprek te vervolgen vragen we naar het hoe en waarom. De arts kan geen uitspraak doen over de oorzaak van de tumor in de tong. Men weet het gewoonweg niet. Tongkanker kwam vroeger wel eens voor bij mannen die veel rookten of pruimtabak kauwden en veel dronken, maar dat is nu duidelijk allemaal niet aan de orde. Anke rookt niet en drinkt eigelijk alleen af en toe tijdens het uitgaan. De kans om zoiets te krijgen is kleiner dan de hoofdprijs in de Staatsloterij. Je zag het de laatste tijd wel ook wat vaker bij jonge mensen, vervolgde hij, maar hoe dat kwam? Niemand die ook maar enig idee heeft. De meeste tumoren ontstaan door onduidelijke oorzaak. Straling, zonlicht, leefstijl (roken en drinken) of stoffen in de voeding kunnen ze veroorzaken.

Op de vraag of het gezwel niet eerder ontdekt had kunnen worden, geeft de arts onomwonden toe dat op zijn minst de kaakchirurg alarm had moeten slaan. Hij had het moeten zien.

Hij vertelt verder nog dat na de operatie in ieder geval bestralingen zullen moeten plaatsvinden van haar hals om geen enkel risico te lopen. Minstens dertig. Mochten er na de operatie toch ergens tumorcellen achterblijven dan zullen die door de bestralingen worden gedood. Het kan ook best zo zijn dat er al tumor in Anke’s halsklieren zit, want tumorcellen zullen zich in dit soort gevallen eerder naar het halsgebied verplaatsen dan naar het hoofd. Maar dat is niet zeker. De moed zinkt me helemaal in de schoenen, als hij dit erbij vertelt.

Daarom, zo gaat de professor verder alsof het allemaal nog niet genoeg is, zal de chirurg ook in een moeite door ook klieren in haar hals weghalen om eventueel aanwezige tumorcellen mee te verwijderen. Dit gebeurt om de kans op verdere verspreiding te voorkomen.

Onderstaande informatie is afkomstig van de Patiënteninformatie van Erasmus MC.

Verwijdering van de lymfeklieren in de hals (halsklierdissectie)

Een halsklierdissectie is een operatie aan de hals. Deze operatie wordt bij mensen met kanker verricht, of uit voorzorg, of om aangetoonde uitzaaiingen in de hals te verwijderen. Indien de operatie uit voorzorg gebeurt, is de kans op uitzaaiingen aanwezig zonder dat de uitzaaiingen ook daadwerkelijk zijn aangetoond.
Ook wordt deze operatie uitgevoerd wanneer uitzaaiingen in lymfeklieren van de hals zijn aangetoond, maar de tumor waar deze uitzaaiingen van afkomstig zijn (de primaire tumor) niet gevonden kan worden.

De lymfeklieren in de hals

Kwaadaardige tumoren in het hoofd-halsgebied ontstaan meestal in de buitenste cellaag, de bekledingslaag van het slijmvlies. Deze tumoren worden plaveiselcelcarcinomen genoemd. Wanneer de tumor groeit, kan deze ook onderliggend weefsel (bijvoorbeeld spier of bot) aantasten. Als de tumor zich verspreidt, gebeurt dat meestal in eerste instantie via de lymfebanen. Uitzaaiingen ontstaan dan ook vaak als eerste in de regionaire lymfeklieren van de hals. Dat zijn de lymfeklieren waar het weefselvocht van het gebied waar de tumor zich bevindt, het eerst terechtkomt.
Pas in een veel latere fase kan de ziekte zich verspreiden via het bloed. In dat geval kunnen uitzaaiingen ontstaan in de longen en soms ook in andere organen, zoals de lever.

Wat gebeurt er bij een halsklierdissectie?

Bij een halsklierdissectie worden alle lymfeklieren, of een deel hiervan, met het omliggende vetweefsel uit de hals weggehaald.
Vaak moeten bij een halsklierdissectie tevens een aantal bloedvaten en zenuwen, alsmede één halsspier worden weggehaald. Bij een operatie uit voorzorg worden alle voor een goede functie belangrijke structuren gespaard.
Om de lymfeklieren te kunnen weghalen, wordt de huid van de hals opengesneden (geïncideerd).

Dit bericht is geplaatst op 26 mei 2013, in mei 2013.

Nog meer

En de arts geeft nog meer informatie, maar op een gegeven moment neem je niets meer op. Hij heeft het ook nog over dat de communicatie binnen het team soms wat gebrekkig zal kunnen zijn, omdat niet iedereen even goed Nederlands spreekt. In een academisch ziekenhuis werkt een internationaal gezelschap, wil hij maar zeggen. Maar waarom hij dit nu zo zegt ?

Gelukkig stopt hij op een gegeven moment met zijn verhaal, want eigenlijk wil je niet nog meer van dit soort nieuws horen. Het liefst zou ik de kamer, het ziekenhuis uit willen rennen en thuis in een donker hoekje gaan zitten huilen.

Maar we moeten blijven.

Na dit gesprek, vervolgt hij, zal een Verpleegkundig Consulente Anke verder inlichten over de meer praktische aspecten van haar leven na de operatie. Dus verhuizen we naar een andere kamer om haar relaas aan te horen. Zij is wat minder zakelijk dan de arts die we net hebben gehoord en vertelt over nieuwe afspraken die ze al voor Anke heeft geregeld, over hoe haar leven straks zal uitzien. Anke zal nooit meer gewoon kunnen eten en zal zich in leven moeten houden met kunstmatige voeding. Die zal ze via een sonde moeten inspuiten. Nooit meer gewoon eten, dat kun je toch niet bedenken. Je hele leven lang geen broodje meer, geen frites, geen etentje met vrienden, collega’s, familie. Wat een gruwelijk vooruitzicht. Ons hele leven bestaat toch voor een groot deel uit eten en drinken. En denk eens aan feestdagen als Kerstmis of Pasen. Anke realiseert zich dit ook en krijgt het nu ook te kwaad en tranen vullen haar ogen. Wij beginnen opnieuw ook te huilen. De verpleegkundige is heel vriendelijk en neemt alle tijd om vragen te beantwoorden. Ze vertelt over de operatie die zeer zwaar zal zijn; een zogenaamde commando-operatie. Een van de moeilijkste operaties die in Nederlandse ziekenhuizen kunnen worden uitgevoerd.

Uit de Patiënteninformatie Erasmus MC:

Wat gebeurt er bij de operatie?

Wanneer de tumor klein is, kan deze vrij gemakkelijk operatief worden verwijderd. De plaats waar de tumor heeft gezeten groeit in de loop van de tijd vanzelf dicht (bij hele kleine ingrepen) of wordt gehecht. Wanneer er een uitzaaiing in de hals aanwezig is of de kans daarop groot is, worden ook de klieren uit de hals weggenomen.

Bij grotere tumoren is het doorsnijden van de onderlip en onderkaak veelal noodzakelijk om de tumor goed te bereiken.

Soms worden tijdens de operatie ook enkele tanden of kiezen getrokken indien hun conditie te slecht is om een bestralingsbehandeling te kunnen ondergaan, of als de tumor in de boven- of onderkaak is ingegroeid. Aan het eind van de operatie wordt de onderkaak weer hersteld met behulp van een of meerdere metalen plaatjes en wordt de onderlip weer gehecht. Wanneer zo’n grote tumor tezamen met de halsklieren is verwijderd, wordt de ontstane holte opgevuld met weefsel. Dit weefsel kan afkomstig zijn van de borstspier, de arm, het onderbeen, maar ook van andere plaatsen van het lichaam. Het opvullen van de holte die ontstaan is na het weghalen van de tumor met weefsel af- komstig van een andere plaats van het lichaam, noemt men een reconstructie. Dit gedeelte van de operatie wordt uitgevoerd door de plastisch chirurg.

De operatie in zijn geheel wordt een commando-operatie genoemd. In bepaalde gevallen wordt er een stukje huid van het bovenbeen gebruikt om de borst, de arm, het been of de hals af te dekken.

Bij Anke zal dus ook een reconstructie van de tong moeten plaatsvinden. Daartoe zal weefsel elders uit het lichaam worden weggehaald en worden gehecht aan het restant van de tong. Het spreekt voor zich dat ook dit gedeelte van de operatie uiterst nauwkeurig en onder de microscoop zal moeten gebeuren. Duidelijk wordt erbij verteld dat de nieuwe ‘tong’ weinig functie zal hebben. Natuurlijk kan ze er niet mee proeven. Alleen met het overgebleven gedeelte zal ze wellicht nog een klein beetje smaak overhouden, maar hoeveel is onzeker. Ook ligt de nieuwe ‘tong’ betrekkelijk vast in de mondholte en zal ze daar mee geen voedselprop naar achteren kunnen verplaatsen. Pas als je zelf een boterham eet en eens precies nagaat wat je tong allemaal voor toeren uithaalt om het voedsel in de keelholte te krijgen, besef je pas hoe belangrijk de tong is voor het transport van het eten. Ook het drinken wordt na de operatie om dezelfde reden moeilijk, zo niet onmogelijk. Een afschuwelijke gedachte.

Omdat na de operatie de keel kan gaan opzwellen en de ademhaling ernstig kan bemoeilijken wordt er een zogeheten canule in de hals geplaatst waardoor beademing mogelijk wordt:

Het tijdelijk ademen via de canule in de hals

De eerste paar dagen na de operatie kunnen de mondholte en hals zo gezwollen zijn dat de patiënt moet ademen via de canule in de hals. Als de zwelling afneemt, wordt de kunststof canule veelal vervangen door een metalen canule. De verpleegkundige kan deze canule via een stopje afsluiten om te controleren of de patiënt weer via de normale weg kan ademen. Als dit lukt dan wordt de canule verwijderd en het gaatje met pleisters afgeplakt. Dit gaatje groeit vanzelf weer dicht. Wel moet om dit dichtgroeien te bevorderen, tijdens praten, slikken en hoesten, door de patiënt zelf op de plaats waar de opening gezeten heeft geduwd worden. Op deze manier voorkomt de patiënt dat door het ontsnappen van lucht de opening wordt opengehouden.

Zolang de canule niet afgesloten of verwijderd is, kan de patiënt niet praten. De communicatie verloopt via schrijven.

In de canule wordt vocht gedruppeld. De droge lucht kan namelijk indroging van slijm en korstvorming in de luchtpijp bevorderen waardoor de ademhaling kan worden bemoeilijkt.

Tot slot krijgen we te horen welke voorbereidende afspraken voor onderzoeken op de rol staan o.a. een aansluitende op een andere locatie. Ze neemt ruim de tijd om alles door te spreken en geeft tot slot haar mobiele nummer. Anke en Stijn kunnen haar altijd bellen als er iets is, als ze iets willen weten, als ze kan helpen dingen te regelen. Het duizelt ons van alle informatie die we te horen kregen. Het is teveel om in een keer te verwerken en als we afscheid nemen lopen we verslagen naar de uitgang. In de lift naar beneden staat een groepje van vier meiden in de leeftijd van Anke gezellig te praten en te lachen. Meteen schiet door mijn hoofd dat Anke dat nooit meer zo onbezorgd met vriendinnen of collega’s zal kunnen vertellen. Als ze weer zal kunnen spreken zal het nooit meer zijn zoals toen ze nog geen tongtumor had. Zelfs nu al wordt het praten door de tumor bemoeilijkt. De laatste weken is haar spraak steeds slechter geworden, maar tot voor kort hadden we steeds het idee dat haar spraakvermogen na de operatie wel weer zou verbeteren. Maar nu ben ik daar niet meer zo zeker van. Weer schieten mijn ogen vol en ik zoek steun bij Annie.

Dit bericht is geplaatst op 27 mei 2013, in mei 2013.

Gehandicapt

We lopen naar de auto en rijden naar de volgende afspraak. Daar aangekomen zit de hele wachtkamer vol en als Stijn aan de balie uitlegt waarvoor we komen, blijkt het nog een hele poos te duren voordat Anke aan de beurt is. Ze wordt opeens kwaad en heeft er tabak van. Ze wil weg en ofschoon we haar uitleggen dat het onderzoek toch echt moet doorgaan is ze niet te vermurwen en zegt dat ze wel een andere keer zal gaan. Wij zijn het er eigelijk niet mee eens en als we haar voorstellen nog even te wachten wordt ze kwaad en roept tegen Stijn: “Hou toch eens op! Je hebt toch wel gehoord wat ze zei. Ik word een gehandicapte. Hoor je dat: Gehandicapt, Stijn!” We vinden haar radeloosheid goed te begrijpen, maar haar uitval naar Stijn is onterecht. Hij kan er immers ook niets aan doen. Hij zou het toch ook liever anders hebben gewild.

Later op de dag zal Anke alsnog afspraak nakomen. We gaan naar Hotel New York, om nog eens alles door te praten wat we zojuist allemaal hebben moeten aanhoren. Het gebouw was vroeger het hoofdkantoor van de Holland-Amerika Lijn, de plaats waar in de vorige eeuw veel emigranten afscheid namen voordat ze voorgoed naar Amerika vertrokken. Anke heeft ons er al eerder mee kennis laten maken. We zijn toen met de watertaxi vanuit de Veerhaven op de andere kant van de Nieuwe Maas overgestoken naar de Kop van Zuid, waar het tegenwoordige Hotel New York ligt, letterlijk en figuurlijk in de schaduw van de hoge Montevideotoren. Op de begane grond is een groot café-restaurant met vierhonderd zitplaatsen. Daar gaan we zitten, met uitzicht op het water en de stad. Het is een van de mooiste locaties van Rotterdam.

Zonder dat we het nog beseffen is de dag van vandaag er ook een van afscheid nemen. Afscheid van het leven dat we vroeger leidden, geen hoop op maar afscheid van een verwachtingsvolle toekomst. In zekere zin afscheid nemen van de Anke zoals we die altijd hadden gekend. Pas hier beginnen sommige uitspraken echt tot ons door te dringen. De impact is dusdanig verpletterend dat we eerst niet goed tot een fatsoenlijk gesprek in staat zijn. We zien de operatie met grote zorg tegemoet. En vooral ook de tijd daarna. Als je gaat nadenken over de gevolgen van de operaties, want het zijn er eigelijk drie, word je niet goed. Nooit meer eten! Zelfs nu we er zitten voordat geopereerd is kan Anke eigelijk al niets meer eten, zelfs drinken gaat al moeizaam en daar komt nog eens bij dat ze nu al niet meer alles kan proeven. En dat zou straks alleen maar nog erger worden? Onmenselijk inderdaad.

Gelukkig hebben Stijn en Anke een groot aantal vrienden waarop ze kunnen rekenen. We hoeven ons daarom geen zorgen te maken dat ze alleen met de problemen blijven zitten als we er niet zijn. Het liefst zouden we Anke weer mee naar huis nemen om voor haar te zorgen, net als vroeger toen ze nog jonger was. Maar dat gaat niet en dat zou ze ook niet willen. We kunnen echter ook niet elke dag blijven en zullen in de toekomst nog vaak genoeg naar Rotterdam reizen om Anke en Stijn bij te staan. Zwaar aangeslagen gaan we op weg naar huis. Ik heb geen goed gevoel door alles wat ik heb gehoord en vooral vanwege het feit dat er al zoveel kostbare tijd verloren is gegaan. Ik ben bang dat dit niet goed meer kan aflopen.

En toch verschijnt er de volgende dag weer een grappig stukje, net alsof er geen vreselijk nieuws was en net alsof er geen zware operatie zit aan te komen.

Visite

Toen we een tijdje geleden met z’n tienen naar de Ardennen gingen gebeurde er, afgezien van het Namenspel, nog iets opmerkelijks. In het boerderijtje stonden twee grote banken en – alsof het zo bedoeld was – vier comfortabele, lederen fauteuils. Precies gelijk aan het aantal jongens in het gezelschap. Drie keer raden dus wie er vanaf het eerste uur in die fauteuils zaten (en gedurende de rest van het weekend ook zouden blíjven zitten…) Wij vrouwen vonden het heel typisch. Vooral omdat het in vier gevallen onze eigen (door- gaans vrij geëmancipeerde) partner betrof.

Eén van die jongens, T. (tevens zelfverklaard ‘morele winnaar’ van het Namenspel) kwam gisteren op ziekenbezoek, samen met R. en Le. Alledrie studiegenootjes van Journalistiek. Omdat we het dakterrasje van de benedenburen mogen gebruiken zolang zij op vakantie zijn, gingen we gezellig buiten in de zon zitten. Op het terrasje stonden een strandstoel en een paar krukjes. En terwijl iedereen uit mijn omgeving sinds ik kanker heb zich het vuur uit de sloffen loopt om het mij naar de zin te maken, koos T. zonder aarzelen de enige makkelijke stoel. Eigenlijk vond ik dat ook wel eens leuk voor de verandering…

Het volgende stukje (van 18 juli) laat zien hoe Anke ook is. Behalve nuchter en relativerend kon ze ook behoorlijk doordrammen. Als ze zich wat in haar hoofd had gehaald zou en moest het ook zo doorgaan. Toch hebben we al vroeg geprobeerd haar erop te wijzen dat het niet altijd zo kan gaan zoals zij dat zou willen. Op haar kamer staat nog steeds op het prikbord dat ze gebruikte met dikke, met zwarte stift door haarzelf geschreven letters: you can’t allways get what you want. Alsof ze zich daar dagelijks van moest overtuigen. Maar of ze het ermee eens was?

Haar nogal sterke wil zorgde dat ze, ze als iets erg wilde, er alles aan deed om haar doel te bereiken. En dat hoeft niet alleen maar negatief te zijn, integendeel.

Dit bericht is geplaatst op 28 mei 2013, in mei 2013.

Chaos

Ruilen?
Hoewel ik deze dagen massaal geprezen word om mijn nuchterheid en relativeringsvermogen heb ik natuurlijk ook, hoe zal ik het zeggen, minder rationele momenten. Zo heb ik vlak voor belangrijke gesprekken met de kno-arts (gisteren en vorige week dinsdag) al twee keer geprobeerd de zinnen te verzetten door de dag ervoor dwangmatig naar onvindbare spullen te zoeken.

Vorige week betrof het een zomerrokje dat ik pas één keer gedragen heb, waarvoor S. en ik het hele huis onderste boven hebben gekeerd. Zondag was het een cd van Ramses Shaffy. Beide items heb ik overigens nooit teruggevonden (al heeft S. vandaag wel een nieuwe cd voor me gekocht).
Het is natuurlijk psychologie van de koude grond, maar ik denk dat ik het doe om aan iets anders te denken, en om controle over een situatie te hebben nu ik die in zekere zin over mijn lichaam kwijt ben. Al was het ook gewoon een heel leuk zomerrokje.

Gisteren had ik weer wat nieuws. Ook iets met kleding. Eigenlijk wilde ik de nieuwe zomerbroek die ik zaterdag gekocht had, aantrekken naar het gesprek met de kno-arts. Het prijskaartje hing er nog aan. Toen bedacht ik dat – mocht de man mij meedelen dat ik niet meer lang te leven had – het wel fijn zou zijn om in ieder geval die broek te kunnen ruilen. Volstrekt irrationeel natuurlijk, maar op de moment leek het dé manier om een soort daad te stellen.

Gelukkig kreeg ik gisteren te horen dat mijn tongkanker verholpen kan worden, door een operatie in combinatie met bestraling. Volgende week dinsdag word ik al geopereerd. Maar de operatie zal minder leuke, blijvende gevolgen hebben. De details hierover houd ik liever nog even voor mezelf. Niet als cliffhanger, maar omdat ik het eerst zelf nog allemaal moet verwerken. Want helemáál ‘de oude’ word ik niet meer.

Ik kan me goed voorstellen dat Stijn maar gauw een nieuwe cd heeft gekocht, want behalve medelijden zal er ook wel dosis “lijfsbehoud” een rol hebben gespeeld. Anke kan behoorlijk tekeergaan als haar iets niet zint en het feit dat ze zelf een rol speelt bij het zomaar verdwij- nen van allerlei spullen, maakt haar eerder bozer dan milder.

Als ze vroeger, toen ze op kamers woonde, weer naar huis kwam kon je haar spoor volgen: vanaf de bijkeuken (licht aan) via de keuken (de handtas en de telefoon) en de kamer (de weekendtas, tijdschrift, krant, televisie aan) de trap op naar boven (deur open laten, licht aan, sjaal over de leuning) naar haar kamer (jas op het bed) enzovoort. Altijd en overal liet ze spullen achter, legde ergens even iets neer of ruimde ze niet op. Toen ze nog jonger was legde ik haar spullen, die ik her en der was tegengekomen wel eens op enkele traptreden, zodat ze alles kon meenemen als ze naar boven naar haar kamer ging.

Mooi niet, dus. Anke liep er grif vijf keer op een dag langs zonder dat ze haar eigendommen zag liggen. Volgens mij was ze in gedachten steeds met iets anders bezig. Daarom was ze ook vaak iets kwijt: sleutels, pasjes, beurs, een tijdschrift, een boek of een krant en ga maar door. Kwaad dat ze kon worden als ze iets niet terug kon vinden. En meestal had ik volgens haar de spullen natuurlijk weer eens op een nadere plek gelegd (hetgeen echter maar zelden zo was). Ik wist inmiddels wel: je mocht van haar bezittingen niets verplaatsen, want dan kon ze die niet meer vinden. En als je niks verlegde en kon ze dan iets niet vinden, was het soms toch even goed jouw schuld.

Toen we eens een keer zonder Anke in Duitsland op vakantie waren, zag ik in een winkel een T-shirt hangen met daarop de tekst: Überall wo ich bin gibt’s Chaos. Ik heb het echter niet durven kopen, omdat ik voorzag dat Anke toen dat cadeautje niet op prijs zou hebben gesteld. Maar de tekst geeft wel een beetje weer hoe ze was.

Het opvoeden van kinderen is bij uitstek een moeilijke taak, zo heb ik het tenminste ervaren. Kinderen zijn geen automaat waar je een munt instopt en het resultaat eruitrolt. Iedere keer weer hetzelfde product voor dezelfde prijs. Bij een kind is dat eerder het tegenovergestelde; je stopt er veel energie in probeert het een goede opvoeding te geven, maar de uitkomst is ongewis. Er zijn in hun leven zoveel factoren die daarbij een rol spelen: erfelijkheid, vriendjes en vriendinnetjes, de tv, maatschappelijke ontwikkelingen, school en studie etc. En tegenwoordig komen daar de computer, internet, msn en ga maar door nog eens bij. Die maken het opvoeden van kinderen vandaag de dag nog moeilijker dan een jaar of dertig geleden.

Dit bericht is geplaatst op 29 mei 2013, in mei 2013.

Commando

Warm

Nu klagen over de hitte volkssport nummer één lijkt te zijn geworden in Nederland, wil ik ook graag even een duit in het zakje doen. Mijn zetpillen beginnen spontaan in hun verpakking te smelten en door het zweten blijven mijn morfinepleisters niet meer goed plakken waardoor ze – op zijn zachtst gezegd – niet optimaal werken. En dan heb ik het nog niet eens over de strijd die ik van tijd tot tijd op ons snikhete toilet moet leveren…

Doordat de morfinepleisters niet plakken komt de pijn soms terug. Eerlijkheidshalve moet erbij worden vermeld dat Anke een pleister ook wel eens een dag te lang liet zitten, omdat ze vergat deze op tijd te wisselen.

In haar volgende bijdrage laat Anke zien dat ze wel degelijk ook met de komende operatie en de eventuele gevolgen daarvan bezig is. Het is een voorbode van hoe ze de komende tijd met alles wat haar overkomt zal omgaan: eerst moet ze zelf wennen aan de nieuwe situatie en dan pas zal ze er, terloops lijkt het wel, over op haar weblog schrijven.

De bijdrage is van 23 juli, enkele dagen voor de operatie en een van de reacties op dit stukje laat zien dat Anke in een discussie graag het laatste woord had. Ik gun haar zo dat dit ook over een paar weken weer het geval zal zijn. En dat terwijl ik me daar steeds zo aan ergerde; je kon bij haar soms gewoonweg geen gelijk krijgen. Maar, zoals ik eerder opmerkte, Anke leek in sommige opzichten erg op mij. En als zij claimde gelijk te hebben, had ik het natuurlijk niet. Zo eenvoudig is dat.

Stijn vertelde wel eens dat hij zich verbaasde over de felheid en het volume van de discussies die we soms aan tafel voerden. Want ofschoon Toine drie jaar jonger was dan Anke liet hij zich natuurlijk ook in de tafelgesprekken niet onbetuigd. Toch is gebleken dat Anke en Stijn ook wat betreft discussiëren weinig voor elkaar onderdeden. Maar wat zou je ook anders van twee journalisten met een uitgesproken eigen mening kunnen verwachten. Ik stel me voor dat journalisten wat dat betreft erg lijken op leraren; sommigen denken ook altijd gelijk te hebben.

New & not improved
Eigenlijk heb ik niet zoveel zin om over de operatie en de gevolgen daarvan te schrijven, maar in het kader van de continuïteit van mijn weblog lijkt het me handig dit toch te doen voordat ik morgen voor zeker twee weken het ziekenhuis in verdwijn.

Dinsdag moet ik een zogeheten commando-operatie van zo’n acht tot tien uur ondergaan. De technische (en vooral bloederige) details zal ik u onthouden, maar wie per se meer wil weten kan natuurlijk altijd even googelen. Tijdens de operatie verwijderen ze de tumor, en daarmee een vrij groot stuk van mijn tong. Het zogeheten ‘defect’ wordt opgevuld met weefsel uit mijn bovenbeen.

Daarna moet ik eerst 24 uur naar de intensive care. Als ik wakker word, kan ik de eerste week niet praten en niet slikken (dus ook niet eten of drinken, maar daar heb ik die sonde voor). Pas in de tweede week ga ik dat oefenen met een logopedist. En dan zal ook langzaam duidelijk worden hoe goed ik in de toekomst weer zal kunnen praten en eten. Gelukkig spelen wilskracht en doorzettingsvermogen een grote rol, dus ik ga alles uit de kast halen om mijn spraak zo normaal mogelijk (of, in mijn geval: Algemeen Beschaafd Limburgs) te krijgen.

Ik dacht bij kanker altijd: óf je gaat dood, óf ze maken je beter. Een borstamputatie, daar kon ik mij ook nog wel wat bij voorstellen. Maar de bizarre middenweg die mij te wachten staat, daar had ik nooit rekening mee gehouden.
We zijn weer in Rotterdam op de dag dat Anke dit schrijft. We hebben zelf nog steeds geen letter van haar schrijfsels gelezen. Dat van het ABL viel nogal mee. Hoewel Anke ook wel bijna accentloos Nederlands kon praten, deed ze dat misschien niet altijd en overal. We maakten er thuis wel eens een opmerking over en we vinden eigelijk nog steeds dat je gerust een licht accent mag horen. Anderen mogen best horen dat je uit Limburg komt, daar hoef je je niet voor te schamen. Sommige rap van de tong gesneden Amsterdammers zijn moeilijker te verstaan dat een niet helemaal accentvrij pratende Limburger die Nederlands spreekt.

Trouwens het dialect is ouder dan het ABN en ook wordt wel eens vergeten dat de meeste Limburgers in hun privé-situatie bijna altijd dialect praten en velen op hun werk ook. Voor sommigen is het Nederlands letterlijk hun tweede taal en vertalen begrippen uit het dialect naar het Nederlands en dat gaat soms mis. Net zoals je niet zomaar Nederlandse uitdruk- kingen of spreekwoorden woordelijk naar het Engels kunt vertalen.

Klik om verder te lezen op: juni 2013

Juni 2013

05-06-2013
Consultatie huisarts
Woensdag in de late namiddag kreeg ik van de huisarts een sms-je: dat ze contact gehad had met mijn dokter in het ziekenhuis, en dat ik welkom was die avond om de resultaten te horen. Ze wilde het liever persoonlijk uitleggen, schreef ze, omdat het nogal moeilijk was dit per telefoon te doen.

Vrijwel direct daarna ging de telefoon: terug de huisarts, die zei: ik was een beetje bang dat je het berichtje direct als heel negatief ging interpreteren, vandaar dat ik even bel, zodat je niet direct in paniek het ergste van het ergste denkt. Er zijn toch wel wat dingen die we moeten bespreken, ik zou graag hebben dat je langskomt. Ik kan je wel al zeggen dat in de keel/tong alles in orde is, maar we moeten dingen in de longen verder onderzoeken.

Ik vroeg haar wanneer we konden langskomen, wat vrijwel onmiddellijk kon, nog voor het spreekuur. David was onderweg naar huis van z’n werk, en belde hem op om dit te zeggen. Doordat ze gezegd had : niet het ergste denken, waren we toch een beetje hoopvol toen we naar haar toereden.

Maar het was toch aan paar keer serieus schrikken als ze aan de uitleg begon!

Ik heb drie tumoren die verspreid zitten in de longen: eentje bovenaan waar de luchtpijp in de longen komt, en die neemt al de helft van de luchtpijp in beslag, wat maakt dat ik zoveel hoest en kort op de adem ben. In de rechterlong onderaan zit er een van ong 4cm diameter, waarvan een deeltje al afgestorven is… En in de linkerlong bovenaan nog eentje van 1,2cm diameter, om het compleet te maken. Verder zijn er gezwollen klieren rond de longen, waarvan ze nog niet weten of dat slecht is of niet.
DOING! Was effe zwaar slikken, ik had ergens wel verwacht dat er een tumor ging zijn, daar schrok ik niet van, maar dit???

Ze vertelde eerst van de klieren, dan van de tumor in de luchtpijp. Daarna volgde nog de tumor rechts (wat ik nog verwachtte want ik wist dat er rechts een probleem was door die foto), dan nog van de tumor links. Dan sprak ze nog van een gezwel dat ik had boven mijn linkernier, maar dat zou ik al hebben sinds de vorige kanker (bizar dat dit op geen enkele manier een belletje deed rinkelen bij mij, ik wist daar bij mijn weten echt niks van!), maar dat gezwel was onveranderd en waarschijnlijk ongevaarlijk.

Wat de behandeling betreft: opereren lijkt niet direct een optie, gezien de locatie van de tumors, en het feit dat ze zo verspreid zitten in de longen. Ook is het gevaar groter dat, als ze snijden, de tumors dan pas écht beginnen te woekeren, en dan wordt het vechten tegen de bierkaai. Dus zou het chemo worden, in de hoop de groei tegen te gaan, als tweede hoop ze te verkleinen, en uiteindelijk misschien ze weg te krijgen. Een kleinere tumor zou eventueel wel nog kunnen geopereerd worden, omdat het dan misschien maar eentje meer zou zijn, of de impact minder groot zou zijn…

Het gesprek met de dokter ging alle kanten op: zo van: ze gaan behandelen en er kan nog iets aan gedaan worden, tot van die zaken waar je liever niet over spreekt zoals palliatieve statuten om meer kunnen terug te krijgen van de mutualiteit ivm de kosten en dergelijke… Vree moeilijk om uit op te maken in welke richting je moet denken, é.

Het was een heel lang, en heel raar gesprek. Ik ben praktisch-denkend door dat gesprek gegaan, alsof het niet over mezelf ging, zo eerder willen opnemen wat de situatie is, en wat de mogelijkheden zijn, redelijk afstandelijk emotioneel gezien. Je krijgt ineens heel veel verschillende indrukken over je heen, weet niet wat je moet denken, is er hoop, is er geen hoop?

Ben wel heel blij dat we sinds de verhuis vorig jaar een andere huisarts hebben. Ze is soms wat verstrooid, is een beetje een warhoofd, maar uiteindelijk doet ze wel haar job als je haar de tijd geeft… Mijn vorige huisarts zou denk ik niet eens de moeite genomen hebben om ons dit allemaal zelf te vertellen, en het aan het ziekenhuis over gelaten hebben. Ik herinner me een voorval van hem tijdens mijn chemo-kuren twee jaar geleden: ik had net enkele dagen een chemo gehad, en ik voelde me heel beroerd. Had mijn bloedsuikerspiegel gemeten, en die was bijna 700 (dat zijn waarden waarbij je in coma kan gaan, voor alle duidelijkheid). Mijn medicatie voldeed niet meer om alles zelf te regelen, gezien de chemo deze in de war stuurden. Als ik in het ziekenhuis waarden boven de 300 had, dienden ze onmiddellijk insuline toe om het te proberen regulariseren. Ik belde toen dus naar mijn huisarts, was rond de middag, met de vraag of hij tot bij me thuis kon komen om me insuline te geven. Ik kreeg als antwoord of ik ’s avonds niet gewoon naar de consultatie kon komen? HALLO? Heb hem gezegd dat ik met een immuunsysteem van 0 écht niet in de wachtzaal kon gaan zitten, en dat ik veel te slecht was om  zelf te komen. Uiteindelijk had ik hem overtuigd langs te komen. Komt hij twee uur later aan, en zegt me dat ik een pilletje extra moet nemen… Geen spuitje, zelfs geen meting, niets van: misschien halen we er ook beter een specialist bij…

Bon, dit maar om even te zegge dat ik deze huisarts dan wel wat meer apprecieer, zelfs al heeft ze aan mij wel de handen vol…

De rit naar huis was raar… We wisten niet goed wat zeggen tegen mekaar, en tegelijk spraken we volop, de gedachten gingen alle kanten op, was dit nu iets dat nog te genezen was of niet? Was het de moeite waard om me ziek te laten maken? Het kon toch niet dat ik dit misschien niet haal? Wat dan?

De hemel was op ons hoofd gevallen, en we wisten echt niet hoe dat aan te pakken. Dit voelde direct hééééél anders dan de vorige keer. Het was ook een beetje in contrast allemaal: er was nog geen biopsie gebeurd, hoe konden ze dan weten dat het wel effectief kwaadaardig was? Uiteraard wist ik ook wel dat de kans dat dat niet zo was, zo goed als nihil was, maar toch, eer alles zwart op wit stond moesten er wel nog wat tests extra gebeuren é. Maar ieder is het beste thuis in z’n eigen job é: denk dat een dokter ook wel een zesde zintuig heeft wat die dingen betreft, als je ganse dagen niet veel anders ziet… Alles was surrëel, en dat is het nu nog. De ene moment kijk je precies naar een slechte B-film, de andere moment zit je middenin die film, dan zet je het weer effe op pauze, kijk je weer even verder…

Ik denk dat je zo’n nieuws gewoon niet in één keer kàn vatten, en dat een mens het met mate laat binnensijpelen naargelang je er effe sterk genoeg voor bent…

Thuis gekomen moesten wa natuurlijk nog onze directe omgeving op de hoogte brengen. Het is heel moeilijk zo’n dingen tegen je mama, je broer, je beste vriendin, de ouders van David te vertellen. Na het telefoneren waren we allebei leeg en uitgeput, we wisten wat we moesten weten, en de mensen die het écht direct moesten weten, waren ook op de hoogte.

En dan was er de nacht die kwam, die me vooral wakker hield. De vragen, de heel vele vragen… En de hoestbuien, de pijn, de fysieke hinder die je dan nog echt met de neus op de feiten drukt.

07-06-2013
Consultatie ziekenhuis
Donderdag stonden er geen afspraken op de agenda, gelukkig maar, ik herinner me van die dag nauwelijks wat. Alleen dat ik nog enkele andere mensen op de hoogte gebracht had, en dat ik me heel slecht voelde bij die telefoontjes. Steeds datzelfde negatieve moeten vertellen, steeds de geschokte reacties, het was te moeilijk en te pijnlijk voor mij. Ik had een ganse lijst van mensen in m’n gedachten die ik persoonlijk wou verwittigen, maar dat kon ik gewoonweg niet. Plus dat ik dan eigenlijk liever nog wachtte tot ik in het ziekenhuis zelf langs geweest was, en misschien nog iets meer wist.

De bezorgde mailtjes en berichtjes begonnen wel binnen te komen, collega’s merkten op dat ik ineens een hele maand in ziekteverlof was, veel mensen begonnen vragen te stellen of alles wel ok was? Maar hoe kan je zoiets zelf vatten, laat staan je wapenen tegen al die gesprekken? Het ging echt nog niet!

We werden vrijdag in het ziekenhuis verwacht, eerder om te bevestigen wat we al wisten, en nog de meer gespecialiseerde uitleg te horen.

Daar klonk het niet veel beter natuurlijk. Het is heel raar hoe de dokters spreken, ik ken ze ook al van de vorige keer é, en de toon ligt nu toch heel anders hoor. Veel ernstiger en ze wikken en wegen hun woorden heel voorzichtig. Deels natuurlijk ook omdat ze nog verder moesten testen doen, maar ze wisten wel al dat het foute boel is. Eigenlijk hadden ze nog niet eens zwart op wit de bevestiging dat die tumors kwaadaardig zijn, want de biopsie gebeurde maandag (drie dagen later), maar ja, die zitten er wel alle dagen in é, en aan het einde van het gesprek vroeg ik: luister, ik weet dat jullie nog nergens volledig ja of nee kunnen op zeggen, maar ik moet wel mezelf kunnen voorbereiden als er een behandeling volgt. En toen werd wel bevestigd dat een chemo zal opgestart worden, waarschijnlijk ten laatste een week na alle resultaten. Nogmaals de bevestiging dat opereren niet direct voor de hand ligt omwille van de plaats en grootte van de tumors, en de longen zijn van die gevaarlijke zones in de zin van: als je aan een tumor aankomt (zoals ze in de volksmond zeggen: eens het lucht gezien heeft…) is de kans groter dat ze beginnen te woekeren.
Maandag volgde er dus nog een biopsie van het gedeelte dat in de luchtpijp zit, en was het de bedoeling dat ze wel proberen al een stuk weg te ‘schrapen’ tegelijkertijd. Er volgde ook nog een PET-scan en een MRI van de hersenen (dienen om uitzaaïïngen te kunnen opsporen mochten ze er zijn) en een echo van mijn hart om te checken of er zich geen vocht rond het hart opgestapeld heeft, want dat zou niet goed zijn als de behandeling gestart wordt.
Wat we van dan af dus hoopten, was dat bijkomende onderzoeken op z’n minst positief zijn, zodat er wel minstens een behandeling kan gedaan worden. Cijfers of statistieken heb ik nog steeds niet te horen gekregen, weet ook nog niet welke chemo en zo, die info komt nog na de extra onderzoeken. In elk geval is het redelijk duidelijk dat het er niet goed voorstaat, en we gaan hier van hoop naar wanhoop in onze gedachten, een rollercoaster. Het dringt ook nog niet volledig door denk ik, het is een beetje veel tegelijk om het allemaal ten volle kunnen te vatten…

De gesprekken thuis gaan ook weer in alle richtingen. Er wordt concreter besproken van: wat als het verkeerd gaat met me? Sowieso kent David al een aantal van mijn wensen mocht ik overlijden, en deze worden dan nog es herhaald… En we hebben het ook over praktische dingen soms: zouden we niet beter trouwen? Zijn er andere manieren om het voor hem makkelijker te maken? Niet dat deze gesprekken heel lang duren, maar het kan wel om het te bespreken en dat vind ik wel belangrijk. Maar evenzeer zeggen we tegen mekaar dat het wel moet lukken, dat er geen andere keuzes zijn, dat we gaan vechten tot we er bij neervallen…

En wat dat vechten betreft: ergens heb ik nu ook wat rust in het hoofd, op één punt dan toch. Het onrustige gevoel waar ik mee zat sinds de vorige kanker, is nu wel weg. De angst dat het ging terugkomen, en die me constant bezig hield, het gevoel dat het verhaal nog niet ten einde was: dat is nu natuurlijk wel weg, de bevestiging is er dat dat zesde zintuig (helaas hierovr toch) toch weer gelijk had. Steeds de gedachte: dit is nog niet ten einde, is nu een gevoel geworden van: nu is het de laatste keer, het laatste gevecht, daarna stopt het. Zonder voorgevoel over de afloop, wel een gevoel van : nog één keer meisje, nog één keer… Hoop alleen dat het op een positieve manier stopt é.

Wat me tot nu toe heel moeilijk valt, is het verdriet rondom mij… Als mensen waarvan je houdt, pijn en verdriet hebben, doet dat bij jezelf ook pijn é, je wil dat niet. Als je dan ook nog eens beseft dat dat verdriet er is omdat jij zo ziek bent, dat steekt serieus, soms is het alsof ze mijn hartje uit mijn lijf scheuren, voel me zo machteloos dat ik bij hen dat niet kan wegnemen, dat ik daar zo weinig kan aan veranderen… Velen zeggen me dat ik dat als een troost moet zien, en dat doe ik ook hoor, het doet ook deugd te merken hoeveel men van me houdt, ik weet dat ik moet vechten voor hén allemaal. Maar ik zie en hoor en voel het verdriet overal rond me heen, ik denk vaak dat zij beter beseffen dan ik wat er aan de hand is…

Ik maak me ook grote zorgen om David: die jongen staat er nogmaals voor om me dagdagelijks hier doorheen te halen, kan terug thuiskomen van z’n werk in een sfeer van ziekte en dingen die moeten geregeld worden, en het is voor hem ook koffiedik kijken wat de toekomst betreft. Mocht ik wegvallen in z’n leven, wordt het voor hem een pak moeilijker, op alle vlakken. Hij zou misschien ons huisje en tuin waar we samen zo van genieten moeten opgeven, het zou financieel nog een pak moeilijker voor hem worden, hij heeft ook weinig vrienden om op terug te vallen. Ik merk wel dat hij op z’n werk een paar collega’s heeft die regelmatig met hem praten, en tot hier toe zijn ze wel begaan en krijgt hij een dagje verlof als het nodig is om mee te gaan naar het ziekenhuis en zo, maar toch… en de familie denkt ook veel aan hem hoor, zowel die van mij als de zijne, iedereen weet dat het nog een pak moeilijker zal worden dan de vorige keer, en uiteindelijk is er nu ook al een diepere band met hen dan twee jaar geleden, toen we pas samen waren. Ik zou niet graag in z’n schoenen staan, hij is weer een groot steunpunt voor mij nu, doet dat met heel veel liefde, en toch zit hij ook zelf met zoveel verdriet en vragen.

Moet wel zeggen dat de liefde er terug groter op geworden is, niet dat het niet goed ging tussen ons, helemaal niet!, maar we draaiden terug zoals zovele koppels mee in de draaimolen van werken en huishouden en boodschappen en de dagelijkse beslomeringen, wat zorgt dat je soms mekaar wat ‘vergeet’. Die onnozele maatschappijverplichtingen zijn weer naar de achtergrond verhuisd, en we zijn weer veel knuffelachtiger en we staan als koppel weer meer op de voorgrond, we genieten van de momenten dat we samen zijn, op onze eigen rustige manier. Pas op, er wordt hier ook nog gelachen en zo hoor, meestal met gitzwarte humor, en alle dagen laten we een beetje tijd om te bespreken wat ons bezig houdt, zo spontaan… Z’n ontspanning vindt hij in de tuin, en daar ben ik blij om: hij kan daar z’n stress in kwijt, de beestjes lopen buiten bij hem dan, hij wiedt het onkruid of rijdt het gras af, terwijl ik aan het rusten ben, zorgt dat de bloemetjes en plantjes mooi kunnen groeien. Kleine dingen die zowel aan hem als aan mij plezier doen, en ik besef nu dat verhuis van vorig jaar een supergoed idee geweest is. Hier hebben we de tijd en ruimte om onszelf te zijn, zonder al de storende factors die we in het vroegere appartement hadden. Ik herinner me de slaande deuren, luide muziek en ruzies van de onderburen toen ik doodmoe van de chemo op de zetel lag, de hitte in de kamers op warme dagen, de mankementen die de huisbaas nooit kwam repareren… Het zijn misschien kleine dingen, maar ben blij dat ik deze keer in alle rust en zonder die stress in je eigen huis, me kan voorbereiden op de behandeling, en thuis nu echt het gevoel heb te zijn waar ik hoor te zijn…

09-06-2013
Verjaardag David
Het weekend: we hebben aan onszelf beloofd er een zo-leuk-mogelijk weekendje van te maken, nog even vergeten wat er speelt, en geniet van de tijd dat ik me nog relatief ‘goed’ voel, nog niet denken aan wat er binnen een week of twee gaat beginnen. Uiteraard kan je de knop niet volledig afzetten, maar met de steun van onze familie en wat medewerking van het zonnetje is dat toch redelijk goed gelukt!

Heb het geluk dat de antibiotica en de pijnstillers die ik van de dokter gekregen had, mijn klachten een beetje verlichten, voel me beter dan twee weken geleden. Ik heb meer adem, minder hoestbuien, en ik klink al niet meer zoals dat varken dat geslacht wordt. Ik krijg er hoop op dat ik toch nog een weekendje met de kids kan zijn, had vorige week gepast voor het bezoek, en David was hen alleen gaan opzoeken. Ze weten dat ik ziek ben, maar ik was er te slecht aan toe, ten eerste kon ik het fysiek niet aan om met drie kids bezig te zijn, maar wat me vooral tegen hield, was dat ze veel te hard zouden schrikken over hoe ziek ik wel was, en zich te grote zorgen zouden maken. Want ze zijn echt supergek op me, wat me veel plezier doet natuurlijk, maar het zijn zo’n gevoelige zieltjes, en dit is toch heavy om een kind mee te belasten. Dus wachten we nog even en hopen dat ik mijn ‘goede’ periode met die medicatie kan uithouden tot de behandeling begint, zodat ik nog wat leuke momenten met hen kan hebben, en hen zelf kan uitleggen dat Ilse terug ziek geworden is, en weer die medicijnen zal krijgen waar ik zo moe van ben… Hoop dat ze dan beter gaan begrijpen dat ik niet telkens mee op bezoek kan komen, of niet met hen ga kunnen spelen als ze hier bij ons zijn.

Wat het weekend betreft dus J Het was eigenlijk een leuk en ontspannen weekend hoor! De stress van het slechte nieuws hadden we grotendeels achter slot en grendel gestoken, zaterdagnamiddag zijn David z’n ouders onverwacht op bezoek geweest, iets wat niet zo vaak gebeurt: ze wonen toch ook meer dan een uur rijden van ons vandaan. We hebben in de tuin een apero-tje gedronken met wat knabbel-dingen erbij, gezellig met z’n vieren rond de tafel, genietend van het zonnetje. Ze waren die ochtend naar de vroegmarkt geweest, en hadden een cadeautje bij voor ons. Je raadt het nooit J

Twee mega-grote stukken biefstuk, zeker zo’n twee kilo! Ze weten dat ik niet zo vaak meer rood vlees eet omdat ik dat moeilijk kan kauwen, maar een steak kan er altijd in, en ben ik nog steeds gek op! En ze wisten ook van de vorige keer dat David me tot eten verleidde door dingen klaar te maken die ik écht graag eet, dus hadden ze ervoor gezorgd dat er voor de komende tijd meer dan genoeg lekker ‘krachtvlees’ in onze diepvries zit J Ze voelen zich ook redelijk machteloos en vinden het erg dat ze niet zo veel kunnen doen gezien de afstand, dus ik begrijp dit lieve gebaar zeker wel J Al heb ik wel tegen David al gezegd dat ze misschien wel kunnen helpen door bv een wasmand strijk mee te nemen en zo, wat ze toch met veel plezier zouden doen… het hoeft niet altijd met grote gebaren te zijn om te weten dat mensen er voor je zijn é, gewoonweg het signaal van die biefstuk, krachtvoer en energie, vond ik al zo lief.

En wat de ‘voedselbedeling’ betreft mag ik zeker niet klagen hoor J, de mama heeft ook vaak een diepvrieszak mee als ze op bezoek komt, waar dan allerlei verse soepjes of een vers klaargemaakte, gezonde maaltijd of zo inzit… Is dat niet een typische mamakloek-eigenschap: zorgen dat de kuikentjes gezond en lekker kunnen eten? J Dat wordt wel gewaardeerd zenne, als je eens weer een dag in het ziekenhuis gezeten hebt of andere dingen zitten regelen hebt, dat je dan ’s avonds niet altijd meer uitgebreid moet koken, maar toch gezonde en lekkere kost binnen krijgt… Want eerlijk gezegd is de laatste twee weken eten niet meer mijn sterkste punt, als je je niet goed voelt heb je vaak al minder honger, en als ik stress heb valt het me moeilijker om de moeite te doen om te eten, zeker als ik alleen thuis ben. Dat, gecombineerd met het feit dat ik al maanden heel erg op mijn suikerinname let en telkens toch een beetje vermagerde iedere maand, maakt dat ik nu schommel tussen de 59 en 60 kilo, wat in normale omstandigheden een goed gewicht voor me is. Maar ik zag aan de dokter gisteren dat ze het wat weinig vond (ja, met die behandeling erbij zal het er niet op beteren é). Onder het motto: iets is beter dan niets, heb ik zo kleinere dingen die toch je maag vullen in huis gehaald: bananen, yoghurt, suikervrije wafels, ontbijtgranen… dat zijn dingen waar ik toch sneller naar grijp dan een boterham met beleg, dus kan geen kwaad dat in de buurt te hebben J

Wat zondag betreft: mja, het was de verjaardag van David é… En we hadden ook nog de verjaardag van mijn mama te vieren die twee weken ervoor gevallen was. Nadat we het slechte nieuws laten weten hadden woensdagavond, had mijn broer voorgesteld of we zondag zouden willen langskomen bij hen voor een barbecue onder ons, ter gelegenheid van beide verjaardagen, maar vooral om gewoon nog eens gezellig onder mekaar te zijn. Hij en m’n schoonzus waren beetje verlegen rond dit voorstel precies, of toch over hoe het zou overkomen, maar voor ons was het een godsgeschenk! Dat was nu net wat we konden gebruiken na deze zware weken, en ik keek er énorm naar uit! Het leek me ook goed om nog leuke herinneringen bij op te doen als extra motivatie, want eenmaal de behandeling begonnen, zal zo’n gezellig-samenzijn er niet direct meer inzitten…

Het was een zalige dag! Lekker weertje buiten, niet te warm maar wel met een leuk zonnetje, rustig aan een aperitiefje gedronken en wat cadeautjes uitgewisseld, en daarna gezellig aan tafel eten en praten en nog eten en nog praten, en nog eten en nog praten… J

Iedereen was rustig, kalm, ontspannen, in een goede sfeer, er is niet veel over de ziekte gezegd, wat we op voorhand al afgesproken hadden. En dat deed zo’n deugd!!

Na een tijdje was David de bloemetjes en zo aan het bewonderen in hun tuin (ja, hij heeft die groene vingers echt goed te pakken nu!) , en ineens zegt hij: schat, kijk eens hier! Hij toont me een klavertje vier, dat hij net gevonden had in het gras… Iedereen stond half verbaasd naar dat klavertje te kijken, en het maakte ons allemaal heel blij! Het is met veel zorg in keukenpapier gerold, en ligt nu gedroogd in onze uitstalkast, samen met twee engelbewaardertjes die ik twee jaar geleden van de mama gekregen heb. Laat het daar maar doen wat klavertjes –vier horen te doen J Voor ons was het een extra positieve push van de dag, en eerlijk gezegd: ik ben die avond gaan slapen met een gelukkig gevoel…

10-06-2013
Bronchoscopie
En toen was het weer tijd voor enkele ziekenhuis-momenten é…

Maandag stond de biopsie op het programma, wat ze doen dmv een bronchoscopie (een cameraatje in een buisje, en daar zit ook een klein tangetje in waarmee ze weefsel kunnen nemen. Daarmee gaan ze in je longen, en ze gingen alle vier de grote vertakkingen die van je luchtpijp naar je longen gaan, bekijken. Gezien daar ook een van de grotere tumoren zit, gingen ze daar weefsel uit nemen om te testen, en misschien nog een gedeelte ervan extra wegschrapen, om me al wat meer adem te geven). Op voorhand was me gezegd dat dit geen aangenaam onderzoek was, maar dat het eigenlijk te vergelijken was met een gastroscopie (dan gaan ze op eenzelfde manier in je maag kijken). Nu, zo’n gastroscopie had ik twee jaar geleden moeten doen, en ik herinnerde me dat ik daar op voorhand enorm bang voor was, maar dat dat uiteindelijk wel heel goed meeviel. Dus ik was niet echt nerveus voor het onderzoek, wist dat het effe lastig ging zijn, maar het duurde ook maar zo’n 15-20 minuten. Stoer als we zijn zag ik dat wel zitten, piece of cake, no worries…

Was echter wel blij dat ik niet alleen hoefde te gaan: de mama had een dagje vrij en was met me meegegaan. Moet zeggen dat ik deze keer toch meer nood heb aan begeleiding als ik naar het ziekenhuis moet. Op zich ben ik een redelijk sterke qua onderzoeken en de gesprekken met de dokters en zo, maar ik zou er moeite mee hebben om met de bus tot daar te geraken, of zelf met de wagen te moeten rijden. Ik voel dat ik nog maar op zo’n 50% van mijn krachten draai, vooral gebrek aan vlotte ademhaling haalt je echt naar beneden op dat vlak. En als je heel eerlijk bent, alleen is maar alleen é, en soms, zelfs al ben ik er 37, voel je je toch een klein meisje in een grote, scary omgeving hoor…

We moesten effe wachten in de wachtzaal, de dokter had wat vertraging, en ik merkte wel aan de mama dat die wat nerveus was. Maar zelf had ik er nauwelijks bij stil gestaan dat het effe toch minder aangenaam ging zijn, bij scanners en MRI’s heb je maar gewoon gaan te liggen en spuiten ze je wat spullen in, en meestal moet ik dan moeite doen om niet in slaap te vallen op die tafels. Maar dit is natuurlijk wel iets anders. Toen ik eindelijk binnen mocht gaan, was ik blij: we zouden bijna terug naar huis kunnen! Ik herkende de verpleegster van één van de vorige onderzoeken twee jaar geleden, wat ook al een beetje een geruststelling gaf, want vond dat toen nog wel een aangename dame J Ik kreeg een klemmetje rond mijn vinger geschoven die m’n hartslag en zuurstofgehalte mat, en ze zeiden me: als je het gevoel hebt niet genoeg zuurstof te hebben, is dat een vals gevoel: we houden alles heel goed in ’t oog, en als het nodig is, hebben we een slangetje klaar om je via je neus of mond zuurstof bij te geven.

Men begon eerst met overal verdoving te spuiten: in mijn neus, in mijn keel, nog es in de neus. Viel op zich allemaal nog wel mee, en één van de verpleegsters zei me: dit is eigenlijk het meest onaangename gedeelte. De verdoving via de neus is niet alleen via een spray-tje, ze gaan ook met een tubetje door je neus om het ganse kanaal te verdoven. En ik dacht: oh, als dit het ergste is… komt goed!

Verdoving moest effe inwerken, en ondertussen legde de verpleegster me uit wat ze juist gingen doen, op een kast hing een foto van de longen en daarop gaf ze de volgende uitleg: Ze wees op de luchtpijp, en telkens twee grote vertakkingen die van je luchtpijp naar je longen gaan. Dus vier grote vertakkingen die ze gingen nakijken, naast de luchtpijp natuurlijk, en telkens ook een stukje weefsel daar nemen. Ok, begrepen!

Na een paar minuten ging men eraan beginnen: men ging proberen langs de neus in mijn keel en luchtpijp te gaan, gezien dat het meest comfortabel voor me zou zijn. Maar dat plan moest al snel wijken: ben heel gevoelig voor bloedneuzen, en na twee keer proberen de doorgang te vinden, had ik al prijs. Dus over naar plan B: via de mond, wat ‘beetje lastiger’ is, ze steken dan een ‘bijtstuk’ tussen je tanden, zodat je nauwelijks je mond kan bewegen: slikken en zo is haast niet te doen. En langs dat stuk gaan ze met de camera naar binnen. Maar dat was nog niet het ergste: ze spoten heel vaak een vloeistof (ik dacht verdoving) mee naar binnen, en telkens had ik het idee dat ik ging stikken, het voelde alsof ik niet kon slikken, niet kon ademen, en begon te panikeren omdat ik dacht dat ik stikte. En die neus bleef ook maar bloeden tussendoor. Ik kreeg de paniek moeilijk onder controle, het was echt énorm onaangenaam, heb zeker drie, vier keer zo’n aanval gehad, alvorens ik mezelf min of meer kon bedaren. De verpleegsters probeerden me gerust te stellen, maar op de duur hoorde ik nog nauwelijks hun woorden, dus af en toe riepen ze wel es op me. Ondertussen zal die camera in de longen, en telkens als ik in paniek schoot, begon ik zodanig hard te bewegen dat die dokter natuurlijk ook niet verder kon, en zo schoot het onderzoek natuurlijk ook niet op. Denk dat het de combinatie was van sowieso al veel moeten hoesten en kort op de adem zijn, en dan de hinder van dat onderzoek er bij, dat ik echt over mijn toeren gegaan ben. Had tot dan toe ook altijd al mijn angsten en gedachten naar de achtergrond zitten schuiven, nu leek het alsof alles in één keer tot me begon door te dringen: als ik deze ziekte verder moest laten z’n werk doen, zou ik uiteindelijk stikken! En als er twee dingen zijn waar ik als sinds mijn kindertijd enorm bang voor ben, is ooit te moeten sterven al stikkend of verdrinkend. Daar zijn ook wel weer redenen voor, maar bon, het gaat hier over dat onderzoek é J Uiteindelijk is het me gelukt, na een kwartier of zo, om ‘redelijk’ rustig te blijven en de man z’n onderzoek te laten doen. Ik telde de keren dat ik die kabel voelde verschuiven: ik wist dat ik bij 4 bijna aan het einde zat (die vier vertakkingen é), en ik hoorde de dokter na een tijd zeggen:  zou graag wat extra weefsel wegschrapen in die luchtpijp. Ik wist dat dat ergens de bedoeling was, in de hoop het me achteraf wat comfortabeler te maken, maar op dat moment ben ik heel erg beginnen nee schudden met m’n armen. Het moest echt stoppen, als men dat per se wou doen, dan maar een andere keer, maar met verdoving zodat ik in dromenland ben!

Na het onderzoek ben ik nog een half uur denk ik, op die stoel moeten blijven zitten, ondertussen een ganse doos tissues aan het opbruiken door die bloedneus die maar niet stopte. Ze wilden zeker zijn dat mijn hartslag en zuurstof terug op peil was, en dat ik rustig was, voor ze me lieten gaan. Mocht de eerste tijd ook niet eten of drinken, wegens die verdoving in de keel kon ik moeilijk slikken, en me nu nog verslikken in drinken of zo zou ook geen deugd gedaan hebben!

Toen ik eindelijk buiten mocht, was ik zó blij m’n mama te zien (ja, dat kleine meisje van 10 dat boven komt soms é), maar zag direct aan haar gezicht dat ze het moeilijk had. Oh nee, ze had dat allemaal gehoord!  Was toen al lang blij dat ze niet mee binnen mocht in de kamer, denk dat ze het moeilijk zou gehad hebben om zich er niet mee te gaan moeien J  Maar ze zei me wel dat ik blijkbaar geluk gehad had met de arts: wegens zwangerschap van de arts die dat gewoonlijk doet, was er een vervanger uit een ander ziekenhuis, en bleek deze de beste in deze onderzoeken te zijn. Moet wel zeggen dat die man inderdaad hééél rustig gebleven is, en zelfs als ik me niet stil kon houden, toch probeerde verder z’n werk te doen.

Maar sowieso staat één ding vast voor me, en geloof me dat de dokters het al weten: dit doe ik nooit meer als ik wakker ben!  Zit al twee jaar in deze ziekenhuismolen en heb al veel verdragen, maar dit was er toch nét iets over voor mij…

Achteraf las ik op internet verhalen van anderen die dit onderzoek gedaan hadden, velen waren er positief over, net zoals ik dacht over die gastroscopie. Maar voor mij viel het toch zwaar tegen… En las nu ook waar die vloeistof voor was die ze steeds maar inspoten: ik dacht dat dat verdoving was, maar bleek vloeistof te zijn die ze daarna weer ‘opzuigen’ met hun naalden, om zo stoffen in je longen te kunnen testen.

In elk geval nu opgelucht dat de andere onderzoeken terug scanners en zo zijn, dat zou haast iets worden om naar uit te kijken nu!

12-06-2013
PET scan
Maandagavond kreeg ik een bericht van mijn oudste broer:  of ik graag had dat hij met me meeging naar het onderzoek op woensdag? Het verhaal van de bronchoscopie was snel tot bij hem geraakt, en wist dat ik woensdag nog een onderzoek had. Best wel lief é J

Dus woensdag samen met hem naar het ziekenhuis, waar we zowat een halve dag gezeten hebben…

Een PET-scan is sowieso al tijdrovend: duurt zo’n twee uur, waarvan je dan een kwartiertje effectief onder de scanner ligt. Maar eerst krijg je een infuus, dan gaan ze je oplossing klaar maken, komen ze die met een machine inspuiten (is radioactief materiaal, gemengd met glucose), dan moet je een uurtje dat laten inwerken, en dan word je opgeroepen voor de scanner zelf.

In het ziekenhuis aangekomen, deden ze eerst een test van mijn bloedsuikerspiegel, die toch nog redelijk hoog was, en moest ik doorgeven wanneer ik mijn laatste medicatie genomen had. Moest normaal al om zes uur ’s ochtends die nemen, hadden ze me gezegd, maar was beetje laat wakker geworden, en had ze rond 8u pas ingenomen. Gezien de scan om 11u gepland was, dacht ik dat dat wel ok ging zijn. Maar dat was dus niet: ze konden de voorbereidingen pas starten 4u na de inname van de medicatie. Ik dacht dat dit draaide om mijn suikerspiegel die nog hoog genoeg stond, maar krijg die zelden lager met m’n medicatie, dus vertelde hen dat. Maar het had een heel andere reden: zo lang die medicatie niet volledig uitgewerkt is, kan de scan een vertekend beeld geven in de resultaten: ze zouden kunnen tumors zien waar er geen zijn, of net omgekeerd: tumors die er wél zijn, niet opmerken. Oh, ja, dat is dus niet de bedoeling é.

Dus zijn we een beetje de omgeving van het ziekenhuis gaan verkennen, alvast wat ontbijtkoeken gekocht voor na het onderzoek (want honger heb  je wel regelmatig als je zo die onderzoeken doet, de helft is op nuchtere maag é) en iets gaan drinken in een soort marokkaans thee-huis. Dat vind ik nu soms wel nog leuk door in Brussel in het ziekenhuis te zijn: zal nooit uit mezelf in Brussel of zo gaan winkelen, dat is me te druk, maar als je er dan toch tijd moet doden, kom je wel eens op plaatsjes die je anders niet zou kennen… Voor de Brussel-kenners onder ons: het ziekenhuis ligt vlak aan de Marollen, en ook niet ver van de Matongé-wijk, en ik moet zeggen dat ik wel van die sferen daar hou J

Nog een extra voordeel, als je niet alleen gaat toch, is dat je wel wat tijd hebt om bij te praten over de dingen, iets wat een mens sowieso veel te weinig doet. Zelf had ik niet zo veel te vertellen tegen mijn broer: hij wist wat er gaande was, en dat het wachten was op alle resultaten voor meer nieuws, en ik had echt geen zin om doemscenario’s en dergelijke te bespreken. En als je ziek bent, steek je niet veel uit é, dus heb je het dan ook niet over wat je die week allemaal gedaan hebt. Dus heb vooral veel geluisterd naar wat hij te vertellen had, en dat heeft me zo’n deugd gedaan! We wonen nogal ver uit mekaar, en chatten wel en bellen wel eens, maar als je zo es een ganse dag samen bent, is het toch veel leuker en gaan je gesprekken ook dieper é. Dus dat is dan wel een voordeel van het ganse gedoe…

We zijn dan tegen het aangegeven uur terug naar het zoekenhuis gewandeld, kreeg ik een pilletje tegen het hoesten ook, wat prima z’n werk deed! Tot ik volledig plat onder de scanner moest gaan liggen, en toen was ‘niet hoesten’ want ‘niet bewegen’ niet meer zo evident. Maar ik probeerde de hoest dan wel in te houden tot ik hoorde dat de machine effe niet zo veel deed (je hoort het wel als er foto’s genomen worden), en vroeg achteraf of de beelden ok waren, voor alle zekerheid. Want de laatste vijf minuten had ik niet echt stil gelegen! Maar alles was in orde, onderzoek was goed verlopen, en we mochten beschikken.

Hehe, einde van de onderzoeken voor deze week, de rest is voor volgende week!

16-06-2013
Zwemmen, zwemmen!
Moet zeggen: met die PET-scan en vooral die bronchoscopie die er deze week was, was ik vooral blij dat ik enkele dagen ‘ziekenhuisvrij’ was. Resultaten mochten pas maandag opgehaald worden, dus ik had vier dagen verlof J

Maar wist eigenlijk niet dat ik in die vier dagen, en daarna eigenlijk ook nog hoor, zo veel zou zwemmen… Zwemmen in liefde, echt waar!

Maandag na de bronchoscopie, zei de mama tegen me dat ik donderdagnamiddag vrij moest houden. Maar ze wou niet zeggen waarom. Nu ben ik eigenlijk wel een beetje dubbel met verrassingen van die aard: ik hou enorm van een verrassing, maar ik weet ook graag waar ik aan toe ben, een dag waar ik zelf geen overzicht over heb, word ik nogal onrustig van. En ja, vragen en zagen doe je toch é J Nee, we gingen niet ergens naartoe. Nee, het was niet vermoeiend voor me, integendeel. Ik moest geen enkele moeite doen, maar alles werd wel voor me geregeld, en ik zou er hopelijk wel van genieten en het leuk vinden! Mja, ik had me denk ik een beetje een beeld gevormd, en was dus wachten tot donderdag om te zien of dat klopte of niet é J

Redelijk op tijd komt de mama hier aan, met de stiefpapa, met een volledig menu voor twee, liefdevol klaargemaakt stond er expliciet bij J, om een romantisch etentje voor twee te kunnen hebben zonder al te veel arbeid op voorhand. Ok, dat was zeker al goedgekeurd!

En even later arriveerde de tweede verrassing van de mama, een goede kennis waar ze mee geregeld had dat die me een massage-aan-huis kwam bezorgen. Oooohh!! Dat was super, ik zweer het je! Bijna drie uur ben ik overpampeld en gemasseerd, waar het pijnlijk werd werd er overgeslagen, maar voor de rest écht van kop tot teen, gezichtsmassage incluis. Nu zijn dat voor mij echte luxe-dingen die ik me eigenlijk zelden permitteer, dus het genieten was dubbel! Toen alles afgelopen was, en ik van die tafel stapte, overviel me een gevoel dat ik al maanden, en ben er zeker van al jaren (van voor de andere ziekte) niet meer gekend had: ik voelde me mega-kiplekker, bruiste van energie, kon bewegen alsof ik volle vrijheid had, heel bizar om te omschrijven allemaal, was me allemaal zo vreemd en tegelijk herkenbaar, maar alsof een flash-back in time… Precies of ik écht een nieuw lichaam had om effe in te vertoeven.

Het raakte me enorm dat dit me overkwam: zoveel mensen die zoveel tijd en energie in me steken, om me een aantal uur van goed-zijn te kunnen geven op zo’n lastige dagen, een plezier te kunnen doen, je last wat te verlichten. Ik werd er ook helemaal emo van, klein hartje soms… En als je overloopt van verdriet, begin je te wenen en laat je dat dan op die manier wat los. Maar overlopen van liefde en dankbaarheid en blijdschap, heb ik minder ervaring mee, dus was echt beetje dubbele week hoor!  Nu ik het neerschrijf, krijg ik er terug traantjes van in de ogen, ook omdat er daarna nog grotere en kleinere momenten van verrassing en emotie waren, en die zijn er eigenlijk nu nog. Ik kan niet meer tellen hoeveel berichtjes ik krijg, hoeveel mensen aanbieden iets te doen als ze kunnen…

Zaterdag was er nog een leuke verrassing hoor: de kindjes en de ouders van David kwamen op bezoek, en ’s middags eten, en we waren zo wat voorbereidingen aan het doen. Allez, eerder David, ik mocht niet veel doen. Want ondanks de vernieuwde Ilse de donderdagavond, was de vrijdag een heel pijnlijke dag geweest, en we wisten dat de namiddag ook wel vermoeiend zou zijn… Uiteindelijk (stilzitten en een ander zien werken als ik me ni volledig ziek-voel, is vree moeilijk zenne!!) was ik begonnen met de borden en bestek klaar te zetten om de tafel te dekken, bezoek ging toch een uurtje later arriveren. Ik vroeg hem de stoelen klaar te nemen zodat ik niets meer aan de tafel moest bewegen eenmaal gedekt, en toen begon ik zo wat twijfel op z’n gezicht te zien. Dacht van : allez, toch ni moeilijk: zeven mensen = zeven stoelen, waarom treuzel je zo? Maar ik zei zo ni direct veel, alleen : we zijn toch met zeven, zoals anders, en gewoon praktisch verder gedacht. En hij zei zo: ja, ma zou kunnen dat er nog mensen op bezoek komen, maar nu vind ik het erg da ik da moet zeggen, want dat mocht jij eigenlijk niet weten!!

Ik viel bijna op de grond van ’t verschieten, niet dat er nog bezoek ging komen, en wist nog steeds niet wie… Maar dat David blijkbaar al een week zijne mond aan ’t houden was over iets als verrassing voor me, en dat ik daar dus echt niks van gemerkt heb é. Uit het verleden heb ik vaak gemerkt dat met mijn speurvragen en zijn moeilijkheden tot zwijgen, ik vaak al het cadeautje wist nog voor het goed en wel op tafel stond, als het om een verjaardag of zo ging. Hij is vaak enthousiast en wil dat delen, en kan dus moeilijk zwijgen J En nu! Al een ganse week! Niks gezegd, niks laten merken, dat is mijn ventje niet é! Moet hem heel zwaar gevallen zijn, zeker als ik er op terugdenk. Want ik was niet direct zeker wie het bezoek ging zijn, maar hoopte heel erg op mijn beste vriendin die aan de kust woont, en mijn petekindje. Want die miste ik enorm, en had dat al bijna alle dagen aan hem gezegd, en telkens was ’t zo van: weet het, maar is ni simpel é, afspreken. Nee inderdaad, we zien mekaar niet vaak, alleen was het wel een gevoel van ‘ik heb er nood aan even onder hen te zijn’ waar ik al de hele week last van had. Had hij dit dan allemaal zitten regelen, zeg, ben er nog niet goed van! J

Het deed me enorm veel plezier om, al was het maar enkele uren (en achteraf bekeken was het hier al druk en vermoeiend genoeg hoor) ze bij me te hebben! Ik geniet zo enorm van mensen waarvan ik hou, nu meer en meer opnieuw, ik zou ze liefst van al allemaal een plekje geven hier in huis, zodat ze altijd bij me kunnen blijven. Weet dat dat een utopie is é, maar zo voel ik me vaak nu: ze zo dicht mogelijk bij me willen hebben en houden… En is dat dan net niet waarvoor we weer alle moeite aan het doen zijn?

Zo’n opkikkertjes als deze geven daar natuurlijk nog eens een extra motivatie toe é!

Wil nog lang blijven zwemmen op deze manier, het is aangenaam warm, zoveel liefde om je heen, en zoveel stress van buitenaf die aan je voorbij gaat, alsof je allemaal buffertjes rond je hebt die je beschermen voor waar je je zou kunnen pijn aan doen. Ik hoop écht niet dat mensen ziek worden, ik hoop wel dat iedereen even zo’n gevoelens kan ervaren, want al zijn ze dubbel, ze doen deugd!!

17-06-2013
Eerste resultaten bijkomende onderzoeken
Spannend, afspraak in het ziekenhuis om te horen wat de bijkomende onderzoeken aan het licht gebracht hebben… Ik heb afspraak met de chirurge, die ik eigenlijk nu voor de laatste keer zal zien tot deze episode weer ten einde is, want eigenlijk volgt zij me vooral op in de keel en de mond… Daarna wordt alles geregeld via de pneumo-oncologe, maar waarvan ze me wel al verzekerd hebben dat ik met haar wel overweg zou kunnen, we zijn compatibel, zei men!  Hm, de dokters kennen me daar toch ook al een beetje J

Maar wat aan deze consultatie nogal vreemd was, was dat het voornamelijk een goed-nieuws-show was, of toch in de mate van het mogelijke.

Belangrijkste van alles: ik heb géén andere uitzaaïingen behalve wat er in de longen zit, maw: de kanker zit nog ‘lokaal’ in de borststreek. Dus mama, David, anderen: als ik er nu ineens weer zo’n rare opmerking uitflap waarvan je niet goed weet wat denken: NEEN het zit nog niet in mijn hoofd, mijn hersenen functioneren nog normaal, daar is niets mis mee, dit ben ikke gewoon, niet de ziekte J Want moet zeggen, met mijne rare humor soms, da’k hier vantijd raar bekeken word als ik er zoiets uitflap waar ik ni altijd eerst over nadenk J

Nog positief was dat mijn lichaam en mijn organen in heel goede staat zijn om aan de behandeling te kunnen beginnen: nieren, hart, lever, zelfs de longen (ja, dan wel waar er geen tumors zitten natuurlijk) zijn in heel goede gezondheid met het oog op wat ze gaan moeten verdragen. Toch een opluchting dat dat in orde is, want anders kon er niet veel begonnen worden, hé!

Wat wel minder was, was dat uit de biopsie niet onmiddellijk kon opgemaakt worden of het om een kleincellige of niet-kleincellige kanker ging en wat de juiste oorzaak is (is belangrijk om behandeling te bepalen), doordat de cellen eigenlijk al redelijk hard ‘vervormd’ waren door de tumor. Maw: het is geen jonge tumor meer die daar zit, heeft al redelijk wat aangericht aan die cellen, en dat vermoeden ze van de andere ook wel. Om dit nog verder exact te kunnen bepalen, lopen er nog testen in het labo, waarvan we dan donderdag wél de resultaten zouden hebben.

Verder was er op de PET-scan een letsel aan één van mijn ribben te zien, waarvan degene die dat verslag geschreven had, vermoedde dat het een breuk kon zijn. Wat niet verbazend zou zijn met al dat hoesten é! Maar op de scanner van de borstkas bleek dit dan weer weerlegd te worden: geen breuk te zien. Eerlijk gezegd stond ik hier niet verder bij stil, tot ik er ’s avonds begon over na te denken , maar bon…

Over het globale beeld werd eigenlijk niet zo heel veel gesproken deze keer, dit was de info die eigenlijk nodig was om te kunnen zien of de schade nog erger was dan wat we al wisten é.

Dus dan ga je toch met een beetje positief gevoel naar huis, hadden eigenlijk eerst een beetje euforie-gevoel, maar van die euforie waarvan je voelt dat ze beetje fake is, ken je dat? In elk geval toch een sms-je rondgestuurd naar de eersten in lijn die op de hoogte moesten gebracht worden, en kreeg wel blijde reacties terug natuurlijk, had me ook vooral beperkt tot wat nu eens goed nieuws was.

Later op de avond begon dat natuurlijk wat te zakken, en begon ik me terug vragen te stellen over dingen die we nu nog steeds niet wisten, of waar ik eerder niet bij stil gestaan had:

Dat gedoe dat op de PET-scan te zien was aan die rib, dat moet toch iets zijn dat er wel degelijk is? Als het geen breuk is, is het dan aantasting van de kanker?

Die niet-meer-zo-jonge-tumors: verdekke, ik dacht dat we er toch nog redelijk snel bij waren? Volgens de dokter zou de eerste tumor vermoedelijk ontstaan zijn kort voor het begin van mijn klachten: maw ergens rond nieuwjaar of zo. Vorig jaar in de zomer had ik een scanner van de borstkas gehad die ok was. Het kon dus max. één jaar oud zijn, maar ik vermoedde eerder rond de zes maand. En toch had dat ding niet echt stil gezeten é, het is een beetje een te snelle tumor naar mijn zin, of allez, ondertussen zijn het meerdere van die ettertjes é.

En zo ging er nog vanalles door mijn hoofd, en de euforie veranderde naar een tristesse, een gewoon erg triest gevoel, niet boos, niet kwaad, alleen enorm triest… Zonder dat ik de nood had aan wenen of zo é, maar weet je, als er zo iemand gestorven die je wel kent en een beetje een kennis is, maar je toch niet zo heel veel contact mee had? Dat dat toch een ganse dag in je maag zit, je toch effe je herinneringen met die persoon voor de geest haalt, en stiekem een beetje spijt had dat je die niet beter kende? Daar kon ik het wel mee vergelijken, en dat gevoel is toch lang blijven hangen, pas donderdag als ik naar de andere afspraak ging, begon het te zakken. Want dan zouden we weer ander nieuws krijgen, en ik hoopte vurig dat ik mijn omgeving niet blij gemaakt had met een dooie mus…

20-06-2013
Laatste consultatie voor de behandeling start!
En hopelijk komen we nu eindelijk alles te weten wat we nog niet wisten, en vooral: wordt er actie geregeld om die etters beginnen aan te pakken, want onderzoeken is allemaal nodig en ben blij dat ze ze doen, en snel doen, maar ondertussen blijven die klootzakjes maar doen waar ze zin in hebben, en ik begin nu toch stilaan zin te krijgen om hen te laten merken dat ze in mijn lijf niet zomaar doen wat ze willen! Ja, ik kan nogal streng zijn als ’t moet!! Vind het al vrij frustrerend dat we ze er niet gewoon kunnen uitsnijden en ik dus voor een meer-dan-geduldige aanpak moet gaan, wil er nu wel stilaan aan beginnen ook… Als ik aan mijn tumors denk, zie ik ze als de slechte , lelijke ventjes die je ziet in een PACMAN-spelletje, die rond zich heen draaien en bijten en maar opeten wat ze kunnen. Awel, ik hoop dat die lelijkaards snel stoppen met op z’n minst al mijn ‘goede punten’ op te eten, zodat ik zelf nog genoeg puntjes kan halen om dit spelletje te winnen!

Heb dus kennis gemaakt met de pneumo-oncologe, en ja, denk wel dat we compatibel zijn J

Ze heeft me geantwoord op mijn vragen, ook de meest directe vragen, in de zin van: waar ze vrij zeker van was, heeft ze bevestiging in gegeven, zelfs in de slaagkansen. Alleen een periode durfde ze niet uit te spreken, maar ik begrijp nu wel dat dat ook heel moeilijk is, want het gaat echt leven worden van dag tot dag, van behandeling tot behandeling, van onderzoek na de behandeling, tot volgend onderzoek, en zo steeds weer verder beslissen wat er moet gebeuren. En of dat in stijgende of dalende lijn gaat gaan, kan niemand voorspellen, dus we weten wel: we staan er voor en we beginnen eraan, zonder een einddatum in zicht. Voel me alsof ik voor een grote reis sta, eigenlijk wel met een bestemming, maar niet wetende hoever weg die is en wat de gevaren zijn onderweg, of hoelang die duren zal. In gedachten denk ik bv aan een Christoffel  Colombus, die wist op voorhand ook niet aan wat hij begon, of de fouten en goede dingen die hij ging maken. Och ja, zoiets é J

Bon, effe over naar de gegevens en technische info é:

Over de resultaten van de kweek in het labo hebben we het niet gehad, was ik gewoon compleet vergeten. Ondertussen weet ik via andere weg wel dat het om een niet-kleincellige longkanker gaat, die onrechtstreeks wel te maken heeft met het feit dat ik die longkanker gehad heb, omdat het eenzelfde soort cellen zijn die aangetast zijn. En toch is dat niet de oorzaak, want in de tong en dergelijke is alles nog steeds pico bello in orde. Is een beetje onlogisch en moeilijk te begrijpen voor de gemiddelde leek zoals mezelf, maar het zal medisch wel zijn redenen hebben dit zo te kunnen uitleggen zeker?

Heb vrijwel direct cijfers gevraagd: die MOEST ik echt weten, ik moest weten waar de focus moest komen te liggen, ik denk dat ik daar eindelijk klaar voor was. Want vergeleken met vorige keer, ben ik deze keer heel terughoudend in het zelf opzoeken van informatie, ik hou het bij wat de dokters me zeggen. Ben veel te bang om dingen te lezen die toch niet opbeurend zijn, en dus vermijden we die nu!

Ze begon met de cijfers over: het beperken van de groei, wat me meer comfort zou geven, het verbeteren van de fysieke situatie in betrekking tot de hinder en de last: er is tot 80% kans dat ik daar verbetering in ga merken als de behandeling een beetje z’n werk doet. 80% klonk me wel met voldoening in de oren, had effe moeite met de vertaling om te snappen dat ze wel degelijk 80 zei! Volledige genezing, ja, da’s een andere zaak… Ze zei zelf geen cijfer, dus ik gaf aan dat ik in een klein hoekje van mijn gedachten de cijfers 2 tot 20% had, en ze zei: mja, inderdaad niet echt hoog, in uw geval zal het rond de 10% liggen denk ik. Ja, da’s weer zo : doef! é, en eigenlijk ook ni, want je wéét dat het geen gulle getallen gaan zijn. Alleen nu eindelijk een bevestiging krijgen, was toch zo van: merde, 10%, dat zijn geen cijfers om mee naar huis te komen é… Mama en papa zouden niet tevreden geweest zijn met zoiets op het rapport destijds!

En toen ik dan doorvroeg naar de termijnen die ik kan verwachten mits een aanslaan van een behandeling, of net niet: dat werd dus met een uitleg van: afwachten- nog niet weten – moeilijk te bepalen – ene patiënt is de andere niet – en nog zo van die dingen, vakkundig omzeild om er dus effectief een periode op te plakken.

Wat de behandeling zelf betreft: onder het motto ’als we dan toch bezig zijn: twee voor de prijs van één’:

Ze stelde een mix van twee chemo’s voor, twee toch wel zware gevallen. Taxotere en Cisplatine.

De Cisplatine is dezelfde die ik twee jaar geleden al leren kennen heb, de andere is nog een verrassing… ’t is wel nog afwachten of ik die therapie ga kunnen verdragen, want het geeft vaak problemen met diabetes en in mijn geval ook nog polyneuropathie, dat is beschadiging aan de zenuwen die ik al heb. Deze cocktail kan dit allemaal op hol doen slaan, en dan zouden ze moeten stoppen en overstappen op een minder krachtige. Vooral de Taxotere heeft de reputatie nog extra zenuwbeschadiging aan te brengen, alleen is het moeilijk in te schatten wat ze daar nu net mee bedoelen. Ik zei tegen de arts dat we sowieso met de meest aangewezen therapie moesten beginnen, en dit dus effectief proberen, en ik mijn best zou doen het zo lang mogelijk uit te houden, zelfs al zouden die klachten serieus verergeren. En toen antwoorrdde ze: ja, maar we gaan toch goed opvolgen en uw klachten bekijken, want als u op een punt komt dat u bv geen glas meer kan vasthouden…. Ai, ja, da’s precies toch ni zo aangenaam, en ik weet ook dat zenuwbeschadiging niet terug te draaien is. Dus afwachten en hopelijk gaat het nog wel op deze manier, dat geeft dan toch het best mogelijke perspectief.
Deze chemo zou ik om de drie weken krijgen als alles goed gaat, de eerste keer is nu dinsdag de 25e al. De courantste bijwerkingen zijn de meest gekende bijwerkingen (vermoeidheid en misselijkheid, slechte smaak, droge mond, allez ja, die doen nog wel een belletje rinkelen!)  van chemo é, maar in elk geval ga ik deze keer vééél harder moeten opletten voor infecties op te lopen, dus bezoek is niet te neig aangeraden. En als er bezoek komt, mag men zo’n maskerke opzetten al voor alle veiligheid. Dus zelf ook eens op stap gaan op een betere dag is ook ni echt een goed idee, al zag ik me dat toch ni direct doen zenne. Ik weet ondertussen van de vorige keer hoe laag je energiereserve is é… Hoop dat jullie begrijpen dat bezoek geen evidentie is nu, is lastig, ik weet het, maar het is al zo riskant als ik eens naar ’t ziekenhuis en zo moet gaan. Het meeste bang ben ik nu om een infectie op te doen die banaal voor anderen, fataal voor mij, kan zijn…

En onder het motto ‘als je ’t doet, moet je ’t ook goed doen’, gaan we voor Bold & Beautiful, daar zal die Taxotere wel voor zorgen. Denk wel dat mijn hoofdje qua vorm daar nog geschikt voor is, maar we hebben nooit écht kort haar gehad, dus nu gaan we ’t snel weten é!
So Demi Moore, Sinead O’Connor, Hale Berry: get out of my way, my turn now!
De reservatie bij de mama (is kapster geweest in een vroeger leven, en zo kan ik echt in alle rust thuis afscheid nemen van mijn lokken) is al gedaan om me eerst een fris kort kopje te bezorgen, zodat ik alvast een beetje kan wennen… Wil ni alle dagen plukken moeten bijeen rapen en wil mijn haar in een staartje als souvenir houden, dus is dit de beste oplossing é…

Een week of zo na de eerste toediening gaan ze al een foto nemen en zien we al een beetje of het ding niet voor extra infecties, problemen, complicaties of zo zorgt in de longen, en het wordt dan zo stap voor stap bekijken é. Ik hoop nu de drie toedieningen te kunnen volmaken, en dan doen ze vier onderzoeken voor een balans op te maken. En zo gaan we steeds opnieuw de dingen moeten bekijken en aanpakken zoals ze zich voordoen é, moeilijk veel op voorhand te voorspellen, dit is nu eigenlijk echt wel ‘van dag tot dag’ leven.

En ja, ik dacht eerst zo van: hey, de bestralingen die ik er vorige keer bij had: heb ik nu niet! Dus, redeneerde ik: ook niet bijkomende vermoeidheid daarvan, ook niet dat verbrande gedoe, zalfjes smeren, verbandjes plakken, die droge mond en die schimmels, die mondspoelingen, die degoutante smaak… Ik hoopte voorzichtig dat ik misschien eigenlijk vlotter hierdoor kon, om te beginnen toch?

Maar ik heb de bijsluiters (je kan er een document over vinden in mijn ‘favorieten’ op deze site) opgezocht en de neveneffecten van die Taxotere, en mannekes, dees spul staat me niet echt aan zenne! In één of ander artikel las ik: waarom is dit product goedgekeurd door de commissie? Antwoord: omdat besloten is dat de voordelen nog steeds opwegen tegen de nadelen. Mja, dat zal dan wel é. Maar als je de lijst er even bijneemt, geloof me, ik heb ni direct het gevoel  dat ik er sta voor te springen, want ondertussen zoek ik af en toe wel iets op, en iedere bijwerking die erop staat, zie ik berichten van op forums. Dus zullen ze niet echt uit de lucht gegrepen zijn.

Ma bon, ik probeer me te focussen op wat positief is: Nu heb ik zoiets van: 10% is géén 0%; en als de uitzonderingen voorbehouden worden voor de ‘speciale gevallen’, maak ik toch deftig kans, ni? Hoop is iets da moeilijk te doden is, gelukkig maar. Voor ene keer in mijn leven zou iedereen fier zijn da ik met een ‘buis’ van 10% zou eindigen, denk ik. En als ik ieder brandend kaarsje en gebedje waarvan ik weet dat ze veelvuldig voor me gedaan worden, bijeen tel, dan moet ik al bijna onsterfelijk worden!!

24-06-2013
Laatste dag voor de chemo
Tijdens het weekeinde en de maandag, heb ik eigenlijk niets anders gedaan dan gerust, en een minimum aan sociaal contact ingelast. Ik voel meer dan genoeg aan mijn lichaam dat ik niet veel anders meer aankan dan dat. Soms, als ik iets gegeten heb (pas op: dan moet je dat al klaar nemen, eventueel opwarmen, opeten: zelfs dat vraagt al wat inzet!) probeer ik wat spullen weg te zetten in de afwasmachine of zo, of durfde ik wel eens een machine wasgoed te draaien: ben ik ondertussen allemaal van afgestapt. Het lukt me gewoonweg niet meer om twee keer na mekaar te bukken zonder in een hoestbui te schieten, en als je echt al hoestend en proestend zo’n dingen gaat doen, ben je verkeerd bezig denk ik. Dus eigenlijk doe ik nu qua huishouden écht niets meer, en dan is toch wel wennen zenne. Je zit in bed of in de zetel, met vrouwen-ogen rond je heen te kijken. Ik probeer ze uit te schakelen, want ik weet wel dat iedereen hier z’n beste beentje voorzet, en ik ben nu eenmaal niet het gemakkelijkste karakter J

Doordat ik voel dat ik zo snel achteruit ga, begin ik eigenlijk wel te ‘verlangen’ naar de start van de behandeling, niet dat dat een kermisreis gaat zijn é, maar ik merk goed genoeg dat mijn lichaam alleen dit niet meer de baas kan, en ik begin me vragen te stellen hoe lang ik dit nog kan bevechten zonder die extra hulp van het ziekenhuis. Ik durf zelfs voor mezelf te bedenken dat, mocht de behandeling niet aanslaan , of ik ze niet kan krijgen om één of andere reden, ik misschien de jaarwisseling niet meer zie… Dat begint toch allemaal stilaan z’n doorslag te geven in het ‘opgeven’ van taken die compleet overbodig zijn eigenlijk, maar die ik wel nog per se wou afwerken.

Het schoolfeest van de kids heb ik spijtig genoeg afgemeld, dat vond ik echt erg, maar dat ging gewoonweg ni meer, David is alleen gegaan en heeft wel foto’s en filmpjes gemaakt J Het papierwerk dat nog moet geregeld worden is in handen van de mama, alsook is ze aan het kijken of er niet iets te regelen valt dat er hier dagelijks een uurtje iemand zou langskomen om zo wat een kleine verzorging van mezelf en wat kleine klusjes te kunnen doen, zodat niet alles op David valt als hij thuis komt van z’n werk, en ik zeker heb wat ik nodig heb overdag. Maar dat blijkt dan weer zoiets keiduur te zijn (twee inkomens en je mag al heel wat steun vergeten!), dus  ja…

Andere dingen is ze nog aan het navragen en zo, ben eigenlijk wel blij dat zij dat nu doet, ik herinner me van twee jaar geleden wat voor een geloop en tijdrovend iets dat allemaal was. Toen was ik eigenlijk niet zo ziet voor alles begon van behandelingen é, en lukte dat allemaal nog. Nu ben ik wel verplicht om te delegeren, maar ook dat begint te wennen.

25-06-2013
Chemo
D-day, of beter gezegd: C-day! Vannacht nauwelijks geslapen, een uurtje of twee, zouden het de zenuwen zijn? Heb gisteravond nog een leuke avond met vrienden gehad, en dat is wel wat aan het nazinderen geweest, wat goed was: zo dacht ik niet te fel aan deze dag!

Voel me eigenlijk niet echt nerveus, maar uiteindelijk bleek dat maar een vals gevoel. De mama stond hier al om half acht aan de deur, nog gauw een kaarsje doen branden en wat spullen klaar genomen, en vertrokken. De bedoeling is da ik de chemo in daghospitalisatie krijg, dus dat houdt in dat ik in de loop van de namiddag al terug naar huis ken, en ben eerlijk gezegd al aan het aftellen nog voor we goed en wel vertrokken zijn. Eenmaal in het ziekenhuis aangekomen, bleek het al half tien te zijn (druk verkeer altijd en is een heel eind rijden), maar daar hadden ze niet echt veel haast precies. Ik kreeg een kamer toegewezen, was al blij dat de mama bij me mocht blijven (vorige chemo’s kreeg ik steeds toen ik alleen was , in een opnamereeks van drie dagen), en dan was het wachten.

Wachten op een bloedafname (controle of alle waarden ok zijn, zodat ze geen chemo starten als ik er niet bestand toe ben), wachten op het aanleggen van het infuus, en de eerste spoelbaxters die er door moesten, wachten op één of andere dokter die nog wat uitleg kwam geven (wat dan een eikel bleek te zijn die me helemaal niet lag en waar ik geen fluit wijzer van geworden ben), pffff, allez, veel wachten…

Toen het bloed eindelijk genomen was, moest dat dus naar het labo voor onderzoek, en een uurtje later kwam de eikel melden dat er een waarde was die ze verder moesten bekijken, want dat die niet zo goed was. En de oorzaak daarvan kon ofwel de tumors zijn , ofwel een andere infectie die ik had. Dat verder bekijken duurde ook weer redelijk lang, ik begon toch stilaan ongeduldig te worden, en dat terwijl ik eigenlijk vrij geduldig ben geworden sinds de vorige ziekte…  Maar ’t is zo dubbel é: je bereidt jezelf voor op die hele bazaar, en dan kan het altijd nog op het laatste moment geannuleerd worden… Uiteindelijk hadden ze beslist dat ik toch de beide chemo’s kon krijgen, gezien die waarde al meer dan een maand te hoog staat, en ze dus vermoedden dat het sowieso van de tumors komt.

Allez, kunnen we er hier dan aan beginnen aub? Was al na de middag , was nuchter binnen gekomen, had honger, wou eten, ondertussen was de bloedsuikerspiegel al door z’n dak aan ’t gaan van de medicatie, allez ja, het mocht wel stilaan beginnen vond ik. Na het middageten diende zich eindelijk de verpleegster aan die de chemo ging toedienen, en daar was dan weer de volgende verrassing:

Komt die daar aangewandeld met een zak waarin ijszakken zaten die uit de diepvriezer kwamen, en die moest ik over mijn handen en voeten houden voor meer dan een uur (de looptijd van de Taxotere) ter bescherming van mijn nagels… Euh, wablief, ja, leg es uit? Had wel ergens op ’t net bij een bijsluiter daar iets van gelezen, maar dat stond al onderaan op de lijst, dus had ik daar niet echt aandacht aan geschonken. Taxotere is dus niet al te vriendelijk voor je nagels, zowel aan je tenen als je handen, als je ze niet goed verzorgt, worden die heel erg beschadigd en kunnen ze zelfs uitvallen. Dus moet ik tijdens het toedienen van het infuus deze ijszakken dragen, en daarna twee maal per dag mijn nagels verzorgen met een versterkende lak.  En dan zei ze: ik ben nog bezig met de lijst van de andere bijwerkingen, die zal ik straks dan met je overlopen. Het begon vanbinnen al ferm te borrelen zenne: niemand die van deze nagel-toestanden gesproken had, en wat ging er dan nog allemaal op die lijst staan? Heb ik niet het recht éérst te weten welke rommel ze me toedienen, alvorens het al in mijn lichaam zit? Maar de boosheid kwam voornamelijk later, als ik al thuis was, ik was eigenlijk al te hard overdonderd door alles. Maar ik weet wel één ding: als ik volgende week de oncoloog zie, gaan er een paar dingen duidelijk gemaakt worden. Heb steeds gezegd tegen iedereen: ik wil ALLES weten, en dan nemen ze je nog steeds voor een soepkieken? Niet met mij! Ik kan begrijpen dat sommige mensen hun kop in het zand willen houden en dat men hen niet echt alles volledig uitlegt, maar zo’n dingen maken mij nu wel pisnijdig se! Die verpleegster is uiteindelijk met haar volledige lijst van bijwerkingen afgekomen als die rommel al lang in mijn lichaam zat natuurlijk, en mocht ze nu voor me staan, ik weet niet wat ik nog zou doen… Er staan er toch een paar tussen waar ik ni echt naar uitkijk zenne…

Het toedienen zelf was ook een beetje van: what’s going on? Gezien grote risico’s op allergische reacties bij het toedienen van die Taxotere, moest de verpleegster zeker een half uur bij me blijven, en opvolgen. Zelf moest ik alert zijn op felle rugpijn, hoofdpijn, koorts, roodheid, uitslag, bon zo van die dingen waarvan je weet dat er iets niet klopt… Later liep die dan de kamer binnen en buiten, en mocht de mama waarneemster spelen van hoe het met me ging. Na een uur was dat infuus van die Taxotere eindelijk leeg (gelukkig zonder allergische reacties!), en kon de Cisplatine erin. Dat ging met veel minder blabla, een half uurtje en dat was ook gedaan, en dan moest er nog een spoelvloeistof van twee uur lopen, en mocht ik aan de pipi-marathon beginnen.

Want als je niertjes niet genoeg hun best doen , krijg je nog medicatie bij en zo, zodat je vlotter kan plassen. De nieren moeten immers na die toedieningen zo snel mogelijk gereinigd worden, om problemen te verkomen. Het was al half zes of zo als ik eindelijk van alles afgekoppeld werd en naar huis mocht, en ik kon er niet snel genoeg weg zijn, had het echt gehad voor die dag.

En de mama? Ocharme… Ik was zo nerveus de ganse dag dat ik geen twee seconden gezwegen heb, heb  van ’s ochtends tot ’s avonds aan het ratelen geweest tegen haar, denk dat haar hoofdje op ontploffen stond. En eenmaal thuis was het David z’n beurt En dat terwijl ik meestal te kort van adem ben om deftig te kunnen praten! Tot ik echt niet meer kon en de ganse dag effe moest laten rusten, in bedje gekropen, en eigenlijk een goede nachtrust gehad.  ’s Nachts droomde ik dat de vissen in mijn aquarium die Taxotere in hun water gekregen hadden, en dat ze ’s ochtends allemaal lagen te drijven op het water, dood.

Ja, moet zeggen: dat middel heeft me enorme angst aangejaagd, en durf nauwelijks gaan surfen op verdere info. Maar ga het wel doen, want ik ga me anders geen seconde op m’n gemak voelen bij al wat ik voel…

27-06-2013
Eerste chemo-ervaringen
small_2262296-96c50d6687702bb61d172523a83ceaca[1]En dan afwachten wat dat allemaal geeft é…En ik moet zeggen: ik vind het tot hier toe bizar eigenlijk.

Ik kan wel zeggen dat ik moe ben, ja hoor, ik slaap veel. Maar als ik wakker word, heb ik wel weer genoeg energie om een uurtje, soms twee, wakker te blijven. Iets te eten en zo tussendoor, mijn verzorging te doen. Dat verbaast me al vergeleken bij de vorige keer. Daar moet je je geen zotte dingen bij voorstellen hoor: dat is slenter van de living naar de keuken en terug, maar op een veel deftiger manier dan ik me herinner van twee jaar geleden. Toen was het eerder mezelf ‘sleuren’…

Waar ik nog heel blij mee ben, is dat ik nog honger heb, nog smaak heb, en nog niet ongezond geweest ben! Mijn suikerwaarden zijn wel redelijk hoog, maar al bij al heb ik er voorlopig niet té veel last van. Soms eens wat meer tintelingen in de handen en voeten dan vroeger, en het oorsuizen is ook weer wat erger geworden.

Wat me gisterochtend wel direct opviel: heel droge ogen! Mijn lenzen ga ik denk ik niet kunnen blijven dragen, die ogen worden droger en droger. En ook de mond is droger aan het worden.

Mijn spieren zijn ook wel pijnlijk, eerder zoals je een griep zou voelen opkomen en je lichaam dat aangeeft met spierpijn.

Maar voorlopig is dit zowat het belangrijkste op het lijstje, en vind ik wel dat ik me mag gelukkig prijzen reeds twee dagen op een ‘redelijke’ manier te bekomen van alles.

Maar, en dit is niet negatief denken, enkel realisme: laat ons niet te vroeg victorie kraaien: de meeste bijwerkingen begin je pas te merken na enkele dagen tot een week, of soms nog later. Herinner me ook van de Cisplatine dat er zelfs toen de behandeling reeds gestopt was, nog symptomen optraden die ik ervoor nog niet gehad had. Dus het is nu echt wel dag per dag bekijken, en blij zijn met ieder uur dat goed verloopt. Ben wel altijd ongerust als ik ga slapen, wat er gaat veranderd zijn als je wakker wordt. Want dan merk je het het hardste op. Gezien je dan zo’n vijf, zes keer op een dag wakker wordt….

Gisteravond viel de mama en de stiefpapa onverwacht binnen (moesten papieren regelen, maar denk dat ze toch ook wel eens wilden kijken hoe ik er aan toe was), en hebben we gelijk beslist de schaar in de haren te zetten ook. Volgens die verpleegster van dinsdag had ik zo’n 8 dagen voor de haren gingen vallen, en de tijd gaat wel snel. Dus nu lopen we met kort haar op piekjes, er is meer dan 30cm verdwenen, en de eerste keer sinds mijn jeugd dat ik kort geknipt ben. Maar moet zeggen dat ik het eigenlijk nog redelijk geslaagd vind, en als ik mijn facebook-vrienden mag geloven zij ook. Ofwel zijn ze gewoon lief voor me, wetende dat het er binnenkort toch weer anders zal uitzien.

Duim nog effe met me mee voor een paar goede dagen é, misschien kan ik dan zaterdag de kids een uurtje zien… Zou me veel plezier doen.

28-06-2013
Chemo-high / stoned as hell!
Allereerst sorry dat ik zo laat ben met het bijwerken van de blog, ik weet dat velen onder jullie komen piepen zijn. Het was niet enkel mijn volledige schuld J De pc heeft er een week de brui aan gegeven (eigenlijk doet hij dat al langer, zo soms eens ‘staken’ voor enkele dagen), alleen kwam het nu wel slecht uit natuurlijk. En tegen dat mijn broer hem terug aan de praat gekregen heeft, was ik eigenlijk beter aan het worden en ben ik zo egoïstisch geweest effe eerst van het mooie weer een beetje te genieten, en effe foert te zeggen tegen de ‘verplichtingen’. Want het schrijven van de blog voelde ook een beetje als een verplichting op dat moment:  zo van: allez, nu de pc weer werkt, aan de slag! Maar had eigenlijk geen zin in het graven in wat ik voelde en hoe het ging, heb een beetje rust in ’t hoofd nu, en wou dat zo houden. Nu kan ik niet achter blijven met alles, dus ben er nu toch eindelijk aan begonnen! Here goes….

De eerste twee dagen vond ik dus blijkbaar nog meevallen, als ik zo teruglees. Eigenlijk was dat min of meer wel zo , vergeleken met twee jaar geleden dan, of toch wat ik me er van herinner. Maar die herinneringen zijn nu voornamelijk van de laatste weken é, en die waren toch ook zwaarder dan het begin, dus misschien is dat ook wat vertekend. In elk geval: als ik vergelijk met nu, twee weken na de toediening, is het verschil redelijk wat groter.

De derde dag, de vrijdag, moest ik naar het ziekenhuis omwille van drie verschillende afspraken:

De endocrinoloog ging me verder helpen wat betreft de diabetes,en ik ging een volledige uitleg krijgen over de Port-A-Cath die ik bij de volgende chemo ga krijgen: wat dat nu juist is en hoe dat ingebracht wordt en zo. Ik had geregeld dat een goede vriend me ging brengen naar het ziekenhuis, ik kon dan de beide afspraken doen, en tegen dat David klaar was met werken, kon hij me komen ophalen. Zo hoefde niemand te wachten op me, en het waren toch niet echt zo ‘belangrijke’ gesprekken in de zin van slecht-nieuws-dingen.

Maar dat is toch zwaar tegen gevallen eerlijk gezegd, ik was die ochtend opgestaan, en ik raakte precies niet wakker. Heb iets klein gegeten en me aangekleed, en voor ik het wist lag ik terug in slaap. Even wakker geworden en m’n wekker geprogrammeerd zodat ik toch o ptijd klaar zou zijn om naar het ziekenhuis te vertrekken, en weeral zzzz. Heb me echt moeten forceren om op te staan die dag, en was blij als mijn vriend er was om te kunnen vertrekken, ik droomde er al van om terug te zijn. Had een kussentje meegenomen, zodat ik wat kon rusten in de auto of dode momenten in het ziekenhuis. Maar amai, ik had echt mezelf onderschat: ik voelde me mega-gedrogeerd en had echt moeite om helder te denken en wakker te blijven. Dat laatste lukte nog net, maar mijn hoofd was echt één grote waas en ik wist nauwelijks waar ik was. Aangekomen aan het ziekenhuis bv, was mijne kameraad de auto gaan parkeren, en ik ging al te voet naar het ziekenhuis verder (dat is dus 100m of zoiets). En ik moest me echt concentreren hoe ik moest stappen, waar ik moest oversteken, en was ondertussen me niet echt bewust van het verkeer en zo rond me. Was echt een superbizar gebeuren: ik stond ik putje Brussel waar ik ondertussen al zo vertrouwd mee ben, en tegelijk voelde ik me zo vreemd in die situatie. Ik had het idee dat eender wie, eender wat met me kon doen op dat moment, ik zou niet in staat geweest zijn me te verdedigen of beseffen wat er aan de hand was. Ergens zag ik al een opsporingsbericht op de televisie verschijnen: vermist, laatst gezien aan Bordet ziekenhuis, heeft dringend medische hulp nodig, kan verward overkomen. Het duurde maar enkele minuten eer mijn vriend terug bij mij was, maar was toch opgelucht hem terug te zien. Bedoeling was dus dat hij eigenlijk terug naar huis reed en ik alleen de afspraken ging doen, maar gelukkig had hij door dat dat niet het verstandigste was. En ik heb ook mijn trots opzij gezet en hem gevraagd bij me te blijven, en daar was ik achteraf toch blij om. Hij heeft mijn afspraken mee opgevolgd, en alles opgeschreven wat belangrijk voor me was.

Bij de endocrinoloog kreeg ik insuline, en later ook de uitleg hoe ik dat moest gebruiken en hoeveel ik mocht spuiten op welke momenten, wat wel superbelangrijk is dat je dat juist doet natuurlijk. Dus was het wel goed dat hij er bij was om de dingen juist te noteren en zo aan David door te geven, better safe than sorry!

Stilaan klaarde de rook in mijn hoofd op, en tegen het einde van de namiddag was ik weer min of meer mezelf, de uitleg van de katheder heb ik zelf goed kunnen volgen, en eigenlijk is dat nog vrij simpel hoor: het is een soort klein kastje dat op de borst net onder de huid geplaatst wordt. Daar hangt een plastic tube-tje aan dat rechtstreeks in je ader gaat. Als men bloed wil prikken, of chemo of medicatie wil toedienen, sluit men daar een naald op aan (die wordt dan door je huid in dat kastje gestoken eigenlijk), en op die manier hoeft men niet steeds in je aders te prikken e.d. Ook is het best handig dat je geen infuus in je arm zitten hebt de hele tijd. Maar de voornaamste reden is de staat van de aders eigenlijk: die worden beschadigd door het toedienen van chemo, en op de duur geeft dat te veel problemen: verstopte aders, aders die wegrollen en waar ze niet kunnen in prikken, pijnlijke situaties… Vandaar dat men een Port-A-Cath verkiest als men regelmatige ‘prikken’ verwacht, en wat bij mij dan ook nog meespeelt, is dat die aders al ‘last hebben’ van de vorige malen.

Dat wordt allemaal onder plaatselijke verdoving gedaan, de dag voor de volgende chemo (15 juli). Dat zal een sneetje zijn die ergens aan de arm loopt, en een heel kleintje ergens aan de nek. Eenmaal geplaatst krijg ik er een verband op voor een dag of tien, en tegen dan zou alles genezen moeten zijn en de draadjes zo goed als verdwenen. Ik moet dus wel een nachtje blijven dan, de 16e wordt direct langs daar ook al de chemo gegeven, en nemen ze eerst ook nog een foto om te zien of alles wel goed zit. Dat ding kan zo jaren blijven zitten, er mag 2000x in geprikt worden eer het vervangen moet worden. En het ‘piept’ niet mocht ik ooit nog beveiliging moeten passeren op de luchthaven of zo.

Je ziet, heb toch nog redelijk goed geluisterd, hé!

Wat de diabetes betreft: heb insuline en spuitjes mee gekregen, instructies wat en hoe, maar eigenlijk is me dat allemaal niet zo heel erg vreemd. Dus daar heb ik wel vertrouwen in. Dinsdag heb ik afspraak in het ziekenhuis dat een paar huizen verder ligt, om me een ‘insuline-pen’ te bezorgen en de nodige naaldjes en dergelijke, en het statuut van diabetes-patiënt aan te vragen (alle papieren ervoor te regelen) zodat dat allemaal zo goed als gratis is. Ben wel enorm blij dat deze keer er veel meer aandacht is voor die diabetes, ook van de huisarts en zo, want heb ondertussen al gemerkt dat dat méér dan een groot verschil maakt in hoe ik me voel! Twee jaar geleden was er in Bordet nog geen endocrinoloog aan het werk en had men mij doorverwezen naar de huisarts daarvoor, die er zich dus niet zo veel van aantrok.

 

Yes

anke
De tijd tussen de operatie en het begin van de bestralingen is een tijd van wachten en proberen met de nieuwe situatie om te leren gaan. Anke en Stijn lukt dit, zo lijkt het wel, beter dan ons. Haar stukjes laten zien dat ze hun gevoel voor humor in ieder geval nog niet kwijt zijn. Wrange humor, cynisch soms, maar ja. Het is ook een manier – hun manier – om met alle ellende om te kunnen gaan:

Een beetje kanker

Vanaf wanneer heb je eigenlijk kanker, en wanneer ben je kankerpatiënt af? Le. en ik kwamen gisteren tot de conclusie dat ik het in Istanbul eigenlijk al gehad moet hebben (want waarom anders kon die stad, die zij zo geweldig vindt, mij zo tegengevallen zijn), of anders in ieder geval in de Ardennen toen ik maar niet uit de verf wilde komen bij het Namenspel. Een spel dat mij, gezien de resultaten in het verleden, op het lijf geschreven had moeten zijn! Maar zelfs toen ik op die vrijdag geheel onverwacht te horen kreeg dat het weefsel dat de kno-arts had weggenomen kwaadaardig was, had ik niet het gevoel dat ik kanker had.

Wat de tweede vraag betreft: sinds maandag heb ik mijn PA (de uitslag van de patholoog-anatoom, die de snijranden onderzoekt van hetgeen tijdens de operatie is weggehaald). Omdat ik het er verder nog niet met een arts over gehad heb, wil ik er hier niet in detail op ingaan maar grofweg komt het er op neer dat de snijranden van mijn tong tumorvrij zijn, en de snijranden van de halsklier (tijdens mijn commando-operatie heb ik ook een – doe maar duur – halsklierdissectie gehad) niet helemaal. Dat laatste kan er op duiden dat er nog kwaadaardige cellen in mijn hals zitten. Maar in principe kunnen die goed bestraald worden.

Dinsdagvond keken S. en ik als vanouds weer samen naar CSI, een serie die ik vlak voor de operatie nog boycotte omdat ik het op de één of andere manier te confronterend vond. Na CSI volgde een andere favoriet: Gordon Ramsay’s Kitchen Nightmares (een nogal opmerkelijke keuze, moet ik toegeven, voor iemand die vroeger al geen keukenprinses was en nu ook nog eens moeite heeft met eten…)

S., die een grondige hekel heeft aan elk programma dat over restaurants en koken gaat, maakte meteen aanstalten zich naar de ‘playstationkamer’ te verwijderen. Maar omdat ik het ‘net zo gezellig’ vond, probeerde ik hem nog even te laten blijven met de smekende woorden: “Ik ben zielig, ik heb kanker.”
Waarop S. onvermurwbaar antwoordde: “Ja maar nog maar een klein beetje.”

Ofschoon Anke genoeg andere dingen heeft om zich druk over te maken, zal ze zich nog een keer flink op winden over de oproep om mee te werken aan een artikel in de Yes, een blad voor tieners. Misschien is ze ook juist mede daarom ze kwaad omdat ze het blad vroeger zelf heeft gelezen en pas later inzag dat dit misschien toch niet zo’n goed idee was. In ieder geval trekt ze flink van leer en neemt ze geen blad voor de mond. Volkomen terecht natuurlijk.

Mysterie Solved

Hoe meer ik er over nadenk, hoe sneu-er ik het vind, die e-mail van die Yes!-redactrice. Ik bedoel: je bent koud uit het ziekenhuis, je leven ligt behoorlijk in de kreukels, je omgeving is zich rot geschrokken, je ouders beleven slapeloze nachten, maar dat weerhoudt zo’n Hoofddorpse Sanoma-aasgier er natuurlijk niet van om je te mailen of je interesse hebt om mee te werken aan een verhaal. En dat alles onder de empathische woorden: ‘wat kan het leven toch ongelooflijk stom zijn’. Ja, het leven kan ongelooflijk stom zijn, maar jij, M. de B., bent nóg stommer. Hoewel ik natuurlijk geen moment écht gedacht heb dat één van mijn lezers haar getipt zou hebben (al vond ik het wel aandoenlijk hoe snel mensen zich meldden met de boodschap dat zíj het in ieder geval niet geweest waren), wilde mijn altijd wakkere collega G. er vandaag toch het fijne van weten. Na enig gegoogle vond hij dit oproepje. Het ging dus niet eens zozeer om mijn ziekte of mijn verhaal, maar om de littekens in mijn gezicht. Nou, ik kan je vertellen dat deze scarface weinig zin heeft om daarmee in de Yes! te gaan staan, al krijg ik een driedubbele make-over van één van jullie veredelde wasco-nichten.
En nou eh… opgekankerd(?!) met je blad dat ik gestopt ben te lezen toen ik twaalf was. Iets dat wat mij betreft veel zegt over de geestelijke rijpheid van Yes-lezeressen in het algemeen en van Yes-redacteuren in het bijzonder.

Of dat even lekker oplucht? Reken maar van yes!

Gauw staat er weer een grappig, maar ook tamelijk cynisch stukje van haar op het log. Het is de tijd dat er in Limburg een ‘nieuwe’ schapenziekte wordt ontdekt, die voorheen alleen in zuidelijke Europese landen werd waargenomen. Er wordt meteen een transportverbod ingesteld en een en ander gaat gepaard met de nodige media-aandacht.

Blauw

Nou ja zeg denk je ook een keer iets aparts te hebben, moeten die Limburgse schapen je weer overtreffen met blauwtong!

Hetgeen haar meteen de opmerking oplevert ‘of ze nou niet een beetje ver gaat met haar zelfspot?’ En ook hier zou je een hartgrondig ‘ja’ kunnen laten horen, maar deze éne zin vertelt precies hoe ze is. En op wie ze lijkt.

Dit bericht is geplaatst op 21 jun 2013, in juni 2013.

Normaal

Hierna wordt het even stil op het log. Anke moet weer voor even naar het ziekenhuis, omdat de peg-sonde wordt geplaatst. Anke ziet er raar uit; het gedoe met het slangetje in haar neus hangt, om haar eigen woorden te gebruiken, haar de keel uit. Op 15 en 21 augustus hebben we weer gebruik gemaakt van onze Zomertoer en proberen Anke zover te krijgen dat ze mee de stad in gaat. We vinden het natuurlijk helemaal niet erg om in haar woning het een en ander voor hun beiden te doen; afwassen en stofzuigen of dweilen zijn de dingen die daar voorvoor wel eens in aanmerking komen. Ook loop ik graag in de buurt naar de winkel, naar de vuilcontainer of de glasbak om af en toe eens even in de buitenlucht te zijn. Of ik breng regelmatig een bezoek aan de papiercontainer, want aan kranten en aan dozen is geen gebrek. Behalve het AD komt ook nog in de namiddag de NRC en die moeten af en toe toch eens worden weggegooid. Anders komen er teveel stapels in de kamer. Want zoals eerder al werd opgemerkt: Anke gooit niet graag weg en in veel kranten en tijdschriften staan nog artikelen waar ze ‘iets mee moet’. Wat en vooral wanneer dat dan ook mag wezen, want ik zie de stapels nooit kleiner worden.

We willen ook wel eens even met Anke de stad in. Na aandringen van onze kant loopt ze mee een blokje om. We lopen de 2de Middellandstraat uit en komen langs wat Anke noemt het “Paaltjesmuseum”. Op een hoekje staan een verzameling palen en paaltjes die je langs de weg of op de stoep kunt zien staan. Zoals de algemeen bekende Amsterdammertjes. Ook staat daar in de buurt de kraam die in het jaar 2005 in het AD werd uitgeroepen tot de ‘beste oliebollenbakker van Nederland’. Zo leer je nog eens wat. Af en toe kijken we naar woningen die te koop staan. Anke en Stijn waren al een tijdje bezig om uit te kijken naar een andere woning en hun voorkeur ging uit naar een koopappartement in het centrum. Het is niet gemakkelijk om een leuk en betaalbaar appartement midden in de stad te vinden en zeker nu Anke ziek is wordt het moeilijk in verband met het verkrijgen van een hypotheek. We laten doorschemeren dat we best willen helpen als dat nodig is en als ze dat willen. Want natuurlijk willen ze het liefst zonder hulp proberen te slagen.

In ieder geval zijn we blij dat Anke weer eens buiten heeft gewandeld, want de laatste tijd komt ze eigelijk alleen maar uit huis om naar een afspraak in het ziekenhuis te gaan. Stijn is veel thuis en regelt ongeveer alles voor haar. Anke kan wel praten, maar aan de telefoon met ‘vreemden’ praten, durft ze nog niet aan. Ze is bang dat men haar niet kan verstaan. En een langer gesprek voeren is nog steeds te vermoeiend. Informatie moet worden ingewonnen, afspraken moeten worden gemaakt, medicijnen opgehaald en noem maar op, Stijn is niets teveel. En tussendoor probeert hij ook nog zoveel mogelijk voor de krant te werken. Gelukkig kan dat vaak vanuit huis.

We gaan met Anke en Stijn mee naar het ziekenhuis omdat de peg-sonde wordt geplaatst. De ingreep zal zo’n drie kwartier duren en we mogen mee tot bij de operatieafdeling. Anke is niet bang of ongerust. Ze is blij dat de neussonde eruit mag. Ze heeft het ding nooit gemogen. Gelukkig kan ze in het vervolg het grootste deel van de voeding via een pomp binnenkrijgen. Deze pomp kan ze ook meenemen als ze van huis gaat. Dat is dan handig als ze komt logeren, maar alhoewel de pomp niet zo zwaar is, moet hij natuurlijk wel met de overige spullen worden meegenomen.

Back to normal

Ja ja ik ben er nog! Maar de afgelopen twee dagen moest ik weer even het ziekenhuis in om een PEG-sonde te laten plaatsen (dus in plaats van die storende slang in mijn gezicht zit er nu één rechtstreeks in mijn maag die, zoals gebruikelijk na een ingreep, weer eens geen voeding kon verdragen…) Daarom moest ik een nachtje langer blijven dan voorzien. Maar ik heb al vooruitgang geboekt want deze keer mocht ik zomaar aan de gang van de ‘kleine operaties/ ingrepen’ liggen.
Dus geen special kasplanttreatment van mijn lievelingsverpleegster Sasa (de Hongaarse kringeltjes boven de ‘s’ moet u er maar even zelf bijdenken) meer, maar ik vond het al lang best dat ik onder de normale KNO-gevallen (lees: jonge meiden met prinses-op-de-erwt-gedrag, die roken op de wc en klagen over het door mij zo felbegeerde ziekenhuisvoedsel) mocht verkeren.

Sasja (Sasa met het kringeltje) is haar favoriete verpleegster op de kno-afdeling. En ofschoon iedereen zijn best doet, heeft ze toch een voorkeur voor de Hongaarse. Die vertroetelt haar nog wat meer dan de anderen en komt regelmatig haar kamer binnen om te informeren of ze wat nodig heeft. Vaak wordt toch gewacht tot Anke op de bel drukt, of komen als het alarmsignaal van de voedingspomp afgaat. Dong, ding of pong, ping hoor je als de voeding op is en een nieuwe zak moet worden aangesloten. Tenminste als Anke de voeding kan verdragen en dat is nog steeds niet altijd het geval. Haar gewicht neemt dan ook niet toe. Ze moet veel te vaak braken omdat haar maag de voeding niet verdraagt. En waarom dat soms zo is, is niet te achterhalen.

Dit bericht is geplaatst op 22 jun 2013, in juni 2013.

Steun

BBQ

We zijn nu een maand na de operatie, ik probeer langzaam te wennen aan een leven waarin eten een ondergeschikte rol gaat spelen, maar sommige dingen krijg je maar moeilijk uit je systeem…
Enthousiast geworden door het exemplaar dat ik in het ziekenhuis had, wilden S. en ik ons abonneren op de VARA Gids. Een prima investering lijkt me, nu televisiekijken de komende weken een belangrijk onderdeel van mijn dagindeling gaat vormen…
Bladerend door de gids van mijn ouders (ik kom, heel klassiek, uit een VARA/Volkskrant-nest), zie ik tot mijn grote genoegen dat nieuwe abonnees een tafelbarbecue cadeau krijgen. Groot liefhebber als ik ben van fonduen, steengrillen, gourmetten (en andere oerburgerlijke vormen van eten bereiden die ik hier nu vergeet op te sommen) maakt mijn hart een sprongetje. Een tafelbarbecue! Om me even later te realiseren dat zo’n ding voor mij weinig zin heeft. Dan maar de dvd-serie van Vuurzee. Nóg meer televisie.

Iemand spreekt zijn verwondering uit over genoemde combinatie, omdat de Vara socialistisch was en de Volkskrant katholiek zou zijn. Waarschijnlijk was de krant toen al niet meer katholiek en uiteraard ging het om het linkse karakter van de krant en niet om de eventuele geloofsrichting. Overigens gaat katholicisme goed met socialisme als je bedenkt dat beide een grote mate van eerlijk delen en opkomen voor zwakken voorstaan. Heel leuk is de reactie van Anke hierop dat ze haar eigen jeugd als de maat der dingen neemt en dat ze toentertijd dacht dat alle vaders tussen de middag thuis kwamen eten, omdat ik in die luxe positie verkeerde. De school ligt op vijfhonderd meter van ons huis (wat niet alleen maar voordelen had).

Behalve Anke, moeten ook wij wennen aan het feit dat ze niet meer gewoon kan eten. We proberen in haar nabijheid zo weinig mogelijk over eten te praten of eten te koken. Je voelt je schuldig als jij aan tafel zit te eten en Anke kan niet meedoen. Nu nog blijft ze uit de buurt als Stijn en wij een maaltijd nuttigen, maar van het begin af aan laat ze ons weten dat wij gewoon, net als vroeger moeten eten. En we moeten daar vooral niet te geheimzinnig over doen, want dan voelt ze de pijn van het gemis nog meer. Later zal ze zelfs bij ons aan tafel komen zitten als we moeten eten. Maar wennen zal het nooit en we kunnen nooit meer als voorheen onbevangen over eten praten. Zeker niet als Anke in de buurt is.

It’s a small world after all

Kan ik mij hier in Rotterdam (zeker nu de neussonde eruit is) nog heerlijk in grootstedelijke anonimiteit wentelen, voor mijn ouders die in een dorp wonen – waar ik respectievelijk de crèche, de basisschool en de middelbare school bezocht – is er geen ontsnappen aan: binnen no time is mijn ziekte daar publiek bezit geworden. En mijn ouders zelf dus ook een beetje. Wanneer mijn moeder even een boodschap gaat doen, komt ze terug met steunbetuigingen van mijn oude crècheleidster (of gymjuffrouw, ik weet het even niet meer) en de ouders van een jongen met wie ik vroeger op de middelbare school zat (en wiens broertje een vriendin heeft met wie ik als bijbaantje in de keuken van het plaatselijke bejaardenhuis werkte). De ‘vrouw van de bakker’ vraagt in een volle zaak hoe het met mij gaat, de buren brengen een bloemstuk. Zelfs ‘onze’ melkboer leeft met mij mee.

Als ik aan mijn moeder vraag ‘of het hele dorp het soms weet’, antwoordt zij zonder een spoortje sarcasme: “Natuurlijk weet iedereen het.” Het klinkt misschien raar voor iemand die een weblog bijhoudt en openlijk over haar ziekte schrijft, maar ik word toch een beetje onrustig van al die aandacht. Het doet mij denken aan dat spelletje vroeger waarbij je iets in iemands oor fluisterde, waarop die ander dat weer in iemands oor moest fluisteren, waardoor er – oh hilariteit – aan het eind van de rit heel wat anders uitkwam. Wie weet welke spookverhalen er over mij de ronde doen. En alleen de gedachte al dat het voor sommige mensen echt smullen geblazen is. Geen wonder dat ik meteen na het vwo naar de grote stad (nou ja… Tilburg!) vertrok.

Natuurlijk zijn er mensen in onze omgeving die smullen van alle nieuws en die niet weten hoe vlug ze andermans ellende moeten doorvertellen. Zij kicken erop. Maar de meeste mensen vragen toch uit oprechte belangstelling of bezorgdheid. Feit blijft dat je je goed kunt voorstellen dat Anke geen onderwerp van al die belangstelling wil zijn. Soms hoor je zelf ook wel eens vervelende opmerkingen. Iemand zegt dan bijvoorbeeld iets in de trant van: “Ja, die of die heeft ook kanker en is ook opgegeven.” Nou dat is pas bemoedigend als je dochter kanker heeft, dan zinkt je de moed al helemaal in de schoenen. Of er zijn mensen die je vragen hoe het gaat en dan uitgebreid beginnen te vertellen over toen zij in het ziekenhuis lagen en wat ze er allemaal voor erge dingen meemaakten. Je mag blij zijn als je jouw verhaal nog tot het einde toe kunt afmaken. Anderen zeggen zo weinig mogelijk en geven je gelukkig alle ruimte.

Maar het is ook zo dat je zelf eveneens niet zo goed raad weet met de situatie. Bij sommigen heb je het gevoel dat je je hart zou kunnen uitstorten, maar bij anderen ontbreekt dat gevoel totaal. Het is allemaal zo dubbel dat je met je eigen gevoelens niet weet om te gaan.

Dit bericht is geplaatst op 23 jun 2013, in juni 2013.

Therapie?

Op 27 augustus schrijft Anke over een

Minor detail

Morgen de eerste bestraling. Anders dan in de Daniel den Hoed, heeft het Erasmus MC Centrum Locatie maar twee bestralingstoestellen, de Hermes en de Icarus.
“Ik moet op de Hermes”, pruil ik op MSN tegen Le., want ik had liever op de Icarus gewild (vraag me niet waarom, want je kunt veel over Icarus zeggen maar niet dat het daarmee nou zo goed afgelopen is…maar toch, Icarus klinkt gewoon eh, heldhaftiger?)
“Hermes, dat is toch ook een bekend modemerk”, troost trendbewuste Le.

Kijk, dat verandert de zaak. Zou het nou niet leuk zijn als ik er morgen een gratis bijpassend Hermes-tasje bij kreeg? Of een sjaaltje. Als doekje voor het bloeden. Mijn verblijf tussen de prinsessen op de erwt heeft zijn sporen nagelaten…

Allerlei opwekkende uitspraken worden gedaan om Anke ervan te overtuigen dat ‘de Hermes’ zo slecht nog niet is. Ik dacht bij de naam Hermes eerder aan de busonderneming die bij ons in de buurt toen nog actief was en het zal mij eerlijk gezegd worst wezen welk toestel gebruikt wordt, als het maar doet waarvoor het is aangeschaft.

Ik twijfel of ik onderstaande waslijst aan informatie moet opnemen – het blokje Palliatieve bestraling is al weggelaten -, maar toch wil ik deze waslijst er wel bijnemen om duidelijk te maken hoe belastend bestraling is en ook omdat de klachten waarvoor wordt gewaarschuwd bij Anke zullen optreden. Alleen de haaruitval zal pas in een later stadium ter sprake komen. Ik vraag me af of ze dit allemaal heeft gelezen voordat ze aan de reeks bestralingen begon en zo ja, hoe ze ooit de moed heeft kunnen vinden om ook deze behandeling te starten.

Ik vraag me nu ook af hoe ze dit allemaal heeft kunnen doorstaan. Ik bewonder haar nog meer dan ik ooit al deed, maar tegelijkertijd dringt tot je door dat alle ontberingen eigenlijk geen doel hebben gediend. De pijn die ze geleden heeft – voor en na de operatie -, de littekens, het voortdurende braken, het niet kunnen eten en later ook niet meer kunnen drinken, het verlies van het laatste restje smaak, haar verbrande huid, haar gezwollen gezicht door de vochtophoping, het verlies van haar gewicht, de karrenvrachten medicijnen die ze moest slikken, de transporten naar en van het ziekenhuis, de wonden in kaak en gehemelte, de psychische nood, de angst, de zorgen om Stijn en misschien ook om ons, alles voor niks. Annie heeft het in het jaar dat Anke ziek was vaker gezegd: “Wat als ze het niet haalt? Dan is alle ellende voor niks.” Hemeltergend, en niet alleen als je in een hemel gelooft.

Onderstaande informatie komt wederom uit Patiëntenvoorlichting van Erasmus MC. En ja, het is een waslijst vol ellende en het duurt lang om deze door te lezen, maar deze eerst moeten lezen en daarna moeten ondergaan is duizendmaal erger.

Bestraling (radiotherapie)

Radiotherapie is de behandeling van kanker door middel van straling. De bestraling gebeurt altijd plaatselijk en treft zowel gezonde cellen als kankercellen.
Kankercellen verdragen bestraling echter veel minder goed dan gezonde cellen. De gezonde cellen zullen zich herstellen terwijl de kankercellen uiteindelijk doodgaan. Als de bestraling succesvol is, gaan alle kankercellen uiteindelijk dood. Ook de omringende gezonde cellen kunnen worden beschadigd. Deze herstellen zich na verloop van tijd meestal wel.

Radiotherapie kan als enige behandeling worden gegeven of als aanvulling op een operatieve verwijdering van een tumor. Voor de manier van bestralen maakt dit geen wezenlijk verschil. De bestraling kan zowel vóór als na de operatie worden gegeven. In beide gevallen is de behandeling gericht op het bereiken van genezing (een curatieve behandeling). Radiotherapie kan ook in combinatie met chemotherapie worden gegeven.

Voordat de bestraling begint heeft de patiënt eerst een afspraak met de bestralingsarts (=radiotherapeut). Deze vertelt de patiënt onder andere hoe vaak bestraald gaat worden. Het totaal aantal bestralingen kan variëren van 16-36 keer.

Voordat de bestraling begint, moet een patiënt die zijn eigen gebit nog heeft, dat laten controleren. Door straling kan het gebit beschadigen. Dit heeft vooral te maken met de negatieve invloed van de straling op de productie en samenstelling van het speeksel. Speeksel heeft een beschermende werking tegen tandbederf.
Vaak doet de tandarts van het ziekenhuis de controle. Hij bekijkt of behandeling nodig is. Vaak wordt ook een mondhygiënist ingeschakeld.

Tumoren kunnen zowel van buitenaf (uitwendig) als in het lichaam (inwendig) worden bestraald. Ook een combinatie van deze twee behandelingen is mogelijk. De behandelend arts zal met de patiënt bespreken welke methode het meest geschikt is.

Uitwendige bestraling

Bij uitwendige bestraling richt men de bundel stralen van buitenaf op het tumorweefsel. De totale dosis (hoeveelheid) straling kan niet in één keer worden gegeven. De behandeling wordt daarom ‘uitgesmeerd’ over een langere periode waarbij men meestal vier à vijf keer per week een deel van de dosis geeft. De bestralingsartsen kiezen daarbij soms voor een schema waarbij meer keren per dag wordt bestraald. Alle bestralingen tezamen vormen de bestralingskuur. De duur van de bestralingskuur kan variëren van vijf tot zeven weken.
Het is noodzakelijk dat de stralenbundel steeds hetzelfde gebied treft. Het is voor de patiënt een moeilijke opgave om elke keer exact dezelfde houding aan te nemen. Daarom krijgt de patiënt een plastic masker dat bevestigd kan worden op de bestralingstafel. Het maken van het masker gebeurt in de mouldroom. Hier wordt eerst een gipsafdruk gemaakt van het hoofd/hals gebied, die dient als mal voor het uiteindelijke masker (zie foto). Het masker komt vlak vóór de bestraling over het gezicht of over de hals. Daarna bevestigt men het aan de bestralingstafel. De mond en neus worden vrijgelaten, zodat normaal ademhalen mogelijk is (zie foto).

Simulatie en bestraling

Twee tot drie dagen nadat het masker is gemaakt, gaat de patiënt naar de afdeling simulatie.
Hier stelt de arts, samen met de laboranten, met behulp van een röntgenapparaat, het precieze bestralingsveld vast. Vaak is hierbij een CT-scan nodig. Het bestralingsgebied wordt op het plastic masker aangetekend zodat elke keer hetzelfde gebied wordt bestraald. Het te bestralen gebied is doorgaans niet vierkant of rechthoekig, maar onregelmatig van vorm. Gezond weefsel dat in het bestralingsveld ligt, kan met blokken worden afgeschermd. Deze blokken, van materiaal dat op lood lijkt, kunnen in elke gewenste vorm worden gegoten. Zo kan men heel precies de grenzen van het bestra- lingsgebied afbakenen en blijft gezond weefsel zoveel mogelijk gespaard. Een aantal dagen na de simulatie kan de eerste bestraling beginnen.

Voordat de bestraling begint, krijgt de patiënt het masker op. Dit masker wordt bevestigd aan de bestralingstafel met behulp van een clicksysteem. De laboranten stellen het bestralingsgebied in en verlaten de kamer. Gedurende de bestraling is de patiënt alleen in de kamer, maar wordt via een televisiescherm door de laboranten in het oog gehouden. radiotherapeut op de polikliniek. Eventuele bijwerkingen kunnen dan worden besproken met de arts, zodat deze kunnen worden behandeld.

Inwendige bestraling

Inwendige bestraling, ook wel brachytherapie genoemd, begint met een zogenoemde implantatie. Hierbij worden, meestal onder algehele narcose, op de plaats van het gezwel dunne, nylon katheters ingebracht. Dit zijn holle buisjes die men later vult met een radioactieve stof. Deze stof zorgt voor de feitelijke bestraling. Soms is een continue bestraling nodig van twee à drie dagen; soms ook gebeurt de behandeling door middel van korte bestralingen van steeds enkele minuten met daartussen enkele uren rust (‘gepulseerde’ bestraling).
Gedurende de inwendige bestraling moet de patiënt in een speciale behandelruimte verblijven. Als het radioactief materiaal is verwijderd, is er geen straling meer in het lichaam.

Bijwerkingen

De reacties van het lichaam hangen samen met het gebied dat bestraald wordt. Toch is er een aantal algemene reacties dat meestal in de loop van de behandeling optreedt, zoals vermoeidheid, meer behoefte aan slaap en minder eetlust. Na het beëindigen van de bestralingskuur zal de verminderde eetlust verdwijnen. Vermoeidheid wordt de laatste jaren door steeds meer patiënten gemeld. Sommige mensen hebben ook na afloop van de behandeling last van vermoeidheid. Die vermoeidheid kan lang aanhouden.
De patiënt kan de klachten het best met de arts bespreken. De arts geeft advies hoe de patiënt met deze klachten kan omgaan, verwijst naar de diëtiste of geeft eventueel medicijnen.
De bijwerkingen zeggen niets over het effect van de behandeling, maar zijn een reactie van het lichaam op de bestraling.
Het kan zijn dat de regelmatige gang naar het ziekenhuis een patiënt tegen gaat staan. De patiënt kan dit het beste met de laboranten of de arts bespreken.

Huidproblemen

Bij elke vorm van uitwendige bestraling ligt wel een gedeelte van de huid in het te bestralen gebied. Dit vraagt speciale aandacht. Hoewel bij het maken van het behandelplan hiermee zorgvuldig rekening gehouden wordt, kan toch niet voorkomen worden dat de huid als gevolg van de bestraling beschadigd wordt. In de loop van de behandeling wordt de huid eerst rood en gaat vervolgens schilferen. Soms verschijnen er kleine blaasjes of treedt jeuk op. Uiteindelijk kan de huid plaatselijk stuk gaan en vocht afscheiden. Ongeveer 3 weken na de bestraling is de huid weer genezen. De patiënt moet er rekening mee houden dat de kleur van de huid (blijvend) enigszins verandert.

Verzorging van de huid in het bestralingsveld

Onderstaand wordt een aantal adviezen gegeven over het verzorgen van de bestraalde huid.

vanaf de eerste bestraling iedere dag twee keer poederen met ongeparfumeerde talkpoeder; tenzij de arts anders adviseert

als de huid erg droog wordt kan de talkpoeder vervangen worden door babyolie

uitsluitend wassen met lauw water

droog deppen met een zachte handdoek

niet in aanraking brengen met lotions en dergelijke

geen schurende kleding dragen niet blootstellen aan felle zon of extreme koude geen pleisters op de bestraalde huid plakken

(voor mannen): voorzichtig scheren met een elektrisch scheerapparaat (geen aftershave gebruiken)

niet krabben bij jeuk

geen zeep gebruiken op de bestraalde huid bij het douchen

Het is de bedoeling de bestraalde huid droog en stevig te houden. De patiënt kan echter wel gebruik maken van babyolie. Mocht de huid toch open gaan en vochtig worden, stop dan met poederen. Vraag de arts om een recept voor zalf, plus bijbehorend verband en pleisters. Als de patiënt moeite heeft met het verbinden, zeg het de laboranten. Zij helpen graag.
Plak pleisters alleen op plaatsen waar niet bestraald wordt.

Als de bestraling is gestopt werkt de behandeling nog een paar weken door. De huid geneest veelal in twee tot vier weken na de bestraling. Als de patiënt tijdens de behandeling en de eerste weken na de bestraling in de zon gaat zitten, moet hij het bestraalde gebied zo veel mogelijk met een sjaaltje of ander kledingstuk bedekken.

Haaruitval

Een patiënt kan alleen (vaak tijdelijk) haaruitval krijgen wanneer het haar binnen het bestralingsgebied valt. De mate van haaruitval is afhankelijk van de dosis en van de grootte van het bestralingsgebied.

Slikklachten, vieze smaak, droge mond

In de loop van de bestralingsserie gaan de slijmvliezen enigszins zwellen, rood/wit verkleuren en worden gevoeliger. Dit kan last geven bij kauwen, slikken en praten. Tevens kunnen smaakveranderingen optreden zoals vieze smaak en smaakverlies.
Enkele weken na de bestralingen herstellen de slijmvliezen zich weer.
Bij bestraling is de kans aanwezig dat de droge mond, het smaakverlies en de slikklachten deels van blijvende aard zijn. Het speeksel blijft vaak taaier en dikker.

Heesheid

Als de stembanden in het bestraalde gebied liggen, kunnen stemveranderingen optreden als heesheid, krakende stem, toonhoogteverandering en volumevermindering. Dit wordt veelal veroorzaakt door vochtophoping in de weefsels en kan zelfs nog tot enkele maanden na de bestraling voortduren. Bij langdurige bestraling kunnen soms, ten gevolg van littekenweefsel, blijvende veranderingen optreden van de stem wat betreft bereik, volume en kwaliteit.

Droge mond

De speekselklieren kunnen slecht tegen bestraling. Als zij in het bestralingsveld liggen vermindert de hoeveelheid speeksel en verandert de samenstelling van het speeksel. Het speeksel wordt taaier en dikker. Er is voor dit probleem nog geen afdoende oplossing voorhanden. Wanneer de patiënt veel last heeft van een droge mond kan hij echter wel advies vragen aan de diëtist of aan de mondhygiënist. Bij de apotheek is kunstspeeksel verkrijgbaar. Ook kan de patiënt een bidon met water bij zich dragen (zie ook: Voedingstips bij mond en keelproblemen na behandeling)

Oedeem

Het bestraalde gebied houdt tijdens de behandeling vaak vocht vast. Het vocht hoopt zich onder de huid op, waardoor het gezicht en de hals dikker worden. Vooral patiënten die ook zijn geopereerd, hebben er last van. De vochtophoping noemt men oedeem. Het verdwijnt meestal weer als de behandeling is afgelopen.

Na de bestraling

Een patiënt die is bestraald zal nog geruime tijd last hebben van de uitwerking van de bestraling. Vooral praten en eten zal in deze periode moeilijk zijn. Na verloop van tijd zullen de bijwerkingen verminderen. Normaal spreken is bij een aantal patiënten weer mogelijk. Wat de voeding betreft zijn soms blijvende aanpassingen nodig, bijvoorbeeld de noodzaak om blijvend vloeibare en/of gemalen voeding te gebruiken.
Veel patiënten zullen merken dat de algemene conditie langzaam verbetert en zullen leren omgaan met de beperkingen die door de behandeling zijn veroorzaakt.

Dit bericht is geplaatst op 24 jun 2013, in juni 2013.

Tips

En wat te denken van de voedingstips voor het verminderen van een droge mond en pijn in de keel? Voor Anke niet of nauwelijks van waarde, omdat ze niet kan eten en eigenlijk alleen maar water of thee kan drinken. Nu nog wel tenminste, totdat ook dit niet meer kan…

Voedingstips bij mond en keelproblemen na behandeling

Het verminderen van een droge mond

Drink iets bij elke hap vast voedsel;

Neem bij de warme maaltijd veel jus of saus;

Besmeer het brood met smeuïg beleg zoals smeerkaas, roerei, paté, leverpastei of salade;

Pap, vla en yoghurt kunnen brood vervangen;

Zuig op zuurtjes, pepermunt of gebruik (suikervrije) kauwgom;

Zorg altijd iets te drinken bij de hand te hebben, ook ‘s nachts.

Wat te doen bij een pijnlijke keel

Vermijd scherpe kruiden en specerijen zoals peper, mosterd, sambal en knoflook. Groene kruiden zijn niet hinderlijk;

Roer een scheutje room of crème fraiche door vruchtensalade, vruchtensap, yoghurt of soep. Dat verzacht de smaak;

Laat de warme maaltijd afkoelen. Neem dranken op kamertemperatuur. Soms zijn ijs en koude dranken prettig om te gebruiken, soms ook niet;

Sinaasappel(sap) en grapefruit(sap) kunnen te scherp zijn. Kies minder zuur fruit als aardbeien, peer, perzik en banaan.

Hinderlijke slijmvorming tegengaan

Spoel de mond regelmatig met (mineraal)water, koolzuurhoudende dranken of thee (met citroen);

Drink fris-zure dranken als vruchtensap, karnemelk, yoghurtdrank en dergelijke;

Melk bevordert slijmvorming en kan een plakkerig gevoel in de mond geven. Dit verdwijnt meestal door na melk een slokje water, frisdrank of vruchtensap te drinken.

Zouden er ook voedingstips bestaan voor mensen die niet kunnen eten en/of drinken?

Een van de vele afspraken die Anke heeft, is met een speciale tandarts. Het schijnt dat je gebit helemaal in orde moet zijn en dat je geen vullingen in je tanden mag hebben als je in dat gebied bestraald wordt. Gelukkig is het bij Anke niet nodig tanden of kiezen te trekken. Haar gebit is nog steeds in orde, zelfs nadat ze tussen twee voortanden beneden door hebben geopereerd. Later zal me opvallen dat beide tanden toch een beetje scheef staan en iets verkleuren. Zonde.

En zo begint de serie van 33:

De eerste ronde

Hoe komt het toch dat ik soms bij de meest vreemde dingen zulke hooggespannen verwachtingen heb? Alsof er iets avontuurlijks te gebeuren staat… Neem bestraling. Bestraling duurt niet langer dan een minuut. Je ligt – moederziel alleen – op een harde tafel, met je masker en je tongspatel. Er razen wat apparaten om je heen. Even denk je een verschroeide lucht te ruiken die nog het meest aan een zonnebankbezoek in het plaatselijke zwembad doet denken. Dan zit het er alweer op. Bestraling is boring. Nog maar 32 te gaan.

In het begin denk je dat 33 bestralingen toch te doen moeten zijn een ook Anke gaat het traject vol goede moed in. Maar gaande de rit zal blijken dat de bestraling veel zwaarder is dan je ooit zou kunnen vermoeden. Als je al zin hebt gehad om de hele patiëntenvoorlichting hierover te lezen, zou je van tevoren nooit kunnen geloven dat zowat alle voorgespiegelde nare gevolgen jou ten deel zouden vallen?

En dan komen er ook nog andere problemen, zoals bijvoorbeeld met het ziekenvervoer, die gaan opspelen. Later meer hierover.

Dit bericht is geplaatst op 25 jun 2013, in juni 2013.

Verrassingen

Een probleem van een heel andere aard staat de volgende dag op apples2oranges te lezen. Ofschoon Anke en Stijn nog graag in hun huis wonen zijn ze al een poosje naar een andere woning aan het uitkijken. In hun buurt leven veel mensen in de zomer op straat en maken tot diep in de nacht lawaai. Ook een paar café’s in de buurt laten hun muzikale voorkeuren tot laat door de hele straat schallen. En nu begint er ook nog iemand in de woning naast hen. Dat kun je al helemáál niet gebruiken als je ernstig ziek bent en Stijn onderneemt dus meteen actie. Maar zoals te verwachten is bij mensen die de muziek zo hard zetten, kun je niet met hen praten over de overlast die ze veroorzaken.

Fils de putain

Wanneer hij precies zijn intrek heeft genomen in het huis naast ons weet ik niet, maar het moet ergens rond het tijdstip zijn geweest waarop rustgevende pianomuziek (live!) plotsklaps verwisseld werd voor keiharde, stampende house. Sindsdien gebruiken wij ons mortier niet meer om kruiden mee te persen, maar slaan we van tijd tot tijd wanhopig met de ‘stamper’ op de muur die ons huis van het zijne scheidt. Wel netjes met een handdoek ertussen, want we willen natuurlijk geen deuken!

Toen ik ziek werd, besloten S. en ik dat het maar eens afgelopen moest zijn. De harde muziek bij nacht en ontij was misschien nog tot daar aan toe, maar het bijkomende hinderlijke geklap van de Fransoos begon ons echt de keel uit te hangen. Ik weet niet waar we de naïviteit vandaan haalden, maar het leek ons wel handig om hem door middel van een gesprekje op de overlast te wijzen. Dus S. aanbellen. Uiteraard verwaardigde meneer zich niet eens om naar beneden te komen. Hooghartig liet hij S. (geheel tegen zijn Franse natuur in) in het Engels weten dat hij geenszins van plan was de muziek zachter te zetten dan wel op te houden met klappen. Hij werkte hard en muziek luisteren was zijn goede recht. Als we problemen hadden, moesten wij ons maar tot de politie wenden.

Dat ik kanker heb en daardoor voorlopig het grootste deel van de dag aan huis gebonden ben (dat wéét hij ook), daar heeft meneer geen boodschap aan. Er moet gehoust en geklapt worden. Het liefst telkens op hetzelfde minimalistische deuntje dat ik onderhand kan dromen, want een brede muziekschat heeft hij niet. Met sommige buren heb je geen vijanden meer nodig…

De korte opeenvolging van deze drie bijdragen laat heel goed zien, hoe ergerlijk geluidsoverlast kan zijn. Je kunt er niet aan ontsnappen, het houdt je bezig. Zelfs al je het lawaai níet meer hoort.

Fils de putain II

En dan is het opeens weer muisstil… Oh ja nu is hij natuurlijk ‘keihard aan het werken’.

Fils de putain III

En daar begint het weer. Zeker lunchpauze. Éven uitrusten van al dat harde werken…

Als we de volgende dag weer in Rotterdam zijn en zelf ook het gebonk horen, adviseren we Anke en Stijn om maar de politie in te schakelen als het zo blijft. Die moet de Fransman toch aan het verstand kunnen brengen dat andere mensen van zijn muzikale voorkeur niet gediend hoeven te zijn en die kan hopelijk ervoor zorgen dat hij stopt met de herrie.

’s Middags komt de post met twee pakjes en vol verwachting maakt Anke ze open: een leuke en een minder leuke verrassing.

Een ongeluk bij een ongeluk

Twee pakketjes bij de post. Hoera, dat zijn vast cadeautjes. Het eerste is een gedichtenbundel van Wislawa Szymborska, gekregen van oud-studiegenootjes. Ik word er heel blij van (normaal krijg ik nooit gedichtenbundels…) Wat een stemmig, volwassen cadeau.

Het andere pakketje kan ik niet meteen thuisbrengen omdat het van het Erasmus MC afkomstig is. Wat zouden die mij nou kunnen sturen? Heel even (een split second, niet langer, echt niet) denk ik dat ze mijn verwijderde stuk tong op kweek hebben gezet en opgestuurd. Of de foto’s van de operatie. Maar daar heb ik toch helemaal niet om gevraagd?

Als ik de dikke envelop open maak, blijkt er een soort kit met allemaal buisjes, of slange-tjes in te zitten. En een kleinere, plastic evenlop (een safety bag, zal ik later leren) met het opschrift: Medische Microbiologie en Infectieziekten. Wat is dit? Een kankerzelfhulpset? Net op tijd, ik sta al op het punt de halfdoorzichtige, luchtdichte verpakking van de ‘kit’ open te scheuren, ontdek ik de begeleidende brief in de evenlop.

Geachte mevrouw,

Onlangs bent u behandeld in het Erasmus MC te Rotterdam. Uit kweken is gebleken dat er op de afdeling waar u bent verpleegd of behandeld, een patiënt besmet was met de zogenaamde MRSA-bacterie. Deze bacterie kan worden overgedragen op andere patiënten. Het is belangrijk te weten of u deze bacterie bij u draagt. Dit kan vastgesteld worden door een aantal kweken bij uzelf af te nemen. Hiervoor vragen wij uw medewerking. Mensen die u bezocht hebben in het ziekenhuis lopen in principe geen risico.

Hmm, grappig, dat ‘in principe’. De brief gaat nog even door over wat de MRSA-bacterie precies is en hoe nu verder te handelen.

Wij vragen u kweken af te nemen van uw neus, keel – en nu komt het! – de huid rondom de anus en ook van eventuele wonden of wondjes.

Uiteraard zit er een uitgebreide instructie bij hoe één en ander te doen. Desgewenst kan ook een huisarts ingeschakeld worden, maar daar zie ik (om redenen die u zich wel voor kunt stellen) vooralsnog liever vanaf.

Nou, hier ben ik niet blij mee. Helemaal niet. Al zie ik ook één inimini lichtpuntje: zo’n thuiskweekset (inclusief kweekstokjes!) heeft natuurlijk wel een heel hoog CSI-gehalte. Voor wie meer wil weten; morgen bericht het AD over de MRSA-uitbraak (drie keer raden van wie ze deze ‘geheimtip’ hebben…)

In tegenstelling tot Anke’s nogal luchtige beschrijving van het mrsa-probleem, zijn we niet gerust op deze onverwachte en even onwelkome verrassing. Het zal toch niet gebeuren dat Anke ook nog met deze tegenslag te maken zal krijgen. Alsof ze niet al genoeg aan haar hoofd heeft. En wat gebeurt er als ze wel met deze bacterie is besmet? Wat zouden de ge- volgen voor haar kunnen zijn? Niets daarover in de brief. Wil men niet op zaken vooruit- lopen of zijn de gevolgen voor haar erger dan voor ‘gewone’ patiënten? Maar iedereen weet toch dat de gevolgen van een mrsa-besmetting voor ernstig zieke en verzwakte mensen zelfs dodelijk kan zijn? En dat Anke ernstig ziek en verzwakt is, kan genoegzaam als feit worden aangenomen. Wat nu? Verdorie, alweer wat om je druk over te maken. Ik dring aan op snelle actie van Anke’s kant, hoewel ik kan weten dat ze daar eerst eens uitgebreid over zal willen praten en nadenken. De eerstkomende dagen zullen de ‘wattenstokjes’ onaangeroerd blijven. En je hebt grote kans dat ze tegen de tijd dat ze besluit gevolg te geven aan het verzoek van het Erasmus, over een aantal dagen, niet meer weet waar ze alles heeft gelaten. Bovendien moet ze natuurlijk eerst over de kwestie schrijven.

Gevoelens

Waar ik me steeds weer opnieuw over verbaas zijn de titels van haar stukjes op het log. Die alleen al zijn de moeite van het lezen waard. Zo word je vanzelf aangespoord om verder te lezen. Net zoals goede koppen in de krant ook van niet te onderschatten waarde zijn.

Een ongeluk bij een ongeluk bij een ongeluk

Er was eens een Fransman… en nu zijn het er twee!
Vanaf vanmiddag stond er een Franse verhuiswagen voor de deur, plus een soort verhuisdozenliftje (ik weet niet hoe die dingen officieel heten, ik verhuis altijd ‘met de hand’)
Even hoopte ik nog dat de spullen naar beneden zouden gaan, in plaats van naar boven. Maar helaas. Er komt er echt eentje bij. Het lijkt wel alsof de duvel er mee speelt.

Als de lier staat te knetteren en het ene na het andere meubel naar boven gaat, krijg ik zin om de boel te saboteren. Maar dat durf ik natuurlijk niet, ik zou niet eens weten hoe. Zo word je in je leven gedwongen tot het aanvaarden van allerlei dingen waar je het eigenlijk niet mee eens bent en waar je verder machteloos bij moet toekijken. En dat terwijl ik als kind wel eens het idee had dat je als volwassene niet meer alles van anderen zou hoeven te slikken. Nou, die wens is in ieder geval niet uitgekomen.

Net als een aantal anderen heb ik de vrome wens dat het in de naastgelegen woning nu misschien juist wel weer wat stiller kan worden. Je moet toch ook rekening houden met je huisgenoot. Of doen Fransen daar niet aan?

De volgende dag is goed te lezen dat Anke zich druk maakt over haar toekomst. Als we bij haar zijn zie je haar soms maar wat voor zich uit zitten staren en je kunt dan op twee vingers uittellen waar ze over piekert. En dat gepieker zal in de nabije toekomst steeds vaker voorkomen.

De andere kant

Schrijf ook eens een keer over als je het moeilijk hebt, als je je verdrietig of boos voelt, sporen sommige mensen mij aan. Dat begrijp ik wel, want deze weblog (waar ik overigens lang voordat ik ziek werd al mee begonnen was) laat natuurlijk maar één kant van het verhaal zien. Die van alles onder controle, we komen er – zij het met beperkingen – wel weer bovenop en hahaha, wat is het toch vreemd, kankerpatiënt zijn… Dat komt, die andere kant, dat kan ik hier (nog) niet zo goed.

Toevallig stuitte ik vandaag op een stukje van iemand die het wél kan. Lees het Nawoord van Swaan. Ik heb wel eens tegen S. gezegd: jij hebt je partner nog, mijn ouders hun kind, mijn broertje zijn zus, mijn vrienden hun vriendin, mijn collega’s hun collega, maar ik ben mezelf een beetje kwijt.

Anke schrijft dat ze tegen Stijn zegt, dat hij en ook wij haar nog steeds hebben en dat is natuurlijk ook zo. Gelukkig maar. Aan de andere kant zijn ook wij een heleboel kwijt; een gezonde, vrolijke Anke vol plannen over haar toekomst. Zowel privé als over haar werkzaamheden. En wat zij niet beseft: ook wij zijn onszelf en ónze toekomst kwijt. Je durft niet te denken aan wat er allemaal nog gebeuren kan, en zelfs als er komende tijd alleen maar goede berichten over haar zouden horen, zullen we nooit meer dezelfde vriend, broer en ouders zijn. Ik neem het naschrift waar het over gaat voor alle duidelijkheid hier beneden op, omdat het zo goed weergeeft wat Anke voelt.

“Ik las dit stukje dat Merel had geschreven en werd opeens heel verdrietig. Het was een confrontatie met de blijdschap die mijn omgeving ervaart, maar die ik helaas niet goed kan delen. Voor mij is er in het leven een hele grote dikke MAAR bij gekomen. MAAR wat als de kanker terugkomt, MAAR voor mij is niks meer vanzelfsprekend, maar je begrijpt mijn angst niet, maar dat kan ook niet, maar ik ben niet genezen, ik heb het overlééfd, etc. etc. Ik zou zo graag willen dat ik ook zo blij en opgelucht kon zijn als mijn omgeving, maar voor mij is sinds mijn ziekte alles anders, en dat is voor mij een dagelijks, en eenzaam, gevecht.

Ik had ernstig de behoefte om dit met jullie te delen, vandaar dit naschrift.”

Verder commentaar is eigenlijk overbodig. In een reactie wijst iemand ook nog op een gedicht, dat ik later zal gebruiken en wat volgens mij nogal onbedoelde gevolgen zal hebben.

Dit bericht is geplaatst op 27 jun 2013, in juni 2013.

Pech, en ook een beetje PEG

De volgende dag gaat Anke weer op vertouwde voet verder. De blik in haar hart is wat betreft het weblog niet eenmalig, maar tot op heden wel zeldzaam.

Pickles

Gisteravond keken S. en ik naar The object of my affection (een film die ik om geen enkele reden zou kunnen aanbevelen, behalve misschien dat de man die Pauls broer speelt in Mad about you er in zit, maar dan zou je net zo goed naar Mad about you kunnen kijken … veel leuker!)
Anyway, op een gegeven moment is Nina (Jennifer Aniston) zwanger. Een scène gaat over eten. Een situatie die ik – het gebeurt de laatste tijd wel vaker tijdens het televisie kijken – razendsnel op mijn eigen toekomst betrek. “Wat moet ik nou eten in plaats van augurken als ik zwanger ben?”, vraag ik aan S.
S: “Eh, babyvoeding?

De maand augustus is voorbij en een nieuwe maand begint. Het zal een maand worden die het predikaat verschrikkelijk ten volle verdient.

Het eerste bericht van de nieuwe maand begint met een citaat van een lotgenote, de publiciste Karin Spaink. Het feit dat Anke zonder enige toevoeging van haar kant het artikel overneemt, duidt er volgens mij op dat ze het volkomen met de geïnterviewde eens is. In die tijd kreeg ze ook wel eens af en toe een kaart van iemand die geopereerd was aan een hersentumor. Hij schreef onder andere – met de beste bedoelingen om haar moed in te spreken – iets in de trant van: Welkom bij de club van overwinnaars. Nog afgezien van het feit dat het nogal voorbarig was, vond Anke dat het geen prestatie was om nog in leven te zijn, maar eerder een kwestie van geluk of pech. Precies zoals dat in de laatste regels van het interview wordt verwoord.

Vaker hoor ik mensen over anderen, die kanker hebben overleefd, zeggen dat betreffende persoon zo gevochten heeft en zo optimistisch was, alsof die daardoor in leven is gebleven. Het lijkt me nogal frustrerend voor de achterblijvers van kankerpatiënten die het niet gehaald hebben. Alsof die niet hard genoeg gevochten zouden hebben. Als het aan vechten of optimistisch zijn ligt, maakt Anke goede kansen om te overleven.

Pech

Uit het Tien geboden-interview van Arjan Visser met Karin Spaink (Trouw 19/08/06):

Karin Spaink (Amsterdam, 1957) is publiciste en columniste. Ze schrijft bij voorkeur over zaken die ’buiten het normale blikveld’ liggen. Nadat in 1986 multiple sclerose bij haar werd geconstateerd, richtte zij haar aandacht op de gezondheidszorg en schreef, onder andere, het boek ’Het strafbare lichaam. De orenmaffia, kwakdenken en het placebo-effect’. In 2005 was Spaink voor het eerst sinds lange tijd in staat twee dagen per week te werken. In april van dit jaar werd een agressieve vorm van borstkanker bij haar ontdekt.

Gij zult geen andere goden voor mijn aangezicht hebben

„Ik kan me niet voorstellen hoe het is mijn hoop, mijn verwachtingen – maar ook mijn koers, mijn morele kompas – buiten mezelf te zoeken. Moet ik dan, nu ik borstkanker heb, daar iemand de schuld van gaan geven? Ik weet nog dat ik, toen ik in 1986 MS kreeg, in ’Nee heb je’, het boek dat Renate Rubenstein over haar ziekte schreef, las dat zij er net zo over dacht als ik. Het heeft geen zin je af te vragen ’Waarom ik?’. Zij schreef ook: ’Wees maar dankbaar dat ik het kreeg, dan heb jij het tenminste niet. Iemand moet het toch krijgen?’ Er zit geen bedoeling achter ziekte. Ziekte is ook niet rechtvaardig* ja, weet je wat ik dacht toen die borstkanker werd geconstateerd? Het had eigenlijk longkanker moeten zijn. Die heb ik eerlijk verdiend. Die heb ik, sinds mijn veertiende, netjes bij elkaar gerookt. Ik moet toegeven dat ik wel heb gevraagd: mag het nu eindelijk eens ophouden? Aan wie ik dat vroeg? Ja, dat weet ik ook niet. Het was eerder een verzuchting: nu dít weer! Ik geloof niet dat het helpt om te bidden. Ik geloof ook niet in ’het gevecht tegen kanker aangaan’ omdat je daarmee suggereert dat er een tegenstander is die je kunt verslaan – of die jou kan verslaan. Alsof het iets te maken heeft met de kracht waarmee je de ziekte te lijf gaat. Het is gewoon een kwestie van goede, adequate behandeling en een hele hoop geluk.”

En hoewel Anke tegen ons bijna nooit klaagt over de gevolgen van de operatie, kun je er bij het lezen van het volgende bericht niet omheen: Het is wel duidelijk dat deze gevolgen voor haar zeer ingrijpend zijn en in de rest van haar verdere leven ernstig afbreuk zullen doen aan haar kwaliteit van leven.

Dit bericht is geplaatst op 28 jun 2013, in juni 2013.

Spreken of zwijgen

Oproep

S. heeft een lasagnaschotel in de oven staan. Lasagna, dat was – zij het met hulp van Knorr – toch altijd een beetje mijn specialiteit. De geur van gesmolten geraspte kaas alleen al, mmmm. Hoewel ik vol zit van de sondevoeding en kamillethee (nog even en ik plás kamillethee) loopt het water me in de mond.
Ik moet denken aan die Amerikaanse vrouw die ik jaren geleden een keer op televisie zag. Door meditatie had ze het vermogen ontwikkeld om te leven van lucht. Hierdoor kon ze volledig zonder eten of drinken. Even googelen leert mij dat het een heuse stroming betreft, de zogeheten Breathairians. In Nederland moeten er zo’n 25 zijn. Dit is een oproep aan alle Breatharians ter wereld: wie wil er met mij van tong ruilen???

Het schijnt dat er in Oostenrijk al een tongtransplantatie heeft plaatsgevonden, zo heeft Toine gegoogled. Ook heeft hij al enkele mails naar het operatieteam gezonden met daarin het verzoek om meer informatie, met name over het verdere verloop na de operatie. Tot zijn grote verontwaardiging krijgt hij, ook na enkele herhaalde verzoeken, geen antwoord. Wellicht is de transplantatie toch niet zo’n succes geweest. Maar misschien is dit een optie voor de toekomst? Je weet maar nooit hoe snel sommige ontwikkelingen kunnen gaan. Het idee lijkt niet zo smakelijk, maar als ik moest kiezen tussen een machteloze “lap” en een tong waarmee je weer goed kon praten, eten en proeven, dan wist ik het wel.

Het volgende stukje over het ziekenvervoer waar Anke gebruik van maakt toont de eerste uit een lange rij ergernissen over het bedrijf. Bijna iedere dag is het prijs; soms komt de taxi later dan was afgesproken, dan weer komt hij helemaal niet. Als je zoals Anke na een reeks bestralingen lichamelijk en geestelijk helemaal op bent, is het moeilijk te verteren als je na de bestraling een uur of langer in de hal moet zitten wachten tot je wordt opgehaald. En als je je dan meldt bij de balie, kunnen die als de taxi eenmaal is opgeroepen, ook niets meer doen. “De taxi is onderweg”, zo krijgen zij en vervolgens Anke en wij te horen. En daar kun je het mee doen. Waarom het zo lang moet duren, is niet duidelijk. Soms krijgt Anke het te kwaad. Je zal daar maar zitten wachten, doodmoe, met een keukenrol paraat omdat het slijm blijft komen, met een gezicht en vooral de hals die met de dag roder worden, de huid die open springt door de invloed van de radioactieve straling. Vaker belt ze in arren moede maar weer naar Stijn, die dan van zijn werk komt en haar naar huis toe rijdt. Een ritje van nog geen tien minuten, inclusief het lopen naar de parkeerplek in de garage aan de achterkant van het ziekenhuis.

Het onderstaande stukje druipt van het cynisme. Het is maar goed dat je kunt denken wat je wil. Maar misschien mag dat in de toekomst ook niet meer en worden je gedachten straks net zo makkelijk afgetapt als nu de telefoon of je computer en ben je dan meteen het haasje bij bepaalde gedachten. Maar gelukkig is tot dan toe het motto: Gedanken sind frei! En in veel gevallen telt nog steeds dat spreken zilver is en zwijgen goud. Maar het lijkt er soms op dat de helft van de Nederlandse bevolking dit spreekwoord niet kent. Zeker ook de schuld van het falend onderwijs in ons land.

Mr. Cabdriver

Omdat ik over een tijdje te moe zal zijn om de weg naar het ziekenhuis (hier praktisch om de hoek) in mijn eentje af te leggen, krijg ik elke werkdag ziekenvervoer naar bestraling.

Dat gaat zo: een week van te voren geeft S. de bestralingstijden door aan het taxibedrijf. Die vertellen hem dat ik geacht word elke ochtend een uur (!) van te voren klaar te zitten (let wel: van hier naar het Erasmus MC is een ritje van nog geen tien minuten en de bestraling duurt nauwelijks langer). Gelukkig is S. niet voor één gat te vangen en gaat hij voortaan gewoon iets latere bestralingstijden doorgeven waardoor mijn uitslaaptijd (minstens tot 9.00 uur) weer gegarandeerd is. Meestal komt er een normale taxi voorrijden, soms een busje. Dat laatste vind ik minder. Afhankelijk van de chauffeur moet ik voorin het busje (okee) of achterin (niet okee) plaatsnemen. Heel soms moet ik achterin ook een gordel om (helemaal niet okee omdat dit mij de mogelijkheid er een beetje casual bij te zitten belemmert).

Dan begint Het Praatje. Omdat ik tot nu toe bijna iedere rit een andere chauffeur heb, moet ik telkens opnieuw uitleggen waarom ik eigenlijk van ziekenvervoer gebruik maak. Daar komt bij dat tot nu toe maar één iemand mij rechtstreeks gevraagd heeft wat ik mankeer. Een beetje vermoeiend, want sinds ik driekwart van mijn tong mis, is just making conversation niet meer wat het ooit was.

De één informeert of ik soms een ‘schoonheidsoperatie’ heb ondergaan (yeah right, als dít het resultaat is van een schoonheidsoperatie, hoe dacht u dan dat ik er van te voren uitzag?) terwijl de ander hardop denkt dat ik vast nog ooit plastische chirurgie moet ondergaan voor mijn littekens (eh, in principe niet…) Weer een ander voegt mij toe dat ‘ze’ me wel heel erg te pakken hebben gehad (zou hij denken dat ik een maffia-afrekening heb gehad of gewoon op de artsen die mij geopereerd hebben doelen?)

Vorige week zat ik bij de moeder van hockeyinternational F. M. de M. in de auto. Toen ze hoorde dat ik een tongtumor had, vroeg ze of ik soms veel op kauwgum of pennen had gekauwd. Misschien vaak met mijn mobiele telefoon gebeld? Of anders een vreemd soort tandpasta gebruikt? “Nee. Wel heb ik altijd een ongezonde voorkeur gehad voor een beetje zwart geblakerd vlees”, wou ik naar waarheid zeggen. Kijken hoe ze zou reageren. Maar ik zei maar niks.

Vandaag had ik een chauffeur die op drukke kruispunten de ene na de andere kamikaze-actie uithaalde. Terwijl we niet eens haast hadden… “Als ik dood wilde, ging ik niet elke dag braaf naar bestraling, eikel”, wou ik zeggen. Maar ook nu hield ik mijn mond. Gelukkig was Hermes met ons.

Dit bericht is geplaatst op 29 jun 2013, in juni 2013.

Het Vara-meisje is het zat

De volgende dag verschijnt een stukje dat nogal stof tot discussie doet opwaaien. Ofschoon ik de personen die worden opgevoerd niet of nauwelijks ken, doet het gedeelte over de Veronica-gids me denken aan de verontschuldigingen die worden aangedragen als gevraagd wordt of iemand een bepaald tv-programma heeft gezien. En dan heb je het meestal over niet-informatieve programma’s, alsof je naar andere niet zou mogen kijken. Laten we eens zeggen: Wegmisbruikers, Boer zoekt vrouw, of een muziekuitvoering van Frans Bauer. Vaak hoor ik mensen, mezelf incluis, dan bijvoorbeeld zeggen normaal gesproken niet naar zo’n uitzending te kijken, maar dat ze met zappen toevallig bleven hangen. En dus toch hebben gekeken. Ook maak ikzelf graag gewag van het feit dat mijn vrouw keek en dat ik de krant las en zodoende toch genoeg heb meegekregen om te weten waar het gesprek over gaat. Merkwaardig dat je meent je te moeten verontschuldigen omdat je bang bent dat anderen je misschien niet intellectueel genoeg vinden of je van slechte smaak zouden betichten. Wat lijkt Anke toch veel op me.

Aaf ontgroeid

In de Veronica-gids van deze week had ik iets gelezen waarover ik graag op mijn weblog wilde berichten. Maar hoe, daar zat ik een beetje mee in mijn maag. Had ik net uitgebreid verklaard een Vara-meisje te zijn (hetgeen in combinatie met de Volkskrant al voor enige opschudding zorgde), kom ik opeens met Veronica aanzetten… Zouden mijn lezers dit – zonder enige verklaring – wel met elkaar kunnen rijmen, vroeg ik me af (want ik doe er misschien wat nonchalant over, maar u zit altijd ergens in mijn achterhoofd).

Anderzijds vond ik het van ongelooflijk dédain getuigen om mij te verantwoorden (of erger nog: te veronschuldigen) voor het feit dat ik de Veronica-gids lees, omdat wij hem toevallig gratis in de bus hebben gekregen (net zoals de rest van Nederland, begreep ik zaterdag, toen de ouders van S. vertelden dat ook zij de Veronica-gids toegestuurd had- den gekregen – en als iemand on-Veronica is, dan zijn het de ouders van S. wel…) Ik kwam er zo snel niet uit en besloot het logje in de koelkast te zetten – bij een stuk of zes andere waar ik mijn gedachten nog eens over wil laten gaan.

Omdat het vanochtend zo stil was in weblogland (die zin is trouwens zo’n gevleugelde uitspraak geworden dat er zomaar een liedje over geschreven zou kunnen worden… ik bedoel, uit Noord-Korea hoor je nooit wat maar als het stil is in weblogland, nou dan bérg je maar…) besloot ik het Next.log te gaan lezen. Nrc.next is een krant waarvan ik vele malen liever lees hoe hij dagelijks tot stand komt, dan dat ik het eindproduct wil doornemen. De columns van Hans Nijenhuis over hoe wanhopig dit krantje ánders dan anderen wil zijn, zijn zo hilarisch dat ik vaak moet denken aan die fenomenale scène uit Me and You and Everyone We Know met die conservatrice van dat museum voor moderne kunst.

Anyway, ik klikte nog maar eens door naar de column van Aaf Brandt Corstius, die ik op de achterkant van Folia altijd zo leuk vond maar die mij nu, dagelijks in Nrc.next, steeds meer is gaan tegenstaan wegens te veel voorspelbaarheid. In haar meest recente column stond de volgende zin: Ter voorbereiding las ik in mijn VapoRub-cocon de Vara-gids, de Veronica-gids (die ik opgestuurd kreeg, ik kan er niets aan doen) en de Viva, die mij ‘de lekkerste tv- snacks’ beloofde. Aaf die zich verontschuldigt voor het lezen van de Veronica-gids, hoe arrogant, makkelijk en voorspelbaar! Ik vind dat ik haar bij deze ontstegen ben.

En nu waar ik het eigenlijk over wilde hebben. In een interview in de Veronica-gids (door de zus van T!) complimenteert Filemon Wesselink de hier relatief onbekende Louis Theroux van de BBC. En dat vind ik zo leuk omdat ik ervan overtuigd ben dat Filemon alles in zich heeft om de Nederlandse Louis Theroux te worden.

En nu iets anders, iets belangrijkers. Onderstaande ontboezeming geeft heel goed weer met welke ontberingen Anke op dit moment te maken heeft. Als je haar opsomming leest doet je hart zeer. Het ergste van alles is dat niemand haar kan helpen, ook wij niet als we bij haar zijn. Het enige dat je überhaupt kunt doen is proberen aanwezig zijn en luisteren en proberen haar moed in te spreken. En een ouder vindt dat al gauw te weinig. Bovendien zijn we niet elke dag bij haar.

Natuurlijk zijn de opbeurende reacties, waaronder het aanbod van iemand om zelf een keer met de auto naar of van het ziekenhuis te rijden, natuurlijk goud waard voor het gemoed.

Zat

Als je ‘s ochtends vroeg al geestelijke steun put uit The wind of change van The Scorpions op de radio, nou dan weet je wel wat voor dag het gaat worden…

Ik ben het zat. Zat om ziek te zijn, zat dat mijn hoofd wel vooruit wil maar mijn lichaam niet waardoor alles vermoeiend voor me is, zat om sondevoeding te nemen terwijl ik snak naar comfort food zoals een banana muffin of een zak drop (ik zou me nu wel tot comfort drínks kunnen wenden, maar dan kom je al snel uit op alcohol en dat lijkt me niet zo verstandig), zat om niet naar buiten te kunnen (want geen tuin of balkon en de echte buitenwereld is confronterend omdat iedereen normaal is en vrolijk vanwege het mooie weer, behalve ik), zat om niks leuks in het vooruitzicht te hebben maar nog zeker twee maanden ellende door bestraling, zat om te dun te zijn voor mijn kleren, zat om ik weet niet hoeveel medicijnen te nemen, zat om met littekens door het leven te gaan die alleen maar roder worden door die klotebestraling, zat om niet normaal te kunnen praten, zat dat alles doorgaat zonder mij, zat dat C. niks van zich laat horen terwijl ik dacht dat we toch vrienden waren…

En dat stomme zorgvervoer ben ik al helemaal zat. Gisteren bijna een uur zitten te wachten in het ziekenhuis op een taxi naar huis (als ik zelf had kunnen lopen was ik binnen een kwartier thuis geweest!) Vanochtend een busje dat te hoog was om de parkeergarage binnen te rijden, waardoor ik bij Spoedeisende Hulp gedropt werd en daarna maar zelf moest zien hoe ik bij Radiotherapie kwam. Vorige week maandag helemaal geen busje. Altijd maar afwachten of ze wel komen, en hoe laat. Ze kunnen zich met recht zorgvervoer noemen; wéér een zorg erbij.

Gelukkig is de ene ‘vriend’ die niets van zich laat horen een uitzondering. De rest is een prima stel en nu nog zijn we blij dat Anke en Stijn door een groot aantal echte vrienden werden bijgestaan.

De laatste zin is natuurlijk een vondst!

Op onze vraag hoe het vandaag met haar is, stuurt ze ’s avonds nog een sms’je: “Het gaat alweer wat beter, ik ben een leuke film aan het kijken. Ik bel morgen nog wel even.”

En gelukkig komt er ook dezelfde avond, als om zich te verontschuldigen voor haar klaagzang, nog een mopje. Hopelijk is Anke die avond toch nog met een glimlach om haar mond naar bed gegaan.

Toch nog iets ‘leuks’ voor het slapen gaan

Een grap (die Syriërs overigens onder elkaar vertellen) uit Joris Luyendijks Het zijn net mensen – Beelden uit het Midden-Oosten:

Een Russische, een Amerikaanse en een Syrische geheim agent doen een wedstrijdje konijnen vangen. Eerst rent de Rus het bos in en komt na achttien minuten terug met een konijn. Dan mag de Amerikaan, die het in zestien minuten doet. Als laatste moet de Syriër. Een kwartier gaat voorbij, een halfuur, uur… Uiteindelijk treffen de Rus en de Amerikaan de Syriër onder een boom aan, waar hij een haas aan het martelen is: ‘Geef toe dat je een konijn bent!’

Een stille wens van mij is trouwens om Joris Luyendijk een keer Arabisch te horen praten. Ik kan me er echt niets bij voorstellen.

Klik om verder te lezen op: juli 2013

Dit bericht is geplaatst op 29 jun 2013, in juni 2013.

Juli 2013

01-07-2013
Het weekeind
Het weekend is redelijk ok verlopen, vooral slapen, slapen, slapen. Na de uitputtingsslag van vrijdag was dat niet echt slecht… Ik heb zaterdag toch even bezoek kunnen ontvangen, dan direct bijgeslapen, en ’s avonds dan nog een uurtje de kids gezien. Moet wel zeggen dat die precies enorm schrokken van hoe ik was… Zelf dacht ik dat ik ok was, maar denk wel dat ik redelijk fragiel en moe moet over gekomen zijn op de meisjes… Dus nota aan mezelf: geen bezoek meer van de kids in de eerste week van de chemo. Eigenlijk sowieso met bezoek: het is toch redelijk vermoeiend, zelfs al is het de mama of zo die komt helpen, toch doe je steeds de moeite om te spreken en te communiceren, sowieso moet je toch wel dingen bespreken é. Had tijdens de week zo meestal een beetje een routine: slapen gedurende de dag, zoveel mogelijk, zodat ik ’s avonds hopelijk wat langer wakker was als David thuis was. Zodat we ook samen konden eten en zo. Nu moet ik zeggen dat dat eten nog wel lukte, maar ik bv meer dan een week geen televisie gezien, en als die dan wel al opstond, ging het aan me voorbij. Ook bleven de conversaties beperkt tot simpele dingen eigenlijk, concentratie was écht een probleem. In het weekend was die routine wel een beetje verstoord, maar David heeft zich voornamelijk bezig gehouden met het huishouden en zo, en me laten slapen. De eerste keer dat ik hem een halve dag aan de strijkplank zien staan heb, en hij leek het nog een beetje leuk te vinden ook J

Ik had het gevoel dat ik ùren aan een stuk sliep precies, maar als ik dan op de klok keek na een slaap’periode’ bleken er maar een uurtje of twee, drie voorbij. Tijdens de nacht viel dat nog mee, dan sliep ik wat langer, maar toch steeds met onderbrekingen. Wakker zijn was dan voor een half uurtje , en we waren weer vertrokken. Er waren dagen bij dat ik max twee, drie uur op een dag wakker was, baby’s slapen nog minder denk ik!

En ik heb dagen aan een stuk een soort van dezelfde ‘ijle gedachte’ gehad, weet niet goed hoe ik het anders moet uitleggen. Telkens ik wegdommelde, kwam ik in eenzelfde soort droom terecht, die op de achtergrond bleef verder draaien, ook vaak als ik wakker was. Verklaar me niet voor gek é: het was alsof er een soort ‘conventie’ aan de gang was over vanalles en nog wat, maar ook over mij. Alsof er een deel belangrijke personen aan het beslissen waren over het lot van vele mensen, waaronder mezelf, ze vergaderden daarover en wogen de dingen tegen mekaar af, en probeerden tot conclusies te komen. Beetje zoals de regeringsvorming of staatshervorming (leek in elk geval even officieel), maar dan over mensen, patiënten, dunno…  Ik zag beelden van die conventie, maar steeds gecombineerd met andere, rare dromen.

Voorbeeldje: ken je die tv toestellen waar je één zender kan kijken, en een andere zender kan volgen in een klein kadertje in de hoek boven? Wel , zo was het exact! Ik zag steeds dingen van die ‘conventie’ in dat kadertje, onderaan het scherm verschenen er steeds ook letters, vaak dezelfde letters, waar ik niets kon van maken. En tegelijk had ik andere dromen, die ik dan op het ‘grote’ scherm zag, maar zo van die dromen die ik normaal eigenlijk niet heb. Over mensen uit het verre verleden, mensen waar ik ook al jaren niet meer aan gedacht heb, situaties die vaak neerkwamen op leven of dood, maar zonder beangstigend te zijn.

Ik weet het, het klinkt enorm raar, maar dat heeft dus zo ongeveer een week geduurd. Naarmate ik beetje beter werd, werd het wel minder hevig, maar op den duur begon het me wel  op de zenuwen te werken hoor. Het was alsof de tijd stilstond telkens ik weer in die dromen terecht kwam, alsof er niks vooruit ging, niets beslist werd, en ik wachtte en wachtte en wachtte… Ik herinner me van twee jaar geleden dat ik de tic had om steeds tot 10 te tellen, of 20, of 100. Op allerlei manieren, in allerlei talen. Heeft meer dan een jaar geduurd eer dat dat beginnen minderen is, en was bang dat ik in eenzelfde schuitje zat met die ‘beelden’. Gelukkig zijn ze nu al een weekje weg, dus ik denk dat het vooral een ‘game of the mind’ of zoiets was, een teken dat ik toch niet zo heel erg volledig bij de zaak was. Heb het uiteindelijk wel tegen David verteld, na enkele dagen. Was bang dat ik iets ging zeggen erover in een gesprek of zo, en hij ging denken dat er wat mis was met me. Die ‘beelden’ waren bij momenten echt overheersend, het zou niet eens zo raar geweest zijn voor me, mocht ik dat op een onbewaakt moment als redelijk reeël gezien hebben. Hij vond het wel wat bizar, maar ja, ik doe wel meer bizarre dingen, dus hij heeft het gewoon aangenomen en er verder niet veel over gezegd. En zelfs nu voelt het voor mij heel dubbel: als ik dit lees en schrijf, klintk dat allemaal heel raar en alsof er iets los zit in mijn koppeke, en toch zie ik alles nog haarscherp voor me.

Tijdelijke lichte krankzinnigheid? J Geen idee, ma bon, we’re back to normal!

 03-07-2013
Ziekenhuisdagje ter controle en vanalles en nog wa…..
Super-mega-drukke dag! Het werd een ziekenhuisdagje, met een stuk of vier afspraken als ik me goed herinner, de eerste om 8u, de laatste om 14u. Dus maw: een dagje ziekenhuizen in Brussel, maar gelukkig op een betere manier dan vorige vrijdag!

Om iets voor zeven stond de mama aan de deur, had een heel goede nacht gehad, en ik voelde me eigenlijk redelijk ‘energiek’ voor zover dat kan J Het was de eerste dag dat ik voelde dat er beterschap in zat, en ik werd er echt goedgezind van. In het ziekenhuis ging het ook allemaal vrij vlot: bloedafname ging vlot, en één afspraak hebben we kunnen herplaatsen, want het er twee op hetzelfde uur, in twee verschillende ziekenhuizen en dat gaat niet é. Dat maakte dat we ook tijd hadden om een koekje gaan te eten bij een tas koffie in het marokkaanse theehuisje.

De voornaamste afspraak was bij de oncologe: een opvolging van hoe het ging na de eerste week. In mijn euforie van het ‘goed-voelen’ die dag was ik eigenlijk redelijk enthousiast tegen haar, noemde op waar ik wel last van had, maar dat het eigenlijk allemaal wel meeviel, maar dat ik wel zoveel sliep en zo. Nu ja, misschien had ik dat wel wat mogen dimmen, maar ja, als je ’t hart op de tong hebt… In elk geval was zij best tevreden met hoe het allemaal ging, en we gaan dus door met de tweede toedining van de Taxotere en Cisplatine binnen twee weken. Ze had nog niet alle waarden van mijn bloedonderzoek door gekregen, maar mocht er nog iets zijn daarmee, zou ze me telefoneren later die dag.

Dan hadden we nog een afspraak om dat diabetes-statuut te regelen en alle uitleg daarrond, en heb ik ook die pen om te prikken gekregen, zodat ik niet meer met de spuitjes in de weer moet zijn.  Heeft allemaal vrij lang geduurd, daar hadden ze dan ook nog es een bloedstaal nodig, wat nog een uur wachten betekende want we hadden geen afspraak. Uiteindelijk was ik wel opgelucht als we naar huis konden, ik voelde me wel goed, maar het was al halfweg de namiddag, en begon nu toch wel stilaan genoeg te krijgen van alles. Voelde wel dat ik moe werd hoor!

Onderweg naar huis zijn we even gestopt langs de markt: ik had twee dagen ervoor een visioen gehad van fruitkramen met allerlei blinkend en smakelijk lekker fruit, en had echt het water in de mond er van! Hoopte me kunnen uit te leven en wat andere dingen te kunnen kopen dan in de supermarkt en zo, dus had ik mama gevraagd langs de markt te rijden. Sinds de chemo heb ik weer van die zwangerschap-dinges: als ik zin heb in iets, heb ik er écht zin in, en zou ik er veel voor geven om dat dan direct en veelvuldig te kunnen eten… Zo was er al de zin in gebakken ei eren en in pannekoeken gepasseerd, en nu het fruit. En zeggen dat dat dingen zijn die ik anders misschien twee, drie keer per jaar eet, dus was er niet echt op voorzien J

Maar ik ben enorm vermagerd, zeker nu ik een week bijna constant geslapen heb: het eten schiet er bij in. Niet dat ik geen honger heb, maar als je slaapt, eet je ondertussen niet é. En het is toch een ganse opgave geweest om m’n eten klaar te nemen en zo, het duurt niet lang want ik kies zaken die ik gewoon maar moet nemen of bij mekaar gooien, maar ben al moe tegen dat het klaar staat. En dan moet het nog gegeten worden!

Op enkele weken tijd ben ik tien kilo kwijt, de weegschaal duidt 53 kilo aan. En dat is écht te weinig, dus begin ik nu een missie: vreten, vreten, vreten, voor zover alles kan binnen het diabetes-gedoe. Kan dus niet aansterken met chocolade, koekjes of taart, maar het zal zo ook wel lukken, zeker? J

Eenmaal thuis nog wat nagepraat met de mama, en die begon dan wat huishoudelijke dingen te doen. Ik kreeg het moeilijk om te praten, de dag was toch te zwaar geweest eigenlijk, voelde de druk op mijn longen toenemen, en ik kreeg een constante kriebel in de keel. Ik heb een hoestbui gekregen waar ik nog steeds als ‘memorabel’ op terugkijk, helaas niet in positieve zin! Man, wat heb ik afgezien, dat heeft zeker meer dan een half uur geduurd, zo erg had ik het nog nooit gehad. Non-stop hoesten, en pijn, en kriebel, en het voelde alsof alles ‘vast’ zat in mijn longen, ik kreeg er geen vat op. Van al dat hoesten deden na een tijdje mijn ribben ook weer serieus pijn, voelde er dan nog eentje van plaats verspringen, kortom, ’t was een ferm feestje daar vanbinnen. In bed liggen was in ’t begin ook niet evident, maar na een tijdje half liggen, half zitten, kreeg ik er toch wat meer vat op, en ging de bui stilaan over.

En net dan ging de telefoon:

De assistente van de oncologe…

De week na de volgende chemo, op 23 juli, heb ik twee afspraken al staan: opvolging met een bloedafname en een consultatie bij de dokter. Ze belde om te melden dat daar nog een afspraak bij kwam: een toediening van een andere soort chemo, iets waar ik nog nooit van gehoord had. Ik begreep er geen snars van, en had moeite om te praten en vragen te stallen, gezien die hoestbui die nog ni echt verteerd was. Heb de telefoon aan de mama door gegeven , maar we zaten wel direct met duizend vragen natuurlijk. ’s Morgens bij de dokter op controle: die had toch niets gezegd van ev. een derde chemo? Wat was hier aan de hand? En het ging om een daghospitalisatie, een week na de andere twee chemo’s, en ter aanvulling ervan… Navelbine is de naam, de toediening duurt een kwartiertje, en meer weten we eigenlijk niet.

We waren echt beetje in shock zenne, en hoe zeldzaam de tranen komen soms, nu was het ineens zonder moeite dat ze begonnen te lopen. Ik was ’s ochtends zo lang in het ziekenhuis geweest, en niemand die daar iets over gezegd had? Voor de rest een goede dag gehad, alleen die klote-hoestbui die me eigenlijk compleet vermoeid had erna, en dan als ik net wat aan het bekomen was: nu dit?

De pc was kapot: maw: ik kon dat product niet opzoeken, of meer info errond. Het was ook al rond vijf uur: dus mijn contactpersoon niet meer bereikbaar in het ziekenhuis voor meer info te vragen.

En de vragen die kwamen: betekende dit dat ik alles heel goed verdroeg, en ze dachten en er nog een beetje bovenop te kunnen gooien? Of betekende dit dat ze geen goeie indruk hadden, en ze dan kozen voor de alles-of-niets-aanpak? Wat moesten we hier nu van denken?

Sinds de chemo begonnen was, was de zwarte humor en de duistere gedachten eigenlijk redelijk stil geworden, ik had hoop, was blij dat er actie was, dat er iets gebeurde om die venijnen te verderven. Actie gaf me hoop, met onderzoeken gebeurde er niks binnenin é, nu wel. En ik voelde me stiekem een beetje hoopvol in die zin dat ik, stilzwijgend erover hoor, af en toe dacht dat ik verbetering voelde. En nu voelde ik de grond onder mijn voeten terug heel wankel worden, ik werd weer heel twijfelachtig over alles, onzeker, en triest. En mijn positief gevoel was weer weg. Wat nu?

Ikke toch effe de tranen laten lopen zenne, mama kon ze ook moeilijk tegen houden natuurlijk, en voor David was het blij thuis komen: twee naast mekaar op dat bed zitten te wenen en moeilijk kunnen uitleggen waarom… Pffff

04-07-2013
Rechtzetting, gelukkig!
Slechte nacht gehad zenne… Piekeren, paar uur slapen, weer wakker schieten, weer zorgen, was niet zo leuk…

Tegen de ochtend toch redelijk geslapen voor een tijdje, en daarna naar mijn contactpersoon in het ziekenhuis gebeld: ik moest hier echt wel meer info over hebben, en ik was ondertussen eigenlijk  ook redelijk boos aan het worden. Hoe haalden ze het in hun hoofd zo met mijn voeten te spelen? Zie ik er zo onnozel en dom en kieken-achtig uit? Man, ik zweer het je, ik ging ze de kans geven het uit te leggen, maar ze hadden ni veel verkeerd moeten zeggen, was in staat de bus op te springen en persoonlijk naar het ziekenhuis te gaan! Had dus antwoordapparaat aan de lijn, had daar mijn boodschap op ingesproken, maar was al tegen de middag. Dus ik wist dat het toch effe wachten ging worden alvorens ik antwoord kreeg…

Rond 14u30 ongeveer kreeg ik telefoon: mijn contactpersoon. Duizend excuses en ne ganse uitleg: de verpleegster had zich vergist, en verkeerde afspraken gemaakt, de toediening van die Navelbine was niet voor mij voorzien, maar voor een andere patiënte. Dit product wordt samen met Cisplatine ook gegeven, afhankelijk van de behandeling die het meest geschikt is voor je. En daar had de verpleegster zich in vergist….

Serieus… Ik wist ni of ik blij moest zijn of woedend… Denk dat ik het allebei was! Eerste reactie was blij, het was een vergissing, het ging niet om mijn resultaten of behandeling, eigenlijk was er niets veranderd, alles bleef zoals het was.

Maar toch… voor mij was er vanalles veranderd, en we zijn nu twee weken verder, en nu pas begint het terug een beetje op de achtergrond te geraken.

Maar mijn courage was serieus gezakt, steeds moest ik mijn gedachten weer corrigeren: nee, er was niks veranderd, die extra afspraak ging ni door. Want in mijn hoofd begon ik een zicht te krijgen over hoe de chemo ging: een week slapen, en dan werd het beter, had ik al gemerkt. Dat was natuurlijk ook mijn hoop voor de volgende toedieningen. En steeds verstoorde die gedachte van die extra chemo mijn planning in mijn hoofd, moest dat altijd bijsturen. En ook het vertrouwen was minder, ’t heeft wel een serieuze impact gehad over hoe ik over alles dacht weer…

Voor de verpleegster is het waarschijnlijk een fout waar ze al lang niet meer bij stil staat, en ik ben de laatste om daar streng over te oordelen: iedereen kan fouten maken in z’n job, misschien heeft ze gewoon twee dossiernummertjes door mekaar gehaald… Cijfertjes, vergissing, is snel gebeurd é.

Maar ergens heb ik toch zin om haar te laten weten wat een ‘bom’ dit voor me was. Maar of dat iets zou veranderen? Nee é, wat gebeurd is, is gebeurd… Zal me maar houden bij het ‘blij zijn dat het niet zo erg is’…

09-07-2013
Preek? of gewoon effe delen van positiviteit?
Het gaat beter, alle dagen een beetje…

In die zin dat ik merk dat ik bijna dag na dag een beetje langer wakker ben, en een beetje meer energie heb. Me wassen gaat makkelijker, ik kan een half uurtje in bad genieten en dan nog de energie hebben om me te wassen, en af te drogen en zo  Ik zit soms effe in de tuin, ik speel soms vijf minuutjes met de honden, ik kan weer ‘opvangen’ wat ik op tv zie, breien lukt weer, kleine dingen die goed gaan zeg maar… Heb twee keer bezoek gekregen deze week , niet zo lang, maar meer moet het ook niet zijn, het is juist goed zo: een half uurtje, een uurtje, beetje bijpraten, en als het praten wat moeilijker wordt weet ik dat ik op een grens kom dat het effe genoeg geweest is. Dus toch kunnen genieten van kleine dingen, want dat is het wel é, wat ik hier opsomde. En toch zijn dat nu voor mij hoogtepunten waar ik echt blij mee ben

En eigenlijk is dat toch een grote deugd é: ik herinner me momenten uit mijn verleden waarin ik zelden voldoening vond in dingen die ik deed of wou, altijd op zoek naar anders, hopelijk beter, hopelijk intenser, hopelijk ‘vullender’, hoe leg je zoiets uit?

Had me toen gezegd dat ik superblij zou zijn op een dag, als ik kon verder werken aan een klein breiwerkje voor de poppen van de kinderen van mijn vriend…: wie me echt goed kent, weet hoe ver zo’n leven toen van me af stond!

En toch is dat nu voor mij één van de toppunten van me gelukkig voelen, en is dat nu ni het meest fantastische? Ja, het is vreselijk, de ziekte, en alles errond, en je kan het zo donker bekijken als je wil…

Maar tegelijk heb ik me nog nooit in mijn leven zo gelukkig gevoeld: zo ‘gedragen’ door de mensen rond me, gesteund, geliefd en verzorgd, krijg alle dagen berichtjes, lieve berichtjes, steunende berichtjes, attenties, lieve woorden, lieve daden, een kleine verrassing, een klein plezier zoals mijn lievelingseten of een hapje of een onverwachte knuffel, een blik, gewoon: liefde… En ik wens niemand ziekte toe, helemaal niet, maar ik hoop vurig voor ieder die in mijn hart zit, dat ze ooit ook zo’n momenten van liefde ontvangen à volonté, en er gulzig mogen in zijn, en er volop mogen van genietn, mogen ervaren, want dàt op zich, is niet te beschrijven, door niets te vervangen, en nergens te koop. In onze maatschappij is het geen vanzelfsprekendheid en evidentie, de dagelijkse gang van zaken laat dat moeilijk toe. Dus stap er aub af en toe eens uit en spring eens in een andere wereld: een uurtje kan al veel doen! ’t Is de moeite waard

En geniet!!!! Van een badje, een vogeltje dat zingt in de tuin, een grassprietje dat aan je voet kietelt, een vlinder die passeert, de wind die door je haren zachtjes passeert, een aanraking op je huid van een hand die lief is voor je, een leuke uitspraak die je hoort of leest, een tof deuntje op de radio, de geur van lekker eten op het fornuis, of de koffie die doorloopt, de tafel eens op z’n zondags dekken zelfs al is het ‘gewoon’ voor jezelf… Een kleine verzorging van je lichaam, in de zin van een bodylotion of een zacht cremeke op een droge huid, de zachtheid van nieuwe lakens op je bed, naar de winkel kunnen rijden op je fiets op een zachte zomerdag, een zelfgemaakte smoothie onder de parasol, …

Ik kan blijven opsommen wat de alledaagse kleine gelukjes nu voor me zijn, en eigenlijk zijn ze er gewoonweg voor iedereen… Hoop echt dat je ze ook ziet!

14-07-2013
Ok, ok, ok, ok, ok,
En de laatste week, sinds dinsdag ongeveer: ik durf het bijna niet zeggen, want het is misschien een beetje het lot tarten, maar ik voel me eigenlijk super! Super, ja, in z’n context natuurlijk, ik ga ni beginnen de muren te schilderen thuis  Merk dat ik zo een paar dagen in eenzelfde ‘status’ blijf hangen, en dan ineens word ik op een dag wakker en voel een enorm verschil. Bizar, is nu toch al een keer of drie gebeurd, alsof je op één nacht redelijk recupereert…

Bukken en heffen zijn verboden bewegingen: dat werkt te hard op de longen en dan komt er gegarandeerd gehoest van verder. Maar zowat alles wat op sta-hoogte is, gaat redelijk goed, dus ik kan wel es terug meehelpen tafel afruimen, keukenblad opruimen, ik voel me al wat nuttiger in huis terug!

En ik ben echt wel heel erg stout geweest deze week: ben misschien toch wat te rebels geweest, maar ja se, ’t karakter is er nu eenmaal é…

Heb twee dagen een beetje aan het strijken geweest (ja, da’s durven é!!!), en da ging eigenlijk redelijk vlot. Als ik moe werd, kreeg ik beetje pijn aan de borstkas, en dan stopte ik, en rustte dan. Maar er lag zoveel strijk om in te halen, en eigenlijk doe ik dat nog graag, dus dacht: wie niet waagt, niet wint, en er waren geen oplettende andere ogen in huis J En stiekem genoot ik er ook van zenne…

Gezien ik bijna nooit nog boterhammen of zo eet, zeker niet als ik me niet goed voel, had ik alternatieven gezocht… Warme dingen gaan er vlotter in, en heb recepten liggen om dingen suikervrij te kunnen maken. Zo heb ik eens pannekoeken gebakken, en dat ging ook vlot! En wou eigenlijk nog een reserve-stock maken voor in te vriezen om deze week te eten, maar dat is er niet meer van gekomen, wegens andere onverwachte gebeurtenissen die de week wel leuk gemaakt hebben

Zo is mijn petekindje jarig geweest, hij werd 14, en hij wou voor z’n verjaardag per se bij z’n meter op bezoek komen. Super-mega-lief é! Zeker gezien hij aan de kust woont, ze zijn ocharme anderhalf uur onderweg. Maar hij wist dat ik me goed voelde, en het heeft hem veel plezier gedaan om me toch in een veel betere staat dan twee weken ervoor te zien. Is toch voor kinderen aangenaam te zien dat het niet altijd even ‘minder goed’ gaat, dat er ook heel goeie momenten zijn!

Ook de kids zijn zondag op bezoek geweest, en de ouders van David: daar zelfde scenario: ik zag dat ze er van genoten dat ik me zoveel beter voelde, en de kinderen waren eigenlijk niet zo makkelijk van me weg te slaan J Waar ik dan ook weer op mijn beurt echt van genoot! We zijn zelfs een steak gaan eten hier dichtbij in een taverne, eeuwen geleden dat ik zoiets gedaan had, en dat was dus ook weer een enorme leuke stimulans!

Zaterdag heb ik ook stout geweest: de auto genomen en naar de winkels gereden (dichtbij ons zijn zo een reeks winkels, de ene naast de andere, waar ik tijdens solden graag eens binnen spring) dus gaan shoppen/windowshoppen. Alleen, in mijn uppie, relax, anoniem, genieten… Kijken, ideetjes opdoen, gelukkig niet te veel volk in de winkels, wel warm in de auto J Ben zo paar uur weg geweest en was moe achteraf, maar was ook weeral genieten geweest.

Dus ben eigenlijk best goe bezig é  Klinkt enorm raar allemaal é, dat dat kan tijdens deze behandeling, allez voor mij toch. Ik begreep het niet echt toen mijn begeleidster me enkele weken geleden zei: als je ergens heen gaat, naar de winkel of zo, neem dan iets ontsmettend mee voor je handen, voor alle veiligheid, of als ze andere tips gaf voor bv uitstapjes of bezoek of zo. Ik dacht echt: maar allez, dat zal toch niet kunnen, ik ga dat toch ni aankunnen, zoiets? Op stap gaan, dat was iets waar ik voor binnen enkele maanden misschien pas durfde aan te denken, het is super te merken dat ik toch soms redelijk normaal kan zijn in wat ik kan doen of zo.

Want als ik vergelijk met de behandeling twee jaar geleden: het is toch helemaal anders hoor.

Toen had ik echt onderschat wat die bestralingen met me deden, ik weet de meeste van mijn klachten aan die chemotherapie.

Waar ik dus wel dik fout moet in geweest zijn: ik krijg nu juist dezelfde chemo, mét nog een andere, zwaardere, er bij, en het gaat (tot nu toe, altijd hout vasthouden) beter dan toen. Toen voelde ik me direct van de eerste dag enorm énorm vermoeid, en dat werd dan wel eens wat beter, maar nooit zoals het nu gegaan is. En dan al die miserie van die bestralingen nog bij: alle dagen naar het ziekenhuis, geïrriteerde, verbrande huid, constant smeren om die huid vochtig te houden, de verbanden en operaties en littekens enz enz…

Nu is de eerste sessie kort samen te vatten in: een week slapen, een week semi-ok, een week ok.

En dat was eigenlijk wel doenbaar. Alleen, nu het afkort tot de volgende chemo en ik me ‘zo goed’ voel, is het lichtjes demotiverend dat we terug naar af gaan binnenkort. Maar dat zijn ook weer momenten die komen en gaan, eenmaal in het ziekenhuis zal het wel weer beter meevallen hoop ik.

Heb nog altijd het gevoel dat ik niet mag klagen, we hebben het al veel erger gehad, en wat ik soms in ’t ziekenhuis zie, zet me ook wel met de voeten op de grond. Dus we vergeten de dingen die ons slecht doen voelen (de cijfertjes en de eerste weinig hoopvolle weken), en concentreren ons op de komende weken. Wat naar mijn gevoel écht bepalend zal zijn voor mijne geest en mijn instelling, zijn de resultaten na de eerste chemo-reeksen. Ben er bang voor, en tegelijk nu al mega-nieuwsgierig. Want, als ik me beter voel, wil dat zeggen dat de chemo werkt? Of is dat een teken dat ik beter leer mee omgaan en mijn beperkingen leer kennen? En voel me eigenlijk al beter van vóór de eerste chemo, kan gewoon met een andere infectie te maken hebben die ik had? Wat is het vervolg als de chemo zijn ding doet, gaan we dan verder? En nog belangrijker: wat als er geen reactie is op die medicatie, waar staan we dan voor? Het zijn veel vragen, en er komen er telkens nog bij, maar we kunnen niets anders dan wachten en hopen. Vooral op een positiever resultaat, want anders wordt het toch weer effe vree moeilijk om terug de kracht te vinden denk ik. Hoop écht dat de resultaten automatisch moed geven, als jullie snappen wat ik bedoel!

14-07-2013
En sommige dingen iets minder ok…
En ja, het is een leuke week geweest, maar toch zijn er minpuntjes ook helaas…

Het begint als een berg te lijken, de opname die me terug te wachten staat. Zeker omdat er een overnachting bij komt kijken, daar zie ik het hardst tegen op. Bizar é, vorige keren kon me dat precies niet zo erg storen allemaal, nu wel. Maar mijn thuis is écht mijn rustpunt geworden, het  ventje, de kleine blafdingen die nu echt ‘plakhondjes’ geworden zijn, het is toch een serieus gemis als ik er van weg ben… Vooral omdat het me een gevoel geeft van ‘”terug naar af’, terug een week slapen, alvorens er verbetering in komt, en net nu ik zo aan het genieten was. Maar misschien was het ook nét dààrom dat ik zo aan het genieten wàs, omdat er een limiet op staat é.

En ook, dat genieten had veel te maken met een gevoel van ‘normaal zijn, normaal kunnen doen, niet opvallen als een vreemde of zieke tussen andere mensen, effe gewoon op een kleine, stressloze manier terug in de maatschappij kunnen komen op momenten en manieren dat ik dat wil…

Dat zal heel binnenkort gedaan zijn vrees ik. Heb zondag in bad niet zo’n leuke dingen gezien: haren, haren, haren, veel, heel veel… En het heeft me een shock gegeven, iets wat ik niet echt verwacht had eigenlijk. Sindsdien zie en voel ik overal ‘haar’, en het is geen inbeelding helaas.

Sinds iets meer dan een week begon het me op te vallen hoeveel reclame er op tv is voor haarverzorgingsproducten. Eerlijk: ni normaal joh! In ieder reclameblok zit er een shampoo, een kleuringsproduct, iets van verzorging, ’t is er eigenlijk een beetje over zenne… Feit dat me dat al opviel, deed me wel al een beetja nadenken. Ik vond het eigenlijk raar dat ik nog geen verlies had, gezien de dokteres/verpleegster 14 dagen en 8 dagen gezegd hadden, en zat al bijna drie weken. Ergens was er een ongegronde hoop dat het misschien niet ging gebeuren?

Sinds vrijdag of zoiets zag ik wel dat er meer haar in huis lag. Maar ’t is ook zo warm weer é, misschien kwam het van de honden die hun vacht wat lieten uitdunnen?? Of was dat een excuus? In elk geval, ik checkte mijn haar wel: trok er eens aan, keek op mijn kleding, in mijn bed, maar dat viel op zich wel mee, ieder verliest wel eens haartje, en het leek me niet anders dan anders. Dus zondagochtend in bad: het was verschieten… En nu ben ik dinsdag, en het houdt niet op, integendeel. Vanmorgen lag mijn kussen vol en durf nauwelijks nog krabben/wrijven in mijn haar, ik ben precies een versleten borstel. Het doet me eerlijk gezegd veeeeeeeel meer dan ik verwacht had, het is toch slikken en iets dat ik een plaats ga moeten geven. En ik weet dat het op zich niet belangrijk is, dat betekent dat mijn medicatie werkt, en dat verergert mijn ziekte niet.

Ik begin net te wennen aan mijn korte coupe, en herken mezelf terug een beetje.

Maar binnen enkele dagen kijk ik écht naar een vreemde in de spiegel, en kijken anderen naar mij als ik buiten kom. Ben ik niet meer Ilse die anoniem een gewone burger kan zijn, maar als ik mijn hoofd buiten zal steken, zal er altijd gekeken worden, of mensen dat nu willen, bewust doen, of net niet. En ik denk dat ik daar echt nog niet klaar voor ben…

Vandaag zei een verpleger me dat het ook niet echt zeker is dat alle haren zouden vallen, misschien blijft het ook ‘hangen’ op een goed uitgedunde versie. En dat maakt me dan ook weer onrustig: wil dat zeggen dat ik echt nog een tijd ga moeten bekijken wat het wordt? Kan het dan na iedere chemo nog erger worden, of herbeginnen? Steeds die haren vinden is lastig, heel lastig.

Misschien zet ik er toch nog de tondeuse in, dan is die stress gelijk mee weg… Denk dat ik er nog enkele nachtjes zal over moeten slapen!!

15-07-2013 /  16-07-2013
Ziekenhuisopname
Het maken van de valies: mijn eerste taak maandagochtend. Ja, ik had het uitgesteld, en uitgesteld, was ook ni veel werk eigenlijk: één overnachting… Maar ’t was zo gezellig geweest in het weekend, had geen zin om op mijn ‘ziekenhuistas’ zitten te kijken ondertussen, en ja, ieder excuus om ‘minder leuke dingen’ uit te stellen is soms goed é…

Nog wat getreuzel toen we gingen vertrekken: afscheid nemen van de hondjes, nog iets meenemen om te drinken onderweg, nog de deur naar de tuin openzetten zodat de hondjes buiten konden, kortom, getreuzel. Uiteindelijk toch in de auto gestapt, laptop meegenomen in de hoop dat ik verder de blog kan typen op de dode momenten in het ziekenhuis, want die verwachtte ik wel volop.

Uiteindelijk viel het al bij al nog wel mee, allez, eenmaal het achter de rug is , is het meestal ni zo erg meer é

Ik had het geluk een goede klik te hebben met mijn kamergenote: een dame die enkele jaren ouder was dan ik, drie kinderen, gescheiden. Huidkanker, derde keer diagnose gekregen, twee keer opgelost door het melanoom weg te snijden, maar deze keer blijkt dat niet voldoende en volgt er ook chemo: Cisplatine. Wat ik dus destijds al gekregen had, en nu ook terug krijg… Dus we konden wel ‘ervaringen’ uitwisselen… Zij was er nu ook voor het plaatsen van een poortkatheter, en voor het toedienen van de chemo, dus we hebben eigenlijk twee dagen dezelfde dingen meegemaakt en hetzelfde parcours gereden, en dat was eigenlijk iets wat het wat comfortabeler maakte. We vergeleken bij mekaar: zeker bij het plaatsen van die katheter, en waren ook vaak op dezelfde plaats, onderzoeken deden we samen, bij die katheter plaatsen was zij net na mij aan de beurt, de chemo kregen we samen op dezelfde kamer, zelfs met privé-verpleging, want we waren de enige chemo-patiënten vandaag J Dus twee verplegers die ons eigenlijk constant kwamen controleren of iets nieuw aansluiten, was best druk in de kamer! Ze waren niet echt moeders mooiste (je kan niet alles hebben é!), maar wel supervriendelijk en aangenaam om mee om te gaan, en dat is wel het belangrijkste é…

Wat betreft het plaatsen van die katheter: procedure die best ok is hoor,  niet echt iets om angstig voor te zijn. Maar dat was ik ook niet echt, enkel wat nerveus, omdat je niet weet hoe het in z’n werk gaat. Maar uiteindelijk moest ik zelf niets anders doen dan kalm op een bedje liggen, en daar ben ik eigenlijk heel goed in In elk geval: sinds die bronchoscopie zal ik ook niet snel meer klagen over andere, minder agressieve prutserijen aan mijn lichaam!

Alles was onder lokale verdoving, en die naald voor de verdoving was best voelbaar, maar ja: dat wordt aan je borstkas verdoofd, daar heeft een mens niet veel vet zitten é, dus die naald zit zowat direct tegen je ribben, er is niet veel ruimte om te ‘spelen’ ermee, en ’t is eerder dat wat je voelt.

Er is een kleine insnijding gemaakt bijna aan mijn oksel: langs daar is het reservoir naar binnen geschoven, en eentje heel mini aan mijn nek: om de tube vanuit het reservoir in de grote ader te steken. Soms voelde ik een lichte snede, of zo een gevoel alsof hij met een tattoo-naald bezig was, en ik voelde dat dat niet echt de bedoeling was, het was net iets te pijnlijk eigenlijk. Maar ik zei dat gewoon, en kreeg direct verdoving bij. Toen ik dat de tweede keer zei, vroeg de chirurg me of ik soms problemen heb bij de tandarts als ze tanden moeten verdoven. En ja, inderdaad, soms moeten ze tot twee, drie keer bijverdoven, zover had ik dus echt niet gedacht! Dus denk ik dat ik gewoon een beetje ‘moeilijk verdoofbaar’ geworden ben, dus iets om te onthouden eigenlijk é, je weet nooit dat ik die info nog nodig kan hebben!!

Het meest ‘tricky’ gedeelte was eigenlijk het plastiek tube-tje in de ader plaatsen. Maar dat had hij als eerste aangepakt: een echo genomen, een foto genomen, en dan wist hij al perfect waar hij zijn moest. Er werd een klein kunstwerk getekend op mijn borstkas, en al snel ging er een klein sneetje in m’n nek, en ongeveer een minuut later zei hij: dat zit al goed, was een fluitje van een cent. Oef é!

Voor de rest viel dat ook allemaal heel goed mee, alleen als hij dat reservoir erin duwde, kreeg ik visioenen waar ik stiekem moest van lachen… Ik heb het kleinste modelletje gekregen, maar toch is dat nog zo’n 4cm ong op 2,5cm breed, en is ongeveer een cm hoog. Dat heeft hij geplaatst net boven mijn linkerborst, ter hoogte van mijn schouder. Nu, man of vrouw, is al eender: voel eens daar ongeveer: je hebt er niets van reserve’plaats’, het is je huid bijna rechtstreeks over je borstkas. Dus had hij wel wat trek- en duwwerk te doen om dat op z’n plaats te krijgen, en als ik dat zo bezig voelde deed het me denken aan beelden van borstvergrotingen e.d. die je soms op tv ziet. Daar kan men ook zo zitten ‘sleuren’ om de dingen deftig geplaatst te krijgen…

Daarna was het eigenlijk gewoon nog alles toenaaien en plakkertjes over, beetje uitleg over wat ik mag en niet mag (mag eigenlijk superveel, alleen vanzelfsprekende dingen kunnen niet: zware voorwerpen heffen, er een ganse nacht op slapen, mijn armen uitrekken, bungeejumpen of parachutespringen J, enz…) en een goed uurtje later was ik terug op de kamer. Gisteren was dat allemaal nog redelijk aan het tegentrekken als ik bewoog, is vandaag al veel beter. Ik voel wel nog constant dat reservoir zitten, denk dat dat wat gewenning nodig heeft. En je ziet het ook wel een beetje é: is toch een verhoging van een cm ongeveer onder mijn huid, denk dat dat ook nog wat z’n plaats moet vinden en die huid errond ook: afspraken maken over wie welk stukje compenseert. Sommige mensen voelen daar na genezing niets van, anderen blijven dat voelen voor zolang het er is. We zien wel é, maar denk dat ik het wel gewend kan worden, het voelt al beter dan gisteren, dus we zien wel als het genezen is é!

En vandaag was ’t dus de tweede ronde van de chemokuur: en direct ook een test of alles vlot verliep via de katheter. Ja dus.

Er werd vanmorgen terug een foto van de borstkas gemaakt, met dubbel doel: controle of de katheter volledig goed geplaatst is (als zo’n chemo naast een ader terecht komt ipv erIN, kan dat heel negatieve gevolgen hebben, in de zin van enorme beschadigingen van het weefsel wat ermee in contact gekomen is, en aan de ergere scenario’s wil ik niet denken) , en controle van de staat van mijn longen op gebied van infectie en dergelijke. Bloed was gisteren reeds nagekeken, en dat was perfect in orde. Super, veel beter dan vorige keer, toen was er een discussiepunt in mijn bloed é!

Dus geen bezwaren voor de chemo, en ze hebben goed gas gegeven vandaag. De ganse procedure was een uur vroeger afgelopen dan voorzien (vroeger begonnen ook é), en had nog een latere afspraak met een dokter: die dame is zo vriendelijk geweest om tijdens mijn spoelbaxters langs te komen op de kamer om haar consultatie te doen. Vakantieperiode geeft blijkbaar in het ziekenhuis wat ruimte tot meer flexibiliteit, ik had het eerder omgekeerd verwacht Maar voor mij dus eigenlijk positief: zo kon ik onmiddellijk naar huis, wat een uurtje ‘extra tijd’ betekende. Wegens de files was dat wel welkom, het was uiteindelijk nog vermoeiend genoeg.

Want misselijkheid in de wagen: heb ik wel opnieuw last van. Niet onmiddellijk in de zin van écht ongezond en ziek zijn, maar tijdens een rit voel ik alles tien keer zo hard dan normaal: een bultje, optrekken, afremmen, stoppen, weer vertrekken. Iedere schok voelt alsof ik in een rollercoaster zit, dus als je dan een rit van meer dan een uur hebt, ben je wel blij terug uit die wagen te zijn! En ik begon ook al de vermoeidheid van de chemo te voelen, redelijk snel zelfs al vandaag. Dus ben er vrij zeker van dat er nu terug een beauty-sleep van een kleine week of zo volgt… En ondertussen verwacht ik ook nog een meer zomerse versie van mijn kapsel, dus het wordt spannend ‘wakker’ worden, zo ergens volgende week of zo… De uurtjes tussendoor nu zijn eigenlijk vooral in functie van eten en verzorging é. Mijn hoofd is ook een beetje in ‘verdoofde’ status precies: voel me soms in het ijle zitten terug, soms eerder normaal. Daarnet leek ik weer redelijk groggy, alsof ik een of andere slechte drug achter de kiezen had. Heb dan mijn suikerwaarde nagekeken, en na het toedienen van de insuline voelde het weer beter aan. Misschien komt dat dan eerder daardoor, als er zoveel tegelijk gebeurt in je lichaam is het soms lastig het onderscheid te maken é. In elk geval gaan we weer enkele dagen in time-out, to be continued als we terug even wat langer wakker zijn.

En daarnet is het toch even moeilijk geweest hier voor ons beiden… Ik had nood aan praten, er was zoveel gebeurd, had zoveel te vertellen… En de K-emmer was vol, moest effe wat inhoud ervan kwijt. Voor David was het echter niet de meest geschikte moment, en had dat niet direct begrepen. Zijn K-emmer zit ook vol, en soms met heel andere dingen dan bij mij. Alleen praat hij niet echt erover, soms omdat het hem niet lukt, soms omdat hij niet mij er mee wil belasten. Maar dat is dan weer net iets wat ik niet wil, ik wil er ook voor hem zijn, we hebben tenslotte allebei een serieuze last te dragen nu, zéker hij! Zijn grootste frustratie is dat hij zoveel boosheid in hem heeft, gericht op de ziekte, en die niet kwijt kan. Hij sprak van een grote man met een grote K op z’n shirt, die hij graag eens een deftig lesje zou leren, bij manier van spreken. Stelde hem voor een bokszak te kopen en op zolder te hangen, zich daar af en toe eens op uit te leven, misschien helpt dat? Zo kan hij zijn boosheid misschien in een energie omzetten, dacht ik dan… ’t is voor hem ook zoeken naar dingen die hem helpen alles een plaats te geven é, ik merk duidelijk dat het hem deze keer veel zwaarder valt, hij heeft ook enorme angst voor hoe dit gaat eindigen allemaal. Zijn toekomst is het meest onzeker van ons allemaal eigenlijk, en vind dat zo erg voor hem. Dat kan echt steken geven in m’n hart als ik daar aan denk…

Heb hem een idee aan de hand gedaan: sinds we verhuisd zijn, staat hier een fitnessbank op zolder van hem, alleen is er nog nooit iets mee gebeurd, moet zelfs nog gemonteerd worden. Hij is ook sinds gisteren in verlof, wat wil zeggen dat hij nu een week met een slapende madam zit é. Heb hem gezegd z’n bank in mekaar te prutsen, en zich daar geregeld eens in het zweet gaan werken. En ik had de indruk dat het hem wel aansprak. Hoop echt dat het hem helpt!!

Bon, tot zover voor vandaag en de komende dagen, jullie hebben wel weer wat bij te lezen é.

En bedankt voor alle berichtjes en attenties, ze doen deugd hoor!

19-07-2013
Hitte en verfrissing…
Heb wel wat te vertellen op enkele dagen tijd…

Voornaamste: ik slaap niet echt constant, zoals de vorige keer, tenminste tot nu toe nog niet

Misschien helpt het feit dat David thuis is daar wel bij, ik heb wat meer afleiding en zo. Maar voel ook dat het wel lukt met wat minder te slapen, als ik rustig blijf. In bed liggen doe ik wel veel, maar heb daar de pc en de tv als afleiding, en ’t is toch te warm om veel andere dingen te doen, buitentemperatuur is echt onhoudbaar, en binnen is het ook toch 26°. Voor iedereen warm natuurlijk, maar ik let toch extra hard op, want ik merk wel duidelijk dat er minder zuurstof in de lucht zit. Als de Frank of Sabine nu vertellen tijdens het weerpraatje dat zieke of oudere mensen moeten opletten, vrees ik dat ik me aangesproken moet voelen… Ma al bij al lukt dat allemaal nog wel!

Ook denk ik dat het enorm helpt dat ik de insuline heb om de hoge bloedsuikerwaarden op te vangen. Ik merk dat als ik me écht leeg begin te voelen, meestal mijn waarden nog harder pieken dan anders. Dus dat volgen we nu goed op, en het maakt toch een groot verschil!

En heb ook nog een andere manier van ‘verfrissing’ moeten toepassen ondertussen. De haren zijn eraf gevlogen, ik werd horendol ervan. Heb het vier dagen uitgehouden dat ze constant neerdwarrelden, maar op den duur was het niet meer houdbaar voor me. Haartjes in je kleren constant, alsof je naar de kapper geweest bent, en dat kietelt continu. In mijn bed, als ik naar ’t toilet ging lagen er op de bril, ik zag ze overal op de vloer, mijn kleren hingen constant vol…

De spreekwoordelijke druppel was wensdag: ik was ’s ochtends een zacht pisteletje aan het besmeren met boter, had al enkele haren van tafel moeten vegen, en ineens plakte er één in de boter op mijn pistolet… De koffie bleef nog net gered…

David was al gek aan ’t worden van mijn gezaag over die haren, en ik had gehoopt misschien toch niet alles te verliezen, dus bleef ik maar wachten om de knoop door te hakken. Maar even later was ik boven het gras gaan hangen en beginnen wrijven, wrijven, wrijven, zodat alles wat los zat, eruit viel. En toen ik daar mee klaar was, leek ik het kapsel te hebben van oudere mensen die koppig volharden: ja, ik heb wel nog haar, ma ’t is wa dunnekes…

’t was eigenlijk ewa vree dunnekes, dus heb tegen David gezegd: zie je ’t zitten? En ja, hij zag ook da ’t ni meer doenbaar was, en dan was hij tenminste van mijn opmerkingen errond verlost.

Dus tondeuse genomen, en beginnen scheren. Toen alles op ong een halve mm stond, ben ik eens in de spiegel gaan piepen, wou weten hoe het er zou uit zien als dat ooit weer gaat groeien.  En ’t eerste wat ik zag, was een heel herkenbaar gezicht: ik zag mijn oudste broer precies staan! Die heeft al jaren last van een kalend kroontje, en draagt z’n haar heel kort. Had nog nooit zo opvallend gezien hoe hard we toch op mekaar leken soms.

Bon, na de tondeuse kwam de ladyshave, en daarna de Gilette en scheerschuim…

Was wel een project dat enige tijd duurde, maar het was positief dat we dit samen gedaan hebben, vond ik. Op zich, voor onszelf hier thuis, vinden we het allebei wel meevallen, mijne bol heeft nog een degelijke vorm ervoor… En heb nu een spierwitte bol, maar ik draag met dit weer niet echt een hoofdbedekking, dus dat komt nog wel goed. Voor bezoekers dek ik natuurlijk wel af hoor, de shock is voor sommigen al groot genoeg. Dus een foto moeten jullie ook niet verwachten, het is toch ook voor ons nog wennen. David ziet het vaker natuurlijk, en noemt me zelfs sexy met mijn kale knikker.  Toch liever zo dan!

Uiteindelijk wisten we sowieso dat dit allemaal ging gebeuren, we hebben alleen de beslissing genomen om onze stress errond zelf sneller af te ronden, en ben er wel blij om. Voel me rustiger en kalmer, het was voor mij een constante ergernis van al die haren op te merken, en bij deze is de vrede weergekeerd in huis

David is zo’n beetje in opruim-modus, als de temperaturen het toelaten, dus leeft hij zich ook een beetje uit tussendoor, en we proberen toch te genieten van een beetje ‘verlof’. So far ok!

23-07-2013
Controle na de tweede chemo
Het gaat hier heel goed, veel beter dan met die eerste chemo. Ik slaap nog steeds niet zo veel, en ben ook heel helder van geest, niet zoals de vorige chemo, waarbij ik die ‘hallucinaties’ en dat stoned-gevoel had. Voel me eigenlijk, bij niet al te veel inspanning, redelijk normaal, wat natuurlijk alleen maar aangenaam is! Is voor David ook veel leuker om in verlof te zijn op deze manier, we hebben wel iets aan de tijd samen nu.

Het voelt voor mij nu ook een beetje als ‘verlof van de ziekte’ aan, want heb niet al te veel last aan de longen, het hoesten is zeer beperkt momenteel, en ik zou soms zelfs durven vergeten dat ik met die K terug te maken heb… Maar eerlijk gezegd doet dat deugd, eens effe de gedachten op nul, of toch naar vanachter in ’t koppeke, en simpelweg genieten van ’t ventje, de kids, de familie, af en toe bezoek, de tuin, de hondjes, én de kippen. We hebben sinds deze week namelijk drie kippen in de tuin, heb me heerlijk uitgeleefd in het verzinnen van hun namen (Georgette, Germaine en Geraldine, toch super é J ) Eitjes zijn er nog niet, ze moeten nog wat wennen denk ik, maar wat kan er nu beter zijn dan dagelijkse verse eitjes uit eigen tuin, en we hebben dan ook nog zelf onze groentjes en aardbeitjes… Nooit gedacht dat wij daar nog zo zouden plezier van hebben, het is echt leuk om je eigen dingetjes te eten!

Met een goede week achter de rug, ging ik dan ook met een gerust gemoed op controle in het ziekenhuis vandaag: een bloedafname en een consultatie om de gang van de tweede chemo op te volgen. Ik had niet echt veel info verwacht, wat kan je immers zien in het bloed wat betreft het aanslaan van de behandeling?

Dus ik hoorde hoe de dokter zei dat de bloedwaarden heel goed waren, en was verbaasd als ze zei dat ze gezien had dat een tumor reeds verbeterd was… Begreep het niet goed, met enkel een bloedafname? Maar, waar ik niet direct aan gedacht had: ze nemen een foto voor het toedienen van de chemo, van mijn longen. En één van mijn tumors is duidelijk te zien op x-ray, zo is de bal immers aan het rollen gegaan. Nu zag ze op de foto die ze ter controle genomen hadden, dat die tumor redelijk ‘uitgehold’ was. Om effe te verduidelijken: oorspronkelijk was er een grote ovale, witte vlek te zien, op de eerste foto. Op de tweede zie je nog steeds de witte omtrek van die vlek, maar het centrum is nu grijs-zwart. Maw: daar zijn redelijk wat slechte cellen verdwenen!  Was toch schrikken eigenlijk, we hadden eigenlijk niet verwacht zo’n nieuws te horen, en waren natuurlijk wel gelukkig, niet goed wetende wat zeggen

Volgens de arts zou dit kunnen verklaren hoe het komt dat ik de eerste dagen na de chemo niet zo goed was: al die kapotgemaakte cellen hebben toch even tijd nodig om afgevoerd te worden door je lichaam, wat enkele dagen kan duren. Dat, gecombineerd met het feit dat ik mijn glycemie nog niet kon regelen met insuline op dat moment, zou zeer logisch zijn dat dat toch een zwaarder effect op mijn lichaam had dan de tweede chemo die dan volgde.

Het bezoek heeft niet zo lang geduurd, maar was toch een grote dag voor ons: wil toch zeggen dat er enig nut zit in waar we mee bezig zijn, al wat minder K is in het lichaam, zien we als een kleine overwinning. Dus leuk nieuws om te melden aan de familie, en is wel leuk eens leuke berichtjes kunnen rond te sturen

Ik voelde me wel al een tijd beter, maar ik durfde daar niet zo erg op te vertrouwen dat dat betekende dat er iets veranderde in mijn lichaam. Zo lang je de dingen niet zwart op wit ziet… Maar de dokter vertelde dat haar ervaring was, dat de patiënt z’n toestand nog het beste aanvoelt. Ja, zal dan wel een waarheid inzitten é

In elk geval nog effe genieten van onze ‘vakantie’, je ziet, het hoeft niet constant de K-planeet te zijn, soms zijn we gewoon op aarde…

Even rustig aan

anke

Het tempo waarin de stukjes op haar weblog verschijnen loopt wat terug. Dat komt, zo schrijft Anke, omdat ze zo weinig meemaakt. Ze is de meeste tijd binnen en eigenlijk komt ze alleen buiten om naar een afspraak te gaan.

23 oktober 2006

Zaai

Het is nogal rustig op mijn weblog. Dat komt omdat ik – nu de bestralingsperiode voorbij is – maar weinig meemaak. Helaas gebeuren er niet meteen wonderen; het Grote Vervelen Wachten is nu dus begonnen. Als ik voor iedere keer dat ik de cliché-uitdrukking ‘stapje voor stapje’ gehoord heb een euro had gekregen, was ik nu stinkend rijk geweest. Maar het is natuurlijk wel waar.
Ik kijk veel Oprah en Dr. Phil. De Amerikaanse soapseries sla ik vooralsnog gelukkig over. Wel heb ik vandaag, ter overbrugging, het programma Food & Fit gezien. Net vroeg S. voordat hij boodschappen ging doen of ik interesse had in een Dames vrije-tijdsbroek van de Bas, in de aanbieding voor vijf euro…

Op dinsdag 24 oktober gaan we weer naar Rotterdam. De laatste tijd gaan we vaker met de trein in plaats van met de auto. Ik ben toch wat onzeker als ik op vreemd terrein moet rijden en in Rotterdam weet ik nagenoeg niet waar ik zit als ik met de auto ben. Ik word maar niet echt eigen aan de stad en heb het niet zo op de trams. Bovendien ben ik door alle gebeurtenissen erg gespannen en juist met spanning en stress kan ik niet meer omgaan. De rek is eruit.

Als ik met de trein reis denk ik wel eens dat ik liever met de auto zou zijn gegaan, zeker als we vertraging hebben. Een kleine picknick bij parkeerplek Streepland geeft een beetje het gevoel van een dagje uit met zijn tweeën. En je hoeft niet over te stappen. Maar als ik met de auto rijd en in een file terechtkom zou ik liever de trein hebben genomen. Niets hoeven te doen dan alleen maar naar buiten kijken of de krant lezen. Het is dan ook een uitje voor degenen die niet iedere dag zover moeten reizen. Het is net als in een file of bij de kassa; voor je gevoel sta je vaak in de verkeerde rij. Dort wo du nicht bist ist das Glück, luidt een Duitse uitdrukking en zo is het maar net. In ieder geval maakt het financieel niet veel uit. Twee treinkaartjes met korting kosten ongeveer net zoveel als de benzine en het parkeren in Rotterdam.

Van de kaart

Hoewel ik al lang niet meer zo kritisch naar beterschapskaarten kijk als een paar weken geleden (S. zegt dat ik milder geworden ben, dus dan weet u dat alvast…) wil ik toch even de aandacht vestigen op een kaart die ik onlangs kreeg met op de voorkant een tekst die mijn (huidige) gemoedstoestand wel heel goed weergeeft:

I have to disagree with the notion that we learn something new everyday.
I think I’ve had several days in a row where I haven’t learned anything and even forgotten some things.

Anke is onmiskenbaar veranderd. Ze is inderdaad veel milder geworden en maakt zich om weinig dingen nog druk. Ook zijn de gesprekken met Stijn en met ons minder heftig. Anke heeft na de operatie een keer gezegd dat ze ook al eerder sommige dingen goed kon relativeren, ze was bijvoorbeeld wars van uiterlijk vertoon, ze hoefde niet de duurste spullen, geen dikke auto, etc. Ze had de ziekte en de operatie niet nodig gehad om tot een bepaald besef te komen. Het feit dat ze onafhankelijk was, dat ze haar werk met plezier deed, dat ze Stijn had en leuke vrienden, dat ze kon reizen, waren voor haar voldoende. En dat alle geld en goed van weinig waarde zijn als je niet gezond bent, had haar door deze gebeurtenissen niet nog eens extra hoeven worden ingepeperd, zo vond ze. Dat wist ze zonder haar ziekte ook wel. De teksten op de beterschapkaarten maken haar niet meer boos, ook al omdat de meeste mensen nu toch wel even nadenken bij wat ze opschrijven en opmerkingen over weer gewoon kunnen eten bijvoorbeeld achterwege laten.

Omdat Anke nog steeds niet veel kan praten doen we een paar spelletjes Scrabble, haar favoriete spel. Ze wint een paar keer en gaat daarna op bed liggen om wat uit te rusten. In de tussentijd kunnen Annie en ik even een paar boodschappen doen bij de Bas, vlakbij om de hoek. In de winkel is het meestal erg druk en de kans dat je er autochtone Nederlanders tegenkomt is net zo klein als bij ons in het dorp allochtone Nederlanders. Ons dorp is nogal wit, ondanks het feit dat er even buiten de bebouwde kom een asielzoekerscentrum ligt. Maar misschien ligt het er ook aan omdat we thuis meestal naar een andere supermarkt gaan.

Als Anke weer beneden komt, kijken we samen naar de dvd Deep Blue met prachtige beelden van het leven in de zee. Anke heeft hem al eerder gezien en is erg onder de indruk van de mooie opnames en wil hem ons ook laten zien. De beelden zijn inderdaad prachtig en indrukwekkend maar meer dan anderhalf uur vind ik wel wat veel van het goede. Maar dat is waarschijnlijk omdat ik niet zoveel heb met zeedieren.

Als we ’s avonds weer naar huis terug treinen hebben we niet meteen plaats. Tot Dordrecht moeten we staan en ook moet de trein onderweg een paar keer stoppen. Met als gevolg dat we in Eindhoven de aansluiting naar het zuiden missen. En dat heeft weer tot gevolg dat ik in Roermond bijna een uur moet wachten voordat ik de trein naar Echt kan nemen. Want ’s avonds rijdt deze trein maar één keer per uur en hij is natuurlijk al vertrokken als we aankomen.

Dit bericht is geplaatst op 21 jul 2013, in juli 2013.

Vooruit?

25 oktober 2006

Millimeterwerk

Vandaag weer naar meneer Flapdrol, die ik bij deze trouwens meneer Flapdrol af wil verklaren en gewoon meneer K. ga noemen, want de mondopening is met 5 millimeter gestegen naar 2.1 centimeter. De oefeningen werpen dus vruchten af!

Verder ben ik er vandaag achter gekomen waar meneer K. mij aan doet denken: hij is net Martin Gaus, maar dan voor mensen. Elke keer als we een oefening doen en ik het een beetje zwaar krijg (eigenhandig je mondopening oprekken is niet niks tenslotte…), zegt meneer K: “Kom maarrr. Kom maarrr. Kom maarr.”

Leuk is de reactie van een trouwe lezer die vraagt of Anke gaat kwispelen als meneer K. zegt: “Kom maarrr.” En spottend voegt Anke eraan toe dat de tong uit de bek steken er in ieder geval niet meer inzit. Knap dat ze van de ellende nog een grap weet te maken. Sommigen denken misschien dat het niet past om grappen te maken als zoiets ernstigs hebt, maar ik kan me voorstellen dat juist het maken van grappen over of spotten met je situatie ertoe bijdraagt om het dragelijk te houden.

Vandaag bestel ik via internet een navigator die me zal helpen de weg te vinden als ik naar en door Rotterdam rijd. Een steuntje in de rug kan ik ook wat dat betreft goed gebruiken. Vroeger reed ik overal naar toe, zonder navigator. Of het nou naar Zeeland of naar Zuid-Frankrijk was, ik reed graag. Annie en de kinderen moeten toch wel een onbeperkt vertrouwen in mijn rijkunsten hebben gehad, want ze lagen vaker met zijn drieën naast en achter me te slapen. Dat was in ieder geval prettiger rijden dan wanneer de kinderen ruzie maakten, liefst precies op het moment dat we na een lange reis de ene of andere buitenlandse  grote stad binnenreden en ik dan toch wel wat gespannen was, omdat ik er de weg niet wist. Meestal moet je er dan weer uit op weg naar de camping in een of ander dorpje in de buurt. En nooit staat zo’n dorpje op de wegwijzers in de stad natuurlijk.

De laatste tijd ben ik helemaal niet meer zo zeker van mezelf, ook in de auto niet maar dankzij de navigator voel ik me weer echt op mijn gemak, ook als ik op onbekend terrein moet rijden. Je kunt je helemaal op het verkeer concentreren en hoeft niet zo op de wegwijzers te letten. Je hoeft niet te zoeken want de afslagen die je moet nemen om op plaats van bestemming te komen, worden je voorgezegd. In het begin probeer ik verschillende routes door de instellingen van het apparaat te wijzigen van “veel autoweg” naar “weinig autoweg” of omgekeerd totdat ik de route vind die me het beste ligt en die ik goed kan onthouden. Helaas loop ik in de komende tijd een paar bekeuringen op wegens te hard rijden, maar dat mag de pret niet drukken. In ieder geval let je dan toch weer wat beter op de borden die langs de snelweg of in de stad de snelheidsbeperkingen aangeven. Ook kan het apparaat een signaal laten horen als je bijvoorbeeld de honderd kilometer per uur overschrijdt en dat is weer handig omdat onderweg op een aantal plekken een maximumsnelheid van 100 km/u geldt. Vooral ook als ik ’s avonds in de regen de stad uitrij ervaar ik het gemak van het apparaat. Ruim van tevoren weet je al waar je moet voorsorteren.

Wat een uitvinding is zo’n ding toch en hoe vaker ik hem gebruik, hoe enthousiaster ik word. Ik mijn persoonlijke top drie van beste aankopen stijgt het apparaat met stip naar de tweede plek – achter de aankoop van onze huidige woning.

Toen Anke een jaar of twaalf, dertien was zijn we naar deze woning verhuisd. We waren erg in onze nopjes; een vrijstaand huis in een rustige omgeving. Weliswaar aan het spoor, maar aan de voorbijrijdende treinen waren we snel gewend. Zo zeer dat opviel als ze niet meer reden vanwege werkzaamheden of bij een staking. We hebben nog een foto van de kinderen slapend op een matras in een verder lege kamer waarop ze lagen in de laatste nacht voor de verhuizing.

Anke en Toine hadden er een fijne jeugd. Een rustige straat met veel kinderen in de buurt, waarmee ze naar hartenlust konden spelen. Veel plekjes met groen, de meeste mensen hadden een tuin, voetbalvelden en zwembad aan de overkant van de straat. Zelfs een friture om de hoek, dat was ook wel eens handig. En de scholen ook op loopafstand.

Een buurvrouw van toen geeft een foto mee waarop Anke samen met haar zoontje speelt toen ze nog maar pas op de basisschool zaten. Anke zet de foto op de schouw in de achterkamer tussen de kaarten die ze kreeg in de afgelopen periode en denkt met weemoed terug aan die onbezorgde tijd. Op een dag is de foto verdwenen en we hebben hem nooit meer teruggezien.

Op de voorlaatste dag van oktober  verschijnt

Ziek & zwak?

Van S. hoorde ik gisteren dat Jan Marijnissen een tijdje geleden een (soort?) hartaanval heeft gehad, hetgeen zijn woordvoerder destijds ontkende omdat men Marijnissen door die aanval wel eens met ‘zwak leiderschap’ zou kunnen associëren. Partijgenoten reageren terughoudend nu het nieuws naar buiten is gekomen. Ik vind het maar vreemd, die geheimzinnigheid. Alsof Marijnissen iets slechts gedaan heeft… En waarom wordt aan ‘ziek’ meteen ‘zwak’ verbonden? Het zou toch ook kunnen dat iemand juist alleen maar sterker wordt door zo’n gebeurtenis?

Ik kan me goed voorstellen dat Anke het juist voor Marijnissen opneemt als men denkt dat hij door een (soort?) hartaanval belemmerd wordt bij het uitoefenen van zijn werkzaamheden. Ze wil natuurlijk niet ook zelf worden gezien als ‘ziek en zwak’. Dit ondanks de ernst van haar situatie, die vele malen precairder is dan de situatie waarin Jan Marijnissen verkeert. Ze wil voor vol worden aangezien en wil niet denken aan de handicaps die ze moet overwinnen om haar werk te kunnen blijven doen. En ze wil natuurlijk ook zelf sterker uit deze nare geschiedenis komen. Het is maar alvast dat iedereen het weet, zo lijkt me wil ze zeggen.

Natuurlijk heeft ze gelijk: Als je ziek bent geweest wil je niet dat iedereen je niet voor vol aanziet, maar juist in de politiek wordt van mensen verwacht dat ze alleskunners zijn. Net alsof ze niet (ernstig) ziek zouden kunnen worden, of hun partner. Ook politici hebben kinderen die ze willen zien opgroeien. Toen de kinderen nog klein waren heeft vooral Annie voor ze moeten zorgen omdat ik het erg druk had met school. Ofschoon ik toen van mening was dat het niet anders kon, heb ik er nu wel spijt van dat ik vaak laat thuis kwam. Dan was er weer eens een belangrijke vergadering juist op de verjaardag van een van de kinderen. Ik had gewoon éérder naar huis moeten gaan in plaats van later. Toen was ik echter nog van mening dat ik door mijn aanwezigheid beslissingen kon beïnvloeden. Ik vond dat ik het niet kon maken om niet aanwezig te zijn, om eerder weg te gaan, om een aantal werkzaamheden dan maar niet te doen of  een paar stapels schriften maar niet na te kijken. En dan te bedenken dat tegenwoordig gewoon tegen leerkrachten gezegd wordt dat nakijken niet meer hoeft. “Je merkt wel of ze het begrepen hebben als ze de toets maken”, krijg je te horen. Ja, ja, over vier of vijf weken zeker. Dan is het te laat, vind ik. Tijden veranderen en inzichten ook. Maar of ze ten goede veranderen, dat is nog maar de vraag.

In ieder geval heb ik wel eens van Anke het verwijt gekregen dat ik meer met andere kinderen bezig was dan met haar of Toine en het verwijt doet pijn. Zeker nú en zeker ook omdat het misschien wel terecht was. Maar toen was ik van mening dat ik niet anders kon. Meer dan eens zei ik dan verontwaardigd tegen Annie als die klaagde over tijd die in schoolse zaken werd geïnvesteerd: “Maar we eten er toch ook met zijn allen van!”

Maar om nog even op Jan Marijnissen terug te komen. Juist op het moment dat ik dit schrijf heeft de SP een nieuwe fractieleider, omdat Jan om gezondheidsredenen een stapje terug doet. Een verstandige beslissing vind ik en met Agnes Kant zal de partij ook wel floreren. Ooit heb ik gedacht dat Anke ook nog eens in de politiek terecht zou kunnen komen. Haar studie Politicologie zou haar daarbij goed van pas zijn gekomen, discussiëren kon ze altijd al als de beste en vasthoudend was ze ook en politiek geëngageerd zeker. Maar na haar ziekte zou dat wellicht niet meer tot de mogelijkheden behoord hebben. Want kiezers willen niet iemand met een vlekje. Toch?

Dit bericht is geplaatst op 22 jul 2013, in juli 2013.

Filosofie

Duwtje in de rug

En over ziek & zwak? gesproken… gisteren voor het eerst sinds maanden weer eens een stukje gefietst. Het aanvankelijk beoogde doel, een museumpje op Katendrecht, haalde ik nog niet (de Erasmusbrug leek me in deze fase niet eh… overbrugbaar) dus naar het park bij de Euromast en omgeving uitgeweken, maar verder ging het boven verwachting goed. Misschien ook omdat Sim. zo lief was me op bepaalde momenten (wind tegen, bergop) een duwtje in de rug te geven.

Het deed mij eraan denken hoe S. en ik deze zomer, toen ik na de diagnose dat ‘het kwaadaardig was’ in allerijl allerlei onderzoeken moest ondergaan, telkens op de fiets naar het Erasmus MC crossten. Hij voor-, ik achterop. Soms wel twee keer op een dag. De zon scheen. Als je niet beter geweten had, waren we net een normaal stel, op weg naar een terrasje of zo. Want ondanks het slechte nieuws waren we redelijk blijmoedig, alsof we de hele wereld aankonden. En eigenlijk zijn we dat deze hele periode, op een enkel moment na, ook wel gebleven.

Veel mensen vinden het knap dat we er ons op deze manier doorheen geslagen hebben, maar het ging gewoon vanzelf. We konden niet anders. Pas nu ik me fysiek weer wat beter begin te voelen, merk ik dat het steeds moeilijker wordt die blijmoedigheid te bewaren. Mijn onzekerheid over waar dit schip gaat stranden, neemt toe. Zal ik me ooit weer helemaal goed voelen? Zal mijn spraak zich voldoende herstellen om in de journalistiek te kunnen blijven werken? Hoe zal het met eten gaan? Misschien ook omdat herstellen zo langzaam gaat. En ik niet weet wat en wanneer het eindpunt is…

Het is de eerste keer dat Anke openlijk twijfelt aan een “goede” afloop. Erg begrijpelijk en vreemd is alleen dat ze niet eerder twijfels heeft uitgesproken. Optimisme is broodnodig bij deze ziekte, maar je moet het natuurlijk wel allemaal maar kunnen opbrengen. Ik heb bewondering voor Anke en voor Stijn, hoe ze zich hier doorheen hebben geslagen. Ook al schrijft Anke niet eerder over haar angsten op haar log, ze heeft ongetwijfeld ook haar momenten van zorg, van pijn en angst gehad. Maar ze heeft tegen ons en vele anderen niets laten merken. Ze heeft nooit geklaagd en door haar moedige houding ons misschien wel meer gesteund dan wij haar. Ze heeft alle pijn na de operatie doorstaan. Ze heeft dapper aan alle wensen van de hulpverleners voldaan, therapieën gevolgd, adviezen in praktijk gebracht, 33 bestralingen ondergaan. Gelukkig heeft Stijn haar daarbij ontzettend geholpen. Niet iedereen zou het kunnen opbrengen om steeds maar weer voor haar klaar te staan, haar te verzorgen, te helpen, medicijnen te halen, naar het ziekenhuis te rijden, de pomp aan te sluiten, haar moed in te spreken en ga maar door. Iedereen zou dat wel voor zijn partner willen doen, maar zou ook iedereen dat volhouden? Sommige mensen vragen ons iets te nadrukkelijk of Anke’s partner nog “bij haar is”.

Op een keer, als we op het kerkhof in Koningsbosch met de moeder aan het graf van haar eveneens aan kanker overleden dochter staan te praten, komt er een andere dorpsgenote bij staan en ook zij vraagt nadrukkelijk naar Anke’s vriend en of hij nog bij haar is. Heel gênant omdat de voormalige echtgenoot van de betreffende dochter binnen een jaar na haar dood een nieuwe vriendin had gevonden, iets waar de schoonouders niet erg gelukkig mee waren. Pijnlijk.

De reacties van sommige mensen vallen sowieso vaak niet mee. “Weet je wie ook kanker heeft en opgegeven is?” wordt er wel eens aan ons gevraagd. Nee, dat weten we niet, maar ik heb zo’n vermoeden dat ik het meteen te horen krijgen zal. Zoiets geeft je moed. Dan weet je meteen hoe over Ankes toekomst wordt gedacht. Of men begint vrij vlot na de begroeting over toen iemands partner in het ziekenhuis lag, of dat men zelf suikerziekte heeft. Ook allemaal erg, maar je hebt weinig troost aan het leed of de dood van anderen als je je zorgen maakt of je dochter dit überhaupt zal overleven.

Iemand probeert Anke in een reactie op haar stukje te troosten met de opmerking dat ze zelf nooit de Eramusbrug over fietst, maar steeds de Maastunnel neemt om aan de andere oever te komen. We zijn eens een keer door de Maastunnel gewandeld toen we met Anke de omgeving bezichtigden. Op een foto staat ze op de roltrappen naar beneden. Ik heb me trouwens nooit gerealiseerd dat de tunnel zo lang was, want als je met de auto er doorheen rijdt krijg je dat niet zo mee. Op dezelfde wandeling zijn we toen ook op de Euromast ge- weest, dat wil zeggen tot op het Panoramaplatform. Het waaide nogal hard en het was fris, maar het uitzicht  was prachtig. Ik heb nog even geprobeerd om over de ijzeren trappen tot bij de Euroscoop te komen, maar aangezien ik hoogtevrees heb, ben ik maar snel weer naar het platform teruggeschuifeld. Aangezien Annie en Anke ook geen zin hadden om het nog hogerop te zoeken, hebben we er ook maar meteen van afgezien. Een kleine honderd meter hoog was voor ons hoog genoeg. Ik wist niet dat Anke ook hoogtevrees had. Toen zij met Stijn in New York op het Empire State Building stond, kreeg ze zo’n angst dat ze nauwelijks nog een voet durfde te verzetten, hoorden we pas later.

Iedere keer als we in Rotterdam of elders iets bezichtigden wat ook voor de kinderen van school interessant was om te zien (Kinderdijk, het Onderwijsmuseum, een tocht door de havens, of ook bezienswaardigheden in Amsterdam of Utrecht of elders, de tentoonstelling Knus over de vijftiger jaren) zette ik de foto’s die ik maakte op het netwerk van de school om iedereen mee te laten genieten. Ik geloof niet dat er buiten mezelf iemand van mijn collega’s de foto’s wel eens aan de kinderen liet zien. Ik heb tenminste nooit een reactie gehad. Maar misschien vindt niemand de foto’s interessant genoeg om te bekijken. Net zomin als de vakantiedia’s van vroeger. Het zou zomaar kunnen, natuurlijk.

Interessant is zeker ook de filosofische reactie van iemand die ik hier nog even bij wil plaatsen:

Wanneer je beginpunt wijzigt, zal het vervolg ook veranderen. Maar het vervolg bestond hoe dan ook nog niet, alleen jouw voorstelling ervan. En kun je wel zeker weten dat je toekomst nu minder mooi zal zijn dan de toekomst die nu niet meer bestaat (of eigenlijk: nooit bestaan heeft)?

Is het wel zo dat de eerdere toekomst van Anke nooit heeft bestaan? Net als andere ouders, heb je bepaalde verwachtingen van je kinderen. Vele daarvan zul je moeten bijstellen, maar ik was er toch altijd vrij zeker van dat Anke nog eens bekend zou worden om wat ze zou schrijven, in de krant, of in een boek, of in een opinieblad. Misschien zou ze wel in het buitenland terechtkomen als correspondent. In Berlijn misschien. Daar kwam ze vaker, ze vond Berlijn een interessante stad en Duits spreken ging haar goed af. Of misschien zou ze wel in de politiek terechtkomen. Wie zal het zeggen. Ze was in ieder geval erg betrokken.

Maar heeft Ankes toekomst dan nooit bestaan? Niemand kan dit toch weten lijkt me. Als haar ziekte eerder was ontdekt, was alles toch anders gelopen dan nu? Het zou misschien wel de moeite waard zijn om daar eens over te filosoferen. Maar eigenlijk heeft het ook zin om je deze vragen te stellen. Je krijgt geen antwoorden en in dit geval levert het alleen maar pijn op.

Ik heb ooit eens het idee gehad om een boek te schrijven over iemand die op een kruispunt in zijn leven komt te staan. Neemt hij de ene beslissing, dan zal zijn leven op een bepaalde manier verdergaan. Had hij een andere beslissing genomen dan was zijn verdere leven wellicht totaal anders verlopen. Iedereen kan zelf enkele gevolgen zelf bedenken: andere partner, een ongeluk, ander beroep en dito collega’s en ga maar door. Misschien is zo’n boek al eens door iemand geschreven en anders is het wellicht nog tijd om het zelf te doen.

Filosoferen van de koude grond deed ik wel eens vaker met de kinderen van de klas om hun reacties te peilen. Leuk om te zien en te horen hoe sommige kinderen in een stelling meegaan en anderen zich hevig verzetten. Zo hield ik in de klas wel eens staande dat we wellicht niet zelf op school waren, maar alleen maar een rol speelden in iemands droom (uit de klas misschien?) en die dus droomde dat we op school waren. Enkele kinderen keken me meewarig aan en deden verder niet meer mee. En toen ik eens tijdens de surveillance op het speelplein hoog in de bomen een vogelnest opmerkte en vroeg wat er zou gebeuren als een vogeltje, net uit het ei, last had van hoogtevrees, werd ik door deze of gene collega ook wel eens raar aangekeken. Misschien was het ook mede daarom dat ik, toen ik eens vroeg om het boek ‘Filosoferen met kinderen’ wilde bestellen, te horen kreeg dat daarvoor geen geld was. Het kostte dan ook maar liefst € 17,90…

Dit bericht is geplaatst op 23 jul 2013, in juli 2013.

Gesprekken

Anke is nogal productief vandaag. Er volgen nog twee stukjes, waaronder

Kopiëren voor dummies

Vandaag maar weer eens wat administratie. Ik moet een declaratieformulier kopiëren (notabene van die vervelende kaakchirurg die ik vandaag gewoon bij zijn naam ga noemen: dr. Mokthari, die mij twee weken (!!!) voordat de kno-arts van het Erasmus MC met zijn blote oog kon vaststellen dat ik een flinke tumor in mijn tong had, met een antibioticakuurtje naar huis stuurde…)

Maar dit terzijde. S. ergert zich dat ik bij het kopiëren om hulp vraag, volgens hem is het allemaal heel vanzelfsprekend en makkelijk omdat ons print/fax/kopieerapparaat zo ontworpen is dat ‘mongolen het kunnen bedienen’. Zuchtend komt hij erbij staan. Het apparaat heeft acht knopjes.
Bij het vierde knopje is het raak.

Anke schrijft dat Stijn zich ergert als hij haar moet helpen bij het kopiëren, maar ik geloof eerder dat Anke zich ergert aan het feit dat het haar niet lukt om het apparaat aan de gang te krijgen en daarom in het eerst deel van dit stukje zo’n giftige tekst neerzet. Waar ik me alleen maar bij kan aansluiten. Je zou zo’n man toch iets willen aandoen. Wat als die nou eens vanaf het allereerste begin eens beter uit zijn doppen had gekeken? Wat als hij zijn oogkleppen eens had afgezet? Wat als…..

Wellicht had Anke’s eerdere toekomst dan toch bestaan? We kennen onderussen wel meer mensen die tongkanker hebben gehad en het er zonder veel lichamelijke schade hebben afgebracht. Waarom zou dat bij Anke niet hebben gekund. Wat als? Waarom? Vragen waarop geen antwoord komt, maar die desondanks gesteld worden.

Het laatste stukje van de dag en de maand is met recht een

Een vreemde rolwisseling

Eigenlijk wilde ik boven dit logje ‘dubbelslechtnieuwsgesprek’ zetten. Maar ik heb er maar vanaf gezien toen ik bedacht dat dat, gezien mijn ziekte, weleens verkeerd geïnterpreteerd zou kunnen worden…

Net belt oude studievriend A. die ik al heel lang niet meer gesproken heb. De laatste tijd neem ik mijn mobiel bijna nooit meer op (omdat praten aan de telefoon nog steeds moeizaam gaat en ik sowieso weinig gebeld word omdat mensen weten dat ik gesprekken – voorlopig – liever via MSN voer) maar, denk ik: misschien heeft A. via via wel gehoord dat ik ziek ben waardoor ik me toch een beetje verplicht voel de oproep te beantwoorden (en ook omdat hij ‘helemaal’ in Duitsland woont)

“Hee A.”, zeg ik (in mijn beste Nederlands) “Hoi A.”, zegt A. (volgt u het nog?) “Ik bel omdat ik slecht nieuws heb maar dat heb je zeker al gehoord, wat er een maand geleden gebeurd is?” Verwarring, bij mij. Eh… is dit niet mijn tekst: ik ben toch degene met het slechte nieuws? Blijkt dat een man die A. en ik allebei kennen (niet héél goed, maar van freelance werk dat we allebei voor dezelfde opdrachtgever deden) zelfmoord heeft gepleegd.

Omdat ik de man in kwestie daar totaal geen type voor vind (vraag me niet wat een zelfmoordtype dan wel precies is…) ben ik erg geschokt. Ik vraag hem naar het hoe en vooral: het waarom. Hij had toch een leuke baan, een vrouw, twee kinderen en (ogenschijnlijk?) een goed humeur. Waarop A. opmerkt dat hij me niet goed verstaat, of er soms iets met de verbinding is of zo? Nu moet ik hem dus gaan vertellen dat ik niet meer goed praten kan en ook waardoor dat komt. Kanker gehad. Geopereerd. Tong bijna helemaal weg. Reconstructie. 33 Keer bestraald. Langzaam herstellen. Blijvende gevolgen…

Op de één of andere manier heb ik er grote moeite mee, om te zeggen dat ik heel erg ziek ben (geweest). Omdat A. het totaal niet verwacht. Omdat er in een paar maanden tijd zoveel gebeurd is. En omdat ik geen idee heb hoe ik mijn eigen slechte nieuws moet inkleden tegenover iemand die zélf met slecht nieuws dacht te komen. Waardoor het voelt als een vreemde rolwisseling.

(A. ving het overigens goed op door mij ermee te complimenteren hoe verstaanbaar ik nu alweer ben; met hemzelf, zijn vrouw en kind gaat het gelukkig goed)

Het is moeilijk te aanvaarden dat anderen zich van het leven willen beroven terwijl Anke moet vechten voor het hare. In het zorgcentrum waar Annie werkt zouden sommige mensen hun leven willen geven in ruil voor een “dodelijk spuitje” of een dito dosis tabletten. Annie heeft daar altijd grote moeite mee; sommige mensen wachten – wellicht ook wel terecht –  met smart op hun dood terwijl Anke zo graag verder wilde leven. “Kwam Hij mij maar halen”, zeggen ze vol wanhoop en moe van het leven. Je zou een ruil willen voorstellen: zij hun dood waar ze naar smachten en Anke het leven dat ze zo graag wil voortzetten. En je weet wel dat het zo niet werkt, maar toch…

In de weken die komen zal Anke weinig op haar weblog schrijven. Na een vraag van een lezer naar het waarom, antwoordt ze: “Hoe drukker het in mijn hoofd is, hoe stiller de weblog, lijkt het wel…
Ben bezig een paar dingen op een rijtje te zetten, hetgeen het schrijven enigszins blokkeert. Maar krijg vast wel nieuwe inspiratie binnenkort”.

Anke maakt een moeilijke periode door. Ze is mismoedig en moet uitkijken dat ze niet depressief wordt. Na alle eerdere gebeurtenissen die elkaar in rap tempo opvolgden, heeft ze nu meer dan genoeg tijd om na te denken over haar toekomst. “Word ik wel weer gezond? Wat houd ik eraan over? Kan ik mijn beroep wel weer uitoefenen”?

En niemand die je een antwoord kan geven. Iedereen probeert haar moed in te praten, maar ik heb het idee dat Anke twijfelt aan de goede afloop. Ze zit stilletjes in de kamer en komt nauwelijks tot enige activiteit. Ze is afwezig en tuurt in het oneindige, haar gedachten zijn God weet waar.

Ze voelt zich niet goed, maar kan niet echt onder woorden brengen wat ze voelt, hoe ze zich voelt. Ze zegt wel dat ze zich zo niet langer wil voelen. We stellen haar voor dat ze contact heeft met een arts die kan inschatten wat ze precies mankeert en haar eventueel wat oppeppende medicijnen kan voorschrijven. Een depressie is voor iedereen afschuwelijk om te hebben, maar Anke moet dit niet ook nog erbij hebben.

Het feit dat de inspiratie schijnbaar enige tijd wegblijft is dunkt me geen goed teken. Als Anke niet schrijft is er wat. En aangezien ze nu al een poosje niets meer aan haar weblog toevertrouwt, betekent dit volgens mij dat ze zich niet goed voelt. Op de dagen dat we er zijn, is ze stiller dan anders. Soms probeer ik haar weer ertoe te bewegen iets te schrijven, maar forceren heeft geen zin. Dat heeft trouwens nooit zin gehad bij haar. Je zou soms hoog of laag springen om haar te laten doen wat jij wilde, maar dat kon je net zo goed laten en je de moeite besparen. Anke deed de dingen pas als ze zelf overtuigd was dat ze die moest doen, of ze moest er echt niet onderuit kunnen. Maar meestal werd haar humeur er niet beter op als je haar tot iets dwong. Waarschijnlijk was ze ook op dit punt erfelijk bepaald. In de tussentijd zitten we maar te smachten naar goed nieuws en zolang dat uitblijft word ik alleen maar angstiger en ongeruster. Ik kan niet beschrijven met hoeveel onrust en ongerustheid ik nog steeds in mijn lijf rondloop.

Op school kan ik mijn draai niet echt vinden. Soms zijn de kinderen me te druk – vooral in de wat vrijere lessen of situaties zoals in de bus of tijdens de gymles -, dan weer vind ik dat de een of de andere ouder overdreven reageert op een akkefietje. Maar dat is de praktijk van alledag, eigenlijk niet anders dan voorheen. De herfstwandeling is juist geweest, we moeten vergaderen, cursussen ‘coöperatief leren’ volgen, er is een studiedag – over de communicatie binnen de school -, ik bezoek de vergadering van de oudervereniging, die met een waslijst aan vragen komt waar ik meestal geen antwoord op kan geven en ik hou samen met mijn vervangster de 10-minutengesprekken over de vorderingen van de kinderen nu het tweede rapport er aankomt. Gelukkig verlopen de gesprekken goed. Ondanks het feit dat ik niet alle dagen lesgeef, heb ik een goede indruk van de kinderen van de klas (vind ik) en samen met mijn vervangster lukt het om de ouders goed te informeren. De meeste ouders zijn erg aardig en doen verder niet moeilijk. Ofschoon niemand rechtstreeks vraagt hoe het met Anke gaat heb ik wel de indruk dat sommigen daardoor wel wat terughoudender zijn in hun reacties. Een enkele uitzondering daargelaten.

Natuurlijk moet ik wat meer gaan lesgeven, zoals afgesproken in de bijeenkomsten met mijn casemanager en de directrice. Ik ben sowieso op woensdag, donderdag en vrijdag op school aanwezig en begin met enkele uren per dag mijn klas les te geven op arbeidstherapeutische (AT) basis. De rest van de dag kan ik dan andere werkzaamheden op school verrichten; kopiëren, administratie, ondersteunend werk, groepjes kinderen helpen bij leerproblemen etc. In de loop van de weken tot de kerstvakantie worden de lesgevende taken op AT-basis uitgebreid tot 2 dagen en nog slechts een dag ondersteunende werkzaamheden. Althans dat is de verwachting van alle betrokkenen.

De medicijnen die ik heb voorgeschreven gekregen doen hun heilzaam werk dus moet dit gaan lukken. Als de situatie rond Anke nu maar eens echt verbeterde, zou je haast geneigd zijn tot enig vertrouwen in de toekomst.

Dit bericht is geplaatst op 24 jul 2013, in juli 2013.

Aanbeland

Het lijkt er trouwens op dat Anke zich na een poos wat beter is gaan voelen, want gelukkig verschijnen op 22 en 23 november weer twee nieuwe stukjes op haar weblog:

Ameland

Soms moet je een beetje streng voor jezelf zijn. Als we terug zijn van Ameland, ga ik weer wat op mijn weblog zetten, had ik S. (en ook mezelf) beloofd. En zie hier: we zijn nog steeds op Ameland, en ik heb al zin om een klein stukje te schrijven.

Ten eerste omdat het eiland zo mooi is, dat het voor mij bij aankomst ineens kraakhelder was wat ik vandaag, in het bejaardenhuis van Hollum, moest stemmen. Terwijl ik toen we maandag arriveerden een weliswaar links georiënteerde, maar toch ook hevig zwevende kiezer was. Beetje vreemd om je partijkeuze op je vakantieadres te baseren, maar ook wel overzichtelijk.

Verder wil ik nog melden dat ik gisteren, samen met S., voor het eerst van mijn leven op een tandem heb gefietst. Het gaat te ver om in het kader van mijn ziekte nu het ‘Elk nadeel heeft zijn voordeel’-adagium te huldigen (zo ver ben ik nog lang niet), maar ik vond het ritje wel een groot succes. En ik heb heus ook zelf wel gefietst hoor! En als het weer morgen meezit, misschien weer….

Ameland II

Nou ja zeg, da’s ook toevallig. Waar dronken wij maandagmiddag nog nietsvermoedend een kopje thee, tevreden constaterend hoe charmant authentiek het er was? En wat werd vandaag uitgeroepen tot café van het jaar? Café Nobel in Ballum, Ameland.

Vandaag geen tandem trouwens, het weer – windkracht zeven – liet het niet toe. Wel een strandwandeling gemaakt en met de boot op robbenjachttocht, een minstens zo aparte ervaring. En ook een beetje de kroon op mijn stem van gisteren…

 Wat verder opvalt is dat iedereen hier zijn hand opsteekt om ons te groeten, zelfs als we in ons autootje over het eiland ‘crossen’. Waarop S. constateerde dat Amelanders zo vriendelijk zijn. Maar volgens mij doen Amelanders helemaal niet echt iets uitzonderlijks en is de rest van (stedelijk) Nederland gewoon onvriendelijk geworden.

Daarom: een vrolijke groet vanaf dit supermooie eiland. Is gewoon gratis.

Stijn en Anke zijn naar Ameland om daar een paar dagen op adem te komen na alles wat ze hebben meegemaakt. Eventjes met zijn tweetjes proberen een normaal stel te zijn dat een paar dagen op vakantie is. Maar wat heet normaal? Anke’s gezicht is dikker geworden, ze heeft bolle wangen van de bestralingen. De huid en de littekens zijn roder en vallen daardoor op. Ze loopt met een witte verbandkraag om haar hals en ze kan niet praten zoals vroeger. Ze is sterk vermagerd door alle ontberingen en beslommeringen. Haar bagage is uitgebreider en ziet er anders uit dan die van de gemiddelde toerist.

Maar Anke en Stijn genieten desondanks. Van de rust, de natuur, de vriendelijke mensen en het feit dat ze weer even kan fietsen, al is het dan achterop de tandem. Stijn stuurt enkele foto’s van het strand en de schitterende zee, een groepje zeehonden lekker lui op een zandplaat in de zon, schapen die grazen, van Anke die ons toezwaait vanaf een duin en op de rug gezien als ze wegloopt van Stijn over het strand. Gelukkig hebben ze het erg naar hun zin, zo te zien en gelukkig schrijft Anke weer, een goed teken!

Opgetogen stuur ik haar ’s middags meteen een mailtje om te laten weten hoe blij ik ben.

Hoi Anke,
Heb net je tweede brief op je weblog gelezen. Ik vind het erg leuk om weer op deze manier van je te horen. Overigens ben ik niet JH, zoals je waarschijnlijk al hebt begrepen.

Leuk dat het eiland jullie zo goed bevalt. Je gaat toch geen heimwee naar het platteland krijgen?
Als ik je berichten goed begrijp heb je GroenLinks gestemd. Of vergis ik me? Wat vind je trouwens van de uitslag van de verkiezingen? Krijgen we een CDA/PvdA/SP-kabinet? Zonder Bos?
Ik ben benieuwd.

Groeten, ook aan Stijn.

PS
Toine heeft een nieuwe vriendin. Een meisje uit de buurt met een Haagse achtergrond (familie met dubbele achternaam en een vader die op een of ander ministerie werkt) en gedeeltelijk Indonesische roots. Meer weten we ook nog niet. Hij zal je wel op de hoogte houden, of niet.

Toine is namelijk niet zo scheutig met het verstrekken van informatie, net zomin als Anke dat ooit is geweest. Ook nu zal ze ons vast niet van alle feiten op de hoogte stellen. Omdat ze niet altijd de noodzaak ervan inziet, maar ook om ons te sparen, vermoed ik. Wat niet weet, wat niet deert, zal ze wel denken. Maar die vlieger gaat niet altijd op. Vermoedens zijn soms erger dan feiten, je gaat je dingen in je hoofd halen die misschien helemaal niet aan de orde zijn. Zeker een situatie als waarin we nu verkeren, zorgt er gemakkelijk voor dat je hoofd op hol kan slaan en dat je allerhande nare gedachten en angstige vermoedens niet meer kwijtraakt. En de nachten kunnen lang duren als je niet kunt slapen van zorgen en angst. Onzekerheid is slopend. En de onzekerheid blijft voorlopig de trouwste metgezel.

Als Anke en Stijn terug zijn van hun korte vakantie op Ameland, brengen ze voor mij een potje Amelander Mosterd mee. Aangevuld met duindoorn, staat er op het deksel te lezen. Met duindoorn? Geen wonder dat de mosterd zo prikt. Verder staat er ook nog op het potje dat het mosterdzaad op milieuvriendelijke wijze wordt geteeld en ambachtelijk op molenstenen gemalen in mosterd- en korenmolen “De Verwachting” op Ameland. Met een foto van de betreffende molen op het etiket. Dat ‘milieuvriendelijk’ zal Anke aangesproken hebben. Het potje, dat reeds lang over de uiterste houdbaarheidsdatum heen is, bewaar ik nog steeds want het is een van de laatste dingen die ik van haar gekregen heb.

Dit bericht is geplaatst op 26 jul 2013, in juli 2013.

Gewoon

En de dag erna lezen we nog een positief bericht, de hoeveelheid slijm vermindert!

Gelukkig maar, want de laatste maanden zagen we Anke niet anders dan met een of meerdere rollen keukenpapier in haar nabijheid, net zoals een klein kind draagt met een lap. In haar tas, op de bak, in de keuken vanzelfsprekend, in de auto, steeds maar weer die rol om met hulp van het papier het slijm uit haar mond te verwijderen. Soms was het net alsof ze haar neus snoot als ze het slijm uitspuugde, maar soms ook was het zo taai dat ze het uit haar mond moest trekken. Zowel het een als het ander viel nogal op, maar we deden allemaal net alsof we het niet echt opmerkten. Gelukkig is het nu minder en is daarmee weer een stapje op weg naar een gewoner leven gezet:

Af en toe droog

De afgelopen maand durfde ik er al bijna niet meer op te hopen, zo erg was het soms. Maar gisteravond trad er dan toch voorzichtig verandering op. Doodstil bleef ik op de bank zitten, bang dat het weer over zou gaan als ik me zou verroeren. In bed kon ik de slaap nauwelijks vatten en oefende ik hardop wat zinnetjes. Vanochtend was het nog steeds zo, en vanmiddag ook. Dus durf ik er nu voorzichtig – en gematigd positief, want ik ben er nog niet – over te berichten: het slijm in mijn mond wordt écht minder.

Ontroerend hoe Anke erover schrijft en hoe indringend ook. En dat over iets dat ieder mens als normaal ervaart, wat heet. Waar ieder ander nog niet eens over nadenkt.

Een volgende stap voor haar is dat ze weer de stad in durft. Als we – weer op een dinsdag en vanaf nu meestal met de auto – op bezoek zijn, besluiten we met zijn drieën het winkelcentrum te bezoeken en daar gezellig wat sfeer op te snuiven. Met de tram zijn we zo bij Beurs, de Koopgoot, V & D, etcetera. Anke snuffelt zelfs tussen de kleren. Nooit gedacht dat ik het nog eens fijn zou vinden als Annie en Anke uitgebreid tussen de kledingrekken zouden schuifelen. Ook gaat Anke nog op zoek naar een mooi cadeau voor Stijn: een luxe editie van Triviant moet het worden. Als we het spel gevonden hebben gaat ze zelf naar de kassa om af te rekenen – weliswaar met enige schroom: Wat zal de caissière wel niet denken? Zal ze me wel kunnen verstaan? Maar de caissière heeft geen tijd om op klanten met een gebrek te letten en handelt als bij iedere willekeurige klant aan de kassa. Routineus, maar niet onvriendelijk, gaat ze te werk, pakt het spel in cadeaupapier in en wenst Anke nog een fijne dag. Opluchting alom.

We blijven niet al te lang, Anke is nog steeds gauw moe, ergens gaan zitten om een kopje koffie of thee drinken is er sowieso niet bij. We hebben het er maar niet over, het doet al pijn genoeg zonder het gemis te benoemen. Misschien, zo houden we ons voor, komt het ooit nog eens zover dat Anke weer gewoon uit een kopje of uit een glas kan drinken, zonder dat ze bang hoeft te zijn dat de helft meteen weer uit haar mond zal lopen.

Een paar dagen later komen er weer enkele optimistische geluiden:

De lijnen zijn geopend

Twee kleine overwinningen: vanochtend alleen naar het Erasmus MC gefietst voor een afspraak bij de mondhygiëniste. Ik voelde me, op weg naar het ziekenhuis, zo normaal, onopvallend, dat ik bijna wel kon janken.

En vanmiddag, na lang dralen, zelf de fysiotherapeut gebeld om te vragen hoe laat ik woensdag ook alweer een afspraak had. ‘Helaas’ kreeg ik meteen Mr. Flapdrol zelf aan de lijn (hij deelt zijn praktijk met meerdere mensen) waardoor het voor mijn gevoel niet echt telt, want hij kent me immers al.

Nu moet ik eigenlijk nog telefonisch een ontspanningsmassage bij een massagepraktijk regelen, maar of ik dat durf… Word vervolgd. In ieder geval heb ik besloten dat ik vanaf vandaag wel weer ‘gewoon’ zelf gebeld kan worden.

Wat een geluk voor haar. Ze heeft gefietst en getelefoneerd! Bovendien laat ze weten dat ze weer gewoon gebeld kan worden en dus hoeven we onze niet meer te beperken tot sms’en of mailen. Zou het nu eindelijk weer de goed kant met Anke opgaan? Waar mogen we nog meer op hopen wat betreft haar toekomst? Zal ze weer aan het werk kunnen bij Erasmus Magazine? We horen in ieder geval dat ze blij was weer eens bij haar collega’s van het EM te zijn en op haar werk te kunnen rondlopen en met deze of gene een praatje te maken. Fantastisch nieuws. We zijn opgetogen dat we dit weer allemaal mogen meemaken. En ook wij zouden wel kunnen janken van geluk.

Dit bericht is geplaatst op 27 jul 2013, in juli 2013.

Nog een keer gewoon

29 november 2006:

Milimeterwerk II & andere experimenten

Het gaat goed met de mondopening. Langzaam, maar dan ook echt langzaam, kruip ik richting drie centimeter (“als je het positief wilt zien”, zei de fysio er vandaag wel bij, maar dat wil ik en hij – als ‘Martin Gaus voor mensen’ – vanzelfsprekend ook).

De nieuwe oefeningen die ik moet doen zijn niet zo leuk en ik doe ze ook niet zo vaak als eigenlijk zou moeten (met mijn duimen op mijn bovengebit en mijn wijsvingers op mijn ondertanden moet ik zes keer per dag zes maal mijn onderkaak zover mogelijk naar beneden duwen… auw!), maar gelukkig boek ik evengoed vooruitgang.

Het probleem is alleen dat ik, als ik praat, mijn kaken nog steeds min of meer op elkaar houd en dan schiet ik met die oefeningen niet zoveel op. Het gaat uiteindelijk immers om het gebruik van de mondopening in mijn dagelijkse praktijk. Of zoals de fysio zegt: “Use it or lose it.”

Voorheen kon ik me nog beroepen op een overenthousiaste slijmproductie als oorzaak, maar dat is steeds minder aan de orde. Ik moet mijn mond echt open doen als ik praat. En ik probeer dat heus ook wel, maar het vanzelfsprekende gevoel hoe je dat doet is bij mij helemaal weg. Daarom moet ik mezelf voor de spiegel hardop voor gaan lezen. En dat is een beetje raar. Maar gelukkig heb ik mijn gedichtenbundel nog, en dan is het meer reciteren. Toch? Helaas is het resultaat nog te hilarisch om er publiek bij uit te nodigen…

In mijn ‘overwinningsroes’ vandaag ook nog een ander experiment gedaan maar dat is helaas mislukt. In de keuken hadden we nog wat trekdrop liggen en ik dacht dat het misschien wel lekker was om daar op te kauwen. Nou is trekdrop sowieso nooit mijn favoriete dropsoort geweest, maar nu smaakte het helaas helemaal nergens naar. Ja, heel vaag proefde ik een kunstmatig (trekdrop)smaakje, maar volgens mij had ik net zo goed op een willekeurig stukje rubber met dropgeur kunnen kauwen (dan had ik nu tenminste niet zo’n angstaanjagend zwarte tanden gehad en zonder beweegbare tong is het moeilijk schoon krijgen…)

Omdat een leven zonder drop eigenlijk geen optie is (je kunt niet alles van me vragen) zit er waarschijnlijk niks anders op dan te zijner tijd – alcohol is nu absoluut nog niet aan de orde – mijn toevlucht tot dropshot te nemen en te hopen dat de weinige smaakpapillen die ik nog heb dat wel oppikken.

Ondanks de positieve strekking van dit verhaal, ontgaat me niet de tragiek die erachter zit. We zijn geneigd om gauw te vergeten, omdat de dingen die Anke missen moet voor iedereen zo vanzelfsprekend zijn dat we ze meestal doen zonder erbij te denken. Meestal, want eten doen wij natuurlijk toch ook wel, maar genieten van eten is er niet meer bij. Je vindt het vaak wel lekker maar meteen als je eet sluipt de gedachte in je hoofd dat Anke dit niet meer kan eten, niet meer kan proeven, hier niet van kan genieten. En dat doet zeer.

Toen Anke nog niet zo lang in Rotterdam woonde zijn we op een van de wandelingen door de stad ook een ‘smoothiebar’ binnengegaan om daar met het fenomeen smoothie kennis te maken. Ik had er nog nooit van gehoord, laat staan er eentje geproefd. Later hadden we ook zelf een blender om de nodige fruitsmoothies te maken. Maar sinds Anke ziek is geworden staat het apparaat ongebruikt op het aanrecht. En het receptenboek dat we van haar kregen ongeopend in de boekenkast. Zelfs nu, enkele jaren verder, heb ik het toestel enkel en alleen nog eens gebruikt om een teveel aan groenten in de soep te pureren. Geen smoothie meer gehad, het was (en is nog wel) alsof we er niet meer van kunnen genieten.

Je voelt je trouwens wel vaker schuldig als je ergens van geniet. Het is net of dat niet zou mogen. Niet alleen bij het eten, maar op alle gebied geldt als het ware een genietverbod. En dat is nou juist hetgeen Anke niet wil. Als we bij haar en Stijn eten, komt ze er in tegenstelling tot een poosje geleden wel eens bij zitten voor de gezelligheid. Erg dapper van haar, maar Annie en ik voelen er ons niet erg lekker bij. En ook als je tussendoor zin hebt in een drankje of een kopje koffie met een koekje proberen we het altijd zo onopvallend mogelijk naar binnen te werken. Zodat Anke er zo weinig mogelijk van meekrijgt. Totdat ze er wat van zegt: we kunnen gerust gewóón doen, en koffie drinken of koekjes eten als we daar zin in hebben. Blijkbaar viel het onopvallend doen haar toch wel op.

Op 30 november laat Anke zien dat het voor haar nog niet meevalt om ‘normaal’ over te komen, laat staan om te genieten:

Massage

Gistermiddag naar de masseuse, die ik dinsdagochtend zelf gebeld heb. Wel met een ietwat verontschuldigende opmerking vooraf dat ik aan mijn mond geopereerd ben, waardoor ik een beetje onduidelijk praat. En bij die informatie wil ik het eigenlijk ook gewoon laten.

Nou ja, totdat blijkt dat ik me tot mijn onderbroek moet uitkleden. Opeens realiseer ik me dat mijn ‘gehavende lichaam’ toch wel vragen zal oproepen; een nog roze litteken over zo’n beetje mijn hele linkerbovenbeen, de peg-sonde in mijn buik, de verkleuring van mijn wangen door de bestraling, het litteken in mijn hals, twee morfinepleisters…. Niet bepaald zaken die je aan het trekken van een verstandskies of een kaakoperatie (zoals de masseuse aanvankelijk veronderstelt) overhoudt.

Omdat ik me ongemakkelijk zou voelen als ik helemaal niks zou zeggen, vertel ik toch maar dat ik onlangs aan een tumor geopereerd ben. Op de details probeer ik, ondanks wat vragen van haar kant, zo min mogelijk in te gaan. Zij weet niet beter dan dat het moeilijker praten en eten alleen maar tijdelijk is. Toch had ik liever gehad dat ik mezelf helemaal niet had hoeven ‘verklaren’. Het maakt me een beetje verdrietig, omdat de ontspanningsmassage juist was bedoeld om mijn ziekte even helemaal te vergeten.

En ook al is de massage op zich erg fijn, hierdoor kan ik er niet helemaal van genieten zoals ik gewild had. Hopelijk wordt het de tweede keer makkelijker.

Gelukkig, zo troost ik me maar, hoeft Anke niet bij iedereen die ze ontmoet een dergelijke procedure te doorlopen. Toen Anke nog geopereerd moest worden maakte ze zich al druk om het litteken dat op haar been te zien zou blijven. Ik kon me daar niet zoveel bij voorstellen, beter gezegd: ik vond het niet zo erg, maar bij vrouwen ligt dat natuurlijk anders. Dan kan ik misschien niet eens meer een rok dragen, merkte ze meteen op. Het zal wel een tijd duren voordat Anke weer onbevangen de straat op kan, als het al zover komt dat ze niets meer hoeft uit te leggen, dat het litteken in haar hals niet meer zo zichtbaar en haar bolle gezicht niet meer zo rond zal zijn

Uit het geschrevene blijkt dat dit litteken en de andere haar danig dwars zitten, ze spreekt niet voor niets van een ‘gehavend lichaam’ en ze heeft natuurlijk volkomen gelijk. Ook al zou een man er misschien minder moeite mee hebben, voor haar is het voorlopig niet meer of minder dan een regelrechte ramp. Wie wil er nou zo gehavend uitzien? Ze heeft er tegen ons weinig of niet over geklaagd, maar ik weet zeker dat ze er veel verdriet van heeft gehad.

Ondertussen is het december geworden; de maand van de gezellige familiefeesten. Erg gezellig zal het bij ons niet worden. Niet omdat we niet aan Sinterklaas of Kerstmis zouden doen, maar omdat het met Anke niet veel beter meer gaat. Ze blijft vaak moe en knapt niet verder op. Soms lijkt het of ze eerder vermoeider wordt dan minder. In haar bovenkaak is een wond ontstaan, door de bestralingen? Deze wond wil maar niet dicht, vanalles is al geprobeerd en uiteindelijk wordt besloten deze dan maar dicht te branden. Dat gaat vrij gemakkelijk en een bijkomend voordeel is dat Anke’s slechte adem als bij toverslag is verdwenen. Sinds een tijd ruikt Anke een beetje zurig uit haar mond, ondanks het vele poetsen. Wij durven er nooit iets van te zeggen: Anke kan er niets aan doen. We weten dat ze goed poetst, want ze was altijd zuinig en trots op haar mooi gebit. Misschien hadden zich in de wond toch voedselresten verzameld die ervoor zorgden dat haar adem niet fris was. Je kunt niet geloven dat geen enkele arts of geen anderszins medisch geschoold iemand zich ooit heeft afgevraagd waar die geur vandaan zou kunnen komen en dat eens een keer heeft onderzocht. Ik weet niet wat ik ervan moet denken. Misschien hebben ze net als wij gedacht dat het door de voeding kwam. Maar eigenlijk zou dat niet kunnen, omdat ze de voeding via de sonde inneemt.

Vroeger was december bij ons net als in veel andere gezinnen de meest gezellige maand van het jaar. Alhoewel ik ook wel eens Sinterklaas heb toegewenst eens een jaartje in Spanje te blijven, maar dit had meer met school te maken. De meeste ouders zijn na een jaar of tien wel klaar met het Sinterklaasfeest, maar als je lesgeeft op een basisschool gaat het feest maar door, jaar na jaar. Je moet enthousiast zijn of doen alsof, maar na meer dan dertig keer heb ik er tabak van. Komt die oude man alweer door de bocht met alle toestanden die erbij horen. Ik hoop dat de kinderen in mijn klas het niet gemerkt hebben, maar ik heb Sint, net als Toon Hermans, wel eens verwenst.

Eigenlijk vind ik Sinterklaas het meest onrechtvaardige feest dat er bestaat. Kinderen die braaf, lief en deugend zijn,  krijgen op 5 of 6 december – op het eigenlijke feest dus – soms nog minder (dure) cadeaus dan kinderen van rijke ouders een tijdlang van tevoren al vaker in hun schoen vinden. En dát zijn nou net niet altijd de leukste kinderen. Hoe kun je zoiets uitleggen? Het is hartstikke onrechtvaardig. Ook het feit dat Sinterklaas elk jaar eerder met repeterende reclames via de brievenbus of het tv-scherm bij ons belandt, zorgt bij mij niet voor een grotere waardering voor de eeuwenoude kindervriend. Gelukkig heb ik de laatste jaren van mijn schoolcarrière een hogere groep en dan kunnen we Sinterklaas met eerbiedige spot tegemoet treden. Vooral het lied Sinterklaas, wie kent hem niet van Het Goede Doel gooit ieder jaar weer hoge ogen bij mij en de kinderen van groep 6 of 7.

Een van de voordelen van de moderne technologie is het gemak waarmee je teksten van (Sinterklaas)liedjes kunt terugvinden op het internet. Ik heb vroeger wel eens liedje meer dan twintig of dertig keer moeten beluisteren om de juiste woorden te achterhalen. Dan was het liedje ineens toch niet zo leuk meer. En als je dan zover was dat je de tekst compleet had, moest hij nog op een ouderwetse typemachine worden getikt, hetgeen natuurlijk gepaard ging met de nodige tikfouten, die dan vervolgens weer met correctielak gecorrigeerd moesten worden. In tegenstelling tot Anke heb ik nooit typeles gehad en kon daarom ook lange tijd niet zo goed typen. Het kostte toentertijd, in de jaren zeventig, soms veel tijd om dit soort dingen te doen, maar dat was niet echt een probleem; we hoefden toen niet zo vaak te vergaderen en hadden veel meer tijd om je lessen voor te bereiden of om het werk van de kinderen na te kijken. Tegenwoordig wordt er zonder erbij te blozen tegen je gezegd dat nakijken niet zo belangrijk meer is, je ziet wel bij de (Cito)toets of ze het begrepen hebben. Ja, over een week of vier zeker. Dat schiet pas echt op. Voorbereiden moet tegenwoordig weer wel, en als je in tijdnood komt moet je maar prioriteiten stellen.

En als klap op de vuurpijl moesten de teksten dan nog gestencild worden, omdat een kopi- eermachine toen op onze school in ieder geval nog niet voorhanden was. En ook daarbij kon nog het een en ander misgaan. Soms scheurde het ‘moedervel’ en kon je weer opnieuw beginnen, dan weer zat je eindproduct vol met inktvlekken of was de inkt weer eens net op en moest je eerst de tube vervangen. Want net zoals sommigen precies kunnen uitkienen hoeveel wc-papier ze nodig hebben of kunnen kopiëren tot het allerlaatste blaadje in de la, zo waren er vroeger ook al collega’s die nooit inkt hoefden bij te vullen. Maar ik heb ook eens een collega gehad die toen we pas een kopieermachine hadden en de toner op was, de machine weer bijvulde met een tube stencilinkt, omdat ze gewend was dit zo bij de stencilmachine te doen. Weg kopieermachine.

Kerstmis vond ik eigenlijk altijd leuker, vooral stemmiger dan Sinterklaas. Het feest van rust en vrede, dat spreekt me meer aan dan de commercie rond 5 december. Alhoewel het tegenwoordig in veel gezinnen natuurlijk een even groot commercieel gebeuren is als Sinterklaas. Vroeger toen de kinderen klein waren mochten ze vaak meehelpen met het optuigen van de boom. Een gezellige kerstplaat (een lp van Al Martino, rond 1970 voor vijf D-mark gekocht op de kerstmarkt in Aken) speelde dan liedjes als Silver Bells, Silent Night, Rudolph the Rednosed Reindeer of You’re all I want for Christmas). Anke en Toine hadden ieder een kerstbal met hun eigen naam erop en die werd steeds apetrots in de boom gehangen. En net als in ieder gezin werd het tafereeltje meer dan een keer gefotografeerd. Zowel de kerstballen als de grammofoonplaat en de foto’s worden gekoesterd als relikwieën en kun je niet meer ‘gewoon’ bekijken of beluisteren. Ook hebben we warme herinneringen aan kerstavond als voor het eerst de kaarsjes in de boom aangestoken werden en de kinderen mochten opblijven totdat het laatste kaarsje was gedoofd. Ondertussen iets lekkers te eten en drinken erbij en maar wachten en wedden welk kaarsje het langst zou blijven branden. In de klas schilderde ik afgelopen jaren wel eens dit tafereeltje en vertelde er dan bij dat we nog steeds echte kaarsjes in de boom hebben, met ongelovige gezichten tot gevolg. Echte kaarsen? Wow, dat zouden wij ook wel eens willen. Of misschien ook wel: wie brandt er tegenwoordig nou nog echte kaarsen in de kerstboom? Echt iets voor oude mensen uit de steentijd.

Dit bericht is geplaatst op 28 jul 2013, in juli 2013.

Balans

Op maandag 4 december ga ik weer naar het Centrum voor Arbeid en Psyche in Heerlen. In samenspraak met de psychologe besluit ik met de sessies te stoppen omdat het ergste leed geleden lijkt en omdat het ook met mij weer wat beter gaat, mede dankzij de medicijnen waarop ik goed reageer en die ik de eerstkomende tijd nog blijf innemen. Ook heb ik een groot gedeelte van mijn werkzaamheden weer hervat en ‘gezien de positieve verande- ringen en het ontbreken van een verdere hulpvraag, is in gezamenlijk overleg besloten het dossier alhier af te sluiten.’ Zo staat er in de brief aan de huisarts, met daarbij de toevoeging dat ik indien ik wederom hulpverlening wens me opnieuw kan aanmelden. Eigenlijk verwacht ik niet meteen dat dit zal gebeuren, want ik voel me sterker.

Alleen weet ik op dat moment nog niet wat er nog meer op mijn weg zal komen en ook onderschat ik de werkzaamheid van de medicijnen een beetje. Net zoals ik voorheen nooit zou hebben durven denken dat ik zo hulpeloos zou kunnen zijn en afhankelijk van een aantal mensen en een medicijn. En liever was ik er ook nooit achter gekomen dat ook ik zo aangeslagen door het leven zou moeten gaan. Zo sterk voelde ik me vroeger altijd, ondanks alle eerdere gebeurtenissen in mijn leven, maar gebleken is dat door lang met veel stress te moeten leven iedereen er aan onderdoor kan gaan.

Op 5 december schrijft Anke over hun kerstboom:

Oh denneboom

Okee, eigenlijk is het nog te vroeg. Officieel moet er geloof ik mee gewacht worden tot na Sinterklaas. Maar dat hebben wij zaterdag al gevierd. Dus hebben we ‘m gisteren toch maar alvast gekocht: de eerste echte eigen kerstboom van S. en mij. De versiering is nog wat minimalistisch (alleen lampjes en rode, folkloristisch aandoende kerstballen van Ikea) maar ook erg mooi. S. heeft hem nu al uitgeroepen tot ‘mooiste boom van Nederland’.

Ter verhoging van de feestvreugde (en bij gebrek aan kerstcd) na het optuigen gisteren Rockin’ the Bells (Jingle Bells) op gitaar gespeeld. Nou ja, een hele trage versie dan, want ik heb nog maar sinds heel kort de gitaar van Sim. in bruikleen en ben nog hard aan het oefenen. Gisteren was ik – toevallig! – aan dit liedje toe in mijn oefenboek. Binnenkort, na Sinterklaas en als hij helemaal af is, plaats ik misschien een foto van onze boom, dan kunt u zelf oordelen…

Klarinet spelen zat er niet meer in voor Anke, daarvoor heb je je tong nodig en de ‘lap’ in haar mond mag die naam niet dragen want hij beweegt nauwelijks. Niet dat Anke zo’n fervent speelster was, dat niet. We hebben eens een keurig getypte brief van het bestuur van de harmonie uit ons dorp gehad waarin werd geconstateerd dat “Anke vaak afwezig was op de repetitie en de uitvoeringen van de harmonie”. En of ze haar instrument niet beter ter beschikking van iemand anders kon stellen. Volkomen terecht natuurlijk en Anke is toen ook gestopt met klarinet spelen. Nu heeft ze de gitaar ter hand genomen en na oefening van de begintonen kan ze al een paar liedjes spelen. Het klinkt al heel aardig en met gepaste trots luisteren we naar haar spel. Net als vroeger toen ze als kind haar eerste liedjes op de blokfluit speelde.

Sinterklaas hebben we zaterdag al gevierd, schrijft ze. We hebben eerder met zijn allen de namen getrokken van degene die we een cadeautje en een gedicht zullen aanbieden. Ik heb Stijn en kan voor hem enkele films vinden die hij graag (nog eens) wil bekijken. Maar met het gedicht wil het maar niet vlotten, ik kan het op de een of andere manier niet opbrengen om een Sinterklaasgedicht te schrijven. Ik schrijf daarentegen een kort stukje proza waarin valt te lezen dat we blij zijn dat Anke zo’n goede partner heeft. Stijn speelt saxofoon, houdt van voetbal en is Roda-fan. Net als ik. Hij is humoristisch in woord en geschrift en schuwt de discussie niet. Maar het meest van al waarderen we hem om zijn opgeruimde karakter, zijn hulpvaardigheid en zijn liefde voor Anke die hem in staat stelt alles voor haar doen om het haar maar zo aangenaam mogelijk te maken.

“Waar werd oprechter trouw dan tussen man en vrouw ter wereld ooit gevonden?”, dichtte Vondel. Nou, ik weet het antwoord op deze versregel inmiddels wel. Dan hééft Anke de liefde van haar leven (en de voor ons ideale schoonzoon) gevonden en dan gebeurt dit allemaal. Maar misschien heeft het allemaal zo moeten zijn en kon Stijn juist door zijn grote liefde voor haar, Anke zo geweldig bijstaan.

De denneboom (zonder tussen-n) die Anke en Stijn hebben gekocht is een echte en niet al te uitbundig versierd. We kopen nog spullen om de boom nog wat mooier aan te kleden, maar volgens Anke is dat eigenlijk niet nodig. Zij vond hem zo al mooi genoeg en weet er ondanks al haar ellende toch van te genieten. Zoals ze er steeds in zal slagen om de positieve dingen die er nog over zijn te benoemen en daar plezier aan te beleven, en het daardoor ook voor ons iets minder ondraaglijk maakt.

Het laatste stukje van deze maand én van dit verschrikkelijke jaar volgt op 11 december. Je kunt het op twee manieren lezen. Aan de ene kant is er verbetering opgetreden, maar aan de andere kant zit in dit stukje een verdrietige ondertoon die het ondanks alle postieve opsommingen ook tot een zeer triest verhaal maakt.

>> >>

Precies een jaar geleden is het vandaag, dat S. en ik voor drie weken naar Thailand vertrokken. Het lijkt iets uit een ander tijdperk, een ander leven, zoveel is er sindsdien gebeurd. Het besef dat ik nooit meer zo’n reis – met rugzak – kan maken (in verband met de speciale voeding die ik mee zal moeten sjouwen als ik op vakantie ga) doet pijn, al hoop/denk ik dat er over een tijdje wel andere mogelijkheden zijn om toch nog zoveel mogelijk van de wereld te kunnen zien.

De laatste bestraling is vandaag precies twee maanden geleden. Ook dat lijkt iets uit een ander tijdperk. Gelukkig voel ik me fysiek lang niet meer zo beroerd als toen. Ik ben alweer naar de bioscoop geweest, naar een lezing, een restaurant (in verband met familiedag, zelf alleen soep gehad!), de kapper, in supermarkten en andere winkels, alleen met de trein naar mijn ouders, naar Ameland. En sinds enkele weken zelfs weer voorzichtig aan het werk vanuit huis.

Toch lijkt het, bovengenoemde ‘overwinningen’ ten spijt, mentaal juist alleen maar moeilijker te worden. Het herstel gaat zó langzaam… voor mijn gevoel sta ik soms echt al eeuwen stil. Zeker vergeleken met vrienden, die, volledig terecht natuurlijk, allemaal doorgaan met hun drukke leven. En bovendien zijn het allemaal dingen die ik vroeger sowieso al kon, waardoor het geen échte vooruitgang maar meer ‘beperking van de schade’ is. Wat zou ik in deze periode van mijn leven graag op een fast forwardknop drukken en alweer een jaar verder zijn. Waardoor, hopelijk, ook deze fase iets uit een ander tijdperk lijkt…

Niet te geloven dat het al een jaar geleden is dat Anke en Stijn naar Thailand gingen. In het land maakten ze vanuit Bangkok een reis naar het noorden en bezochten veel plekken waar ze beiden erg enthousiast over waren. Vervoer binnen Thailand werd er door hen zelf ter plekke geregeld, evenals de slaapplaatsen. En ofschoon dat niet de duurste hotels waren, spraken beiden alleen maar vol lof over het land en de mensen. Op de foto’s die we van hun reis gezien hebben, zag Anke er stralend uit, het geluk spat er op alle foto’s vanaf. Ze genoot en van een eventuele ziekte is in de verste verte geen spoor te bekennen. Het doet je goed om te zien dat ze het daar toen zo naar haar zin heeft gehad, maar het doet ook pijn omdat je weet hoe wreed het leven nu voor haar is.

Het is december, tijd om de balans op te maken. Het lijkt erop dat Anke met de opsomming van alle activiteiten die ze heeft ondernomen zichzelf moed inspreekt. Echt tevreden is ze niet, het duurt haar veel te lang. Voor iemand die zo jong is en zo actief in het leven staat gaat het natuurlijk ook maar tergend langzaam beter. En terecht merkt ze op: wat heet beter? Het zijn allemaal dingen die voor iedereen nog steeds vanzelfsprekend zijn en die zij nooit meer spontaan zal kunnen doen. Altijd moet je rekening houden met je beperkingen, de voeding, en steeds weer de pijn die maar niet voorgoed weggaat.

Dit bericht is geplaatst op 29 jul 2013, in juli 2013.

Beter

In oktober of november, zo rond zijn verjaardag, nodigde mijn vader ieder jaar mijn broer en ik, met echtgenotes, kinderen en hun aanhang uit om samen te gaan eten in Restaurant St. Ludwig in Vlodrop-Station, pal aan de Duitse grens. Midden in natuurpark De Meinweg, verzamelplek voor wandelaars en paardenliefhebbers. Vlakbij de residentie van de Maharishi Mahesh Yogi, die vanuit het voormalig klooster contact hield met zijn volgelingen over de hele wereld. Voor ons en de kinderen was de lokatie ook daarom wel interessant, maar ik geloof dat mijn vader er alleen maar naar toe wilde omdat de porties er zo groot waren en omdat ze een ‘gut bürgerliche Küche’ voerden.

Na zijn dood hebben we de traditie voortgezet en ook dit jaar waren we in oktober met zijn allen weer present. Anke dus ook. Het moet voor haar een hele opgave zijn geweest. Sowieso omdat ze niet kon mee-eten, maar ook omdat het uitje min of meer symbool staat voor de goede, oude tijd die voorgoed voorbij is. Nu zijn mijn beide ouders dood en is Anke ernstig ziek en gehandicapt. Toch slaat ze zich er moedig doorheen en al met al wordt het toch een gezellig etentje voor alle betrokkenen – die er misschien ook wel een beetje tegen opzagen. Net als sommige voorafgaande jaren gingen we nog even naar de kerk om opa en oma tijdens een mis te herdenken en Anke en Stijn gaan ook mee. Knap dat ze dit durft, want net als in mijn woonplaats zal ook in mijn geboortedorp Anke’s ziekte onderwerp van menig gesprek zijn geweest. Maar goed ingepakt gaat ze bij ons in de kerkbank zitten, valt niet zo op en trekt zich verder van niemand iets aan.

Ook de treinreis even later naar Echt, ja ze komt zelf naar huis, en het bezoek aan de kapper hier zijn voor haar belangrijke overwinningen. Ze moet deze keer zonder Stijn de lange reis maken en we zien haar als vanouds van het station komen aanlopen. Net als vroeger, maar deze keer zonder weekendtas, toen ze kwam aanhuppelen, altijd kort ingetogen zwaaide met haar ene hand als ze ons zag en achter haar hoofd op en neer dansend haar paardenstaart. We zijn net als vroeger blij dat ze er weer eens is, Anke kwam niet zo heel vaak naar huis. Waarschijnlijk had ze het te druk met de dingen die ze dacht te moeten doen. Maar nu komt ze weer binnenhuppelen en we zouden willen dat ze een paar dagen kon blijven. Maar dat zit er niet in. Allerlei afspraken verhinderen haar om langer dan een dag te blijven. Annie gaat met haar mee naar de kapper, omdat Anke zich niet helemaal op haar gemak voelt en ook omdat Annie dan in de buurt is om vragen te beantwoorden. Ze is bang dat men haar niet zal verstaan, maar het levert allemaal geen problemen op en binnen de kortste keren is Annie weer thuis. Anke voelde zich al gauw op haar gemak en blijft enkele uren weg. Een van de kapsters die bedreven is in het opmaken van klanten heeft haar gezicht opgemaakt en ze komt opgetogen terug. Blij dat alles is goed gegaan en dat haar littekens niet meer zo goed zichtbaar zijn.

Een andere keer is ze met Stijn met de auto gekomen, want een van haar vriendinnen houdt haar vrijgezellenfuif en ook Anke en Stijn zijn uitgenodigd. De mannen gaan samen op stap en vermaken zich prima in Ardennen.

Anke wordt verwacht in Landgraaf. Ze is niet bijster gemotiveerd om te gaan meedoen met de vrouwen. Er komen natuurlijk ook vriendinnen die zij niet kent en ze heeft geen zin om te gaan uitleggen wat er met haar aan de hand is (geweest). We praten op haar in om vooral toch te gaan en door de belofte haar meteen op te komen halen als ze belt laat ze zich overhalen. Gelukkig blijft ze tot de avond en als ze wordt opgehaald is ze blij dat ze is gegaan, maar ook doodmoe van inspanning en emotie. Ze is nog lang niet de oude.

Op 12 december stuur ik een mail naar iemand van de vakbond, die me al eerder heeft bijgestaan. Ik wil proberen of ik uitbreiding kan krijgen van mijn Bapo (Bevordering Arbeids Participatie Ouderen. Vanaf 52 jaar kun je minder gaan werken als je een eigen bijdrage van 35 % van je salaris betaalt.). In het bericht schrijf ik  onder andere het volgende:

“Bij ons is het vaarwater wat rustiger geworden. Met Anke gaat het redelijk. Na de operatie vanwege haar tumor in de tong en de 33 bestralingen daarna, komt ze langzaam weer tot leven en probeert zo goed en zo kwaad als ze kan de draad weer op te pakken. Lichamelijk lijkt alles tamelijk oké, maar het is natuurlijk ook geestelijk erg moeilijk om weer door te gaan en steeds weer geconfronteerd te worden met je beperkingen. Ze kan namelijk nooit meer vast voedsel eten en ook het feit dat de kanker terug kan komen laten iemand natuurlijk niet onberoerd.
Met mijn vrouw en mij gaat het ook weer een beetje beter. Annie gaat deze week weer voorzichtig aan het werk. Ikzelf hoop na de kerst weer in mijn oude omvang te werken. Momenteel ben ik op AT-basis bijna weer als voorheen in de klas. Toine heeft het een en ander ook goed doorstaan, denk ik. Hij is nu druk bezig met tentamens en hoopt komend jaar af te studeren.”

Dit bericht is geplaatst op 30 jul 2013, in juli 2013.

Kerst

Maar je mag blijkbaar niet optimistisch zijn; het wordt gelijk afgestraft en nauwelijks heb ik het voorgaande geschreven of er treden allerlei complicaties op.
Vlak voor de kerstvakantie vind ik zoals iedereen in het postvak op school veel kaarten van collega’s met de beste wensen voor het nieuwe jaar. Een enkeling heeft moed gevat en brengt deze wensen persoonlijk bij me over, ofschoon het voor mij (en dus ook voor hen) nog steeds moeilijk is over alles te praten. Ik beantwoord hun kaarten met een mail waarin ik iedereen, mede namens de rest van ons gezin, bedank voor alle goede wensen op hun kaart, en ook voor de mondelinge. Leuke feestdagen zullen het niet worden,” schrijf ik er nog bij. “Het nieuwe jaar voorspelt niet veel goeds; Anke moet donderdag in de scan en dan duurt het een poos voordat de uitslag bekend is. Dus de onzekerheid  is groter dan ooit. Nogmaals bedankt en voor iedereen de beste wensen retour en een gezond 2007.”

Want het is alsof de duivel ermee speelt. Ging het tot voor kort wat beter met Anke en daardoor ook met mij, nu is er weer de zoveelste tegnslag die we met zijn alleen moeten verwerken. Anke heeft pijn in haar buik, op de plaats waar de sonde is ingebracht. Ook doen haar keel en mond weer zeer en de slokdarm wordt steeds nauwer waardoor het drinken niet goed meer lukt en waardoor ze als dit zo doorgaat last krijgt met ademhalen. Er moet bekeken worden wat er aan de hand is en daarna zal ze eventueel weer geopereerd moeten worden. Haar hals wordt weer dikker in plaats van minder door de vochtophoping. De pijn is ook weer toegenomen. Alle afspraken moeten schuiven en daardoor gaat Anke helemaal niet meer vooruit. Het is om moedeloos van te worden. Je weet niet wat je ervan moet denken en ik ben doodsbenauwd voor nog meer slecht nieuws. Weer begint een periode van afwachten, van onzekerheid en van spanning. Net zoals een half jaar geleden.

Twee dagen voor kerstmis moet Anke naar het ziekenhuis om aan te sterken. Ze heeft een te laag gewicht, ze is te slap en te moe. In het ziekenhuis krijgt ze bloed toegediend en de pomp met voeding wordt wat ook hoger gezet. De pijn in haar buik wordt nog niet verholpen, waarschijnlijk is er sprake van een ontsteking op de plek waar het slangetje door de buikwand gaat. Ze moet nog even wachten tot na nieuwjaar, de afspraak is gemaakt. Zij kan op 3 januari terecht om de sonde te laten vervangen.

Eigenlijk zou Anke dezelfde dag weer naar huis mogen, maar dat gaat mooi niet door. Haar conditie is te slecht en men wil haar liever even onder controle van de verpleging en de artsen houden. We wachten in spanningaf of Anke en Stijn wel op kerstavond naar Echt kunnen komen om bij ons toch een beetje kerstmis te vieren. Pas in de middag van de vierentwintigste mag Anke uit het ziekenhuis. Als ze bij ons aankomen is Anke doodmoe en moet gaan liggen. Ze is tegenwoordig al moe als ze niets doet, vermoeider haast dan iemand die aan een hardloopwedstrijd heeft meegedaan. We laden alle spullen uit en Anke gaat op de bank in de kamer liggen slapen. We besluiten om te gaan eten, dan hoeft Anke niet te zien wat ze allemaal moet missen. Je kunt je niet goed voorstellen dat zij dus ook met Kerstmis nooit meer zal kunnen eten. Een afschuwelijke gedachte, want juist in deze periode van het jaar is de aandacht voor gezellig eten het grootste en het gemis zo mogelijk nog groter dan tijdens de rest van het jaar.

We proberen niet al te snel te eten en toch van de maaltijd te genieten. Dat is maar goed ook, want Anke is zo vermoeid dat ze aan een stuk door blijft slapen en pas wakker wordt als de tafel grotendeels is afgeruimd. Hierna gaan we de cadeautjes uitdelen en openmaken en ook door de sfeervolle muziek en alle kerstverlichting wordt het toch een min of meer geslaagde kerstavond.

De volgende dag rijden Stijn en Anke terug naar huis, naar Rotterdam en blijven we weer met onze angsten achter.

Klik om verder te lezen op: augustus 2013

Dit bericht is geplaatst op 31 jul 2013, in juli 2013.

Verhaal van Elly over strottenhoofdkanker

September 2010

Ik zal mij eerst even voorstellen:
12Ik heet Elly, ben geboren in 1951 en ben al jaren gescheiden. Ik heb één zoon die is getrouwd en hij heeft op zijn beurt twee zoontjes.  Het gaat gelukkig goed met ze.

Het verhaal begint eigenlijk al in september/oktober 2010. Ik heb al een paar weken pijn in mijn keel en mijn oor bij het slikken. Nou heb ik vroeger veel angina gehad, waarbij er een grote gele pit te zien is in de keel, dus ik kijk op een gegeven moment in mijn keel. Niets te zien! Wat raar! Even afwachten maar. Maar na nog een paar weken ben ik toch maar naar de huisarts gegaan. Deze geeft me een verwijsbrief voor de KNO-arts in het OLVG in Amsterdam……..

Als je Elly een email wilt sturen dan kan dat
Klik hier om een email te sturen aan Elly

Scroll naar beneden om verder te lezen of klik op: strottenhoofdkanker

Augustus 2013

01-08-2013
Om maar met de deur in huis te vallen: Sinds een goede week voel ik me stilaan beetje slechter worden in de longen terug… Ik hoest vaker, zeker als ik me buk of dingen hef, en heb een grotere druk op mijn longen. Valt me heel erg op omdat die eigenlijk zo goed als weg was…

Natuurlijk helpen de temperaturen hier niet echt bij: is al twee weken boven de dertig graden, en er komen dagen van 35° aan… Maar elke dag voel ik het een beetje meer, wordt het een beetje lastiger. Voor de rest zit ik goed in mijn vel: het vakantie-gegeven maakt de zorgen wat lichter, en de geest herademt een beetje momenteel, zowel bij David als bij mij. Heb mijn ventje terug in huis, in plaats van een emmer die te klein was om alle druppels op te vangen die erin moesten. Wat wil je, ieder heeft wel z’n grenzen é, het zijn zo’n zware weken geweest… Ik merkte dat mijn mama ook even nood had aan wat andere lucht, dus haar doet het ook wel deugd dat David er nu effe voltijds is thuis. We hebben ondertussen ook een betaalbare (dat is dus de grootste uitdaging: er bestaat veel hulp, maar het is niet te betalen als modale burger…) thuishulp gevonden voor de komende drie maanden: iemand die 4 uur in de week komt helpen met vanalles en nog wat: zorg voor mij, zorg voor het huishouden, eventueel eten maken of zo. Beetje manusjes van alles, maar het neemt David werk uit handen, en maakt het draaglijker voor mij om de dingen te laten voor wat ze zijn ipv misschien toch een extra inspanning te doen en zelf wat te strijken bv. Dat heb ik eigenlijk wel al grotendeels afgeleerd allemaal hoor, het verbiedt zichzelf wel een beetje, maar af en toe krijgen we eens een opruimkuur of zo é J Ik merk dat ik daar nog het meeste last van heb vanaf enkele dagen voor een afspraak, een onderzoek of een chemo… Zo’n typische manier om gedachten ze verzetten zeker é J

Wat me wel al een tijd opvalt ook: ik eet me onnozel! Nu David ook thuis is, valt het hem ook enorm op: heb jij nu weeral honger? Ben je nu weeral aan het eten? Als je bedenkt dat ik vroeger vaak één keer op een dag at, soms twee… Nu eet ik drie tot vier keer, en dan tussendoor nog wel een koek of fruit of zo… Of eet ik een yoghurtje, of al een stukje of overschotje van het avondeten. Persoonlijk , naar mijn gewoonte, vind ik dat ik minstens het dubbele eet van vroeger, soms driedubbel. Het lage gewicht van een tijdje geleden is dus wel al herwonnen, ik weeg nu 57-58. Op zich nog niet overdreven veel, maar ik vind dat mijn figuur er tenminste terug gezond uitziet, en het is toch minder freaky in de spiegel kijken!

06-08-2013
Derde Chemo-dag!
Maar wat voor één zeg… De gedachte alles terug effe te beleven met neer te typen, maakt me weer triest en emotioneel, en tegelijk denk ik: hoe sterk ben je eigenlijk?

Vanmorgen zag alles er ok uit: aangekomen in het ziekenhuis, mama was begeleidster van dienst, David z’n vakantie is ten einde en is terug aan het werk… Bloed laten nemen: hier ging het al de eerste keer fout. Sinds de plaatsing van de katheter, plant men dus in om langs de PAC (afkorting ervan) het bloed te nemen. Maar dat ging niet zoals het moest: eerst werd die ader en de PAC gespoeld, en dan ging de afname beginnen, maar er kwam geen bloed… De verpleegster vroeg me: ga eens liggen, kom eens rechts, zwaai eens met je handen, doe een zo, doe eens dit… Halve gymles gedaan, maar nog steeds slechts enkele druppels die langs de PAC in het buisje liepen. Dat is dus al niet de bedoeling van een PAC, dus ik werd toch wat ongerust. Ze nam uiteindelijk bloed via een prik in de arm naar oude gewoonte. Conclusie: half uur tijd verloren, ongerustheid geschapen over die PAC, en dan toch via armprik haar ding gedaan…

Daarna moest ik een foto van de longen laten nemen, op een andere verdieping. Ik schrijf me in en wacht m’n beurt af, en dan blijkt de aanvraag voor de x-ray niet van de dokter naar de afdeling fotografie geraakt te zijn. Weer effe wachten eer dat geregeld was en de foto genomen kon worden.

Vervolgens volgde een consultatie bij de pneumo-oncologe, die ging beslissen of de chemo door ging gaan of niet (het zijn steeds die bloedwaarden en zo die daarvoor bepalend zijn é). De resultaten op de foto waren bemoedigend: er was opnieuw verbetering zichtbaar. En van het bloed waren nog niet alle resultaten gekend, maar ze zag voorlopig geen bezwaren om niet met de chemo te starten. Alleen een klein detail: het ziekenhuis was volzet, dus eigenlijk was er geen kamer beschikbaar, maar ze had een plaatsje voor me kunnen regelen op intensieve zorgen, zodat ik dan toch mijn therapie kon krijgen. Tot hier toe goed nieuws dus, op naar de Intensieve voor de dagopname!

Daar aangekomen kreeg ik mijn kamer, was er alleen, en gelukkig mocht de mama bij me blijven. Want als er nu al één ding duidelijk is: je weet op voorhand nooit wat er allemaal nog volgt of gaat gebeuren, eenmaal je in het ziekenhuis bent.

Bij iedere chemo die ik krijg, moet ik de dag ervoor starten met Dexamethasone. Dat zijn pilletjes die ik moet nemen om ervoor te zorgen dat de allergische reacties op de chemo zouden uitblijven, en de misselijkheid ook al tegenwerken. Zonder deze medicatie is het veel te gevaarlijk de Taxotere te krijgen, en dienen ze die dus niet toe. Alleen: dat middel jaagt de bloedsuikerwaarden de hoogte in, op een manier die moeilijk te controleren is. Nu bleek dus dat ik op een nacht tijd naar een waarde van 700 gestegen was, wat eigenlijk al een coma kan veroorzaken. Onder zo’n voorwaarden gaan ze natuurlijk geen chemo geven, het is zo al gevaarlijk genoeg! Dus werd het doel die waarden onder de 200 te krijgen, alvoor men chemo kon overwegen. Nu kan ik je wel zeggen dat van 700 naar 200 dalen niet op een halfuurtje gepiept is. Thuis neem ik op slechte dagen 36 eenheden insuline per dag. Heb op deze ganse dag zo’n 80 eenheden gekregen eer de waarde op 300 schommelde, en men wou sowieso geen chemo voortzetten als ik niet onder de 200 kwam. Want: dan moest ik opnieuw die Dexamethasone nemen, en zou de ganse boel weer beginnen stijgen, zelfs met toediening van insuline. Het ging dus allemaal niet zo snel en vanzelfsprekend, en ja, dan word ik soms wel een beetje gefrustreerd. Maar ik had nog steeds hoop die chemo te kunnen krijgen, en ik dacht vanzelfsprekend naar huis te kunnen ’s avonds. En dan kwam, in het begin van de namiddag ergens, een of andere dokter binnen, en die bleek nogal aan de strenge kant! Er werd mij gezegd dat de kans erin zat dat ik moest overnachten en de chemo pas morgen ging krijgen, gezien het al later werd, de glycemie nog steeds problemen gaf, en ze sowieso controle daarop moesten houden. Het was te gevaarlijk om me met dergelijke waarden naar huis te sturen. En ironie, ironie: mocht ik op een gewone kamer gelegen hebben, zouden ze me ondertussen sowieso overgebracht hebben naar Intensieve Zorgen, wegens de zorgwekkende glycemie.  Paar uur later werd het bevestigd dat ik écht niet naar huis mocht, en toen werd het toch te veel allemaal…

Achteraf bekeken allemaal heel logisch en begrijpelijk en oor m’n eigen gezondheid natuurlijk, maar op dat moment kreeg ik naar mijn gevoel nog een hartcrisis bij ook: Moeten overnachten, helemaal onverwacht? Voor dat klote-suiker? Mijn chemo uitstellen? En wat dan? En wat met mijn vriendin en petekindje die speciaal drie dagen op bezoek kwamen? Met m’n mama die al een ganse dag samen met mij zat te wachten? En kon ik thuis die waarden niet verder laten dalen? En wat met volgende chemo’s? Ik ga echt geen frequent flyer-punten beginnen sparen hier é!!! Ilse was dus een beetje over de toeren aan het gaan, de tranen kwamen, en was soms niet echt redelijk moet ik toegeven. Ik voelde me opgesloten en belemmerd (op intensieve zorgen hangen er dan ook nog eens een zestal elektroden op je lichaam om je hartslag en ademhaling enz. te volgen, maar die zijn heel kort en geven je geen bewegingsvrijheid, kon zelfs niet naar het toilet, daar had ik zo’n mooie toiletstoel voor aan het bed staan…), en ik ben niet direct claustrofobisch, maar wel gehecht aan vrijheid. Wat me dus in mijn slechtste gedachten compleet ontnomen werd en waar ik dan kwaad van werd, maar denk dat het eerder boosheid rond de ganse ziekte ook was die naar boven kwam. Die chemo-dagen met mama praten we ook heel veel, en het is toch een zwaar onderwerp om over te praten vaak, waar al emoties komen bij kijken. Je bent dan al een paar dagen onrustig omdat je weer die rommel moet gaan nemen, je slaapt minder goed, je probeert je een beetje voor te bereiden… En ondertussen wordt er dan vanalles over je beslist waar je je moet bij neerleggen, uiteraard voor je eigen gezondheid, maar niet volgens plan natuurlijk…

Ineens was het de zoete inval bij me op de kamer precies: een verpleegster die kwam uitleg geven, een dokter die de gemoederen nog eens kwam bedaren (’t was nu niet dat ik het kot aan ’t afbreken was é, maar ik kreeg mijn tranen en emoties niet goed onder controle…). Uiteindelijk kwam ook mijn oncologe nog eens langs, en dat gesprek is denk ik wel een doorbraak geweest voor onze ‘band’ die er tot dan was. Ik had wel vertrouwen dat ze me de waarheid vertelde over vele dingen in de gesprekken die we al gehad hadden, maar had niet altijd gevoel dat ze àlles vertelde. En daar had ik het ook al een tijdje moeilijk mee. Gezien ik dan toch al een rare gesprekspartner was gisteren, heb ik dan ook maar gelijk een aantal andere zaken gevraagd waarvan ik echt wat meer duidelijkheid wou. Het is me ondertussen ook duidelijk geworden dat we er niet meer van uitgaan de kanker te kunnen genezen. Die kans is er , maar om het dan toch met een statistiekje te moeten zeggen, is lager dan 5%. En dan had ik nog de indruk dat ze een positief cijfer zei. Dus die hoop zal opgeborgen worden, en nu wordt het richten op comfort en tijd, om het zo cru te stellen. Met de mededeling dat er natuurlijk ook altijd nieuwe medicatie ontwikkeld wordt en zo é… Ma bon, dit is wel wat ik echt wou weten, want het maakt vele beslissingen die nog moeten genomen worden wat duidelijker en makkelijker te plaatsen voor mij. Het vermoeden was sowieso al sterk aanwezig in mijn gedachten, en ergens wachtte ik gewoon op de bevestiging dat ik niet meer beter ging worden… Alleen leek dit nu ergens een beetje een detail in het ganse gegeven: er werd nu beslist over wat de komende uren ging gebeuren, de rest leek even minder belangrijk.

Wat betrof het probleem van de glycemie die zo out-of-control was, stelde ze voor de Taxotere te schrappen en een andere chemo, Navalbine, in de plaats te geven. Waarom: die Taxotere kan niet zonder de Dexamethasone, de Navalbine wel. Wat zou betekenen dat ik dat probleem met glycemie niet meer zou hebben. Maar heb ook meer uitleg gevraagd over de verschillen tussen de twee, en Taxotere bleek toch beter te werken voor mijn soort kanker. Ja, dan is ’t zo wat kiezen tussen: onaangenaam en meer efficiënt, of aangenamer en misschien minder efficiënt? Alvast, zo kwam het bij mij na een tijdje toch over…  En daar kreeg ik dan al vrij snel een beetje een negatief gevoel over: alsof ik nu al zou kiezen voor een ‘easy way out’.  Het is niet omdat ik het moeilijk had om mijn rust terug te vinden, dat ik wou opgeven é, maar zo kwam het precies wel op de dokter over. Heb haar dan maar duidelijk gezegd dat ik toch voor de Taxotere koos, zelfs met de kans dat ik dan langer onder observatie in het ziekenhuis moet blijven. Op dat moment voelde ik een klik met haar die ik tot dan nog niet had, en werd ik ook wat rustiger. Geen nut me verder op te jagen, de nacht blijven moest ik toch, en wat zijn dan die paar dagen als het dient om me daarna comfortabeler te voelen? En beter over mezelf te voelen, want kiezen voor de andere chemo, zou me een zwakker gevoel gegeven hebben.

Dus ja, heb me er bij neer gelegd dat ik langer moest blijven, David opgebeld en gevraagd wat spullen te brengen, en mijn vriendin en petekindje verwittigd. Mama is gebleven tot David er was, en toen die naar huis was, was ik doodmoe. Wat wil je, nauwelijks geslapen en een zeer emotievolle dag gehad… Heb nog wat televisie gekeken, en had gelukkig ook een heel leuke nachtverpleegster. Echt een coole dame, die me geregeld een lach bezorgde. Want ja, ieder anderhalf uur werd er in een vinger geprikt om die glycemie op te volgen, bloeddruk opgevolgd, temperatuur gecontroleerd, en reeds vloeistof en medicatie voor de chemo van de dag nadien toegediend. De nacht was dus vaak onderbroken, maar toch had ik tegen de ochtend meer rust, meer energie, en meer moed om terug ertegenaan te gaan.

07-08-2013
Tja…………
’s Ochtends een nieuwe dag dus, en deze keer liep alles wat vlotter precies. Opnieuw een bloedafname: deze keer alle waarden ok. Gisteren waren er ook nog problemen met kalium en iets van ionen (zou te maken gehad hebben met uitdroging ivm het warme weer), maar daar sprak men vandaag niet meer van. De glycemie deed het al enkele uren goed, en er was geen bezwaar voor de chemo deze keer. Gelukkig maar é. Uiteindelijk verliep deze naar ‘gewoonte’, nu was het nog spannend of ik wel naar huis zou mogen ’s avonds. Daar was mijn glycemie bepalend voor: als ik om 18u een waarde lager dan 350 had, werd ik ‘bevrijd’. Heb de ganse dag lopen duimen en vragen om eens te controleren (alsof ze dat al niet genoeg deden: mijn vingers lijken een speldenkussen , alsof ik een mislukte naaister ben of zo), maar het is gelukt: ik mocht gaan! Was echt blij: zo kon ik nog een dagje doorbrengen met mijn vriendin en petekindje, vond het al zo zonde van de tijd die ik sinds gisteren al kwijt was. Ik hoopte op heldere dagen en meer energie, zoals bij de tweede chemo het geval was, zodat ik er toch wat kon van genieten.

David kwam me ophalen, de vriendin was ondertussen thuis aan het koken, ik werd onthaald met veel liefde en blijdschap, het deed echt deugd thuis te komen!! Tot zelfs de twee blaffertjes die als halve gekken tegen mij bleven opspringen J Twee jaar geleden stoorde het me niet om in het ziekenhuis te zijn: ik nam het er bij zoals het kwam. Nu is iedere seconde die ik moet spenderen aan ziekenhuis, onderzoek, behandeling, me eigenlijk te veel… Ik weet dat het een noodzakelijk kwaad is en het hoort erbij, maar het voelt alsof dat tijd is dat me afgenomen wordt om andere, belangrijkere dingen te doen. Alsof ik zo vaak bezig ben met belangrijke dingen, hehe! J

We hebben nog lekker gegeten, en heb nog een prettige avond gehad. Ben zelfs redelijk lang wakker kunnen blijven! De dag erna voelde ik de chemo al beginnen wegen, maar toch ben ik nog effe mee gegaan naar de winkel paar kleine boodschappen doen, en daarna gewoon wat gerust. Het deed deugd om hen rond me te hebben, het maakte de lastige dagen in het ziekenhuis een beetje goed.

Want er hing natuurlijk veel op de achtergrond: ik begon meer en meer te beseffen wat de dokter me gezegd had ivm mijn prognose. Ik zou niet meer genezen, en ik had ook nog een termijn gevraagd aan haar. Ze had me gezegd : als alles goed gaat, nog 3 – 4 jaar…

De bedoeling is dat er nu zo lang mogelijk chemo gegeven wordt. Dat houdt in: nog een reeks van 3 chemo’s, en dan eventueel nog eentje, max 9 in totaal dus. Meer kunnen ze niet geven, want men zou dan meer kwaad dan goed doen. De hoop is dat die chemo’s zoveel mogelijk van de tumors weghalen, en ik zo ‘gezond’ mogelijk een tijd verder kan. Daarna worden om de twee maand scans genomen om alles op te volgen, en natuurlijk wordt ook opgevolgd hoe ik me voel. Met wat geluk kan ik zo nog een heel goede tijd hebben… Als men merkt dat de kanker terug begint te groeien, kunnen nieuwe chemo-reeksen overwogen worden, met dezelfde opzet. Maar dat is momenteel nog niet goed te zeggen, niemand heeft een glazen bol é. En verdere mogelijkheden moeten we dan eigenlijk op dat moment bekijken.

Het feit dat men geen genezing meer ziet, heeft verschillende redenen. Ten eerste: de kanker zit in beide longen, wat genezen zo goed als onmogelijk maakt. Ten tweede: er zijn uitzaaiingen, wat de kansen eveneens zwaar reduceert. Ten derde: men vermoedt dat er ook lymfeklieren aangetast zijn, de scans zijn er niet volledig duidelijk in. Die zouden rond de tumor zitten die aan mijn luchtpijp zit.

Lymfeklieren zitten verspreid over het ganse lichaam, dus dat maakt de kans wel groter dat de kanker zou kunnen gaan ‘reizen’. We hopen van niet, ma bon…

Ik heb het natuurlijk aan David verteld, en mijn vriendin verteld, maar we hebben er nog niet zo veel over gepraat. Er lopen hier ook jonge oren rond, en die willen we het wel nog besparen. We spreken er zo eens over voor enkele minuten, en voor de rest zoeken we denk ik allemaal een eigen manier om dat te laten bezinken. Mijn mama is ook op de hoogte (ze was er bij toen we daar met de dokter over gepraat hebben), maar heb nog genoeg mensen het slechte nieuws te melden. Mensen die ik supergraag zie en echt niet wil kwetsen… Dus hoe doe je dat eigenlijk het beste? Geen flauw idee…

Zo lang ik niet alleen ben, is het alsof ik wat uitstel heb om daar mee bezig te zijn.  Morgen ben ik alleen thuis, vraag me af hoe ik me zal voelen… Denk dat het toch vooral eerst bekomen van de chemo zal zijn, voel die er terug beginnen inhakken. Spierpijn, diarree, moe en hoofd dat niet al te helder is: laten we dat eerst wat laten passeren, de rest volgt nog wel…

13-08-2013
I hate this!
Pfff, dees is echt wel mega-super-degoutant KUT!!!

Excuse my french, ma potverdorie seg… Als ge zo’n dingen moet vertellen tegen mensen, da is dus écht ni te beschrijven é…

Allez , je moet zo maar eens effe gaan vertellen dat je niet meer kan genezen, en dan zeg je er bij wat de dokters gezegd hebben, en daar komt dan ook nog die termijn bij. Een termijn die eigenlijk ni veel zegt é, want voor ’t zelfde geld trek je het langer, of, zoals zo vaak gebeurt, komt er een complicatie bij en kom je bijlange niet aan die termijn.

Je doet mensen verdriet, enorm veel pijn en verdriet, en wat kan je doen? Het alternatief is niets zeggen, maar dat is nog slechter vind ik. Heb het bv. mijn nonkel face to face verteld, omdat ik vond dat dat hoorde dat ik het zélf zei, en niet via de telefoon. En hij kwam langs na de vakantie, ik kon toch niet niks zeggen en doen alsof alles ok was? Maar mijn hoofd was nog onzuiver van die chemo, en denk niet dat ik het op de meest tactvolle manier aangepakt heb. En daar voel je je dan ook weer ni al te schitterend over…

Mijn oudste broer had ik vrijdag een bericht gestuurd: dat ik hem miste en graag zou zien. Dat was niet gelogen, ik kan nu soms echt overvallen worden door een gevoel van gemis als ik aan iemand denk… Maar er was natuurlijk ook het feit dat ik hem dit nieuws zélf wou zeggen, persoonlijk, alvorens hij het via iemand anders moest horen. Zondag is hij langs geweest, samen met mijn schoonzus, mijn neefje was gelukkig op uitstap en was er dus niet bij, en mijn hoofd was al helderder. Dat gaf ons de kans om onder ons te praten, mijn broer had natuurlijk wel al een vermoeden doordat ik hem gevraagd had langs te komen. Maar toch blijft het mega-super-degoutant KUT…

Mijn jongste broer is op vakantie, maar die woont nog thuis, dus via de mama is die ook op de hoogte. Ik kan moeilijk inschatten hoe het voor hem moet zijn, hij is pas 20, is nog jong é. Heb nooit onder één dak gewoond met hem, dus het is toch een andere band met hem dan met m’n oudste broer. Toch weet ik dat hij erg aangedaan is van alles wat er gebeurt… Als je ineens af en toe een sms-je krijgt, of hij geeft aan op bezoek te willen komen, wat vroeger dan eigenlijk niet gebeurde: voor dat jonge geweld is dat al heel wat, denk ik dan…

Gisteravond de ouders van David gebeld… Die zien we niet zo vaak, en het woog op ons dat we hen nog niets verteld hadden. En eigenlijk wilden we dat niet langs de telefoon doen, maar we wisten niet wanneer we ze zouden zien, en of de kids er dan zouden bij zijn of niet. Dus hebben we toch maar de moed bijeengeraapt en de telefoon genomen, en uitgelegd dat we slecht nieuws te melden hadden. Vanavond hebben ze gebeld: overmorgen is het een feestdag, en ze zouden langskomen. En omdat men goed weer voorspelt, gaan ze allerlei lekkers meebrengen om op de barbecue te gooien, of we daar zin in hebben? Goed, ze hebben het dus ook begrepen: aan tafel praat je over vanalles en nog wat, en ja, zelfs over zo’n dingen. Geeft ons dus de kans dat ook wat meer uit te leggen en zo.

En dan zijn er nog zovele mensen die het nu gaan moeten lezen, of via via moeten horen…

Het spijt me enorm, echt waar, dat ik jullie niet zelf gebeld heb, gemaild heb of opgezocht heb. Er zijn nog veel mensen onder jullie die ik het liever persoonlijk gezegd had. Maar dit is nog pakken zwaarder om te vertellen dan twee, drie maand geleden de boodschap dat ik ziek was.

En, de eerste dagen stond ik nog een beetje op een afstand er naar te kijken, vond ik zelf… Dat maakte het ‘anders’ om te vertellen, het leek niet direct om mij te gaan op één of andere manier.

Nu begint het in mijn hoofd zo af en toe door te sijpelen, en heb ik het er beetje bij beetje zelf moeilijker mee. Dat is zondagavond stilaan begonnen, en het borrelt steeds een beetje heftiger hier vanbinnen. Weet ni wat er nog gaat volgen, maar ik weet wel dat ik hier nog niet klaar mee ben. Soms denk ik dat er een tsunami aankomt, soms hoop ik dat de storm gaat liggen zonder dat hij ten volle uitbreekt. Want eerlijk gezegd: nu ben ik bang. Bang voor de emoties die nog gaan komen, en hoe we daar een manier van omgaan gaan moeten in zoeken. Liefst van al wil dat snel-snel afhandelen, en m’n overwegend positief gevoel dat ik zo lang gehad heb, verder aanhouden. Realistisch is anders é, we moeten erdoor, maar kijk er zo tegenop! En hoop echt dat ik niet als een bittere, verzuurde, boze vrouw eindig na dit alles…

 

29-08-2013
Drie-weken-denken
Weer tijd om de blog bij te werken! Ik neem mijn pc tegenwoordig mee naar het ziekenhuis als ik hier een ganse dag ben voor de chemo. Zo heb ik wat te doen, en ben dan toch volop in ziekenhuis-gedoe, dan is het makkelijker om alles neer te schrijven in die sfeer. Zodat ik niet, als het dan beter gaat thuis, in negatieve gedachten of zo moet gaan woelen om alles op de blog te krijgen. Want als het niet zo goed gaat, heb je de energie en de moed niet om dat te doen, en als het wel goed gaat, heb ik er de zin niet in, want dan doe ik liever ‘leuke’ dingen J Niet dat dit niet leuk is hé, en uiteindelijk vind ik het nog altijd een goede manier om met jullie ‘in touch’ te blijven. Maar ik kan moeilijk altijd zingen als het soms donkere wolken zijn ook é…

Want die zijn er natuurlijk wel é… Moet zeggen: dat nieuws van drie weken geleden… Dat duurt toch redelijk lang eer dat wat tot je door dringt. En zelfs nu nog weet ik dat ik daar zeker me nog niet ten volle bewust van ben. Dat kan denk ik ook niet op zo’n korte tijd. Soms, als ik m’n familie zie, of David of zo, heb ik ’t idee dat zij veel meer beseffen wat er gaat komen. Dat het voor hen al veel reëler is dan voor mij… Maar het is ook wel een àndere situatie voor hen é: zelfs al gaat het om hetzelfde gegeven. Nog steeds zou ik liever niet in hún schoenen staan, het moeten afgeven van je zus, partner, kind, beste vriendin, pfff…

Ik heb het aan hen deze week al een paar keer als volgt uitgelegd, hoe het voor mij voelt nu:
Stel je voor dat je met een hele groep mensen die je goed kent en graag hebt, van plan bent om een leuke, toffe reis te maken. Allemaal de bus op of zo, naar Spanje pakweg, en daar gaan jullie allerlei dingen samen doen en er worden veel plannen gemaakt en er wordt ook wel eens niets gedaan, zo de gewone vakantie maar dan met iedereen rond je die je graag bij je hebt. En iedereen kijkt er naar uit en praat erover, en jijzelf ook natuurlijk, het duurt immers nog wel een tijdje eer die vakantie echt ten einde zal zijn. En dan, gebeurt er iets heel belangrijks, waardoor je niet mee kan gaan op die reis… Je kan het niet betalen of je moet thuis blijven om een andere reden, soit: je moet afhaken, heel erg tegen je zin… En dat valt je heel erg tegen, want je hebt mee uitgekeken, samen met hen, naar alles wat er zou te beleven zijn. En nu blijf je in je eentje achter, en zie je hen wél allemaal die reis gaan maken. De vertrekdatum is dan ook nog eens de datum dat jij alleen aan een andere uitdaging komt te staan, waarvan niemand je ooit kan vertellen hoe dat is, nadat je hart stopt met kloppen…  Als er dan nog één ding is dat ik mag hopen, is dat mijn geest hun reis zou kunnen volgen, en dat zij da kunnen merken, zelfs al is het maar af en toe. Maar je kan geen beloftes maken daarover, daar niets over zeggen, niemand weet hoe het gaat. Maar ’t blijft toch een heel zware demper dat ik zelf niet mee kan op reis L En niet alleen voor mij weet ik!

Is het je al opgevallen hoe hard mensen in de toekomst spreken bij gesprekken over van alles en nog wat? Wel, mij wel nu…

‘Binnen twee weken gaan we daar naartoe’, ‘volgend jaar zal de vakantie hopelijk wat beter meevallen’, ‘als de kinderen hun communie gedaan hebben, …’ , ‘tegen wij op ons pensioen zijn,…’ , ‘hopelijk vind ik binnenkort de tijd om…’ enzovoort enzovoort, zonder dat mensen er bij stil staan, want zo gaat dat é.

En hoe vaak ik zelf ook in de toekomst denk. Bv: ik kijk naar de bloemen en groenten in de tuin en denk dan:  volgend jaar moeten we dat herplanten, of kunnen we misschien eens een andere soort proberen, of wat meer van dit en minder van dat zaaien… De zomermaanden lopen al op hun einde, hoop dat de winter niet te streng wordt nu ik zo last heb om te ademen en zo, binnen met de verwarming is de lucht al gauw droog… Of als ik aan de kinderen denk, die hun vijfde lagere schooljaar beginnen volgende week, zal ik er nog zijn als het tijd wordt voor het middelbare onderwijs?

Want dat zijn gedachten die direct volgen op langere-termijn-gedachten: Oh, Ilse, remmen! Misschien kan je nog erbij zijn, misschien ook niet, niet te ver willen vliegen! Heb nu ook regelmatig het gevoel dat wij nu eigenlijk allemaal zitten te ‘wachten’… Iedereen z’n leven staat toch een beetje ‘on hold’ denk ik, merk dat toch wel bij David en bij mama en co. We weten dat er een moment komt dat ik zieker en zieker zal worden, maar wanneer? We weten dat er een moment komt dat ze alleen verder moeten, maar wanneer? Hoe bereiden zij zich daarop voor? David z’n leven gaat héél intens veranderen op dat moment, en toch houdt hij zich sterk voor mij, al moet het voor hem toch redelijk scary zijn me dunkt: zal het financieel lukken, wat zal hij doen met de eenzaamheid en het gemis, zal hij genoeg steun hebben om die zware periode mee met hem te overbruggen? Hoe zal het voor hem zijn om in ons huisje te wonen zonder mij? Ben al blij dat de hondjes er zijn om hem gezelschap te houden, en de kippen en de tuin zodat hij zich wel wat kan bezig houden, maar dan nog… Hoop dat de kids dan wat vaker kunnen langskomen of zo, dat hij daar dan ergens een ‘compensatie’ in heeft, al klinkt dat raarder dan ik het bedoel…

Bon, wat betreft de langere-termijn-gedachten: die probeer ik direct af te blokken, en dat begint goed te lukken. Dat klinkt misschien hard, maar is gewoon minder pijnlijk als ik geen plannen meer mee-maak bv met David, zowel voor hem als voor mij, denk ik dan. Want ik kan me nu toch niet meer uitspreken over bv opvoeding van de kinderen in de zin van: als ze zestien zijn, als ze twaalf zijn, als ze… ? Niet dat ik afscheid al genomen heb, dat niet, maar het is veel realistischer van dat niet te doen, het is aan David en zijn ouders en zo om hun toekomst op te volgen, ik kijk wel op afstand, zo voelt dat nu… Wat nu nog kan, doe ik uiteraard wel hé, mochten ze ondeugend doen als ze bij ons zijn, zal ik ze zeker wel nog corrigeren… Maar de ruimte tussen ‘toekomst’ en ‘heden’ wordt voor mij toch groter en groter, op vele vlakken.

De merendeel van de tijd denk ik één week vooruit, twee weken… Drie weken is al wat moeilijker, laat staan volgende maand. Omdat ervaring ook leert dat dat nutteloos is: dat lichaam doet soms rare dingen op een paar dagen tijd. Bezoek plan ik wel op voorhand, maar altijd met een bevestiging de dag ervoor of zo, en nooit in de eerste week na een chemo. Heb soms de indruk dat ik nu véél meer geregel heb en m’n agenda nodig heb dan voor mijn ziekte, zeker als het een periode is van onderzoeken en veel doktersafspraken. Wie rijdt met me wanneer? Wie komt wanneer? Waar moet ik naartoe, om hoe laat, bij welke dokter, met welke chauffeur? Bon ja, je ziet, men houdt me wel bezig hoor! Heb zo een beestje structuur wel ondertussen: ‘kalme’ weken zonder chemo: 1 à 2 bezoeken per week, heb dan ook nog de thuishulp die komt en David die het weekend thuis is, dan heb ik nog twee dagen voor mezelf om wat ‘op adem’ te komen. Drukke weken plan ik zeldem bezoek in, het is dan allemaal al vermoeiend genoeg…

En terwijl ik dit schrijf, denk ik: ja, goed zenne Ilse, zo is het toch gelukt tot enkele weken geleden…  Want ja, sinds het slechte nieuws, heb ik eigenlijk zwaar overdreven in alles: ik zat geen seconde stil. Niet dat ik het ganse huishouden op mij nam, hé, dat gaat helemaal niet, maar ik hield me bezig met koekjes, cake, quiche, vanalles en nog wat bakken… Want dat doe ik heel graag, en wil zo eens experimenteren in suikervrije varianten en zo. Maar dat is eigenlijk best wel vermoeiend hoor, sta dan ook veel recht in de keuken en zo… En heb ook redelijk wat bezoek ontvangen, en zelfs een avond naar een pensioendrink van een collega gegaan, iets wat ik al bijna drie jaar niet gedaan had: een avond op café iets gaan drinken! Maar was wel beetje te hoogmoedig hoor, heb dat zwaar onderschat. Ik was na twee uurtjes eigenlijk al doodop, maar zin om naar huis te gaan was er niet. Ik kon de gedachte dat dit misschien een laatste keer was dat ik zo samen zou zijn met collega’s, niet altijd laten varen… Maar heb wél genoten van de avond, en om middernacht ben ik écht wel huiswaarts gegaan, pijp volledig uit. In al die hoogmoedigheid had ik ook al afgesproken met een vriendin om samen naar een concert van The Scabs te gaan de zaterdagavond. Ik heb de halve groep van wereldartiesten al gezien, deed vroeger bijna constant concerten, maar de Scabs: dat is er nog nooit van gekomen, en wou die altijd al eens zien, best goede muziek vind ik! (En als iemand The Scene, Coldplay & Texas weet komen, mag je ’t ook laten weten, die staan ook nog op mijn lijstje J ). Om een lang verhaal kort te maken: ik heb die afspraak dus moeten annuleren, zwaar tegen mijn zin natuurlijk. De gevolgen van die donderdagavond had ik echt onderschat, en weet nu dus dat dat veel te snel na mekaar gepland was, in ’t vervolg toch een aantal dagen recuperatie inplannen als ik nog eens zoiets vree buitensporig zou willen doen! Erg é, voor mij zijn zo’n dingen nu écht volop avontuur, de rebellie ten top, het buitenissige, de kantjes eraf lopen, … Vree bizar als je weet wat voor een sociaal uitgaansdier ik vroeger was, ik was enkel thuis om wat bij te slapen… Nu was ik mega-gelukkig dat ik een avondje eens zou kunnen weggaan, in een veilige omgeving dan nog, en wat bijpraten met de collega’s daar. Of hoe tijden kunnen veranderen én het tij kan keren J

Had ook aan David beloofd dat we dit weekend gezellig onder ons twee zouden gaan dineren, maar gezien de chemo nog deze week bleek te komen, wordt dat ook weer uitgesteld. Hopelijk komt er van uitstel geen afstel, kan je geloven dat we nog nooit de kans gehad hebben dit te doen? Onder ons twee, romantisch, gezellig, samen? Sinds we mekaar kennen is vrijwel direct het K-verhaal begonnen, en ja, dan weet je het wel é… Ken weinig koppels die er nog nooit een romantische avond in het restaurant opzitten hebben! J

Bon, dit was dus precies eerder een minder-medische post, ga het voorlopig hier bij laten, al lectuur genoeg voor één post, denk ik J

Ondertussen is het hier toch middag en wordt het eten geserveerd, zal wel nog andere posts maken met de stand/gang van zaken van de laatste weken hoor. In the meantime: smakelijk J

30-08-2013
Chemo nr. 4
Effe het verloop van de laatste drie weken schetsen é…

De eerste week na de chemo ging niet zo goed: ik had opnieuw meer last van die concentratiestoornissen en een gedrogeerd gevoel, gelukkig niet zo extreem als de eerste keer, maar toch… Was soms ni zeker dat ik wel geen rare dingen zei en zo… En was ook wel moe, maar het moe-zijn en veel-slapen hangt soms echt mijn keel uit! Daarbij kwam dan nog dat mijn hoofdje wel wat te verwerken had, wat ook niet bevorderlijk is om goed te slapen. Dus ik recupereerde niet echt makkelijk.

Na die eerste week ging het weer wat beter, en ben ik stilaan terug in gang geraakt zodat ik af en toe toch iets kon bakken (pas op: hier is mijn dag mee gevuld é, ik hoef dan niks anders meer te doen want da komt ni goe…) én nog belangrijker: proeven J Maar toch voelde ik wel dat ik dat beter niet deed, alleen was het echt niet de moment om stil te zitten, ik moest bezig blijven, zodat het hoofd afgeleid was…

Nu, de laatste week, voelde ik me weer redelijk gerecupereerd, al is het wel trager gegaan en heb ik niet zoveel reserve als de vorige keren. Ik begin wel te voelen dat de derde chemo de eerste niet is, maw: het stapelt zich op in je lichaam é, en ’t duurt allemaal wat langer en ’t gaat allemaal wat minder vlot daardoor… Tegelijk was ik zodanig gefocussed op ‘bezig blijven’, dat ik mezelf ook niet echt de volle rust gegund heb, dus dat zal er ook wel voor iets tussen zitten. Alhoewel bezig zijn de eerste dagen na een chemo toch niet echt aan de orde is hoor…

Het is zo een routine aan het worden ook: een chemo met een week-die-niks-waard-is erna (chaos en warboel in ’t hoofd en leegte in ’t lichaam), dan een kleine wedergeboorte voor een week, je voelt dat er weer wat meer leven in dat lichaam komt, en dan een week dat je denkt: amai, da was ne zware carnaval dees jaar, volgend jaar toch wa rustiger zenne… En dan begint het spelleke helemaal opnieuw. Ah ja, just , ’t was ni van de carnaval, ’t is de chemo… :-/

En anderzijds mag ik blij zijn dat ze nog chemo geven é, da wil zeggen dat mijn lichaam het kan hebben, dat de kanker toch effe minder zijn zin kan doen, dat ik nog sterk genoeg ben om alles te blijven bevechten. Dus daar halen we dan de moed uit om toch weer opnieuw na drie weken naar ’t ziekenhuis te gaan om een nieuw ‘shot’ te halen.

Eerlijk gezegd begint dat allemaal wel tegen te steken zenne, ma ja, het alternatief zal nog harder tegen steken denk ik.

Heb er nu ook weer een reeks onderzoeken opzitten, begint ook tegen te steken (wat niet, hé…). Ik moest normaal gezien twee dagen onderzoeken doen, vier stuks in totaal. Het suikerprobleem heeft zich daar ook nog eens mee gemoeid: de PET-scan kon niet doorgaan wegens te hoge glycemie, en is herpland geweest, gevolg: drie dagen op een week tijd van onderzoeken en ziekenhuisbezoek, toch effe een overdosis geweest zenne. Want in dat ziekenhuis rondlopen en die onderzoeken doen brengt dat dus weer allemaal redelijk naar voren é, je begint weer meer na te denken, je ziet ook vanalles rondom je dat niet altijd even motiverend is (bedoel dan andere patiënten en zo), het brengt je weer in een kwetsbaardere en gevoeligere stemming allemaal…

Dus worden er hier koekjes, taarten, cakes en vanalles en nog wa gebakken tegen de sterren op. He??

Ja, da is mijn manier van ‘wegvluchten’ geworden: bakken, bakken, bakken. Ik probeer suikervrije versies te vinden van koekjes en cakes en zo, probeer vanalles uit, mix, meng en kneed en zet m’n hoofd op nul. En dat lijkt vaak te helpen, zelfs al is het maar tijdelijk.

En het helpt ook om op gewicht te blijven: ben op ongeveer 62 kilo momenteel, dus vergeleken met enkele weken geleden ben ik een dikkerdje nu J Maar bon, dat is net een heel goede zaak zeker é!

Oh ja, nog effe laten weten met die onderzoeken: de resultaten zijn ‘redelijk ok’. Dat houdt in: één tumor is verkleind, twee zijn gelijk gebleven. Mijn hart is nog in goede toestand, de rest blijkbaar ook, dus doen we er nog een reeks van drie chemo’s bij. Ik zei zo tegen mijn begeleidster: hopelijk ben ik dan tegen ’t einde van ’t jaar ok, en ze wist precies niet goed hoe reageren. Dus vraag me af wat zij verder nog voorzien voor me, maar gezien we tegenwoordig niet te ver in de toekomst denken, is dat vaak maar een vluchtige gedachte…

Klik om verder te lezen: september t/m november

Niets aan de hand

November 2010
Zoals je weet duurt het altijd wel een poos voor je terecht kunt en eindelijk kan ik 18 november komen. Daar wordt eerst een slikfoto gemaakt. Ik moet een wit kalkdrankje slikken terwijl er een röntgenfoto wordt gemaakt.

December 2010
Dan moet ik op 15 december terugkomen bij de KNO-arts. Er  wordt uitgebreid gekeken in mijn oren en, via een slangetje door de neus, in mijn keel. Er is niets te zien, ook de foto ziet er goed uit, gelukkig. Dus opgelucht naar huis. Het zal tussen mijn oren zitten.

April 2011
Ik ben er verder niet zo mee bezig geweest en vond dat ik niet moest zeuren. Er is niks. Maar het zat me toch niet lekker en ben dus weer naar de huisarts gegaan. Ditmaal werd ik naar het Lucas/Andreas gestuurd. De KNO-arts in opleiding ging dusdanig hardhandig te keer, dat hij met geen mogelijkheid in mijn oren kon kijken. Ook de KNO-arts zelf, een kundig man volgens mijn huisarts, kon me niet meer aanraken. Afspraak gemaakt voor een stroboscopie en op 1 april (geen grap) 2011 is er een filmpje van mijn stembanden gemaakt. Ze zagen er prachtig uit. Geen idee dus waarom ik pijn in mijn keel (en oor) met slikken heb.

Dan maar logopedie proberen. Dus ben ik 3 maal naar de logopediste geweest. Een leuke jonge vrouw, zwanger en intussen bevallen, hoorde ik. Dus ik oefenen, af en toe. Ik vind het moeilijk om dit structureel te doen. Ik mis een beetje de discipline. Of heb ik onbewust het gevoel dat dit het toch niet is? Maar dat is natuurlijk geklets achteraf. Het levert echter niet veel op. Weer probeer ik het een beetje te negeren.

November 2011
De maand november  ga ik lekker met vakantie naar Laos/Cambodja. Heerlijk weer! De laatste week krijg ik veel last van mijn linkervoet dus dat is een behoorlijke afleiding van mijn keel/oor. Ik laat het masseren door een blinde Cambodjaanse maar de pijn wordt alleen maar erger. Terug thuis meteen naar de huisarts voor een podotherapeut. Die kan niets vinden maar ik ben een behoorlijke tijd kwijt voor de pijn in mijn voet verdwijnt. Ik kan me niet herinneren dat ik toen veel last van mijn keel/oor heb gehad.

September 2012
Inmiddels is de zomer voorbij en is het alweer september. En ja hoor, de keel/oorpijn is er weer. Ik word er gek van, zo langzamerhand. Ben ik een hypochonder aan ’t worden? De huisarts stuurt me naar de ACTA, een opleidingscentrum voor tandartsen. Als het niet in mijn keel zit, zijn het misschien de kaakgewrichten. Nou, niet dus.

Onderzoeken

Oktober 2012
Wat gaan we nu doen? Inmiddels heb ik een grote bult, links in mijn hals en brood blijft in mijn keel plakken. Het is ondertussen 23 oktober en ik word naar het Prinsengrachtziekenhuis gestuurd om een foto van de nek en een echo van de hals te laten maken. Ik kan de uitslag een week later bij de huisarts halen.

Maar…  twee dagen later ligt er een brief van het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis in mijn brievenbus. Hierin stond de bevestiging dat er een afspraak voor mij gemaakt is. Ik stond te trillen op mijn benen en ben meteen bij de huisarts naar binnen gestapt. (zit vijftig meter naast mijn huis en heeft altijd een open deur).

Volgens de assistente hoefde  het niets te betekenen. Het kan van alles zijn……

Nou, ik moest op 30 oktober in het AvL zijn en vanaf die datum is het circus begonnen. En dan meld ik me dus om 10.00 uur in het AvL. Ik ken er de weg. Drie jaar geleden ben ik hier 5 weken lang, elke dag met mijn zus geweest. Longkanker. Zij is na een ziekteproces van 6 maanden hieraan overleden, 64 jaar. Ik ben hypernerveus.

Ik word bekeken door een hoofd-hals chirurg in opleiding. Hij kijkt, via een slangetje door de neus, in mijn keel en constateert een kwaadaardige tumor. Voor 99%. Hij gaat overleggen met een collega, komt terug met de collega, die dan ook nog even wil kijken. Van dat soort dingen word ik op zulke momenten, pisnijdig. Er is apparatuur waarmee je tegelijkertijd een filmpje kunt maken. Dan hoef je de patiënt niet twee keer te belasten!! Zo’n lekker gevoel is zo’n onderzoek niet!

Dan worden er allerlei afspraken gemaakt voor een CT-scan, een echo, een onderzoek onder narcose om een biopsie te nemen. Het multidisciplinair overleg is echter vóór deze onderzoeken, zodat ik er zelf achteraan moet om deze onderzoeken te vervroegen. Alleen het onderzoek onder narcose krijg ik niet voor elkaar. Maar dat is puur een formaliteit, zeggen ze(?).

Dan de dag erna. Niet geslapen natuurlijk, ik voel me gebroken, maar ja er zal wel de nodige aktie ondernomen moeten worden. Een aantal van mijn bezigheden zal  ik niet kunnen voortzetten. O.a. deelname aan twee koren. En ik doe wat vrijwilligerswerk, maar daar staat mijn hoofd nu helemaal niet naar. Gelukkig kan ik terecht bij een vriendin van mij, Petra, die sinds vijf maanden vrij is van eierstokkanker. Zij weet waar het over gaat.

Ik ben in mijn hoofd al bezig mijn begrafenis te regelen. En waar moeten mijn spullen naartoe, lekker belangrijk! Ik meld mij direct bij Ondersteuning en Begeleiding en kan daar de dag erna terecht. Zo kan ik in ieder geval mijn verhaal kwijt. Dat was best fijn, maar wat me nu, na zes maanden, nog helder voor de geest staat, is dat de dame die ik sprak zei, “het zit gelukkig niet in je gezicht dus dat blijft mooi”. Ik vind dat eigenlijk een heel rare opmerking.

Deze hele eerste week is eigenlijk een soort slechte film geweest waarin ik belandde. Ik werd heen en weer geslingerd tussen, “dit is niet waar” en “ik ga dood”. Ik ben zelfs bezig geweest te onderzoeken of ik naar een hospice kon indien het zo slecht met me zou gaan, dat ik niet alleen kon wonen. Dat is dus geen optie. Het beste wat men mij kon bieden was een bed op de verpleegafdeling van een bejaardenhuis. Dus heb ik maar een paar extra sleutelbossen laten maken en internet aangevraagd. Ik was gewaarschuwd dat door de behandeling ik waarschijnlijk heel moeilijk, of niet, zou kunnen praten. En ik wilde toch een lijntje naar buiten hebben. (Ik was één van de weinige mensen zonder internet! De laptop heb ik geërfd van mijn zus).

Definitieve uitslag en behandelplan

November 2012
Ik moet natuurlijk een aantal mensen inlichten. In eerste instantie dacht ik het in een  kleine kring te houden. Maar waarom moeilijk doen. Ik stuur alle mensen die ik ken en waarvan ik weet/denk dat zij het op prijs zouden stellen, een uitgebreide mail. Met de vermelding dat de delete-toets rechts zit. Maar ik wist niet wat me overkwam. De mensen reageerden hartverwarmend.

Ik heb het geluk dat mijn vriendin Petra telkens met mij meekan als er gesprekken zijn. Ik zit natuurlijk vol vragen, die ik in de loop van de dag(en) opschrijf. En als Petra denkt, maar als dit, hoe zit het dan met dat…. stelt zij die vraag direct. Zij is bovendien bekend met de vergader cultuur en noteert direct alle antwoorden. Het is me al een paar keer gebeurd dat ik thuis zat en dacht verhip, dat ben ik vergeten te vragen. Als ik dan in de aantekeningen van Petra ging kijken, stond daar het antwoord. Dat is echt super.

Half november krijg ik van Dr. Tan te horen wat het behandelplan zou zijn Het is een plaveiselcelcarcinoom (een vorm van huidkanker)  van 2 cm op de strotklep en een klein stukje op de tongbasis. Met  35 bestralingen in 6 weken moet het klaar zijn. Ma. t/m do. 1 keer en vrijdags 2 keer. Er is nog wat geschoven naar zaterdagen i.v.m. de kerstdagen en nieuwjaarsdag. Dan wordt er niet bestraald. Maar géén chemotherapie. Daar ben ik enorm blij mee.

De bestralingen

November en december 2012
De volgende dag moet ik terugkomen om een masker te laten aanmeten. Dat lijkt me erg benauwd, zo’n masker, maar is me uiteindelijk erg meegevallen. Het is even je verstand op nul zetten en de aanval doorstaan. Op 26 november 2012 gaan ze dan beginnen! Eerlijk gezegd kan ik me niet herinneren of ik in die tijd veel last van keel/oorpijn had. Er gebeurde zoveel, dat is waarschijnlijk helemaal weggeblokt.

Van de eerste bestralingen voel ik niet veel. Dus ik denk nou…. als dat zo blijft ben ik spekkoper. Maar natuurlijk blijft dit allemaal niet zo. En ik begin me af te vragen of alleen bestraling wel voldoende is om de kanker weg te krijgen. Ik heb al eeuwen een volledige prothese en kan daar goed mee uit de voeten. Maar al sinds het onderzoek onder narcose doet links mijn onderkaak pijn en nu met die bestralingen brandt de onderprothese soms in mijn mond en kan ik hem niet inhouden.

En precies na twee weken bestraling gaat mijn keel behoorlijk pijn doen. Dat gaat lastig worden, denk ik. Sommige dingen, zoals banaan en tomaat, branden in mijn keel. Dat duurde trouwens tot ruim na afloop van de behandeling. ’s Morgens een bordje Brinta (dat overigens later ook een paar weken brand-gevoelens gaf) en tussen de middag brood zonder korstjes of krentenbrood met veel kleine slokjes water. Maar ik zit/zat in twee koren, dus veel mensen kennen me. Ik heb in de zes/zeven weken hierna de heerlijkste (en vreemdste) soepjes gegeten. Ik heb zelf een staafmixer gekocht want ik dacht na drie soepjes, dat blijven ze niet doen natuurlijk. Maar eerlijk gezegd heb ik dat ding nog niet veel gebruikt. Ik hoefde maar te bellen (mailen) of hij/zij misschien, per ongeluk, nog ergens soep had staan of ze gingen gelijk aan de kook voor mij. Helemaal top.

Ik begin met paracetamol en vijf dagen later met fentanyl  pleisters plakken. En ik krijg een neusspray mee die ik voor het eten kan gebruiken. Ik geloof in het zelfherstellende vermogen van het menselijk lichaam en ik heb een hoge pijngrens, maar nu is het niet leuk meer en moet ik aan de pijnstillers.

Na drie, vier weken bestraling begint mijn huid heel droog en dor aan te voelen. Ik krijg een tube crème mee, wat heet, 4 tubes! om in te smeren. Ook is het haar op m’n achterhoofd, dat zich in het stralingsgebied bevindt, uitgevallen. Men (?) zegt dat het weer terugkomt. Ik ga naar het AvL alsof ik naar mijn werk ga. Verstand op nul. Als ik alleen ga, ga ik met de bus. Ik doe maar net alsof ik met vakantie ben. Alleen tijdens vakanties ga ik met de bus namelijk.

Maar…..  er is natuurlijk ook nog een radiotherapeut die je elke week wil zien, en een diëtiste en een mondhygiëniste.

Vanaf dag 1 krijg ik al Nutri voeding in mijn maag gesplitst. Ik weet het terug te dringen tot 1 flesje per dag. Ik ken het namelijk en naast je normale eten is het niet te doen. En dat ik zo normaal mogelijk wil eten komt omdat mij verteld is dat je slikken kunt verleren. Terwijl ik voor de behandeling nog zoiets had van, stop mij maar een slang in mijn maag dan hoef ik in ieder geval niet te slikken. De mondhygiëniste wil me allerlei hulpmiddeltjes aansmeren i.v.m. de slijmvorming, terwijl spoelen met gewoon zout water, dat je zelf maakt met keukenzout, heel goed werkt. Dus daar blijven onze centen voor de zorg!

De laatste week krijg ik er toch wel genoeg van. Mijn huid staat strak en na de 34ste keer scheurt het oude vel los en krult alles op. Precies  in het midden van mijn hals heb ik nu een rol oud vel zitten. Het trekt enorm. En smeren helpt hier natuurlijk niet. Ik doe uiterst voorzichtig, want ik wil niet dat er wonden ontstaan. Volgens de mensen bij het bestralingstoestel zijn er toch kleine wondjes maar ik besluit om te doen of die er niet zijn. De laatste keer krijg ik mijn hoofd bijna niet meer zover achterover dat het masker eroverheen past. Dit is echt het uiterste, meer kan echt niet. En dan is het op 4 januari 2013 eindelijk klaar!!!

Vertwijfeling

1e kwartaal 2013
Ik kan bijna niet meer praten, althans, er komt weinig geluid uit. Het is krassen en piepen. Ik kan me nu voorstellen hoe het voelt als je afasie hebt of zoiets. Je wordt gek! Het zit er allemaal in maar het komt er niet uit! En dan merk je dat mensen niet veel geduld hebben. Ze gaan je zinnen afmaken. Eten is ook een hele opgave. Stamppotjes en soep gaan op een gegeven moment ook tegenstaan.

Ik word door de radiotherapeut gewaarschuwd dat het keerpunt pas een dag of veertien na de laatste bestraling is. De pijn e.d. zal eerst nog erger worden. Dus nog maar een extra pleistertje plakken. Ik hoef pas na drie weken terug te komen voor controle en ben blij dat ik niet meer elke dag naar dat ziekenhuis hoef.  Maar het is ook heel raar en ik moet weer helemaal wennen aan ‘gewoon’ leven. De 21ste zie ik de radiotherapeut  en de mondhygiëniste. Er gebeurt niks bijzonders. Ik moet pas 12 april komen voor een scan en de RT vind dat wel wat lang en vraagt me 8 maart nog eens te komen. Waarschijnlijk voor hetzelfde verhaal, hoe gaat het, heeft u genoeg medicijnen, bla bla.

Tot 12 april is lang! Ik verander soms 26 keer van gedachten op een dag. Soms overvalt mij een enorm gevoel van eenzaamheid, iets wat mij vreemd is. Soms denk ik, ze zijn zo kundig, Tan weet wel wat hij doet. Soms denk ik, zie je wel, dat overkomt mij weer. Straks moet mijn strottenhoofd eruit en krijg ik zo’n gaatje in mijn hals! Komt het praten weer goed? Kan ik ooit weer naar koor? Ik ben al twee keer in  paniek bij mijn huisarts geweest omdat ik dacht ergens een nieuw carcinoom te zien.

Ergens in december kwam Petra met het bericht dat bij haar de eierstokkanker terug is!  Zij moest weer aan de chemo. Dus soms denk ik, zie je wel,  binnen de kortste keren is het bij mij ook terug. Bij het minst of geringste springen de tranen me in de ogen. Daarentegen, ik zag in een uitzending van “24 uur met…..” Willem Nijholt, die 7 jaar geleden keelkanker heeft overwonnen. En dan voel ik mij heel sterk en denk, zie je wel, wat hij kan, kan ik ook. Dat ga ik ook zo doen!

Ik heb me aangemeld bij het Ingeborg Douwes Centrum. Ik word langzamerhand gek van mezelf. Ik moet met iemand praten. Petra is nu even geen optie. Gelukkig kan ik snel terecht en heb ik een paar goeie sessies gehad. Via de computer heb ik ook contact gezocht met lotgenoten. En dat steunt ook enorm. Ik kan me erg optrekken aan de verhalen van anderen. Zo van, het kan altijd nog erger en ik mag nog niet mopperen. Iemand zei me “als het zo lang duurt voordat je voor het eerst op controle moet  komen, kun je ervan uitgaan dat de tumor weg is”. Met deze uitspraak kom ik de rest van de tijd door.

Eind maart krijg ik zoveel last van mijn keel dat ik weer de spiegel pak. Volgens mij zie ik allemaal witte spikkels. Ik bel direct het AvL en mag de dag erna komen, bij professor Balm. Weer met een slangetje door mijn neus, nee hoor, niks te zien. En tussen haakjes, de tumor is weg! Nou dat was wel een kleine aardschok. Maar wel een goeie! En na een week krijg ik, vervroegd, de CT-scan. Dan weer een week wachten.

En ja hoor, 12 april krijg ik het verlossende woord. Alle kankercellen zijn verdwenen. Maar de HHC (hoofd-hals-chirurg) begon het gesprek met: kankercellen kunnen zich soms verstoppen en dan zijn ze voor ons niet zichtbaar. Dat vind ik nou eens een leuke openingszin, maar ik ben niet van plan me daardoor in de put te laten helpen. Ik ga ervan uit dat de kanker in ieder geval voor dit moment weg is. En deze grap ga ik niet nog een keer uithalen. Eén tumor, en één keer behandeling vind ik meer dan genoeg. Ik moet nu nog zien te herstellen van deze keer. Want nog steeds gebeurt er van alles in mijn keel.

Logopedie en veel geduld

2e kwartaal 2013
Een week of vier na de laatste bestraling dacht ik dat het de goede kant opging met eten en drinken. Maar toen kreeg ik weer een aantal weken dat het slikken minder werd. Daar kwam later bij dat ik ook weer steken in mijn oor kreeg. Toen werden de steken wat minder maar ging ik door de grond als ik een boer  moest laten. Gek praatje misschien, maar doordat slikken pijn doet, ga ik ook heel raar slikken. Houd vocht en eten lang in mijn mond en weet vervolgens niet hoe, maar het gaat naar beneden. Daar komt blijkbaar een heleboel lucht bij, want soms maak ik een herrie. Dan is het weer wat beter, en een week later gaat het weer niet. Mijn botten doen soms pijn, onderkaak, linkerkoon, sleutelbeen. Heel afwisselend. Dus never a dull moment! Volgens de RT zijn het niet mijn botten, maar de spieren die pijn doen.

Bij het gesprek met de HHC op 12 april, kaart ik logopedie aan en hij zegt dat ik meteen maar een afspraak moet maken. Hetgeen ik dus doe. Daar ben ik nu dus drie keer geweest maar ik geloof dat ik even moet wachten tot mijn stembanden zijn geslonken. Begin april waren ze nog opgezwollen. Mijn stem gaat op en neer. De ene dag gaat het redelijk en de volgende dag is het weer piepen en kraken. Het lijkt wel of ze in het AvL op werk wachten want de logopediste is zo gretig om iedere keer een afspraak te maken dat het me moeite kost om nu in juli pas te plannen. Ik zal intussen zoveel mogelijk proberen te oefenen.

De kale plek op mijn achterhoofd is inmiddels, na 4 maanden, ook weer begroeid met haar. Vanochtend heb ik de overhangende sprieten weer lekker in een kort modelletje laten knippen!

Ik word regelmatig gevraagd of mijn energie niveau weer op peil is. Ik moet eerlijk zeggen dat ik daar alleen in het begin, na de diagnose en tijdens de behandeling last van heb gehad. En dan denk ik nog, dat dit niet zozeer door de behandeling komt maar door de schok van de diagnose en wat er dan allemaal door je hoofd heen gaat. Ik moet zeggen dat ik wel een paar dingen heb afgestoten en de koren staan uiteraard op een laag pitje. Dus ik doe wel een ietsiepietsie minder!

Tijdens  de eerste onderzoeken zei men mij dat het wel een jaartje duurt voor ik weer enigszins de oude ben. Dat houdt in dat ik nog een maand of zeven/acht geduld moet hebben. In juli word ik verwacht bij de RT en in oktober 2013 weer bij de HHC. Het eten gaat nu goed. Nog gevoelig, maar er brandt niets meer in mijn keel. Ik moet wel altijd een flesje water bij me hebben omdat ik soms een erg droge keel heb.  Met ‘dunne’ dranken verslik ik me nog wel veel.

Op naar september

3e kwartaal 2013

Inmiddels ben ik bij de radiotherapeut geweest. Ook weer iemand in opleiding, maar die heeft wel in mijn keel gekeken. Dat had ik niet verwacht. Het zag er goed uit. Nog rood en geïrriteerd maar verder schoon. Eerlijk gezegd was ik daar ook vanuit gegaan.

De volgende afspraak is verzet naar eind september en daar leven we dan maar weer naartoe.

Klik hier om verder te lezen: Verhaal van Elly over longkanker

Kaltostat

anke

Prachtig proza is deze bijdrage op Ankes weblog:

Vies verhaal

Het volgende stukje is een beetje onsmakelijk. Maar goed, als het goed is, heeft u uw lunch net achter de kiezen.

Zoals kleine kinderen nog wel eens vol trots naar hun prestatie willen kijken als ze in hun potje hebben gepoept, en sommige ongure types in hun zakdoek na het snuiten van hun neus, zo heb ik een eigenaardigheidje met mijn fistel ontwikkeld.

In het gat, dat nu een diameter van ruim één centimeter heeft, moet als een soort dopje, een opgerold reepje Kaltostat worden gestopt. Kaltostat is een soort viltachtig weefsel, al vind ik de naam persoonlijk beter passen bij een concentratiekamp. (“Waar is uw familie omgekomen?” “In Kaltostat, helaas…”) Maar dit terzijde.

Omdat er iets van algen in die Kaltostat verwerkt is, kan het spul heel veel vocht absorberen. En er komt nogal wat vocht (lees pus, maar dat is zó’n vies woord, dat weiger ik gewoon met mezelf te associëren) uit die fistel. Twee tot drie keer per dag moet de boel dus verschoond worden, hetgeen ik doodeng vind. Maar aan het eind van de rit volgt gelukkig wel altijd een klein pleziertje.

Want telkens als er dan zo’n snotachtig reepje Kaltostat door de thuiszorg uit mijn hals is geplukt, haal ik er enorme voldoening uit om het ding eens goed met een pincetje te ontleden. Een beloninkje, zeg maar, voor het ‘geleden leed’. Maar omdat ik natuurlijk niet wil dat de thuiszorg mij een gestoorde viezerik vind, zeg ik er altijd even “kijken of het vocht al minder is” bij. Bijna iedere keer komt er iemand anders, dus weten zij veel! (S. heeft mij helaas wel door…)

Maar toch. Ondanks de luchtige toon van het bovenstaande weten we wel degelijk beter. De dag voordat ze dit schreef waren we weer bij haar. En ofschoon we onderhand min of meer gewend zijn aan hoe ziek ze is, aan hoe ze eruit ziet, aan hoe ze beperkt wordt door haar lichamelijke misfortuin, kunnen we er ons niet aan onttrekken. Anke is gauw moe, ze moet nog steeds allerlei medicijnen innemen, ze heeft nog steeds morfine, ze praat moeilijker dan voorheen, ze kan niet met ons mee-eten maar is overdag ook nog regelmatig met de voedingsspuit in de weer en daar verandert een leuk geschreven blogje niets aan.

Steeds vaker moet Anke ook overdag rusten. Of ze gaat tussendoor even op bed liggen, of ze rust uit op de zitbank in de voorkamer; om iets te ondernemen is ze te zwak. Hopelijk is onze aanwezigheid voor haar niet te belastend, dat zou het laatste zijn wat we zouden willen. Maar het zou zomaar kunnen dat je dat niet in de gaten hebt doordat je zo graag iets meer voor haar wilt doen dan haar gezelschap te houden of wat in de huishouding te helpen. Maar hierdoor steunen we Stijn ook een beetje. Hoeft hij al weer een keer minder af te wassen, te zuigen, naar de winkel of vuilcontainers.  Kan hij tussendoor ook eens aan zichzelf denken, een vriend bezoeken, even naar het werk dat voor hem meer ontspanning is dan broodwinning. Maar dat was eigelijk altijd al zo, kreeg ik de indruk. Hij is journalist in hart en nieren, om een verhaal op tafel te krijgen blijft hij zoeken naar juiste personen en feiten. Ofschoon Anke dezelfde opleiding had is ze meer (be)schrijver. Jammer dat haar laatste sollicitatie bij Elsevier niet door kon gaan. Ik had het haar zo gegund. Stijn werkt in Rotterdam als verslaggever voor het Algemeen Dagblad. Gelukkig maar dat hij de laatste tijd alle bezuinigingen door fusies heeft weten te doorstaan. Hij voelt zich volgens mij bij de krant als een vis in het water en krijgt – zeker nu Anke zo ziek is – van chefs en collega’s alle medewerking en zoveel vrijheid als hij nodig heeft.

Van mijn mailcontact krijg ik weer post als reactie op mijn ontboezemingen en vol met goede raad om me te ondersteunen. Hij dacht eerder dat we misschien met zijn tweeën tijdelijk in Rotterdam zouden kunnen gaan wonen om vaker bij Anke te zijn. Maar ik heb hem laten weten dat Anke dit niet op prijs zou stellen en bovendien zitten we nog met ons werk waar we naar toe moeten. Maar werk kan in deze omstandigheden ook afleiding zijn, zo schrijft hij. Het verzet je gedachten en het breekt de dag, zodat er nog iets anders is dan het verschrikkelijke feit waarvan je vol bent.

Het klopt wel; het geldt voor Annie meer dan voor mij. Zij gaat graag, zij kan haar gevoelens op het werk goed kwijt. Veel collega’s leven met haar mee en als ze even pas op plaats moet maken kan dat en ook is er altijd wel iemand met een luisterend oor of iemand die haar taken even overneemt. Op school ligt het voor mij toch iets anders. Er is bijna geen collega die niet in de klas bezig is of anderszins tot over de oren in zijn werk steekt. Ik zie voor of na school bijna niemand in mijn lokaal. Hetgeen natuurlijk niet wil zeggen dat men het niet erg voor Anke en voor ons vindt. Sommige van mijn collega’s hebben Anke op de basisschool in de klas gehad (toen we nog niet gefuseerd waren) en voor hen is het natuurlijk ook wel een vreemde situatie. Ik ervaar het werk echter niet als ontspannend, maar dat is al langer zo. En niet alleen nu het met Anke en met mij zo slecht gaat.

Ik heb hem gemaild over mijn kwaadheid dat er geen actie meer plaatsvindt en dat je daar gek van wordt. Hij vraagt zich af in hoeverre zo’n artsenteam misschien een dubbele agenda heeft: ze willen aan zo’n bijzondere patiënt natuurlijk ook van alles leren en dan staan de belangen van die patiënt wellicht niet altijd voorop. Geeft aan iets dergelijks uit eigen ervaring te hebben meegemaakt. Schrijft dat als ik er al zwaar door geïrriteerd raak, hoe Anke zich dan wel niet moet voelen als het weer eens tegen zit, als er geen voortgang is. Vraagt of ze mentaal wel sterk genoeg is? Ook volgt nog een advies om spanningen tussen ons beiden van elkaar te begrijpen en steeds maar weer in gesprek te blijven, omdat je elkaar nodig hebt in deze moeilijke periode. En wenst ons sterkte.

Het klopt wel wat hij schrijft. Hoe moeilijk het nu ook is om begripvol te kunnen omgaan met de kwaadheid van de ander, het is de enige manier om met elkaar in gesprek te blijven en elkaar te helpen.

Voordragen, praten, schrijven

Op vrijdag 30 maart vinden in het nabijgelegen Peij de Veldekevoordrachten plaats voor kinderen van basisscholen in de gemeente. De bedoeling is dat kinderen gedichten, verzen in het dialect voordragen om zo het dialectgebruik te stimuleren. Ook wordt het voordragen van zelf geschreven werk gepromoot. Knap is het van de soms erg jonge kinderen om heel alleen voor een stampvolle zaal in het dialect voor te dragen.

Met de klas doen we nu voor de tweede keer mee in de vorm van een rap. De gedachte er-achter was om zoveel mogelijk kinderen uit mijn groep te betrekken bij de voordrachten. Omdat jongens lang niet allemaal te porren zijn om een gedicht voor te dragen, heb ik ervoor gekozen om een rap te schrijven zodat ook veel jongens uit de klas willen meedoen. Verleden jaar ging de rap over een jongen met ADHD: Wielie. De kinderen verschenen op het toneel met zonnebril, pet, veel bling-bling om hals en pols, en wat er volgens hen nog meer bij hoorde: een radio op de schouder, een skateboard. Het was een mooi plaatje en het optreden was een groot succes, de zaal stond op zijn kop. Alleen was het jammer dat de jury geen rekening had gehouden met het optreden van een groep en dat we daarom niet in de prijzen konden vallen; er stond namelijk niets over groepen in de reglementen. Kinderen, ouders en meester teleurgesteld en menige discussie met enkele juryleden tot gevolg.

Dit jaar treedt mijn groep op met de rap over hun meester en heeft men binnen de vereniging het standpunt ten aanzien van groepen enigszins genuanceerd. We mogen zelfs twee keer optreden (weliswaar nog steeds buiten mededinging) en omdat ook nu weer veel waardering voor de rapgroep is, worden we zelfs uitgenodigd om binnenkort voor de lokale radio op te treden en ook nog om tijdens de provinciale kampioenschappen een optreden onder de pauze te verzorgen. Ik ben blij voor de kinderen dat ze zo succesvol zijn, maar voel mezelf niet echt op mijn plek. Het is net alsof je er niet mag zijn. Bij zoveel plezier en enthousiasme ben je toch niet helemaal op je gemak. Maar van de andere kant geeft het je ook afleiding en de kans om weer eens over wat anders te praten, andere mensen te ont- moeten en zo even los te komen van wat je van de morgen tot de avond in beslag neemt. Maar dat loskomen is ook maar betrekkelijk want iemand uit de jury, wier kinderen ik jaren geleden in de klas had, vraagt hoe het gaat met Anke. Als ik vertel dat er geen hoop meer voor haar is, kan ze zich niet voorstellen dat ik hier aanwezig ben. Ik geef aan dat als ik thuis zou blijven er niets veranderen zou.

Op zaterdag stuur ik F. weer een mail om hem van de laatste feiten op de hoogte te brengen. Hij zal nu toch wel een completer beeld hebben van de situatie op dit moment. Toen ik de eerste keer op zijn column reageerde was mijn verhaal niet zo duidelijk geweest. Je gaat er wellicht onbewust van uit dat bijna iedereen van Anke’s ziekte op de hoogte is. Wat niet terecht is natuurlijk. En voor de mensen die wel op de hoogte zijn, zo heb ik het idee, is de behoefte om langs te komen kleiner of de angst voor een bezoek groter, want ik hoor, ook later weer, dat velen zich via het weblog van Anke op de hoogte gehouden hebben van haar toestand.

Hallo F.,

Je hebt gelijk als je zegt dat praten helpt en mijn vrouw en ik kunnen dat gelukkig ook steeds beter. Mijn vrouw heeft daar meer behoefte aan dan ik, dat wil zeggen: ze wil vaker over de situatie praten en is geneigd er meer dan ik vraagtekens bij te zetten. Soms vind ik het wel even genoeg en op een aantal vragen krijg je toch nooit een antwoord. Waarom er dan over discussiëren? Ook heb ik wel eens het gevoel dat veel over het onheil praten nog meer pijn doet.
De hele situatie maakt me sowieso af en toe paranoïde. Willen anderen in je omgeving er niet over praten dan ben ik wel eens teleurgesteld. Komt er iemand op bezoek dan is het ook weer niet goed. Ik weet soms zelf niet meer hoe ik reageer. Maar dat hoort er allemaal bij denk ik.
Belangrijk is in ieder geval dat we met Anke en Stijn goed kunnen praten. Gek is dat, want Anke was tijdens haar puberteit, die vroeg begon en lang duurde,vaak niet te genieten. Ze had ook toen al een heel sterke wil en wist wat ze moest doen om haar doel te bereiken. Gelukkig heeft haar sterke persoonlijkheid haar in deze miserabele situatie vaak door moeilijke momenten heen gesleept. Maar het is natuurlijk ook niet gek dat er dagen waren dat ze het niet meer zag zitten. Je moet haar echter bewonderen om de manier waarop ze haar kruis draagt. Ze klaagt bijna nooit (althans niet tegen ons); in het begin had ze nog de hoop om ondanks de beperkingen haar leven weer op te pakken. Zelfs nu ze weet dat ze niet meer beter wordt, probeert ze haar toestand zo nuchter mogelijk te verwerken. Onlangs vroeg ze nog aan ons of wij soms een begrafenisverzekering voor haar hadden lopen. Niet dat ze begraven wilde worden. Haar as zouden we bij ons in de buurt in de Maas kunnen strooien en zo zou ze dan vanzelf naar Rotterdam toe stromen. Dat leek haar wel een mooi idee. Maar dat was voordat de tumor in haar long werd ontdekt.
Als alles goed gaat gaan Anke en Stijn binnenkort verhuizen naar een wat comfortabeler appartement. Dat zal hun beiden goed doen; een rustigere buurt, een grote badkamer en keuken. Alleen wat duur; de prijzen in de Randstad liegen er niet om. […]
Je ging ervan uit dat wij in de Vut of zo zaten, maar dat is nog niet het geval. We moeten beiden nog een aantal jaren, maar gelukkig werken we beiden niet de hele week. Ik werk zelf momenteel op therapeutische basis. De hele dag in de klas werd me teveel. Toen Anke pas geopereerd was kon ik een poos niet werken en daarna was ik bijna zover dat ik weer een aantal dagen voor de klas zou gaan staan. Maar vlak voor de kerst werd de situatie zo hectisch dat ik weer een stap terug moest doen en eigenlijk is het zo gebleven. Maar ik vind dat niet erg. Na de pauze kan ik buiten de klas andere belangrijke dingen doen; er is altijd werk genoeg op school en bovendien kan ik dan de dingen zonder stress in mijn eigen tempo doen. Als ik nou de hele dag voor de klas moest staan en alle taken die erbij horen ook nog moest verrichten, zou dat niet goed zijn voor de kinderen en mij. Gelukkig is het zo dat ik op school over begrip niet hoef te klagen en bij mijn vrouw op het werk is het niet anders.
Afgelopen week heeft Anke te horen gekregen dat een operatie niet (meer) aan de orde is; de tumor is (was?) te groot. De chemo zal hopelijk binnen niet al te lange tijd beginnen. Dat hangt onder andere af van de genezing van de wond in haar hals. Die is nog niet dicht, al wordt hij niet groter en is hij niet meer zo erg ontstoken. Een punctie in haar hals heeft niet plaatsgevonden. Toen Anke vorige week op de afdeling kwam was er van de bult niet meer zoveel over. Het zal dus wel een ontsteking zijn geweest zegt men. Maar er is al zoveel gezegd wat later toch weer anders blijkt te zijn. Communicatie is niet het sterkste punt ge- loof ik, want er gaat wat dat betreft nogal eens iets mis. Dan zegt iemand iets dat niet klopt, dan weer zegt iemand iets dat hij/zij niet had mogen zeggen. Dan spreekt de arts niet zo goed Nederlands. Het heeft ook een beetje te maken met de vele disciplines die er bij be- trokken zijn (geweest) en soms is niet altijd even duidelijk wie de regie voert. Ook het feit dat ze in twee verschillende gebouwen wordt behandeld zal daar toe bijdragen. Eerst was ze vooral in het Erasmus en nu moet ze voor de chemo en alles wat daar bij hoort ook nog naar Daniël den Hoed. Maar het past ook wel een beetje bij de hele geschiedenis; vanaf het te laat ontdekken van de tumor in haar tong en alle andere kwalen die erbij kwamen tot het ook weer te laat ontdekken van de tumor in haar long. Ik heb vanaf het eerste moment een slecht gevoel gehad bij de hele gang van zaken en tot mijn spijt is dat uitgekomen. Zo worden je ergste angsten en nachtmerries waar.
F., tot zover deze keer. Het beste met je kleine teen zodat je weer gauw kunt gaan wandelen, want we krijgen mooi weer voorspelt men. Toch iets positiefs tot besluit.

Groeten,
Jo

De eerste april

In de tussentijd heb ik weer contact gehad met de bedrijfsarts en ook vindt er weer een gesprek plaats met mijn casemanager. Eigenlijk is iedereen van mening dat ik, ondanks de eerdere verhoging van de WAO, passende taken in het werk moet blijven uitvoeren met het oog op afleiding, regelmaat en structuur. Ondanks de medicijnen die ik neem, slaap ik weer slecht, het eten gaat redelijk. Mijn gewicht neemt tenminste toe. Bovenaan op het lijstje met bijwerkingen staat dat de medicijnen de eetlust kunnen bevorderen en dat klopt dus wel. Ik merk ook dat ik ’s avonds vaker zin heb in chips, chocola en ander snoep. Ik moet denken aan Anke en háár ‘gevecht met de kilo’s’.

Ondanks alle toestanden blijft het einddoel van de reïntegratie gehandhaafd: hervatting in eigen functie. In mijn hart voel ik al langer dat dit er niet meer in zit. Als Anke morgen gezond zou zijn, zou ik niet meer volledig terug kunnen en lesgeven. De koek is op; jarenlang putten uit de reserves eist zijn tol. Eerder heb ik al eens gevraagd of er geen andere mogelijkheden waren om me binnen de school of bij andere scholen binnen hetzelfde bestuur – tijdelijk – ander werk te laten verrichten. Ik zou me kunnen voorstellen dat ik af en toe een collega zou vervangen of kopieerwerkzaamheden zou kunnen verrichten, voor collega’s toetsen zou invoeren op de computer, zou helpen bij de vele activiteiten. Of een jongere leerkracht begeleiden. En ook zou ik rondom de school best wel in de tuin willen werken. Op die manier zou ik toch nog veel zinvol werk kunnen doen. Maar ik zou een te dure veredelde conciërge zijn. Het was schijnbaar niet mogelijk om op deze manier bezig te zijn voor de school, de kinderen en de collega’s. Gek is dat toch. Er is werk genoeg aan de winkel en betaald word ik nu gedeeltelijk uit een andere pot, maar zoiets kan niet uit het budget voor de scholen. Geen geld, geen formatie. Zegt men. Bij andere scholen kan het wel en zelfs binnen ons bestuur zullen binnen enkele jaren de nodige mensen uit de klas worden gehaald (goedschiks of kwaadschiks) om projecttaken te doen. Maar nu nog ff niet. Volgens mij moet iemand zich ervoor inspannen om het mogelijk te maken. En die iemand is er niet. Of die iemand heeft geen zin. Of men zal bang zijn voor precedentwerking. Want er lopen nogal wat leerkrachten op hun tandvlees en als die eens allemaal om taakverlichting komen vragen… Wat blijft er dán van het seniorenbeleid over? En het stelt nu al niet veel voor.

Dus ga ik verder op de ingeslagen weg terwijl ik weet dat hij zal doodlopen. Niks aan te doen. Een vervolgafspraak staat gepland voor 11 mei.

1 April

Tien uur vanochtend en de eerste 1 april-grap is een feit. Hou u vast want het is een echte dijenkletser.
S. stoot mij aan in bed. “F.!, F.! (F. is mijn koosnaampje), er ligt een keutel in het bed.” Slaapdronken, letterlijk van alle morfine en andere rotzooi in mijn lijf, word ik wakker. “Wat?” “Er ligt een keutel in het bed.” Nog steeds in halfslaap graai ik wat met mijn handen om me heen. “Huh, waar dan?”
“1 April!”

Een dijenkletser inderdaad. Op school komen kinderen ieder jaar weer met dezelfde 1 aprilgrap: “Meester uw schoenveter is los!.” En als je al niet in de gaten zou hebben dat dit een grap was, nog voodat je ook maar één oog naar beneden zou kunnen richten, roepen ze: “1 april!” En ook namen wij dan soms eens ”wraak” door iemand met de vraag naar een niet bestaand voorwerp (plintenladdertje, glazen schaar) naar een collega te sturen. Ook flauw. Thuis maakte ik de kinderen wel eens op 1 april wakker met de kreet dat ze moesten opstaan om te kijken naar het jonge hertje, eendje, lammetje of ander dier dat die nacht geboren was. (Stel je overigens eens voor dat er wel eens een oud jong geboren zou zijn. Dat was nog eens een 1 aprilmop.)

De volgende dag sms’t Anke: “We zijn onderweg naar de makelaar om te tekenen, ik bel vanavond. Tot straks”.

Gelukkig, het gaat door en ondanks alle misère en hopeloze vooruitzichten kijken we al- lemaal uit naar het nieuwe appartement. Zo is er tenminste nog iets leuks om je op te verheugen. Stijn heeft een plattegrond van het appartement en op dinsdag samen proberen we een berekening te maken van de totale vloeroppervlakten en het aantal meters zeil dat nodig is. In het appartement ligt een zachtgeel, hoogpolig tapijt, dat er nog netjes uitziet. Althans dat vinden Annie en ik. Als wij het appartement zouden huren, hadden we het tapijt vast en zeker mee overgenomen en het nog een paar jaar laten liggen. Maar jonge mensen als Anke en Stijn zien dat anders. Ik geloof dat ze het tapijt meer iets vinden voor een groep mensen waar zij niet toe behoren. Ouderen? Mensen in een woonwagen? Of misschien nog wel erger: oudere, woonwagenbewoners?

Bovendien zal het voor de vorige huurder nog een heel karwei worden om de kamerbrede vloerbedekking te verwijderen en af te voeren naar de milieustraat, want zo’n kamerbreed tapijt stop je niet zomaar even in de ondergrondse vuilcontainer. Gewapend met de plattegrond rijden we naar de Kwantum in Noord. Na het nodige rondkijken, kiezen, discus- siëren en wachten, blijkt dat onze berekening misschien wel niet helemaal klopt (of mis- schien wel helemaal niet?). Toch is het belangrijk dat de verkoper weet hoeveel zeil er nodig is, want alleen onaangebroken rollen mogen worden teruggegeven. Probleempje, want ondanks dat het zeil in de aanbieding is kan het toch wel wat duurder uitvallen als we een rol extra moeten kopen. We bieden aan de vloerbedekking gedeeltelijk te zullen betalen, maar dat willen Anke en Stijn niet. Stijn zal de volgende dag nog even terugkomen om de aankoop verder te regelen, want we komen nu niet verder en Anke is doodmoe Al met al heeft de winkeltocht wat te lang geduurd voor Anke en als we weer naar huis rijden, is ze op. Maar ze wil ondanks alle lichamelijke ellende zelf ook mee beslissen over de nieuwe woning en niet alles overlaten aan Stijn.

Ze klaagt niet, evenmin als ze geklaagd heeft over de pijn, over het ongemak, over de voeding, noch over het feit dat juist zíj deze ziekte moest krijgen, over al het alle andere ellende die haar ziekte over haar heeft uitgestort. Ze is ontzettend sterk; in elk geval als wij er zijn. En naar ik verwacht ook als ze met Stijn alleen is; ik heb hem nooit horen zeggen dat Anke klaagt.

Een ander lijdensverhaal

Op woensdag heb ik weer even contact met Anke via de mail:

Hoi Anke,

Hoe is het vandaag? Ik hoop niet al te moe. En met de wond in je hals? Hopelijk wordt het gat iets minder groot.
Is Stijn gisteren nog geslaagd bij Kwantum en hoe zat het met de berekening van de vloeroppervlakte?
Ik ben zo vrij geweest om alvast een bijdrage in de huurkosten te regelen. Als het goed is wordt binnenkort en alle volgende maanden het geld overgemaakt. [….]
Als het bedrag niet klopt laat je me dat maar even weten, dan kan ik het wijzigen.
Ik hoop dat jullie snel in het nieuwe appartement kunnen intrekken want het is er heel mooi. Ik heb van maandag 23 april t/m vrijdag 4 mei vakantie dus dan kan ik gemakkelijk komen helpen. Mam heeft dan ook een poos vrij.
De week ervoor komen ze hier in de kamer een nieuwe vloer leggen en ik weet niet hoe dat gaat en hoe lang dat duurt. Maar misschien kunnen we ook dan helpen als het nodig is.
We horen het wel.
Groeten,
Yo

Ik begrijp dat er overeengekomen is om iemand van de “vloerleggers”  in Rotterdamtegen een kleine vergoeding te laten meten en Stijn heeft alvast kunnen reserveren. Later zal blijken dat iemand met verstand van zaken erin slaagt om van de stukken die links en rechts overblijven de kleinere ruimtes te vullen zonder dat je dat ziet en dus is een nieuwe rol helemaal niet nodig. Ieder zijn vak, zo wordt maar weer eens bewaarheid.

Over vloeren. Vlak voordat Anke ziek werd zijn we begonnen met een kleine verbouwing. Begonnen met een kleine, maar zoals dat dan wel eens gaat; er komt nog wat bij kijken voordat de kleine verbouwing klaar is. In onze woonkamer (living in makelaarstaal) zat een open haard. Door de vorige bewoners met een soort groene steenstrips betegeld en met een klein, al even groen, vloertje ervoor. Ik heb een paar jaar geleden de strips weg- gekapt en de haard daarna gestukadoord. Nou ja, gestukadoord. Ik was er zelf nogal trots op, maar het resultaat is een gruwel voor een echte vakman. Ieder zijn vak, nietwaar?

We zouden in de haard een inbouwkachel willen laten plaatsen, maar daarvoor moet de haardopening vergroot en het tegelvloertje ervóór verwijderd worden. Dat is allemaal prima gelukt, de kachel werd geplaatst, een échte stukadoor heeft de schouw opnieuw gestuct, de schilder heeft de hele kamer opnieuw gedaan, er zijn nieuwe gordijnen uitgekozen, want de vorige hangen al bijna twintig jaar. En de eethoek van massief eiken is al veel ouder en moet eindelijk ook eens nodig vervangen worden. En wie koopt er nou iets voor de eeuwigheid? Wij dus, maar soms is een mens ook wel eens aan wat anders toe.

Met de nodige tussenpauzes, afzeggingen onzerzijds en wijzigingen door alle gebeurtenissen rond Anke zijn we nu zover dat alleen de vloer nog moet. Want door het wegvallen van het tegelvloertje is daar nu een opening die opgevuld moet worden. De parketvloer hebben we, toen we het huis kochten, al eens laten schuren en na overleg hebben we besloten om een nieuwe vloer op de oude te laten leggen. De oude laten opknappen was ook duur en het resultaat zou misschien wel minder mooi worden dan een nieuwe. En nu komen ze binnenkort de nieuwe vloer leggen. Dat is al vorig jaar zo afgesproken. Want door na de winter af te spreken hadden we tijd om de rest te laten doen en hoefden we niet in de winter in de kou te zitten want de radiatoren moesten moesten ook afgepakt en later opnieuw opgehangen worden. We kunnen moeilijk nu de hele zaak afblazen, dat zal de “parketteur” niet zo leuk vinden en bovendien moeten we toch ooit een keer de kamer leeghalen en de meubels opslaan. Dus dan maar liever binnenkort. Ondanks alles. Het weer is goed en de meubels kunnen in de garage. Zelf blijven we dan zoveel mogelijk in de keuken en tv-kijken doen we dan maar wat minder of boven.

Het is Witte Donderdag. Op school probeer ik met hulp van D. nog wat aandacht te schenken aan de komende feestdagen. Een collega heeft eens lang geleden een aantal tekeningen gemaakt over het lijdensverhaal van Christus. Ik heb ze verkleind en samen met de tekst die bij elke afbeelding hoort tot een boekje gevoegd. Ik vertel dan wat er in de Goede Week allemaal is gebeurd en in de tussentijd kleuren de kinderen de tekeningen. Ook draai ik wel eens de musical ‘Jesus Christ Superstar’, maar veel kinderen vinden de muziek te ouderwets. De paashaas komt bij de kleintjes op bezoek en wij (groep 6) eten samen de lunch in de klas. Daarbij houden we ook ieder jaar de wedstrijd eitje tikken om de houders van het ei met de hardste schaal te achterhalen en hem of haar tot kampioen eitje tikken uit te roepen. Morgen op Goede Vrijdag nog naar de kerk om de Kruisweg te bidden en dan een lang weekend vrij. Geen paasvakantie dit jaar. Over een paar weken hebben we meivakantie.

’s Avonds stuur ik Stijn en Anke nog een mail door van Essent, waarin een aantal tips over opruimen en verhuizen staan vermeld. Of ze die gelezen hebben?

Op dezelfde donderdag plaats Anke weer een bijdrage op haar log. Zou ze er ook aan denken dat het vandaag Witte Donderdag is? De dag van het laatste avondmaal van Christus, die zijn onvermijdelijke dood aankondigt? Staat deze dag niet symbool voor wat komen gaat? Maar is het niet alleen deze dag, maar eerder de voortgang (niet vooruitgang) van Ankes ziektegeschiedenis? Háár lijdensverhaal? Is het niet zo dat hier alle signalen op oranje staan? En is er iemand die het ziet?

Bewaren

5 april 2007

On the move

Zo, twee kogels door de kerk.
Ten eerste krijgen S. en ik 13 april de sleutels van ons nieuwe, superdeluxe (huur)ap- partement aan de oostkant van het centrum van Rotterdam. Omdat het nieuwbouw betreft, hoeft er gelukkig niet veel geklust te worden. Eigenlijk moet er alleen een andere vloer in; ik ben dan wel geen decoratiewonder maar het hoogpolig, geel tapijt dat nu in het hele huis ligt, gaat ook mij te ver. IEUWW! Omdat we – gezien mijn conditie – best wat verhuishulp kunnen gebruiken, doen S. en ik vandaag of morgen even een mail de deur uit met een oproep. En ons nieuwe adres natuurlijk!

Dan het tweede nieuwtje: de datum voor de eerste chemokuur ligt eindelijk vast. Die stomme fistel gooit wat roet in het eten, maar maandag 16 april gaat het dan toch ge- beuren, in de Daniel den Hoed (kan het weekend ervoor dus nog lekker mee naar de Ardennen!) Het wordt een driewekelijkse kuur, waarbij ik de eerste twee dagen in het ziekenhuis moet blijven en de rest van de drie weken thuis ‘mag’ uitzieken. En dan begint, als ik fit genoeg ben, de volgende weer. Na twee kuren wordt met behulp van een scan gekeken hoe de uitzaaiing in de long reageert op de medicijnen. Als de therapie aanslaat (en mijn conditie het toelaat) kunnen er nog vier kuren volgen.

En eigenlijk is er nog een derde kogeltje door de kerk. Sinds gisteren ben ik in het bezit van mijn eerste echte pruik! Zondag al even een voorzichtige kennismakingstocht langs de Middellandstraat gemaakt met Le. en gisteren met Si. de stoute schoenen aangetrokken en een toko hier om de hoek binnengestapt. In de etalage had ik gelukkig al precies gezien welke ik wou (Lorita heet ze, of all people), dus dat bespaarde me al te veel genant gepas. Eenmaal thuis het ding meteen weer opgezet en toen S. thuiskwam net gedaan of ik naar de kapper was geweest om te checken of hij zou twijfelen of het echt was. Helaas vond ik mijn eigen grap zo leuk dat ik na ongeveer één seconde al verklapte dat het om een pruik ging. Hierboven ziet u het resultaat*

* (de foto is genomen met S. z’n nieuwe love interest– de Nokia N73 – en daarom wat onscherp maar in het echt is mijn Loritaatje heel mooi)

Het eerste deel spreekt voor zich. Met geen tien paarden kunnen we haar ertoe bewegen om de vloerbedekking te laten liggen. Eerder hebben we Anke en Stijn voorgesteld om de verhuizing door een verhuisbedrijf te laten verzorgen, het wordt misschien toch wel teveel voor hun tweeën. Maar Stijn is ervan overtuigd dat de verhuizing best met een aantal vrienden kan worden gedaan. Een kwestie van een bestelbus huren, schemaatje maken wie wat en waar allemaal moet doen en de nodige man-/vrouwkracht natuurlijk. En met hun vrienden en wat familie van twee kanten moet het volgens hem een fluitje van een cent worden en op een dag gepiept. Ik hoop het hem hopen en geheel naar mijn aard zie ik weer de nodige obstakels.

Ik ben bang dat het allemaal teveel wordt voor Stijn, want hij leidt nu al bijna een jaar lang een dubbel leven, en moet toch onderhand ook wel aan het eind van zijn Latijn gekomen zijn. Maar Stijn ziet de verhuizing geloof ik als een min of meer welkome onderbreking, zodat hij zijn zinnen even op iets heel anders kan richten. Bovendien is het voor hem leuk om met zoveel vrienden en familie dit karwei te klaren. Toine mag meehelpen sjouwen, maar Annie en ik en Anke’s vriendin Su. worden benoemd tot persoonlijke assistenten van Anke om haar in het ziekenhuis gezelschap te houden totdat alles op zijn plek staat. En zo zal het geschieden.

Als je Anke’s blog leest, krijg je niet de indruk dat hier iemand schrijft die niet meer lang te leven heeft. Het lijkt eerder of er nog eens alles op alles gezet wordt om de laatste barrières te nemen om daarna weer “gewoon” verder te kunnen gaan met het leven. Wij – en ook Anke – hebben inmiddels begrepen dat het geen lolletje zal zijn om de chemo toegediend te krijgen, maar ze schrijft erover of het maar om een kleinigheidje gaat. Zo van, ik heb al zoveel meegemaakt, dit kan er ook nog bij. Dit varkentje zal ook nog wel gewassen worden.

En dan het verhaal over haar nieuwe pruik. Toen we afgelopen dinsdag bij haar waren kwam ze, nadat ze gerust had, naar beneden en sprong letterlijk de kamer in: “Kiekeboe!” We moesten er allemaal mee lachen, ondanks alles. En het moet gezegd worden, de pruik die ze koos stond haar goed. Zoals bijna alles haar stond. Of ze nou een vest aantrok, een broek droeg of een rok, een pet of een hoedje (toen ze wat jonger was), de haren los, in een vlecht of paardenstaart, eigenlijk stond het allemaal. Maar dat hebben sommige meisjes of jonge vrouwen; ongeveer alles kunnen ze dragen zonder dat het misstaat.

En het waren nou niet bepaald de duurste kleren die Ankekocht, eerder het tegendeel was waar. Toen ze nog op de basisschool zat wilde ze wel eens zeuren om merkkleding, maar nadat ze kleedgeld kreeg was de fase van merkkleren gauw voorbij. Voor weinig geld kocht ze ook wel eens spullen in de Rode Kruiswinkel en altijd is ze zuinig op haar spullen en zuinig met geld gebleven. Zuinig, niet gierig.

In de week voor de chemotherapie willen Anke en Stijn samen met hun Tilburgse vriendenclub nog eens een keer naar de Ardennen. Ze waren er een goed jaar geleden ook geweest en hadden toen een fijne tijd met zijn allen. Anke vertelt ons dat ze nog eens met iedereen bij elkaar wil komen nu ze nog redelijk mobiel is en ze haar haren nog heeft.

Op zaterdag stuurt Anke weer een sms’je: We willen morgen graag komen, ik bel wel als we vertrekken. Kan Stijn ’s avonds meeëten? We zijn al een beetje aan het inpakken maar vooral spullen weggooien.

Vooral spullen weggooien? Ik geloof mijn ogen niet als ik dit lees. Anke die alles bewaart, is spullen aan het weggooien? Dat zou ik dan wel eens willen zien. Als ze al wat weggooit zal dat toch met de nodige discussie gebeuren? Kan ik dit wel missen? Dit moet ik nog lezen en hier staat nog wat in dat ik kan gebruiken. Deze spullen zijn best nog wel goed, dat kun je toch niet zomaar weggooien? Enzovoort? Ik heb wel eens voorgesteld om de oude kranten die ze vaker bewaarde, weg te brengen naar de papiercontainer, maar daar kon geen sprake van zijn. O nee. Ze moesten blijven liggen en het liefst op dezelfde plek en in dezelfde volgorde als ze nu lagen. Anke en weggooien? Laat me niet lachen.

Maar misschien heeft Stijn haar ervan overtuigd dat al die dingen dan ook weer versjouwd moeten worden en dat ze de kranten, tijdschriften en andere papieren toch niet meer zou lezen. Want op haar zolder staan nog dozen die ik uit Tilburg naar Amsterdam en Utrecht heb vervoerd. En de dozen zijn nog steeds dicht! Het verzamelen van allerlei spullen is een familiekwaal; ik deed vroeger niet anders en heb nog steeds moeite om dingen weg te gooien die misschien nog eens van pas zouden kunnen komen. Dat heb ik op mijn beurt weer van mijn vader. Hij had ook een bewaartic en dat heb ik geweten toen mijn ouderlijk huis moest worden leeggeruimd. Wat ik niet allemaal tegenkwam. Vijf plamuurmessen bijvoorbeeld. Wat hij daarmee moest? Joost mag het weten. En het mooiste van alles is dat er bij ons nu zeven liggen!

Maar goed, het opruimen, weggooien en de verhuizing zijn een zorg voor de komende tijd. Gelukkig voelt Anke zich goed genoeg om naar het zuiden af te reizen en dat Stijn mee wil eten is niet alleen vanzelfsprekend, maar ook gezellig. En mooi dat Anke er zelf om vraagt, want nu hoeven we ons niet bezwaard te voelen.

Op zondag 8 april stuurt Anke ’s middags nog even een bericht: We zijn er rond half 5. Su. komt ook nog langs misschien.

(Su. is Ankes beste vriendin op de middelbare school na de verhuizing van haar hartsvrien- din Si. – al vanaf de geboorte. Een tijdje woonde Anke ook bij Su. in Utrecht na haar ver- trek uit Amsterdam waar ze niet graag en dus niet zo lang woonde.)

Misverstand

Pasen is dit jaar niet als vroeger. Niets is meer zoals vroeger en je weet ook niet of Pasen het volgend jaar hetzelfde zal zijn als nu. Het is fijn dat Anke en Stijn weer eens thuis zijn, maar een Paasfeest kan het gewoonweg niet worden. Daarvoor zijn er teveel belemmeringen. Toen de kinderen nog klein waren werden, net als in de meeste andere gezinnen met kinderen, paaseieren verstopt. En als Anke en Toine, die drie jaar jonger is, de eie- ren gingen zoeken was ze haar broertje vaak te vlug af. Maar natuurlijk werd later toch wel alles eerlijk gedeeld. Op de foto’s die toen gemaakt zijn, zie je haar vaker tussen de voorjaarsbloemen in de tuin. Op jacht naar de paaseieren en de chocolade paashaasjes. Herinneringen aan lang vervlogen tijden. Konden we ze nog maar eens overdoen. Maar wat dan nog? Zouden dingen anders verlopen als je ze mocht overdoen? Ja, als je de kennis van nu had zouden dingen beslist anders zijn gegaan. Maar als je die kennis van tevoren had gehad, zou je geen leven meer hebben en zou je alsmaar zitten wachten en uitkijken naar signalen die zouden moeten worden opgepikt. Om dat te voorkomen wat nu is gebeurd.

Anke en Stijn bezoeken ook nog vriendin Silke en haar vriend die nu samen in Echt een huis opknappen. Na haar verhuizing naar Duitsland en later Maastricht, woont Silke nu weer in haar geboortedorp. Ik vroeg Anke wel eens of ze ooit niet ook weer in het zuiden wilde wonen, maar ik begreep toen dat we daar maar niet op moesten rekenen. Zij zag voorlopig alleen voordelen van het wonen in de stad. Een dorp als het onze was haar te klein, er was te weinig te doen, zei ze. Ze zou niet meer terug willen. Ze had al zoveel van de wereld gezien, dat ze niet meer in een dorp wilde wonen. Toen ze vlak na haar bezoek aan Teheran – een miljoenenstad, zo druk, zo levendig – weer thuis was, zei ze dat ze het gevoel had dat zelfs Amsterdam een groot dorp was vergeleken met Teheran. Dus kun je je wel voorstellen wat ze toen van Echt vond. En zelfs nu ze ziek geworden was, wilde ze het liefste samen met Stijn in Rotterdam blijven. De stad waar ze eerst even aan had moeten wennen, maar die haar nu zo lief was.

Na de Pasen probeer ik op school begeleiding van ouders te regelen voor optredens van de rapgroep in het plaatselijke zorgcentrum en Roermond. We hebben een aantal ouders nodig die de kinderen willen vervoeren naar de Fontys Hogeschool, waar de provinciale kampioenschappen zullen worden gehouden. Na het succesvolle optreden bij de lokale radio mag dat geen probleem zijn, zo mag je verwachten. Maar ondanks of misschien wel juist vanwege het feit dat het optreden op zaterdagnamiddag zal zijn, lukt het niet om voldoende kinderen en ouders te porren. Ook niet na herhaald verzoek van collega D. en mij. Met als gevolg dat het optreden in Roermond moet worden afgezegd. Erg jammer, vooral voor degenen die wel kunnen of willen.

Maar ik kan me er niet al te zeer over opwinden, ik heb wel wat anders aan mijn hoofd. Toen we op dinsdag in Rotterdam waren, heeft Anke met ons gesproken over euthanasie. Ze zou graag willen dat haar huisarts haar zou toezeggen dat hij haar op dit punt wilde helpen als het moment daar zou zijn, dat ze niet meer verder zou kunnen of willen. Anke was altijd zo onafhankelijk, zo zelfstandig geweest dat ze het niet zou kunnen verdragen dat ze totaal afhankelijk zou worden van derden. En daar zit je dan als ouder bij, hoor je haar betoog aan en moet je tot de conclusie komen dat je het met haar eens moet zijn. Hoe verschrikkelijk je het ook vindt en hoe afschuwelijk om erover te praten. Maar het is háár leven, háár lijden en háár beslissing en wie zijn wij om te zeggen dat zoiets niet hoort, of niet zou mogen. Je wil het niet, maar tegelijkertijd weet je dat er eigenlijk geen andere optie voor haar mogelijk is en dat we ons daarbij moeten neerleggen.

Ofschoon Anke verwachtte dat de huisarts haar zou helpen, wil die er echter niet aan, hetgeen misschien wel te begrijpen is. Een andere oplossing is er op dit moment nog niet voorhanden. Het maakt Anke zenuwachtig, ze zou het graag geregeld zien. Dat zou haar rust geven. Maar zover ís het toch nog niet? Er hoeft nou toch nog niets geregeld te wor- den? Het kan nog wel even wachten, zo denken we en Stijn wil proberen voor beiden een nieuwe huisarts te vinden als ze verhuisd zijn en misschien wil die wel meewerken. Of misschien is er de mogelijkheid om de Nederlandse Vereniging voor Vrijwillige Euthanasie in te schakelen, of is er een arts in het ziekenhuis die kan helpen. Maar het is een onderwerp waar je niet gemakkelijk over praat als het om iemand gaat die je niet wil missen. En eigenlijk kan ik me ook wel heel goed voorstellen dat Anke op dit punt zekerheid wil heb- ben. Of heeft ze het gevoel dat er niet zoveel tijd meer is? Tegen ons heeft ze dat in ieder geval niet gezegd, maar achteraf gezien zou het wel eens het geval kunnen zijn geweest. In een reactie op haar laatste stukje op haar weblog maakt iemand gewag van een aureool dat boven haar hoofd te zien zou zijn. Je moet goed kijken maar er is op de foto inderdaad een kring te zien in de spiegel waar ze voor staat. Het is evenwel gewoon de onderste rand van de lamp aan het plafond. Of is het toch ook al een teken? Voorlopig gaan Anke en Stijn echter eerst nog eens naar de Ardennen en meteen daarna zal dan de opname in de Daniel den Hoed volgen.

Anke is net als ikzelf niet echt gediend van het gekus en geknuffel dat tegenwoordig door steeds meer mensen wordt gebezigd bij een ontmoeting of afscheid. En dan gaat het niet om een begroeting van iemand die je in geen tien jaar hebt gezien, maar slechts korte tijd. Toch merkt Annie dat Anke door een aantal mensen de laatste tijd gekust en geknuffeld wordt, terwijl ze dit ons nog steeds niet of nauwelijks “toestaat”. Die indruk hebben wij althans.

Nou heb ik daar in andere gevallen persoonlijk vaak geen moeite mee. Zo’n begroeting is in veel gevallen een formaliteit geworden, heeft weinig waarde en mede daarom ben ik soms zelf ook liever wat afstandelijker, maar voor Annie geldt dat niet en ze zegt dit ook tegen Anke. Er is sprake van enige wrevel en Anke legt uit dat het niet de bedoeling was om ons achter te stellen, maar dat dit in de loop der tijd zo is gegroeid. Op enig moment in haar jeugd wilde ze niet meer geknuffeld worden (door ons) en dat is zo gebleven. Zonder bijbedoeling. Misschien heeft ze zelfs wel gedacht dat dit ook onze keuze was. Maar juist nu hebben Annie en ik er meer dan ooit behoefte aan om haar vast te houden, te omhelzen, te knuffelen.

De dag daarna stuurt Anke nog eens een reactie op de opmerking van Annie: Ik vind het heel jammer hoe t gelopen is. Ik begrijp ook wat je bedoelt + wil het graag veranderen. Maar ik wil ook graag uitleggen hoe ik t zie. En mam, ik hou heel veel van je……… Gelukkig maar dat Annie het thema gisteren heeft aangesneden en dat dit misverstand nu uit de wereld is geholpen.

Op reis

Diezelfde woensdag stuur ik weer een bericht naar mijn “mailfriend” en klankbord:

Hallo F.,

Dank je wel voor je bemoedigende woorden en wensen.
Met Pasen zijn Anke en Stijn een dag en een nacht bij ons thuis geweest en gisteren waren mijn vrouw en ik in Rotterdam. We hebben een paar dingen met hun opgeruimd met het oog op de aanstaande verhuizing. Komend weekend gaan Anke en Stijn nog een keer met vrienden een weekendje naar de Ardennen. Misschien is het wel hun laatste vakantie sa- men. Dit soort overpeinzingen krijg je steeds meer. Toen we de inhoud van hun boeken- kast in dozen stopten, kwamen we allemaal kinderboeken tegen die Anke vroeger heeft gekregen. Ze wilde dat we die mee naar huis namen. Dan denk je bij het lezen van haar ‘poezie’ toch weer terug aan vroeger en dan zou je willen dat je alles nog eens kon overdoen. Net als in Jesus Christ Superstar: Could we start again please?
De afgelopen week heb ik aan de kinderen van mijn groep het Lijdensverhaal voorgelezen en erover verteld. Gek is dat, ik ben helemaal niet zo kerkelijk of gelovig, maar godsdienst is een van mijn favoriete vakken. In deze lessen kun je zoveel aan de orde stellen en de kinderen nog eens wat anders meegeven dan rekenen, spelling etc. De kinderen vinden die lessen ook fijn; wellicht ook omdat ze dan ‘niks hoeven te doen’.
Als ik nog eens overdenk wat er afgelopen jaar allemaal gebeurd is vind ik dat Anke het nog slechter getroffen heeft dan Jezus. Zijn lijden duurde maar een paar dagen (en diende volgens de bijbel een hoger doel) en dat van Anke al bijna een jaar. Een jaar vol van operaties, van pijn, van ziekenhuis in en uit, van littekens, van niet kunnen eten en nu ook niet meer drinken, van medicijnen enz. Van een stralende jonge vrouw naar iemand die langzaam maar zeker een schim van haarzelf wordt. Althans lichamelijk. Haar geest is nog niet gebroken, ook al heeft ze het erg moeilijk.
Gisteren kwam ze opeens de kamer binnenlopen met een pruik op die ze vorige week had gekocht: “Kiekeboe”. Zo konden we ook weer eens even lachen. De pruik staat haar overi- gens goed en in het ziekenhuis krijgt ze nog een andere; van echt haar. Deze had ze in de stad ergens gekocht bij een feestartikelenwinkel of iets dergelijks.
Maandag begint, als alles zo blijft, de chemo. Dan moet Anke enkele dagen in het ziekenhuis worden opgenomen. Na twee weken volgt de tweede kuur en als die is aangeslagen volgen er nog vier. Iedere keer als je je weer goed voelt moet je dan weer terug voor een nieuwe portie chemo. Gelukkig kan ze dan in een nieuwe omgeving uitzieken.
Tenminste als het gat in haar hals niet groter wordt. De kans bestaat namelijk dat dan een slagader in haar hals openspringt en dan kun je doodbloeden. Tijdens een eerste gesprek in juli zei de arts toen “Je komt voor onmenselijke beslissingen te staan” en als iets waar is geworden, dan is het dat wel. En je hebt ook nog niet eens wat te kiezen. Want eigenlijk moest Anke nu ook aan haar hals geopereerd worden, maar de chemo moet nu toch echt beginnen anders hoeft het niet meer. Ze klaagt nu al over pijn in haar hoofd en behalve meer pijnstilling is daar niet echt iets mee gedaan. En de bult aan de zijkant van haar hals is terug en groter dan eerst.

Genoeg ellende voor deze keer.

Ik vond je laatste column wel enigszins verrassend, omdat je je niet gauw op het politieke(?) pad begeeft. Ik ben het overigens helemaal met je eens. Hoewel ik me niet zozeer tot de goede Nederlanders zou willen rekenen is zeker ook het einde op de H******* van toepassing. Onze naam komt oorspronkelijk uit Tsjechië of daaromtrent en men fluistert dat we zigeuners waren toen en dat voorouders via Oostenrijk en Duitsland naar Limburg gekomen zijn. Misschien heeft Anke daarvan haar reislust, maar daarover misschien later meer.

Veel groeten, ook aan je vrouw en kinderen,

Jo

Meestal rijd je vanuit Limburg in een dik uur naar de Ardennen, afhankelijk van waar je moet zijn. Vanuit Rotterdam is het wat verder rijden , maar toch komen Anke en Stijn niet eerst bij ons langs, maar rijden van hun huis rechtstreeks naar België, naar de Ardennen, naar Roumont, een kilometer of twintig ten noorden van Bastogne. Het is nog steeds mooi weer, ook in België en naar we later begrijpen hebben Anke en alle anderen in haar gezel- schap het er erg naar de zin. Op zaterdag sms’t ze ons al meteen: Het is heel fijn in de Ardennen, we hebben een superluxe hoeve met grote tuin + heel mooi weer. Ik ben echt blij dat ik er even uit ben. Ik bel morgen!

Anke heeft zich nooit gerealiseerd hoe fijn we het vonden als ze belde, sms’te of – vroeger – een kaart stuurde als ze weg was. En ze was nogal vaak en soms lang weg. Sowieso hebben we haar vaak gemist omdat ze vroeg uit huis was gegaan en daarbij kwam dus ook nog eens dat ze veel reisde. En niet alleen naar de Belgische kust (toen ze nog pas zeventien was en Dutroux daar twee andere meisjes ontvoerde) maar ook naar Marokko, naar Iran. Wie gaat er nu naar Iran vlak nadat Bush zonodig buurland Irak meende te moeten bevrijden? Nou, de Universiteit van Amsterdam in het kader van een uitwisseling. Gelukkig werd het reisschema aangepast en mochten de Iraniërs het eerst naar Nederland komen.

Zij vond het niet altijd nodig om te bellen of te schrijven, maar als ze geweten had wat het voor ons betekende om wat van haar te horen zou ze vroeger misschien wel wat vaker contact hebben gezocht. Maar net als veel andere kinderen kon ze zich niet goed voorstellen dat ouders zich ongerust maken als ze niets horen, zeker als hun kinderen ver weg zijn. Anke zei altijd maar dat we ervan moesten uitgaan dat geen nieuws goed nieuws was. Als er wat zou gebeuren zouden we dat heus wel te horen krijgen. Ja, via de televisie misschien zoals een keer toen beiden op vakantie waren. Maar dat nieuws is dan te algemeen en soms opgeklopt en daaardoor maak je je eerder meer dan minder zorgen.

Toen zij met Stijn op Jamaica was trok wervelstorm Dennis door het Caribische gebied en dreigde pal over het eiland te razen. Hun terugvlucht werd afgelast, ze moesten een paar dagen langer blijven en zaten vast in hun hotel. Terwijl de hurricane steeds dichterbij kwam kregen ze een stel kaarsen, werd hun verzocht de ramen te barricaderen met matrassen en de badkuip te vullen (voor het gevaldat de watervoorziening zou uitvallen) en het advies verder maar af te wachten totdat alles voorbij was. Beiden hebben naderhand over deze reis en de dreiging van de orkaan samen een mooi verslag geschreven.

Weerdennen

Gelukkig werden we vanuit Jamaica door hen op de hoogte gehouden van de toestand, maar spannend was het evengoed. Ieder jaar vallen er vele doden door de wervelstormen in dat gebied en als je kind daar dan ook zit kun je dit niet zomaar even naast je neer leggen en gewoon verder gaan met je dagelijkse dingen. En zeker als op een gegeven moment geen telefoonverkeer meer mogelijk is en ook geen sms-berichten meer verstuurd kunnen worden.

Toen Anke ziek werd was het voor ons van levensbelang om van haar te horen en te lezen. Gelukkig dat ze haar weblog meestal getrouw bijhield, zo konden we in ieder geval over haar belevenissen lezen. En je wist dan ook hoe ze eraan toe was, want alleen al het blote feit dat ze soms niet schreef was al genoeg om te weten dat het dan niet zo goed met haar ging.

Ofschoon ze het vroeger niet altijd nodig vond om contact te onderhouden, gaat het nu gelukkig wel wat beter. Evengoed echter maak je je als ouder in een situatie als deze vierentwintig uur per dag zorgen. Je bent niet bij haar en stelt jezelf aan de lopende band allerlei vragen. Wat zou ze nu aan het doen zijn? Zou ze veel pijn hebben? Wat zouden ze in het ziekenhuis gezegd hebben? Waarom zou ze niet naar de logopediste zijn gegaan? Hoe zou het vandaag zijn? Zou de reis niet vermoeiend zijn? Zou ze haar voeding of haar medicijnen wel op tijd nemen? Hoe moet dit in hemelsnaam verder? Hoeveel tijd is er nog? Je wordt er heel erg zenuwachtig van, gestresst, ongerust, noem maar op. En het stopt geen moment meer; het beheerst je leven vanaf het moment dat je opstaat todat je naar bed gaat. En daarna. je kunt aan niks anders meer denken. Het is nu nog vele malen erger dan toen ze jonger was.

Een superluxe hoeve met grote tuin + heel mooi weer.

Een verbouwde boerderij met aparte verblijven voor ieder stel. Een mooie wei erbij, een boomgaard. En dat allemaal in april; de lente is volop aanwezig. Het is al wekenlang mooi weer. Iedereen praat met Anke, ontlast Stijn even. Die kan daardoor ook eens even tot rust komen. Hij heeft het meer dan nodig; wat hij allemaal al voor Anke heeft gedaan en nog steeds doet, kunnen we nooit “terugbetalen”. Het is wel heel fijn en geruststellend om te weten dat Anke in goede handen is als we er niet zijn.

En dáárom doet het pijn als er mensen vragen of hij nog steeds bij Anke is. We kunnen het niet hebben, ook al is er geen enkele bijbedoeling. Mensen beseffen in hun onschuld, hun onnozelheid of wat dan ook, vaak niet wat ze met hun opmerkingen allemaal teweeg kun- nen brengen. In ieder geval leer ik ervan dat je in dit soort situaties het beste zo weinig mogelijk kunt zeggen en al zeker niet altijd over je eigen ervaringen moet gaan vertellen. Je aanwezigheid, een arm om iemand heen, een hand op iemands schouder is vaak meer waard dan een heel verhaal. Maar waar leer je zoiets? Wie vertelt je hoe je in dit soort omstandigheden het beste kunt reageren? En wie vertelt je dat het bij de een anders moet dan bij de volgende? Op school wordt dit in ieder geval niet onderwezen.

Het is ook niet gemakkelijk. Wat je wel kunt doen, is het er met kinderen over hebben als iemand gestorven is die ze liefhebben. Maar wat doe je vervolgens als het betreffende kind er niet over wil praten? Of in ieder geval niet in een volle klas? Na school of onder de pauze even apart nemen? Sommigen willen zelfs dat niet en je krijgt nooit de tijd om er veel werk van te maken. Altijd is er weer iets anders dat zo nodig moet, je moet beginnen met reke- nen of gaan gymmen, er is een afspraak, een vergadering, noem maar op. En het ergste van alles is dat je daar soms ook nog voorrang aan geeft.

En ik stel me voor dat hoe hoger je komt op de onderwijsladder, hoe minder er op dit soort emoties wordt ingegaan. Of vergis ik me hierin? Feit is wel dat mensen met een lagere opleiding soms veel hartelijker reageren dan mensen met een hoge. Of is ook dit beeld toch gekleurd door mijn eigen ervaringen in de loop der jaren? In ieder geval is dit een thema dat veel mensen liever uit de weg gaan. En daar vervolgens een goede reden voor zoeken.

Jaren geleden, véél jaren geleden, stierf plotseling een broer van een toenmalige collega, net aan het begin van de zomervakantie. Ik zag haar zes weken niet. Na de vakantie durfde ik haar niet meer te condoleren. Ik had mezelf wijsgemaakt dat mijn collega na zoveel weken wellicht liever niet meer aan de dood van haar broer herinnerd zou willen worden. Ik kreeg er daarvoor van haar op mijn kop. Terecht, zo denk ik nu. Maar nogmaals, wie leert je zoiets? Of waar? Gelukkig zijn de omgangsvormen wat dit betreft nu toch wel verbeterd ten opzichte van vroeger. Zeker in mijn jeugd kreeg je van dit soort sociale vaardigheden vaak maar bitter weinig mee.

Pas veel later hoorden we van Stijn en hun vrienden dat Anke dat weekend in de buurt per se een of ander afgelegen kapelletje wilde bezoeken. Ze had erover gelezen in het gastenboek van hun verblijf en wilde er graag naar toe. Lang hebben ze met zijn allen gezocht voordat ze wisten welk kapelletje bedoeld werd en waar het lag. En toen ze het gevonden hadden, bleek dat je een kwartier of zo heuvelopwaarts moest. Later pas hoorden we ook dat Anke door Stijn naar boven werd gedragen omdat ze zelf te zwak was om erheen te lopen. Ook hebben ze gezocht naar een boodschap die de kinderen van mijn broer er in de omgeving van hun hoeve verstopt hadden toen ze er met de Pasen in de buurt op vakantie waren. En zaten alle meiden (vrouwen?) samen gezellig te kletsen aan een grote tafel in de tuin terwijl de mannen (jongens?) in het gezelschap hun voetbalkunsten ver- toonden. Samen eten (!) en genieten van het stralende weer en de mooie omgeving. Al met al was het een prachtig weekend voor Anke en de anderen.

Dief

Na het weekend zal Anke worden opgenomen in de Daniel de Hoedkliniek voor de chemo. Weliswaar is duidelijk dat ze nooit meer beter kan worden, maar er is goede hoop dat wanneer de chemo aanslaat ze toch nog een tijd (een jaar?) bij Stijn, bij ons, kan blijven. Op onze vraag of we niet al op maandag zullen komen en met haar mee zullen gaan, is het te verwachten antwoord dat dit niet nodig is. Stijn is er toch? En bovendien kunnen we er verder ook niets doen, zo zegt ze. Maar voor ons is het ook niet zozeer een kwestie van iets willen doen, maar je wilt er gewoon zijn en mocht het toch nodig zijn zouden we tenminste bij haar zijn en niet een paar uur rijden verwijderd.

Om de een of andere reden had ik het idee dat ze meteen op maandag zouden beginnen met het toedienen van de  medicijnen, maar dat blijkt een misrekening. Eerst moeten er weer onderzoeken worden gedaan, moet gekeken worden hoe haar conditie is, moeten er gesprekken gevoerd, dossiers bekeken en moet er ik weet niet wat allemaal nog meer ge- daan worden.

Je zou toch heus denken dat dit nu wel al eerder gebeurd is, maar niets is minder waar. En zo gaat de maandag voorbij zonder dat er ook maar iets is gebeurd. Althans iets zichtbaars. Zoals het toedienen van chemo.

Het is juist in deze week dat bij ons de nieuwe vloer wordt gelegd. We hebben het weekend gebruikt om de hele kamer leeg te dragen zodat op maandag meteen begonnen kan wor- den, en begonnen wordt er meteen. Geen vergaderingen, geen lange gesprekken, het hout en de gereedschappen naar binnen en bezig zijn de parketteurs. Ik ben altijd al jaloers ge- weest op mensen die zo praktisch bezig zijn. Als ze klaar zijn zie je het resultaat van hun gezwoeg en jaren later kunnen ze nog steeds zeggen: “Kijk, daar hebben we ook aan mee- gewerkt, dit heb ik gebouwd etc.” Je ziet meteen resultaat als ze beginnen, het is allemaal zo zichtbaar wat ze doen.

Bij lesgeven heb je dat veel minder. Het beste zag je het resultaat van je gezwoeg in groep 3. Binnen redelijke tijd konden de kinderen al wat woordjes lezen of schrijven, en al een beetje rekenen. In de hogere groepen was het resultaat veel minder zichtbaar. En boven- dien hebben veel ouders de neiging om de prestaties van hun kinderen aan de kinderen en hun intelligentie toe te schrijven. Niet geheel ten onrechte overigens. Net zoals eventuele  problemen vaak aan de school of de leerkracht worden verweten. Niet altijd geheel terecht.

Misschien is het meteen zien van resultaat ook wel de reden dat ik graag stofzuig. Als je begint zie je meteen wat je gedaan hebt. Heel concreet, de kruimels zijn weg, de vloer is weer schoon.

Maar resultaat in de Daniel den Hoed zien we ook de volgende dag niet. We laten de vloer de vloer – ik kan er toch niks doen dan toekijken – en rijden naar Anke.  Met de auto – anders is de trip met trein, tram of bus wat te omslachtig – hetgeen me naar later blijkt een bekeuring zal opleveren. Als je de autoweg verlaat kom je op een vierbaansweg waar al heel vlug maar vijftig gereden mag worden. Ongetwijfeld is ook deze snelheidsbeperking nodig, maar ik heb het niet in de gaten. En heb het al eerder niet gezien. Pas als veel later de eer- ste acceptgiro van het Centraal Justitieel Incasso Bureau in de brievenbus valt, gaat een licht branden. Gelukkig ben ik maar een paar keer via deze route gereden en niet steeds. Het had anders nog een dure grap kunnen worden. Nu vallen het aantal boetes en gelukkig ook de hoogte van de  bedragen nog enigszins mee.

Tegenover de ingang van de kliniek ligt een laag, wit gebouw met in het midden als een bastion een ronde “toren”. Het is het Familiehuis van het Daniel den Hoed, te vergelijken met een Ronald McDonaldhuis.

Op de site van het Familiehuis staat het volgende: Kanker komt als een dief in de nacht. Je voelt je niet lekker, niets bijzonders. Maar als de diagnose is gesteld, staat je leven op zijn kop, Je bent bang om dood te gaan, bang om alleen te zijn. Zware tijden zijn dat, niet alleen voor de patiënt, maar ook voor de mensen erom heen. Stel je voor dat je partner of je kind hier ligt! Dan wil je toch in de buurt zijn. Hier kan dat – het huis is onmisbaar!”

Ons hele verhaal in een paar zinnen. Gelukkig dat we weten dat we er indien nodig gebruik van kunnen maken, maar zover is het nog niet. Dat is een zorg voor later.

Als we bij Anke zijn komt men weer kijken, maakt een praatje en gaat weer heen. Maar geen chemo. Eerst moet er nog iemand anders komen en zijn oordeel geven. Gegevens zijn hier misschien nog niet allemaal bekend, want ofschoon Daniel den Hoed een onderdeel van het Erasmus MC is, staan de medische gegevens onder beheer van het ziekenhuis waar Anke is ingeschreven. En blijkbaar is er meer overleg nodig tussen de medici van beide ziekenhuizen. Op zich een goede zaak dat men zorgvuldig overleg heeft, maar waarom moet het allemaal zo lang duren? Annie denkt te weten wat er gaande is: “Ze willen niets meer doen”. Ik geloof er geen barst van, maar weet zo gauw ook niets beters te bedenken.

Ik begin me langzamerhand steeds meer te ergeren en als er na een nieuw gesprek met Anke weer geen actie volgt, bijt ik iemand toe: “Als jullie nog wat langer wachten, dan hoeft er straks helemáál niks meer gedaan te worden!” Hetgeen me niet in dank wordt afgenomen. Maar dat zal me worst wezen.

Tussen de bezoeken door – Anke moet van tijd tot tijd rusten – lopen we wat rond, eten een hapje in het restaurant en verkennen de omgeving. Vlakbij ligt een parkachtige omge- ving, mooie huizen aan het water, zwanen erop, banken om te zitten. In de verte lokt een straat met winkels en we lopen er even rond om de tijd om te krijgen. Mooi weer om een eindje te lopen en dan zie je weer eens wat anders dan de grijze ziekenhuiskamers. Als we terug naar het ziekenhuis lopen hebben we een vliegenmepper gekocht. Hij hangt nog steeds in de bijkeuken. Zelden gebruikt want hij is van metaal en als je er een vlieg mee zou willen meppen geeft dat zo’n harde klap, dat je zelf nog meer schrikt dan de vlieg die je bedoelde dood te slaan.

Pas tegen de avond rijden we weer naar huis zonder dat er iets is veranderd wat betreft de eventuele toediening van de chemo. Niemand weet precies wat er gaande is. Is het haar conditie? De wond in haar hals? De tumor in haar long? Misschien is er nog iets anders? Waardeloos gevoel.

Als we thuis zijn zitten we met een levensgrote kater. Bij alles wat we al eerder meege- maakt hebben, komt nu weer deze nieuwe onzekerheid. Je wordt er gestoord van, de spanning is onmenselijk en er is niks dat je kunt doen. Niks anders dan afwachten. En wachten zullen we. Moeten we…

Verhuizingen

De rest van de week gaat het niet anders dan de eerste paar dagen en op donderdag krijgen we weer een sms-berichtje van Anke: “Om 11 uur hebben we gesprek met arts, daarna bel ik (of stijn) wel. Heb nu een kamer voor mij alleen want die andere was me veel te druk, 1 vrouw bleef maar bellen.”

Gelukkig maar dat Anke een kamer voor zichzelf  heeft gekregen. Ben je doodziek, ligt er naast je iemand de hele tijd te kwebbelen over van alles en nog wat. Van alles wat je niet wil horen en waar je niet meer tegen kunt. Nog erger dan sommigen die zo luid bellen in de trein of elders. En dan soms ook nog eens over zaken die eigenlijk privé zouden moeten zijn.

De kamer waar ze nu ligt is zo groot, dat Toine een keer, toen hij heel erg moe was, een matras die in een hoek stond op de grond legde en evenals Anke in slaap viel. Het deed me denken aan de laatste nacht voor de verhuizing naar het huis waar we nu wonen. Anke was 11 en Toine drie jaar jonger. Op een foto zie je allebei vredig liggen slapen op een matras in een verder lege slaapkamer.

In de loop van de middag horen we dat er weer geen nieuwe ontwikkelingen zijn, maar dat hun is meegedeeld dat op vrijdag grote visite wordt gelopen en dat dan bekend wordt wat er gebeuren gaat. Later die dag stuurt Annie nog een bericht dat we haar op zaterdag als de verhuizing plaatsvindt samen met Su. gezelschap komen houden. Stijn kan dan het verloop van de verhuizing in de gaten houden zonder dat hij ook nog bij Anke op bezoek hoeft te gaan. Zij antwoordt nog dezelfde avond: “Ja is goed. Ik lig nu weer op n kamer alleen: PZ31. Ik bel morgen nog even, dan is het grote werkoverleg en weten we hopelijk echt waar we aan toe zijn.”

PZ, Palliatieve Zorg. Dat wil zeggen zorg voor degenen die opgegeven zijn. De hulp die gegeven wordt is bedoeld om het leven te verlengen op een menswaardige manier.

Op vrijdag zitten we met zijn vieren (Annie en ik, de twee vloerenleggers) aan tafel als Anke belt. Weer geen goed nieuws, alsof er geen goed nieuws meer bestaat. Wat natuurlijk ook zo is. Maar moet het dan altijd maar weer nog méér tegenvallen? Het “grote overleg” heeft als resultaat opgeleverd dat er geen chemo meer hoeft worden toegediend. Anke’s conditie is te slecht en als ze nou chemo zouden geven zou dat meer schade aanrichten dan nodig en zal Anke er nog zieker van worden en misschien nog eerder doodgaan.

En weer zit je dan: Annie huilt, twee mensen voelen zich uitermate niet op hun gemak en ikzelf, ik weet niet meer wat ik doen of denken moet. Verslagen voor de zoveelste keer. Nou hoeven ze inderdaad niets meer te doen en wat betekent dit nu voor de toekomst? Echter, er is niemand die ook maar enige duidelijkheid kan geven. Het kan maanden duren, maar ook niet. We hopen voor Anke en Stijn dat ze toch minstens nog een half jaar in hun nieuwe huis kunnen wonen, of in ieder geval nog tot de zomer voorbij is. Maar eigenlijk hoop je natuurlijk nog langer, maar je weet niet of je dat mag hopen. Kan het zolang nog duren? En hoe zal haar conditie zijn over drie of zes maanden? Wat staat ons allen nog meer te wachten?

Het is de bedoeling dat Anke na het weekend als de verhuizing voorbij is even naar hun nieuwe huis zal mogen en dat ze daarna wordt opgenomen in een soort van hospice in de binnenstad waar ze de haar resterende tijd zal kunnen blijven. Maar dat is niet wat iedereen wil. Of beter, dat is iets wat niemand wil. Zijn er dan geen andere opties? Misschien mag ze toch wat langer in haar nieuwe huis blijven? Anders had de hele verhuizing toch niet hoeven doorgaan?

En dan: Anke in een soort verpleeghuis? Anke toch niet, onze Anke die altijd alles zelf wilde regelen en dat nog steeds doet? Die hoort daar toch helemaal niet? Dat is toch geen omgeving voor een jonge vrouw van pas 28! Daar horen toch alleen ouderen die, na een lang leven te hebben geleid, misschien wel blij zijn dat hun lijden voorbij is.

De volgende dag gaan we op tijd naar het ziekenhuis. Toine, Stijn en vele andere handen maken licht werk. Gelukkig hebben velen aan de oproep van Stijn en Anke om te komen helpen gehoor gegeven en als we tussendoor even gaan kijken is het grootste deel van de verhuizing al voorbij. En de nieuwe woning al bijna ingericht. Si. is gepromoveerd tot binnenhuisarchitect vanwege haar ervaring op dit gebied en anderen zijn bezig kasten in te ruimen of de laatste lampen op te hangen. En op het oude adres wordt de woonkamer schoongeveegd. De nieuwe woning is fantastisch geworden. Op de een of andere manier lijkt niet alleen alles anders door de nieuwe kamers en de andere opstelling van de meubels, maar tegelijkertijd ook meteen vertrouwd. Ik had nooit gedacht dat dit zo vlug gelukt zou zijn.

En tussen alle helpende handen ontdek ik ineens C. uit Echt, waar Anke vroeger op de middelbare school mee bevriend was en die nu niet al te ver van haar en Stijn vandaan blijkt te wonen. Ik heb hem in geen jaren meer gezien, maar ervaar de hernieuwde kennismaking als een stapje terug in de tijd toen alle nog in orde was. Leuk om hem weer eens te zien, en net zo leuk is het om met andere vrienden van Anke en Stijn kennis te maken. Een fijne club met een goede band, behulpzaam, vriendelijk en vol humor. Precies wat een mens nodig heeft om even te kunnen glimlachen ondanks alle ellende. We rijden weer gauw terug naar de Daniel den Hoed om Su. af te lossen die samen met ons Anke de hele dag gezelschap heeft gehouden, zodat de anderen konden verhuizen. En zo kom je op een dag allemaal mensen tegen die Anke en Stijn een goed hart toe dragen en allemaal uit lang of minder lang vervlogen tijden. Si. is Anke’s vriendin vanaf  de geboorte, Su. en C.  haar beste vrienden van de middelbare school, de Tilburg-club uit de tijd dat Anke en Stijn in Tilburg woonden en studeerden, weer andere vrienden, kennissen of collega’s uit Rotterdam en omstreken. En met een toch wel fijn gevoel rijden we daarna weer terug naar Echt in de wetenschap dat we komende week naar een andere omgeving kunnen.

Want Anke heeft niet zoveel zin om naar het hospice te gaan, zoveel is wel duidelijk. Ondanks het feit dat ze de hele dag door bezoek mag ontvangen wil ze toch liever in het nieuwe huis blijven. En dat gaat lukken ook. Voor de nacht is er iemand van de thuiszorg die bij Anke en Stijn zal blijven en de zorg tijdens de nacht zal geven zodat Stijn kan rusten. En het zijn mensen van dezelfde thuiszorg die voorstellen om de hele zorg voor hun rekening te nemen op het moment dat dit nodig is. Dat kan best, alleen hadden ze daar in het ziekenhuis niet meteen aan gedacht. En als de nieuwe huisarts komende week met Anke komt kennismaken, haar zijn steun toezegt en Anke het gevoel heeft dat het klikt, en als de arts zijn privé-nummer aan Stijn geeft zodat deze hem te allen tijde kan bellen, is iedereen met de nu ontstane situatie meer tevreden dan met het voorstel van een verblijf in het hospice, hoe goed bedoeld ook.

Klik om verder te lezen op: september 2013

Logopedie

Bij de volgende controle door de oncoloog, heb ik weer zelf gevraagd om logopedie, omdat ik nog niet goed spreek. Deze afspraak was geweldig. Ik kreeg oefeningen mee en nu na 2 dagen oefenen kan ik weer door een rietje drinken en blazen.

Ik ben nu wel de hele dag bezig met mijn mond:

  • elk uur spoelen
  • 8 x per dag oefenen met spatels
  • 8 x per dag oefenen voor de mondmotoriek

Samengevat

anke

Op de avond van zaterdag 21 april 2007 laat Anke de lezers van het weblog weten hoe de vlag erbij hangt.

No more Lorita…

Bijna zou ik hier willen schrijven: ken je die mop van A. die naar de chemotherapie ging? Nou, die ging dus niet. Maar het is geen grap en het is niet leuk wat er nu aan de hand is, dus ik moet er denk ik ook maar niet te lollig over doen.

Maandag ben ik opgenomen in de Daniel den Hoed en toen werd eigenlijk meteen al duidelijk dat ze de chemo wilden uitstellen vanwege de fistel en mijn algehele conditie (ik heb last van heel erge hoofdpijnaanvallen). Inmiddels is op scans die de afgelopen week gemaakt zijn, gebleken dat de fistel geen fistel is, maar opnieuw een kwaadaardig gezwel in het hoofdhalsgebied. Ook de uitzaaiing in de long is flink gegroeid. Omdat mijn primaire tumor zo agressief was en ik nog jong ben, gaat het heel hard allemaal. Op basis hiervan is besloten dat chemotherapie geen zin heeft. Ik ben dus, om het maar even heel droog te zeggen, uitbehandeld.

Aanstaande maandag ga ik als het goed is naar (ons nieuwe!) huis. Hopelijk heb ik nog een relatief lange en mooie tijd te gaan, maar ik wil iedereen toch alvast uit de grond van mijn hart bedanken voor jullie steun van de afgelopen tijd. Het bezoek, de mails en sms- jes, cadeautjes, brieven, kaarten, klus- en verhuishulp, de reacties op mijn weblog en niet te vergeten het geweldige Ardennenweekend. Heel veel liefs en bedankt. En hopelijk komt er snel weer een grappig stukje van mijn hand…

Op zondagmorgen stuur ik maar weer eens een mail om mijn zorgen van me af te schrijven. Voor zover dit überhaupt mogelijk is, want je komt geen moment meer los van dit drama. Maar het schrijven lucht wat op en dat is ook wat waard. Bovendien heb je wat te doen op zondagmorgen, want van lezen komt niet veel meer. En ergens heen rijden kan later wel weer. Later…

Hallo F.,

Het valt me deze keer moeilijk om te schrijven. Ik kan de juiste woorden niet vinden, vrees ik.
Afgelopen maandag zou Anke met de chemo beginnen. Zou, maar het is niet doorgegaan. ‘Er moest nog nader onderzoek komen’.
Er is een aantal scans gemaakt en er is overlegd en de uitkomst is om het maar eens bot te zeggen, dat het geen zin meer heeft. De chemo zou haar nog zieker maken dan ze al is en zou haar zelfs het leven kunnen kosten. Het heeft ook allemaal te maken met de wond/ ontsteking in haar hals. Die wordt eigenlijk alleen maar groter (het is namelijk geen fistel, maar tumor!) en de kans dat door de chemo, die de afweer verzwakt, de ontsteking zich plotseling verplaatst naar de halsslagader is erg groot. Ook is er tumor in het gebied waar Anke is geopereerd gevonden en het gezwel in haar long is alweer 30 procent gegroeid. Bij jonge mensen kan het snel gaan.

De verslagenheid is groot en als je denkt dat je alles gehad hebt, komt er nog wat bij. Als er vroeger iets aan de hand was zei ik soms: ‘Het kan nog erger’, om de pijn of het verdriet een beetje te relativeren. Ik had nooit gedacht dat dit keer op keer bewezen zou worden in het geval van Anke’s ziekte.
Iemand heeft schijnbaar bedacht dat één beker met gif niet genoeg is. De kans bestaat namelijk dat doordat de wond groter wordt, die de halsslagader zal bereiken en dat deze het dan begeeft. Niemand weet of en wanneer dit zal gebeuren. Ik hoef je niet te vertellen wat een afschuwelijk vooruitzicht dit is voor Anke, Stijn en ons allemaal. Je neemt afscheid met de gedachte dat het misschien de laatste keer was dat je haar gezien hebt. Je kunt ook niet bij haar blijven, want het kan nog een maand of langer duren.
Ook kan ze doordat er in haar hals en longen tumor groeit in ademnood raken….

Anke en Stijn hebben een prachtig weekend gehad in de Ardennen. Alleen jammer dat het effect daarvan weer meteen teniet werd gedaan door de gebeurtenissen van de afgelopen week. Gisteren hebben een aantal vrienden en vriendinnen van Anke en Stijn en Toine de verhuizing geregeld. Alles is prima verlopen en om zes uur was de nieuwe woning al bijna helemaal ingericht. Een andere vriendin van Anke en wij zijn in het ziekenhuis bij haar gebleven en hebben haar gezelschap gehouden.
Misschien mag Anke vandaag enkele uren naar huis om te gaan kijken. Haar beste vriendin, al vanaf de kleutertijd, en haar vriend zullen dan ook komen om de laatste puntjes op de i te zetten, maar vooral denk ik om nog eens samen te zijn en te praten. In het ziekenhuis heeft Anke ook veel met ons gesproken over wat er komende tijd allemaal staat te gebeuren. Het zijn moeilijke maar ook goede gesprekken. Anke is nog steeds erg dapper en houdt zich tegenover ons nogal flink. Slechts een enkele keer komen er een paar tranen. Vooral toen we haar vertelden hoe fantastisch hun vrienden hadden geholpen en hoe leuk we ze vonden. (We zijn tussendoor even gaan kijken.)

Ze is ook erg gesteld op hun vrienden en dat maakt het voor haar allemaal nog pijnlijker en verdrietiger, vindt ze. Maar des te fijner is het voor Stijn, die dan later niet zo alleen zal zijn met zijn verdriet. Hopelijk mag ze gauw naar haar nieuwe woning om nog een tijdje in een fijne omgeving te kunnen zijn.
In je vorige brief had je het over die sombere Ardennen. Misschien ben je wel in het verkeerde seizoen geweest. Als het regent is het er inderdaad naargeestig, of misschien was je wel niet helemaal lekker, want wij vinden de Ardennen nogal leuk. Het doet me denken aan het bezoek van Anke en Stijn aan Istanbul ongeveer een jaar geleden. Anke vond niet veel aan de stad, maar het was koud en regenachtig toen ze er waren. Bovendien had ze toen al pijn. Wij gingen een maand later en we waren erg enthousiast. Het weer in de Ardennen was goed, we hebben veel gezien en we willen er zeker nog een keer terug. Zo zie je maar.

Veel groeten,

Jo

Mijn verslag is een opsomming van alles wat er de laatste tijd gebeurd is, maar de emoties die erbij horen gaan diep. Zo diep dat je nauwelijks woorden kunt vinden om te beschrijven wat je voelt. Maar het hoeft niet eens en het doet misschien ook maar afbreuk doen aan Anke’s dapperheid. Wie ben ik om dan nog veel te gaan klagen? Toch is de angst groot en die beheerst je hele bestaan. Niets anders is meer belangrijk. Niets bestaat nog.

September 2013

05-09-2013
Bedenkingen
Mja, chemo nummer vier zit er dus ook op, en de slechte week erna ook.

’t Begint echt tegen te steken, eerlijk gezegd. Deze was ook niet echt een gezellige chemo, om het zo te kunnen noemen: ik voelde het wel wat harder terug. En dat is moeilijk concreet uit te leggen hoor, het is eerder een algemeen gevoel, minder te benoemen met echt concrete voorbeelden. Alhoewel die er ook wel zijn hoor.

Al zijn ze niet altijd even ‘open’ te bespreken J Mijn grootste stress haal ik nog steeds uit het feit dat mijn lichaam helemaal uitdroogt’ van die chemo’s, vooral in de eerste week. Bv droge ogen en een droge mond zijn hier heel typische voorbeelden van. Maar tegen droge ogen heb je oogdruppels, en een droge mond los je op met drinken. Heb ook wel last van scheurmond als gevolg hiervan, en mijn tanden en tandvlees zijn heel pijnlijk ook, maar zelfs dat went. Het lastigste van al is dat ik ook last heb van droogte op intieme plaatsen, en dat is wat lastiger om uit te leggen é. Had dit nu voor de derde keer aan de dokter gemeld, en nu heeft ze in overleg met de gyneacoloog toch twee producten voorgeschreven die me daarin zouden moeten helpen. Eentje is op basis van oestrogeen, en lijkt me eigenlijk een puur shot hormonen. Moet dat eenmaal per week nemen, heb het nu voor de tweede keer gebruikt, en ofwel is het een illusie ofwel een feit, maar ik voel me redelijk mega-emo bij momenten… Zo wat het gevoel dat ik gevoeliger ben, wat minder stevig op mijn benen sta emotioneel gezien. Maar misschien is het ook een opstapeling van emoties en het verwerkingsproces of whatever, in elk geval voel ik me toch wankeler op dat vlak sinds de vierde chemo.

En ik begin ‘kwader’ te worden. Niet alleen op de ziekte, ook in het algemeen gezien… Paar dagen geleden was een dame in de winkel zo vriendelijk om voor de steken in de rij aan de kassa. Maar het was weer zo’n warme dag, ik voelde me nog redelijk wacko van die chemo, ik zweette me onnozel aan die kassa, aan het hopen dat het snel mijn beurt ging zijn. En dan kwam mevrouw met haar karretje daar dus tussen geslopen. Met nog een opmerking bij: ik kan toch niet zien dat u achter deze mevrouw stond aan te schuiven? Euh? Ik schrok van mezelf: was superkalm en naar mijn doen redelijk vriendelijk eigenlijk, maar vanbinnen: amai! De scenario’s die ik voor mijn ogen zag passeren: een massamoordenaar zou er nog inspiratie van opgedaan hebben, denk ik… Zelden dat ik me zo boos gevoeld heb! Dan weet je zelf ook wel dat dat natuurlijk niet enkel de dame die voorsteekt in de rij is, wat zo’n kwaadheden oproept. En bijna tegelijkertijd zou ik een andere dame bijna omarmt hebben van liefde: degene die me dan als eerste liet gaan aan de extra kassa die open ging.

Hoe extreem gevoelens kunnen wisselen, of zelfs te combineren zijn, dat merk ik vaker en vaker, en ik vind het eigenlijk pretty freaky!

Vandaag was ik de was aan het ophangen in de tuin. Ik voelde het gras kietelen aan mijn voeten (open sloffen é), en tegelijk vond ik dat aangenaam en ambetant. De zon scheen op me, volop (was 30 graden vandaag é), en ook dat was tegelijk aangenaam en ambetant. In gedachten zat ik bij een knutselwerkje dat ik wil aanvangen (ga mijn sjaaltjes wat meer op maat van mijn hoofdje maken, want die grote, lange stukken sjaal zijn nogal onhandig) en hoe ik daar best aan begon. En ik kreeg een gevoel van voldoening: heerlijk, zo effe met een projectje kunnen bezig zijn, gedachten op nul en gewoon ‘knutselen’. En tegelijk herkende ik terug een gevoel  wat ik de laatste tijd vaak heb: een mix van melancholie, weemoed, verlangen de tijd op pauze te kunnen zetten, een groot besef van het heden. Het heden wat op dat moment een ‘content’ gevoel was, en het énorme verlangen dat te kunnen behouden, de wens dat daar niets zou mogen aan wijzigen. En het dubbele gevoel dat je weet dat er weer een grens op staat. En dan gaan die gedachten in een flits ineens heel extreem: niet alleen wil je de ziekte weg en de limiet op de tijd die verdwijnt, ineens wil ik dan ALLES: gulzig, greedy, hebberig, tot en met: ik wil het eeuwige leven, de eeuwige jeugd, het opperste gevoel van geluk, en als je dàt vast hebt, dàn op dat ‘pauze’-knopje kunnen drukken… Dat duurt welgeteld twee, drie tellen of zo… Maar dat is zo’n hévig gevoel, dat je je redelijk leeg voelt achteraf… En dat gebeurt me de laatste tijd dus echt véél: zo’n allesoverheersend gevoel, meestal een heel positief eigenlijk, maar tegelijk is er die bitterharde realiteit, en dat maakt dat dat gevoel net zo sterk is denk ik. Het maakt ook dat je je na zo’n emo-stoot echt leeg kan voelen… Weet niet of het voor jullie enig zinnigs is wat ik hier neerkriebel, ik probeer echt zo goed mogelijk te omschrijven hoe ik dat aanvoel, maar dat is niet altijd evident.

Wat ik nu ook heel goed ken, en dan vooral uit het aanvoelen, is de betekenis van het woord ‘bitterzoet’. Tot hier toe vond ik dat zo’n woord met een wrange klank, iets wat nogal zurig over kwam. Nu weet ik dat dat niet zo is… Bitterzoet, het is een heel mooi woord. Voor een gevoel dat ook heel mooi kan zijn. En evengoed bitterzoet kan zijn J

Zo goed als alles wat ik denk, doe, beleef, meemaak, plan, bespreek, beleef… is bitterzoet.

En dubbel: leuke dingen met een triest kantje, trieste dingen met een warme gloed van liefde voor en van de kring rond mij…

Mijn omgeving verbaast me… énorm… in een heel positieve zin. Ik ben zó enorm fier op ieder van hen, elk raken ze me op een manier die ik nog niet kende, laten ze zich zien op een manier die ik nog niet kende. En denk ik: zo zonde dat ik dat niet vroeger van je gezien heb, of dat ik dit van mijzelf niet laten zien heb. Of: wat had ik je graag wat vroeger beter gekend.  Het maakt dat ik hen nog liéver zie dan ik al deed, en er veel respect en appreciatie voor voel. Niet dat ik dat vroeger niet had, alleen ging alles zo wat verloren in de dagelijkse dingen. En nu soms nog hoor. Betrap me erop dat ik denk: ach nee, zal morgen wel bellen, die zal werken nu, of zo… dom hé.

En zoals gezegd: het begint moeilijker te worden om niet kwaad te worden, om het niet als een oneerlijk deel dat me ten beurt valt te zien, om me er niet ongelooflijk in te frustreren. Ik ben ràzend als ik denk aan wat men mijn geliefden aandoet.

Voor mezelf kan ik het nog rechtvaardigen allemaal: ik heb vlot geleefd, hard geleefd, niet nagedacht bij wat ik mijn lichaam aandeed. Ik begrijp dat er een punt komt waarop men zegt: Boontje komt om z’n loontje, en dat ‘iemand’ me afstraft met deze ziekte. Niet dat ik het vaak zo bekijk, want dat is ook niet gezond, ma bon, ik kan het wel snàppen als het echt moet…

Maar voor mijn geliefden: wat hebben zij daar mee te maken? Wat maakt dat zij zoveel verdriet moeten hebben omwille van fouten die IK gemaakt heb? Dàt is toch niet eerlijk? Daar kunnen ZIJ toch niet aan doen? Voor mij eindigt de miserie wel op een bepaald moment, voor hen niet: zij moeten verder. Met een gemis,een leegte, een verdriet waar ze niet om gevraagd hebben.

En dàt: dàt maakt me wél boos en gefrustreerd, de onmacht die ik daarover voel is écht te groot soms… Dan komen de tranen, waarom kan ik daar niets aan doen???

En dan begrijp ik hen… Als ze me vertellen over de onmacht die ze voelen, de oneerlijkheid, de boosheid… Ik begrijp ze het best, als ik aan hén denk…

Dan heb ik spijt, veel spijt, over mijn ongezonde levensstijl, en mijn gevoel van ‘dit overkomt me toch niet’. Niemand blijft er van gespaard. Ik dacht altijd: het is mijn lijf, mijn leven, ik zie het wel… Om het cru te stellen.

Maar uiteindelijk, en dat begint me meer en meer te dagen: Het is niet MIJN leven, het is het leven van al mijn liefsten: ik heb er nooit bij stil gestaan dat , o.a. met iedere sigaret, ik mijn familie pijn deed, hun verdriet deed groeien, en mee besliste over hoe hun leven ging verlopen. Want dat is nu wel het gevolg van alles: zoveel levens die niet meer hetzelfde zijn, en zoveel verdriet dat ik niet meer kan oplossen…

Ik weet dat er geen heiligen zijn op deze wereld, ieder heeft z’n zondes, en z’n slechte gewoontes, in deze maatschappij kan je moeilijk echt gezond leven. Maar toch… Pffff….

Het is niet zo dat dit elke seconde in mijn gedachten zit é, maar af en toe steekt het allemaal wel. Want in hoeverre ben je zelf verantwoordelijk? Maar dan nog… wat maakt het nog voor verschil é.

10-09-2013
The bald and the beautiful
Het leven als kaalhoofdige…

Valt eigenlijk nog wel mee hoor, eenmaal je kunnen wennen hebt. Je merkt wel dat mensen je bekijken , of tenminste: dat je hen opvalt. Maar na een tijdje kijk je daar ook weer over. Als ik bv. op de markt aan een kraam iets bestel, of ik vraag iets in een winkel als ik iets niet kan vinden, dan merk je dat de eerste zinnen wat onwennig verlopen, mensen moeten precies even hun ‘aanpak’ vinden. Maar uiteindelijk doet iedereen redelijk normaal, alleen heb je wat extra blikken. Ik vind niet dat ik kan zeggen dat mensen extra vriendelijk zijn of zo, en dat vind ik eigenlijk nog het beste van alles. Want als er iets is wat niet leuk is, is het opvallen door een fysiek kenmerk.

Ik ben het zelf ook al goed gewoon ondertussen: ik betrap mezelf erop dat ik buiten de post ga halen, of de deur openmaak als er gebeld wordt, zonder dat ik eraan denk iets op mijn kale knikker te zetten. Zorgt wel voor een surprise-effect voor degene die voor die deur staat dan hoor J Plus, we wonen op een drukke steenweg, veel file ’s ochtends en ’s avonds voor de deur. Als ik dan buiten ben, voel je ze wel kijken. Anderzijds: die mensen vervelen zich steendood in die file, het zal voor hen wel een afwisseling zijn om dingen aan de zijkant kunnen te bekijken. Het is niet altijd wat het lijkt é, als je ogen in je rug voelt of zo.

Als ik zo in het ziekenhuis ben voor een dag of twee of zo, valt me steeds het volgende op: je ziet veel mensen die in een rolstoel vervoerd worden, naar afspraken en zo. Dan merk ik, als er in de lift iemand bij komt, dat er vaak goeiedag gezegd wordt, naar iedereen die op ooghoogte staat. De mens in de rolstoel (of in een bed) wordt gewoonweg vergeten. En dat vind ik eigenlijk pakken érger, alsof die persoon er niet toe doet. Soms ben je zelf diegene in die stoel, en denk je: ja, we zijn weer even zonder identiteit…

Dus wat dat kale gedoe betreft: qua looks ben ik in een fase van gewenning ondertussen. Ik schrik niet meer als ik in de spiegel kijk, ik begin mezelf terug te herkennen. Moet wel zeggen dat ik nu beter de ‘trekken’ in mijn gezicht opmerk als ik een slechte dag heb of zo. Ik vind dat ik, afhankelijk van welke dag, er tien jaar jonger of ouder kan uitzien. Maar misschien had ik dat vroeger ook al hoor J Maar als dat dan een slechte dag is, moet ik soms echt twee keer kijken eer ik mezelf terugzie in die spiegel. Anderzijds, als ik dan een dag heb dat er bv. bezoek komt, zeker de kids of zo, wil ik er dan zéker goed uitzien, en vooral als ik me ook goed voél. Dan wil je toch laten zien dat het nog wel ok is allemaal, dat ik er nog wel wezen mag. Dan helpen kleurtjes: sjaaltjes in een leuk kleurtje, een topje in een vrolijke kleur. Was vroeger nogal een grijze mus, en als ik ‘gewone’ dagen thuis ben, loop ik vaak in pyama of jogging of zo, nothing special. Maar als ik zo eens een ‘kuur’ heb, sta ik voor de kast, negeer alles wat wit, zwart, blauw of bruin is, en kijk ik naar de kleurtjes… Alleen heb ik niet zoveel kleurrijke spullen hangen, en is het toch af en toe van: zou ik wel durven? Maar vaak, als ik het dan toch aantrek, merk ik dat ik me beter voel met die kleurtjes, en dan zie je er vanzelf ook weer beter uit.

En waarom vertel ik dit nu allemaal? Wel, ook op mijn hoofd wil ik wel wat kleur. Het is ook een kwestie van testen hoor: sommige kleuren maken je er ouder uitzien, of slechter, andere vrolijken je gezicht helemaal op, het is wat afhankelijk van je stijl ook hé. Maar als je een beetje variatie wil in je hoofdbedekkingen, ben je al snel vertrokken voor een dure grap. Na mijn vorige ziekenhuisopname, kreeg ik zin om te experimenteren met sjaaltjes en zo, die dame was me daar die uitleg komen geven over verschillende hoofddeksels en knoopwijzes en zo. Een pruik is sowieso geen optie voor mij, ik zou denk ik gek worden van al dat gekietel, en ik merk hoe lastig gewoon een petje of mutsje al kan zijn. Dus had vrijwel direct het idee om verder te gaan in de sjaaltjes, en lichte mutsjes. Die mutsjes draag je om te slapen, om onder een sjaaltje te dragen (blijft dan ook beter zitten en is warmer) en dat maakt dat je geen irritant gekietel op je hoofd hebt: dat maakt het wat zachter allemaal.

Bon, ik dus op zoek op internet: Google – kanker muts… En ja, je vindt veel, heel veel. Maar je hoeft niet ver te klikken om te zien wat dat allemaal kost: het goedkoopste zit je rond de €20, de mutsjes die ik het ziekenhuis gezien en getest had waren €40, en je kan nog wel wat duurder gaan ook. Er is veel variatie: mutsjes, knoopsjaals, deel muts/sjaal, mutsjes die eruit zien als een sjaal, het kan niet op. Maar dan dacht ik: pff, als ik nog maar twee of drie verschillende kleuren neem, ben ik wel al een redelijk bedrag kwijt! En ik herinnerde me een gesprek met mijn vriendin enige tijd geleden, over hoe moslima’s hun doeken knopen, en hoe mooi dat soms is. En zij vertelde me toen dat ze daar ook vaak een mutsje onder dragen, opdat de doek op z’n plaats zou blijven. Dus ik beginnen googlen, en heb direct een website gevonden waar ik m’n ding wel zag: mutsjes die ik heel vergelijkbaar vond met wat ik in het ziekenhuis gezien had, en haarbanden, in allerlei kleuren: basic en vrolijk, vanalles en nog wat. En het beste van al: deze kostten € 1,50 tot € 1,75 per stuk. Ja, dat lees je goed! Toen dacht ik: hehe, here we go! Hier kan ik voor het bedrag van één mutsje op die andere sites, een variatie bestellen van mutsjes en haarbanden die je erover doet voor een leuk effect, en in verschillende kleurtjes, zodat ik lekker veel kan afwisselen. Was ongeduldig tot de levering van het pakketje: wou toch graag deze eens passen en voelen welke stof dat was en zo. En moet zeggen: super! Zijn  makkelijke mutsjes, kan je ook gewoon zo met een band dragen, of een sjaaltje over, voor een fractie van de prijs van de ‘echte kankermutsjes’.

En qua sjaaltjes ben ik ook op zoek gegaan: ik vond het nogal lastig, die lange sjaals rond je hoofd draaien, ik had precies altijd stof te veel, sjaal te lang, te breed, het leek nooit volledig te kloppen. Toen las ik dat het makkelijkste om te knopen, vierkante sjaals zijn, met een afmeting variërend van 60cm tot 1m. In mijn sjaaltjescollectie (had er ook nog een heel deel van twee jaar geleden met die operatie in de nek, en op de markt vind je er genoeg voor enkele eurootjes) heb ik eigenlijk geen vierkante sjaals, maar veel rechthoekige. En toen dacht ik: ik kan die wel vierkant màken é… Om te weten welke afmetingen ik eigenlijk beste knipte, heb ik eerst een oud laken genomen, en hier vierkanten uit geknipt: van 60cm, van 70 cm, van 85cm. Die heb ik dan als test rond mijn hoofd gewikkeld, om te zien welke effecten dat gaf. Dan nog eens advies gevraagd aan David en aan de mama: 60cm is echt te klein, 70 was redelijk ideaal, en 85 is al wat te groot. Denk dat 75cmx75cm mijn richtmaat zal zijn, en de meeste sjaals die ik heb, zijn toch 70 of 75 breed. Dus wordt afmeten, afsnijden en met de naaimachine erover: een bezigheidje voor een creatieve goeie dag.

En dan heb ik mijn makkelijke sjaaltjes, voor boven mijn makkelijke mutsjes, als ik eens geen zin heb ik makkelijke haarbandjes J

Ja, creatief zijn: het is een nieuwe hobby, en als mijn vingers beginnen te jeuken, is het steeds beetje dubbel: enorm veel ideetjes, en niet zo veel tijd é. Maar enkele dingen zitten nog in mijn hoofd om te maken, en dat wil ik zeker nog doen! Waaronder dus eerst deze sjaaltjes, zodat ik ze kan gebruiken é.

Want , met de temperaturen die nu wat meer ‘herfstig’ worden, zeker naar de avond toe, voel ik dat een bedekking op die kale knikker geen overbodige luxe zou zijn. Dat wordt wel wennen hoor, want het liefst van al loop ik gewoon ‘bloot’ rond. De mensen die hier regelmatig op bezoek komen, hebben me ondertussen allemaal al zo gezien, en tot hier toe hebben ze er nog geen traumatische ervaringen aan overgehouden, denk ik. Zelfs de kids hebben me dit weekend kaal gezien, en daar was ik toch wat aarzelend over. Maar kinderen zijn straf é, eentje van hen zei: ik vind het wel mooi dat je je wenkbrauwen en wimpers nog hebt hoor, dat zou er toch nog anders uitzien zonder. En gelijk heeft ze, daar ben ik ook wel blij om. De dokter had gezegd dat die gingen blijven staan, maar ik merk toch dat ze goed uitgedund zijn hoor. Maar ze staan er nog, en dat is wel aangenaam. Had onlangs een verhaal gelezen van een dame die, voor alle zekerheid, wenkbrauwen laten tatooëren had, voor het geval ze zouden verdwijnen. Maar dat lijkt me duur, pijnlijk, en niet zo verstandig als je chemo doet (infecties en zo). In elk geval: zó ijdel ben ik nu ook weer niet…

Ik denk, dat als men de chemo’s zal stoppen, ik redelijk snel terug haar zal hebben. Het groeit nu tussendoor ook al terug, maar wel ongelijk verdeeld over mijn hoofd. Ik vraag dus iedere week aan ’t ventje om mijn donsjes weg te scheren, ik voel me anders als een kuiken dat net uit het ei komt: hier en daar een plukje dons, en dat is geen zicht é, en eigenlijk ook geen aangenaam gevoel: zo twee mm haar op je hoofd vind ik lastiger dan helemaal gladjes. De esthetiek-verpleegster in het ziekenhuis gaf me volgende tip: eenmaal chemo’s gedaan, het haar laten groeien tot een goeie halve cm, dan nog eens helemaal scheren, en dan zou alles min of meer egaal moeten teruggroeien.

En, hoe raar dat ook klinkt: dat zal ook weer wennen moeten worden!

25-09-2013
Hazes……….
Het André Hazes-gevoel… Veel beter kan ik het niet omschrijven eigenlijk. Niet dat ik een superfan ben van onze Hazes, ik kan hem wel smaken toch, maar altijd als ik één van z’n nummers hoor, krijg ik zo een wee gevoel vanbinnen. Zelfs al is het één van zijn ‘happy’ nummers, alhoewel er zo niet te veel zijn denk ik…

Het geeft me het gevoel van een verlaten binnenstad, laat in de avond, natgeregende straten, miezerregen die net hard genoeg is om beetje lastig te zijn. Dwalen, door de straten, niet goed weten waarnaartoe, of waarom je daar eigenlijk rondloopt, en een Calimero-gevoel vanbinnen dat zich niet laat wegdrukken. Iets gaan drinken in een bruin kroegje, beetje opwarmen, en andere, schijnbaar gelukkige, mensen in ’t oog houden van op een barkrukje, en je tocht weer effe verder zetten. Alleen uiteraard, alleen met je gedachten die niet altijd echt negatief, maar ook niet echt positief te noemen zijn. Uren ronddolen, tot de nacht op z’n einde loopt, en je moe naar huis gaat. Alweer een slapeloze nacht gehad, alweer een nieuwe dag die weinig verandering brengt. Over dit alles, wat misschien negatiever klinkt dan ik het bedoel, hangt ergens toch ook een lichte waas van hoop, hoop op betere tijden, op betere gevoelens, op minder weemoed en gepieker…

Krijg ook soortgelijk gevoel bij de tune van Baantjer, den Toots die met enkel mijn mondharmonica zoveel gevoel kan oproepen.

Awel, zo voel ik me al enkele weken. En het wordt erger en erger, ik begin soms echt paniekgevoelens te krijgen ook, al duw ik die snel weer weg uit angst. Maar dat weëe, dat weemoedige, halftrieste, dat blijft hangen. En ’t heeft verschillende redenen hoor, al dan niet rechtstreeks met mijn ziekte te maken.

Allereerste reden is eigenlijk het financiële, ben me eigenlijk vree kwaad beginnen maken in onze overheid en in mijn ziekte hierrond. Want er is zoveel veranderd sinds de eerste ziekte twee jaar geleden… Ik ben nooit meer volledig aan de slag kunnen gaan, financieel is het een zware dobber dat mijn inkomen , vergeleken met twee jaar geleden voor mijn ziekte, ondertussen zo goed als gehalveerd is. Dat is potverdorie een gróót verschil! En dan begin je problemen te krijgen, al die extra kosten er nu ook weer bij, je begint oplossingen te zoeken en loopt steeds tegen muren aan. Ik weet dat er naties zijn waar de mensen er veel erger voor staan als ze ziek worden, maar hier in ons Belgenland zijn toch ook nog veel zaken voor verbetering vatbaar hoor! Om bv. recht te hebben op een bepaald statuut of tussenkomst, zit je vaak tegen maximuminkomens aan te lopen. En die zijn onbegrijpelijk belachelijk laag. Voor een alleenstaande €1600 ong BRUTO per maand, voor een gezin ong. €1900 BRUTO per maand. Allez, denk nu es logisch na: hoeveel mensen komen hiervoor in aanmerking? Je moet al serieus in de put en miserie zitten om hierop aanspraak te kunnen maken, spijtig genoeg voor de mensen die er wel mee geholpen zijn. Maar heeft onze overheid dan echt niet begrepen dat ze op deze manier meer en meer mensen in armoede duwen? Als je eens goed rondkijkt in het ziekenhuis , zie je zoveel miserie. En het ergste is, de mensen hebben het sowieso al moeilijker en moeilijker in onze maatschappij, alles wordt duurder, de crisis laat zich voelen.

Bon, kwam er op neer dat we, met de winter voor de deur, met extra kosten kwamen te zitten, die we heel moeilijk konden dragen. En dat gaf veel stress op ons, zeker ook voor David, voelt zich zo al hulpeloos genoeg. Ik zag dat hij zich heel slecht voelde, en voor het eerst heeft hij dat ook toe gegeven. Dat hij het soms ook niet meer ziet zitten, en niet weet hoe hij de situatie moet aanpakken. Hoe hij zich kan voorbereiden op een leven alleen, en op het idee mij te moeten laten gaan. En hoe erg hij het vindt dat we zo moeten vechten altijd, er zelden plaats is voor rust in ’t hoofd.

Soms zeggen mensen me: als er iets is wat ik kan doen, zeker zeggen é! Is moeilijk é, soms denk ik: als iedereen die me dit zegt, ieder maand €5 zou storten op m’n rekening, zou dat al enorm helpen… Of gewoon vlot toegeven dat het moeilijk wordt het einde van de maand te halen, en er nog doktersafspraken op de agenda staan die dan ook nog betaald moeten worden… Ik hou me weg van kine en tandartskosten die eigenlijk nodig zijn, maar tegelijk vind ik dat dat eigenlijk niet hoort, dat mutualiteit en/of verzekering het makkelijker moeten maken voor patiënten. Zo is er bv. de mogelijkheid dat je veel doktersbezoeken of zo gratis kan krijgen, hoef je niets te betalen o het moment van de afspraak. Maar dan heb je weer die voorwaarden nodig van dat maximuminkomen. En zo zijn er veel dingen die je kan aanvragen, maar alleen als die voorwaarden voldaan zijn natuurlijk. Dus de hulp is er wel, ze bestaat, het is allemaal geregeld en wetten rond, alleen vind ik dat deze moeten uitgebreid worden naar een grotere groep burgers. Ik las onlangs het verhaal van een 71-jarige vrouw die voor haar 40-jarige zwaar mentaal gehandicapte dochter zorgde. Ze smeekte om hulp te krijgen, haar te kunnen bijstaan in de zorg. En ze had zelfs recht op tussenkomst en zo, alleen: het kon niet toegekend worden. Reden: er waren dringendere gevallen. Allez zeg! Da menske zorgde al meer dan 20 jaar voor die dochter zonder hulp, en nu ze aangeeft het niet meer te kunnen: sorry! Er zijn nog zoveel wachtenden voor u… Pfffff!

En vandeweek passeerde ik aan een kerk waar net een begrafenisstoet buiten kwam. Die wagen vol bloemen en kransen, ze wisten niet meer waar het allemaal te zetten. En het was denk ik nog een redelijk jonge mens, aan de familie te zien. Dan dacht ik: zie ik hier nu een beeld in de toekomst? En tegelijk dacht ik: mo allez, zie al die bloemen en zo, daar heeft diene mens toch niks meer aan! Hij kon het waarschijnlijk veel beter gebruikt hebben vóór hij in die kist lag.. Of is dat nu ook weer te cru gedacht? J

Bon ja, da was dus de eerste vorm van frustratie é. Bizar hoe uitvergroot sommige dingen worden op het moment dat ze voor jou van toepassing zijn é. Denk dat het een beetje zoals het gaat als men zwanger wil worden: blijkbaar ziet men dan overal zwangere vrouwen rondlopen.

Bij mij vallen momenteel uitzinnige kosten en onnozelheden op, de tv die me meer ergert dan plezier biedt soms als ik zie hoe stompzinnig programma’s zijn waar ze mensen proberen mee te entertainen, de think pink-toestanden (ergert me dan dat men zich enkel op borstkanker richt, en dat vind ik dan egoïstisch van mezelf), zo van die deel-dit-en-steun-kankerpatiënten of zet-de-kleur-van-je-beha-hier-om-kanker-te-steunen op facebook (wie heeft er iets aan? Daar gaat toch geen enkele cent mee naar onderzoek en zo? Integendeel, je doet mensen steeds denken aan die kloteziekte, en de ziekte wordt in het belachelijke getrokken met die kleur-van-je-beha dingen. Allez, vind ik persoonlijk dan toch), oppervlakkige mensen kan ik niet echt meer verdragen, en bij zowat alles wat ik zie in de buitenwereld denk ik: ach, er zijn ergere dingen… Bedoel nu niet als ik naar ’t nieuws kijk of zo é, maar ik merk hoe langer hoe meer hoe wereldvreemd ik word, en hoe hard ik terug buiten de maatschappij sta. En ik vind dat helemaal niet erg, alleen valt de absurditeit van die maatschappij meer en meer op op die manier!

Dankzij twee supermensen zijn onze problemen een beetje verlicht en ons geholpen met enkele praktische dingen en zo, en zelf heb ik mijn pensioensparen (helemaal niet zo’n berg geld, hoor, maar ja) laten uitbetalen. Mijn pensioen haal ik toch niet meer é, en dat was net genoeg om een kacheltje van te kopen om ons beter te kunnen verwarmen deze winter. Was wel raar in de bank, dat was een beslissing die ik nooit zou genomen hebben, mocht ik niet weten dat …

Tweede reden dat het wat minder gaat, is het feit dat ik nu begin te merken dat David het enorm moeilijk heeft. En ik merk dat ook van de andere familie hé, maar David zie ik wel alle dagen. En steeds had ik zoiets van: amai, hij verdraagt het allemaal nog goed. Maar hij heeft nu ook een ‘krak’ gekregen vrees ik. Hij was al een paar weken dat hij het moeilijk had en beetje in de knoop lag, maar denk dat gisteren pas écht zijne frank gevallen is. Thuis staat de pc steeds bij mij eigenlijk, en hij gebruikt die nooit. Nu had hij op het werk via Google info over longkanker opgezocht. En hij was serieus geschrokken. Hij hoort en ziet wel veel van mij, maar ik vrees dat hij toch nog ergens een stille hoop had, en ik wist dat hij niet echt besefte hoe ik me voelde. Wat eigenlijk ook ni echt kan é, hij zit niet in mijn lichaam… Met wat hij als info gelezen heeft, zijn z’n ogen open gegaan dat dit echt vree foute boel is. Probleem is ook dat hij, als ik er ben, niet zijn tranen kan laten lopen, hij probeert zich sterk te houden en dat kan natuurlijk niet altijd… We hebbe afgesproken dat, als ik kan, binnenkort twee dagen naar mijn vriendin en petekindje aan zee ga gaan, alleen. Dan zijn we beiden effe alleen, weg van elkaar, tijd voor onszelf. Denk dat dat ons allebei goed zal doen, heeft hij ook eens de kans alles te laten bezinken. Want steeds samen zijn en ons voor mekaar sterk houden terwijl het niet altijd kan, is ook niet alles. Want dan beginnen we voor ’t minste te discussiëren of te vitten, en we willen het wel nog een beetje gezellig houden é.

En ik wil ook heel graag de zee en het strand nog eens zien, en denk dat het er anders niet meer zal van komen…

Derde reden is natuurlijk de gezondheid en de ziekte. Ik blijf me er over verbazen hoe snel de dingen kunnen veranderen (lees: erger worden) met die kloteziekte. Op twee weken tijd ben ik qua hoesten en energie redelijk hard achteruit gegaan. Zal hierover later meer schrijven, er zijn scans gebeurd en daar moet ik morgen de resultaten gaan van ophalen. De chemo was uitgesteld tot die scans gedaan waren, dus morgen weet ik dan weer meer. Maar toch wordt het moeilijk om op een goed resultaat te hopen, want je weet wel dat je op een punt gekomen bent dat er niet veel goed nieuws meer te rapen zal vallen… Ach ja, zorgen voor morgen, vandaag krijg ik bezoek, en zal ik daar dan eerst maar wat van genieten! J

27-09-2013
Sooooo NOT good…..
Dringend tijd voor een update over de gezondheid é. En da’s weer de moeite zenne…

Twee weken geleden moest ik op controle bij de oncoloog, nakijken of ik de vijfde chemo kon krijgen. Maar na die vierde voelde ik me eigenlijk ni echt goed, en dat beterde niet zo snel, ik begon te merken dat het zwaarder te verdragen werd voor mijn lichaam. Mijn klachten waren een opsomming van grotere en kleinere klachten: meer slapen en toch minder energie, meer pijn in de longen en meer hoesten, onhandigheid die me abnormaal leek: ik liet soms de ganse dag door dingen vallen of liep tegen dingen tegen, concentratiestoornissen: soms lukt het me nauwelijks om een artikel in een weekblad te lezen, tintelende vingers en een slaperig gevoel in de linkse vingers de ganse dag door, misselijkheid in de wagen, ben enorm ‘licht ontvlambaar’ en dan zo vanalles en nog wa waarvan voornamelijk een  zwak gevoel. En blijkbaar was het ook aan me te zien dat ik me niet zo schitterend voelde, want later kwam ik mijn begeleidster tegen die me zei dat ik er niet zo goed uit zag…

De dokter luisterde naar mijn longen, merkte niet veel speciaal op, en zei dat dat wel ok was. Maar gezien mijn klachten, wou ze eerst extra scanners nemen alvorens terug chemo te geven, voor alle zekerheid nog een extra controle. Deze onderzoeken werden twee dagen later gepland: een MRI van de hersenen en een scan van de thorax.

Donderdag, een paar dagen geleden dus, mocht ik de resultaten gaan ophalen. De rit naar het ziekenhuis maakte me ongezond, zoals ik vaak heb tegenwoordig in de wagen, en ik hoopte dat dit snel ging overgaan eenmaal aangekomen. Maar ik voelde me slechter en slechter, ik dacht dat ik ging flauw vallen of zoiets. Ondertussen was ik aangekomen op de verdieping van de consultatie, en daar is ook een verpleegpost; ben direct daar naartoe gegaan. Ik legde uit wat en hoe (ik dacht dat ik misschien een veel te laag suikergehalte had of zo), en ik mocht op een bedje gaan liggen en ze hebben dan mijn glycemie en bloeddruk gemeten, waar raar genoeg niets verkeerd mee was: ideale waarden bijna. En toch was ik zo mottig! Mijn oncologe had vernomen dat ik in de verpleegpost was, kwam effe kijken, en nam me mee naar de consultatie. Ze weet het aan stress, ze zei me: vergeet niet onder welke enorme druk je staat… En ja, eigenlijk is dat wel zo, alleen besef je dat niet altijd é, je probeert steeds dag per dag verder te gaan, roeien met de riemen die je hebt.

In het gesprek dat volgde, had ik wel snel begrepen dat ik waarschijnlijk bang was voor de resultaten van de onderzoeken. Want het was schrikken zenne. Ze zei dat ze goed en slecht nieuws had, en ze begon met het goede.  In de longen zag het er weer ietsje beter uit, en men vermoedt dat men met chemo het niet veel beter meer kan krijgen momenteel, dus stoppen ze voorlopig met chemo. Dat is al een heel dubbel gevoel, want ik voel alsof het slechter wordt daar, heb meer last en zo. Toch blijkt op de foto één tumor weer ietsje kleiner. Over de andere hebben we het niet gehad. Soms wil je het niet echt meer weten…

Begon me dan af te vragen wat het slechte nieuws was: als de longen beetje beter leken? Aan de MRI van de hersenen had ik niet direct meer gedacht, tot ze zei: het onderzoek van de hersenen… of iets in die aard, en ik had het direct begrepen. Kon mijn emotie toen effe niet inhouden, daar had ik gewoonweg ni bij stil gestaan! Dat daar over tumors zou gesproken worden L Er blijkt een knobbeltje van 7 mm te zitten, in de rechter voorkant. Verdorie, 7 mm, en een goeie maand geleden: zelfde MRI, niets te zien. Pfff…. Denk dat het één van de grootste shocks was die ik tot nu toe gehad heb, de rest wat ze me al verteld hadden had ik min of meer verwacht altijd. Dit echt niet… En ik was niet de enige, mama was er ook ni goe van, da merkte ik snel genoeg. Ze had enige rebellie naar de dokter toe, stelde vragen en vragen en opmerkingen, maar de dokter kon niet zo heel veel antwoorden geven. Toen ik haar zo bezig zag, herkende ik stukken van mezelf in haar… Raar é, hoe je op zo’n moment, in zo’n omstandigheden, zo ineens iets heel anders kan opvallen.

Bon ja, de uitzaaiing in ’t koppeke dus: wa meer info gevraagd é. Was bang dat dat de reden was dat ik zo snel geïrriteerd ben de laatste tijd, dat ik soms mezelf niet meer herken in emoties en gedachten. En soms hoor ik me kwaad bezig, terwijl ik me zo niet voel. Of helemaal omgekeerd, very weird. Maar dat komt dus niet van die tumor voort, dat wijt ze aan de stress.

De tumor is eigenlijk nog te klein om er al gevolgen van te dragen, maar mocht hij verder groeien, zou dat wel gaan beginnen. Hij zit in de regio die m’n beweging aan de linkerkant regelt: dus eigenlijk mijn arm en been. Maar als we niets doen, zou hij verder groeien en waarschijnlijk nog verder uitzaaien, wat vrij logisch is. En er was nog wel iets aan te doen, volgens de dokter: Radiotherapie.

Eerste idee toen ik dat hoorde: bestralingen aan mijn hoofd, op mijn hersenen? Da belooft niet veel goeds!

Het ironische van de zaak: ik zou weinig last hebben van bijwerkingen, want de meeste bijwerkingen van zo’n behandeling manifesteren zich op lange termijn… Heb je ‘m?? Bij mij viel hij vrij snel, de frank…

Wel gekende gevolgen zijn hoofdpijn, beetje misselijk of duizelig, maar dat alleen de eerste tijd. En er was nog keuze uit twee soorten behadelingen, waarvan de artsen moesten bepalen welke de meest geschikte was. Nadat ik mijn akkoord gegeven had uiteraard. Dus kreeg ik wat meer uitleg: de ene behandeling kon in Bordet zelf gedaan worden, en was een reeks van 5 of 10 bestralingen, gericht op het volledige hersenoppervlak, maw: alle hersenen krijgen evenveel straling. Dit wordt ook gedaan met behulp van eenzelfde masker zoals ik er twee jaar geleden eentje had: masker rond het hoofd, vastklikken in de machine, en de machine draait rond je heen en doet z’n ding. Klonk heel herkenbaar, was al blij dat er sprake was van ma. 10 bestralingen. Want brandwondes en dergelijke op mijn schedel leek me niet zo aantrekkelijk.

Tweede optie was een behandeling in het erasmus-ziekenhuis: Gamma Knife genaamd.  Bij deze behandeling krijg je een ijzeren frame op je hoofd, dat vastgeschroefd wordt op je schedel met vier schroeven.

Zo van die frames die je soms ziet op televisie waarvan je je afvraagt: alien abduction? waar dient dat voor?

Maar door middel van dat frame kunnen ze heel precies stralen richten wat maakt dat er maar vanuit een zestal punten bestraald wordt, maar met veel hogere dosis, en enkel op de tumor gericht. Op de dag van de bestralingen is het wel een redelijk heavy parcours: eerste dag van de opname krijg je opnieuw scans en dergelijke om de laatste ‘update’ te hebben, de dag zelf krijg je je frame, en dan zijn ze zo’n uur of twee bezig met het bepalen van waar de stralen moeten komen, en dan worden de stralen gegeven. Als alles goed gaat, gaat het frame eraf, en mag je ev. de dag zelf, meestal de dag erna, naar huis. Maar eigenlijk zit je dus een ganse dag met dat frame op je hoofd, en dat lijkt me een lange, zware dag als ik het zo hoor. Toch leek ons dit de ‘verstandigste’ optie, gezien je veel preciezer kan richten.

De dokter vroeg ons de dag erna terug te komen, bij de radiotherapeute, om te zien welke optie de beste was.

Die radiotherapeute: weet niet goed wat ik er moet van denken… ‘Donc… On a un tout petit problème dans le cerveau…’ Pff, zo ‘tout petit’ lijkt me da problème eigenlijk ni, ma soit… Bleek dat ze de dag ervoor verlof had gehad, en nog geen tijd gehad had mijn dossier te bekijken. Dus deed ze m’n dossier open, las de info van de oncologe, en zei: ok, sorry, moet nu effe weg, moet gaan overleggen met m’n collega welke behandeling voor u de beste is, ik kom zo snel mogelijk terug…  Leek wel een half uur dat David en ik daar gezeten hebbe, wachtend op wat ze gingen beslissen. En dat leek me weer zo dubbel: voor hen is het een geval dat ze effe gaan bekijken hoe ze het het beste oplossen, alsof je ze een wiskundig probleem voorschotelt. Voor ons is ’t een geval dat veel zorgen en emoties er nog maar eens bij brengt…

Bon: uiteindelijke beslissing: Gamma Knife in Erasmus ziekenhuis. Dus het ijzeren-frame-gedoe…

Maar dat is met een wachtlijst, en ik weet nog niet wanneer ik kan gaan, waarschijnlijk pas binnen drie, vier weken. Ze gaan me hiervoor opbellen, maar ook dat kunnen ze nog niet zeggen wanneer. De machine wordt door meerdere ziekenhuizen gebruikt, en er wordt met een wachtlijst gewerkt, gemiddelde wachttijd is drie, vier weken. Tenzij er iemand zou vantussenuit vallen om één of andere reden, kan het zijn dat je sneller opgebeld wordt. Hm, doet me denken aan de wachtlijst voor orgaandonaties en zo: voor jezelf hoop je da je zo snel mogelijk geholpen kan worden, maar dat betekent niet altijd goed nieuws voor wie er ‘vantussenuit’ valt. En je moet zitten wachten en wachten tot je gebeld wordt, en als er nu één ding is waar ik een hekel aan heb: wachten zonder info… Vraag maar aan David J Als die ergens naartoe gaat, vraag ik hem steeds me te verwittigen als hij daar vertrekt. Anders zit ik te wachten, me zorgen te maken, terwijl hij misschien nog niet eens onderweg naar huis is of zo…

Dus wordt het wachten é, kunnen we nog es testen of we er ondertussen al niet al wat beter in geworden zijn; en ga proberen te genieten van de tijd die ik nu heb om effe tot rust te komen. Gezien de chemo’s niet meer verder gegeven worden, heb ik ergens toch een beetje rust é…

Maatregelen

Op zondagavond stuurt Anke het volgende sms’je: Ik ben van 1 tot ong. half 6 in t nieuwe huis geweest. Ik voelde me er meteen thuis, t is echt geweldig. Daarna moest ik terug vanwege hoofdpijn + ben ook erg moe.

Wat fijn dat de nieuwe woning zo bij Anke in de smaak valt. Zo heeft ze tenminste nog iets om zich op te verheugen. Maar gelijk dan weer ook de domper door de hevige hoofdpijn en de vermoeidheid die haar parten spelen. Je zou zeggen dat de pijn door de hogere dosis morfine nu toch eigenlijk eens weg zou moeten blijven. Maar dat is helaas niet het geval. Wat nu? Je kunt ook niet aan het verhogen blijven, anders raak je helemaal van de wereld. Figuurlijk, maar ook letterlijk.

Toen mijn vader stierf aan de gevolgen van zijn longkwaal (silicose, overgehouden aan de jarenlange ondergrondse kolenwinning), kreeg hij op het laatst zoveel morfine dat hij niets meer voelde van zijn kortademigheid, maar raakte daardoor dus ook het contact met ons kwijt. Maar daar had hij toen wel min of meer vrijwillig voor gekozen. Ofschoon ik me achteraf wel eens heb afgevraagd of hij werkelijk besefte wat de dokter bedoelde toen hij mijn vader voorstelde om de dosis morfine te verhogen zodat hij geen pijn meer zou voelen en ook geen ademgebrek.

En ook vraag je je af of het werkelijk waar is dat mensen die buiten bewustzijn raken geen honger of dorst meer voelen, zoals dat bij de versterving van mijn moeder werd verteld. Ik wil de arts best geloven en dat doe ik ook, maar je houdt toch altijd iets van twijfel.

Al op dinsdag krijg ik antwoord op mijn laatste mail. Later pas zal ik me echt realiseren hoezeer iemand moet worstelen met de informatie die ik hem doe toekomen. Ik vraag me wel eens af of je iemand met zoveel ellende van een “wildvreemde” moet belasten. Maar op dat moment ben ik blij met elk bericht, met elke brief die ik lees. En ondanks dat de schrijver zegt dat bouwen met woorden zijn tweede beroep is, verbaas ik me er toch telkens weer over dat hij erin slaagt de goede woorden te vinden en de juiste toon te treffen, zodat ik me erdoor gesterkt voel. Knap, maar belastend voor hem vrees ik. Ik kan hier evenwel helaas zijn brief niet volledig plaatsen maar slechts het begin en het einde.

“Bouwen met woorden is mijn tweede beroep, maar voor wat jij beschrijft, schieten woorden tekort, ontbreekt het mij aan woorden. Zoveel ellende, zoveel tegenslag, zoveel pijn, zoveel zwartheid bijeen en dan in zo’n tempo, dat krijgt geen mens bedacht.  […] […] in de wetenschap dat jullie wel fysiek gescheiden kunnen worden, maar dat je in de geest altijd verbonden met elkaar bent. Heel veel sterkte voor jullie allemaal.”

Ook op dinsdag rijdt Toine naar Anke en praat langdurig met haar, naar we later horen ook over een eventueel afscheid voor altijd. Anke is in deze tijd, en wellicht ook al veel eerder, in haar gedachten natuurlijk veel bezig met haar dood en crematie. Begraven is voor haar geen optie, ze wil gecremeerd worden en een begrafenismis wil ze al zeker niet. Ze heeft al een aantal dingen in haar hoofd en Toine moet haar helpen bij het uitzoeken van de kist waarin ze zal komen te liggen. In Den Haag woont een vriend van Toine, die heel goed thuis is in de begrafeniswereld en die raadt hem aan om in contact te treden met Van der Spek Uitvaartverzorging in Rotterdam. Een telefoontje is genoeg om een aantal boeken met voorbeelden van doodskisten (wat een woord als je dit zo moet opschrijven), bloemstukken en wat dies meer zij te kunnen ophalen. Ook belt hij met de Informatie Beheer Groep met de vraag wat er met haar studieschuld gebeurt als ze zal sterven. Blijkbaar heeft ze zich hierover nog zorgen gemaakt.

Dit is wat Toine het beste voor haar kan doen; dingen regelen, informeren, ergens heen rijden. Het is natuurlijk erg moeilijk om met je zus te praten over haar aanstaande dood en wat dat allemaal voor hem en de andere achterblijvers zal betekenen. Later zou hij ons ook vertellen dat hij degene was, die Anke toen heeft aangespoord om een afscheidsbrief voor ons te schrijven.

En juist omdat het voor hem moeilijk was met Anke over haar dood te praten heeft Toine haar een brief geschreven waarin hij kwijt kon wat hij nog met haar wilde delen. Maar ook dit hebben we pas naderhand van hem gehoord, evenals het sms’je dat Anke daarop als antwoord aan hem stuurde:

We hebben nog steeds geen internet dus kan nu niet uitgebreid op je e-mail reageren, maar wil je laten weten dat ik heel erg onder de indruk ben van je brief en enorm trots dat je mijn broer bent. Dat je van het leven moet genieten, hoef ik je niet te vertellen want dat doe je heel goed.

Ik hou van je,  x Anke

Wensen

Op dinsdag 24 april schrijft ze weer op haar weblog:

Niet slecht

Okee, ik loop het risico wat te vroeg te juichen maar als het goed is, verlaat ik over een uur of twee de Daniel en dus ook de afdeling Palliatieve Zorg waar ik nu lig. Gelukkig is dit geen eindstation geworden. Niet slecht, voor een ‘terminaaltje’…
En nogmaals bedankt voor jullie reacties. Het is heel, heel fijn om me zo geliefd te voelen. Zelfs door mensen die mij nauwelijks/alleen van mijn weblog kennen. Dit is toch een beetje het vuur waarop apples2oranges nog een tijdje moet kunnen branden.

Van alles wat Anke en Toine bespraken hebben we geen weet als we op donderdag voor de tweede keer in de nieuwe woning van Anke en Stijn arriveren. De meeste spullen staan op hun plek, we bewonderen nogmaals de hoeveelheid ruimte die ze tot hun beschikking hebben en genieten van het uitzicht op het balkon met de planten die hun vrienden er plaatsten. Anke en Stijn hebben het er zeer naar hun zin en je zou wensen dat de reden van deze verhuizing niet had bestaan. Maar die is er wel.

Anke is gauw moe en moet regelmatig op bed gaan liggen, omdat ze het anders niet volhoudt. Ook is ze nog niet buiten geweest, ondanks het mooie weer en ondanks de nabijheid van een mooi parkje. Wel zit ze naar eigen zeggen vaker op het balkon te genieten van het weer en het uitzicht over het water voor de deur. Ze vraagt Annie of ze haar kleerkast anders wil inruimen, want ondanks dat een vriendin daar haar best op heeft gedaan, is het niet helemaal zoals zij het wil. En de schoenen die in de kast zijn gezet moeten er allemaal weer uit, want dat hoort niet vindt ze. Soms ga ik even bij haar op bed liggen en samen kijken we hoe Annie de kast opnieuw inruimt. Zo ziek en zo moe als ze is, toch kan ze niet nalaten aanwijzingen te geven over de plek waar een en ander moet liggen.

Als we later in de woonkamer zitten, vraagt ze aan Stijn om “de boeken” te pakken en ze vertelt ons wat ze met Toine heeft uitgezocht. Een eenvoudige, ruwhouten vuren kist met houten handgrepen. Een van de goedkoopste die er is. Ik had niet anders verwacht.

Maar niet alleen vanwege de prijs, vooral vanwege het eerlijke uiterlijk had ze de kist uitgekozen. Evenals de inhoud; geen zacht, glanzend satijn, maar een bekleding van ruwere katoen. Dat paste meer bij haar, zo zei ze erbij. En weer konden we niets anders doen dan haar gelijk te geven. Wat had je ook anders kunnen doen, anders kunnen willen, ook al zou je het niet met haar eens geweest zijn. Het zijn haar wensen die tellen.

Ook heeft ze ideeën over de bloemen die op de kist moeten komen te liggen. Het liefst iets zoals onze tuin in de zomer, een beetje wild, natuurlijk, veel wit met groen, (maar géén witte rozen), iets met klaprozen. Nooit geweten dat Anke onze tuin mooi vond. Weer een van die dingen die ze zorgvuldig voor ons verborgen wist te houden. Ik dacht dat ze nooit naar onze bloementuin keek, laat staan dat ze zei dat ze hem mooi vond.

Ik leg haar uit dat klaprozen niet zo’n goed idee zijn; je kunt ze nauwelijks langer dan een paar uur goed houden en ook was het nog te vroeg in het jaar. In april bloeien de klaprozen nog niet, zo dacht ik.

En ze heeft al nagedacht over hoe de plechtigheid eruit zal zien: foto’s die getoond kunnen worden en eveneens had ze al nagedacht de sprekers die gevraagd zouden kunnen worden. Stijn, zijn vader, G., een collega, Si., iemand uit de Tilburg-club en Annie of ik.
Was je al niet voorbereid op deze bespreking, een toespraak houden op de crematie van je dochter lijkt me toch echt iets te veel van het goede. Sommige dingen, zo weet je van tevoren, kun je beter niet doen als je bang bent dat je je emoties niet onder controle houdt. Een huilende, onverstaanbare spreker voegt niets toe aan een crematieplechtigheid. Maar dat zeggen we nog maar niet meteen.

Verder heeft ze al een paar krabbels op papier gezet over de muziek die er gedraaid moet worden: liedjes 4 en 17 van Amélie (met de toevoeging: zie anders effe weblog), Halleluya van Jeff Buckley en een vrolijk deuntje van Koop, dat ze nog niet zo lang geleden heeft gehoord. (Later zal daar I had the time of my life nog bijkomen, Der Weg van Herbert Grönemeyer en nog een liedje van Carla Bruni.) Als je het papiertje ziet, lijkt het wel een of ander onschuldig boodschappenlijstje dat ze nog gauw even schreef voordat ze naar haar werk moest.

Al met al een beetje onoverzichtelijk geheel van gedachten, wensen en aanwijzingen, die ze graag uitgevoerd zou zien. Precies zoals we dat van Anke gewend zijn. Ze heeft iets in haar hoofd, wil iets zus of zo en beseft soms niet wat ze vraagt. Of het wel kan wat ze wil.

Maar, zo dachten we, Anke zou een en ander nog wel wat meer uitgewerkt op papier, dan wel op computer zetten. Het is niet vreemd dat je als ouder deze hele verlanglijst sowieso een beetje voorbarig vindt. Het is een beetje vreemde gedachte om samen met je kind haar crematie te regelen. Veel mensen hebben al moeite om hun gedachten te laten gaan over hun eigen begrafenis, maar als je dan moet nadenken over wat er moet gebeuren nadat je kind gestorven is. Menigeen zou zeggen: “Ik moet er niet aan denken..”

Als we naar huis willen en vragen wanneer we het beste weer kunnen komen, zegt ze: “Komende week een keer.” Want er moeten nog de nodige vrienden, bekenden, collega’s het huis komen bekijken. Of misschien om afscheid van te nemen, denk ik later. Zou Anke niet toch gevoeld hebben dat ze niet lang meer te leven had? In ieder geval laat ze tegenover ons niets merken. Een omhelzing, een kus tot afscheid en tot dinsdag dan maar weer. Hopelijk is ze dan niet meer zo vermoeid en is de pijn onder controle. En als het zo mooi blijft, kunnen we misschien even met zijn vieren naar beneden. Naar buiten.

En als we met haar bellen, klinkt ze tamelijk goed. Ze heeft veel visite gehad, vond het fijn om allerlei mensen weer eens te ontmoeten – wel vermoeiend, maar evengoed leuk. Ook haar sms aan mij op vrijdagavond laat een tevreden Anke vermoeden: Het was vandaag een fijne dag. Toine + Diana zijn langs geweest + Michel + Manuela + de nieuwe huisarts, erg bekwaam. Nu ga ik slapen. Welterusten. Het is ook voor ons geruststellend om te weten dat ze met haar nieuwe huisarts meteen een goed contact heeft gehad en afspraken met hem heeft kunnen maken.

Op zaterdagnamiddag belt Annie weer om te vragen hoe het gaat en Anke vertelt dat ze het naar haar zin heeft in de nieuwe woning, dat ’s avonds nog bezoek komt en dat ze morgen met Stijn alleen zal zijn. Lekker rustig met hun tweetjes.

Toine moet net als de op meeste zaterdagavonden draaien in de plaatselijke discotheek en wij gaan enigszins gerustgesteld door haar woorden naar bed.

En dan gaat de telefoon. Het is Stijn…

anke-08

Nawoord

In de krant las ik dat ieder jaar zo’n 550 ouderparen te horen krijgen dat hun kind kanker heeft. Van deze kinderen overlijdt ongeveer 30 procent. Nou ging het in het artikel over kinderen die nog niet volwassen zijn, die nog bij hun ouders thuis wonen.

Kinderen als Anke, die al wat ouder zijn en niet meer thuis wonen worden hier niet meegeteld, maar de gevoelens die je hebt als ouder zullen niet verschillen. Je bent in de war, radeloos, onzeker, opstandig, moedeloos soms, verdrietig, op van de zenuwen en vooral ook angstig. Doorlopend bang over hoe het verdergaat, hoe het met je kind zal aflopen. Zo bang dat je nauwelijks nog als een normaal mens kunt functioneren.

Je weet ook niet hoe je moet handelen, wat je beter wel of niet kunt doen of zeggen. Niet tijdens de ziekte en niet na een eventuele dood. En in ieder geval moet je ook nog eens proberen rekening te houden met de gevoelens van en zorgdragen voor andere achterblijvers.

Ik lees: “Als een kind geboren is, wordt er gedurende de kraamweek allerlei hulp georganiseerd. Maar als het gaat sterven, is er geen standaardzorg geregeld. Daar moeten ouders meestal zelf achteraan, al dan niet met behulp van een Persoons Gebonden Budget. Het is echter de vraag of ze daar in die verwarrende fase toe in staat zijn.”

In het artikel wordt gepleit voor een vast aanspreekpunt, iemand met wie de ouders een vertrouwensrelatie kunnen opbouwen, die op de hoogte is van de sociale kaart maar ook aandacht heeft voor de gevoelens en emoties. Soms kan een huisarts die taak vervullen, maar als niemand die rol op zich neemt kunnen ouders zich enorm in de steek gelaten voelen.

Het Belgische thuiszorgproject Koester wordt geroemd: “Ouders die te horen hebben gekregen dat hun kind ongeneeslijk ziek is, krijgen een vast begeleidingsteam toegewezen, waar behalve artsen, verpleegkundigen en thuiszorgmedewerkers ook een psycholoog deel van uitmaakt.”

Nu ging het in het artikel om ongeneeslijke zieke kinderen die nog thuis wonen, maar voor mij is duidelijk dat ook op momenten zoals wij meemaken moesten, dergelijke hulp gewenst zou zijn geweest. Heel erg welkom, want wat hebben we zo’n hulp – en andere – gemist. Maar aangezien in Nederland de kosten voor (geestelijke) zorg toch al als erg hoog worden ervaren, zal het er hier niet licht van komen. Ben ik bang.

Sowieso heb ik het gevoel dat je in ons land (en wellicht ook in veel andere landen) beter een hartaanval kunt krijgen dan een ernstig psychisch probleem. In het eerste geval staan binnen 10 of 15 minuten een paar ambulances met loeiende sirenes en zwenkende zwaailichten aan je deur. Als het zo uitkomt nog vergezeld van politie en zelfs brandweer. Je moet eens proberen in het weekend hulp te zoeken als je het psychisch heel erg moeilijk hebt. Je kunt blij zijn als je binnen enkele uren überhaupt hulp krijgt. Maar dit terzijde.

We zijn nu – bij de publicatie – meer dan zes jaar verder en proberen er het beste van te maken. Ik had ooit de gedachte om in deel twee van dit verslag te schrijven over de tijd na de dood van Anke. De sfeervolle crematie-plechtigheid, de mooie redes, de foto’s, wat er met haar as is gebeurd, hoe we geprobeerd hebben te overleven, onze regelmatige bezoeken aan het kapelletje in de Ardennen, over feestdagen, de straat in Rotterdam waar ze woonde en Hotel New York die aan ons blijven trekken, de pijn en het gemis, over onze toekomst die verdween, over de klaprozen die voor ons zó speciaal geworden zijn, de angst die je in zijn greep houdt, over nieuw onheil dat ons evengoed niet bespaard is gebleven – ook al dacht je misschien dat je niks meer hoeft mee te maken -,  de mensen die je ontwijken, vrienden die je in de steek laten, en over nieuwe die hopelijk nooit hetzelfde zullen doen. Op mijn weblog (categorie Persoonlijk) is daar al veel over geschreven en gedicht.

Maar we hebben het overleefd, al zal het gemis blijven en omdat we Anke nooit zullen vergeten, zal het dus altijd pijn blijven doen. En omdat het zo moeilijk was om bovenstaand verhaal tot een goed einde te brengen, zie ik me deel twee voorlopig nog niet afmaken…

Bedankt voor het lezen.

Verhaal van Leo over een kwaadaardige uitzaaiing naar een lymfeklier

Leo

September 2012

Hallo allemaal,

Voor de mensen die mij nog niet kennen, even in het kort:

Ik ben Leo van Staveren, 62 jaar oud en ik ben nu 40 jaar getrouwd met Marian, mijn klasgenootje van de eerste klas van de lagere school  en wij wonen in Hellevoetsluis. We hebben geen kinderen, wel een tricolor Schotse Collie (Abby) als “ons kind”.

In  september 2012 ontdekten we een aardig dikke bobbel aan de linker zijde van mijn hals. Hier hebben we eerst wat licht over gedacht als zijnde dat het de bof is of zo.

MarianToen deze maar bleef groeien, tot 10 x 6 x 3 cm heeft mijn vrouw mij aan de hondenriem mee naar de huisarts genomen. Deze was zodanig geschrokken dat hij me meteen naar het Maasstad ziekenhuis in Rotterdam heeft doorverwezen.  Aldaar heeft de KNO arts een echo punctie laten doen. Na een paar dagen kregen we te horen dat er zeer waarschijnlijk sprake van een tumor was. Hij verwees mij direct door naar het Daniël den Hoed (onderdeel van het Erasmus Medisch Centrum) in Rotterdam.

Ik moet zeggen je werd daar perfect ontvangen. Ik kreeg meteen een persoonlijke verpleegkundig consulent toegewezen die je alvast een beetje probeerde in te leiden in het systeem en vertelde wat me allemaal waarschijnlijk te wachten stond. Je kreeg een mapje, wat elke keer als je een onderzoek moest ondergaan werd aangevuld met de nodige informatie daar over.

Aldaar een gesprek gehad met de KNO arts die mij onderzocht. Ook hij heeft het nodige uitgelegd over zijn plannen van aanpak.  Aldus weer een echo punctie, samen met de hele rataplan zoals röntgen foto’s van mijn longen en kaak gemaakt, MRI (45 minuten stilliggen op je rug pffff), bloedafname, tandarts enz. ondergaan. Voor verder onderzoek moest ik een week later een dagje komen voor een kijk operatie (scopie)  in mijn keel. Wat weefsel (o.a. nog een stukje vergeten amandelen) weggenomen voor een kweek. Bij de volgende afspraak, twee weken later, kreeg ik te horen dat ze de primaire tumor niet hebben kunnen vinden, maar dat er een kwaadaardige uitzaaiing naar mijn lymfklier zat.

Abby

Scroll naar beneden om verder te lezen of klik op: Leo / lymfeklierkanker

Halsklierdissectie: verwijderen van lymfeklieren uit de hals

29 november 2012
De KNO arts oncoloog van de Daniël den Hoed kliniek van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam zuid had mij tijdens een gesprek voorafgaand op de operatie verteld wat hij van plan was te gaan doen. Omdat bij mij de primaire tumor niet was gevonden en het gezwel een kwaadaardige uitzaaiing was, besloot men mijn lymfklieren met bijbehorend weefsel te verwijderen. Hier was een duidelijk tekeningetje gemaakt:

Men maakt, in mijn geval, twee sneden aan de linkerzijde van de hals. Dan kunnen ze de huid open leggen en het gezwel goed bestuderen, waarop men direct kan besluiten wat er veilig en zonder al te veel nevenschade weggenomen kan en moet worden. Onvermijdelijke nevenschade zal zijn dat ik een enigszins verlamming aan de linkerzijde van mijn aangezicht zal krijgen, een verdikking in mijn gehele hals omdat de afvalstoffen uit mijn hoofd via de lymfvaten niet meer door de lymfklieren kunnen worden afgevoerd en een andere weg zullen zoeken, en  last zal krijgen met bewegingen van mijn linker arm.

Op 28 november werd ik aldus opgenomen. Dit ter voorbereiding voor de operatie van de volgende dag. Op die dag word je gewogen, je anamnese met je doorgelopen, een gesprek met de zaalarts gehouden enz. Je krijgt af en toe eens iemand langs, zoals een logopediste, een diëtiste een fysiotherapeut enz. Dit allemaal om je te vertellen wat ze straks na de operatie met je van plan zijn.

Oké, de volgende dag zou ik als eerste aan de beurt zijn, dus de hele nacht natuurlijk niet geslapen, ook omdat ik mijn slaapmutsje miste, eigenlijk best nog wel een beetje nerveus was en wat trek had in wat hartigs maar niets meer mocht eten.   Eindelijk was het 7 uur ’s ochtends en werd mij gevraagd om na het douchen maar meteen mijn operatie kleding aan te trekken. Zo’n hemd met knoopjes aan de achterkant, lekker makkelijk….. Maar er was toch wel een verpleegster die zag dat ik daar enigszins moeite mee had en mij even hielp. En toen maar wachten, ik zou tenslotte als eerste geholpen worden. Ik kreeg om ongeveer 8 uur een pilletje om alvast een beetje slaperig te worden want ik zou zo gehaald worden.  Maar volgens mij waren zij zelf nog niet allemaal wakker want ik werd om ca. 10.30 afgevoerd naar de voorbereidingskamer. Daar was het ijselijk stil. Iedereen deed zijn/haar werk  zonder ook maar iets tegen elkaar te zeggen. Ik kreeg een infuus aangelegd, een bloeddrukmeterband om mijn arm en……………toen sliep ik. Ik wist dus vanaf dat moment tot ik wakker werd in de uitslaapkamer niets meer.

Ik was om ongeveer 18.00 uur terug op de kamer. Ik had het infuus nog in en had twee drains (slangetjes) vanaf mijn hals naar twee flessen naast mijn bed lopen om het wondvocht af te laten vloeien.

Omdat er lange tijd nog teveel wondvocht liep moesten die drains er langer in blijven dan verwacht. De dagen daarop werd er continu bloed afgenomen, waaruit bleek dat ik een infectie had. In de eerste instantie kreeg ik antibiotica in pilvorm. Toen dit niet afdoende hielp hebben ze dat maar in het infuus gedaan. De dagen waren lang zoals je begrijpt. Marian heeft voor mij om de tijd te doden een “tablet” gekocht. In het ziekenhuis hadden ze wifi, dus ik kon me een beetje ontspannen. (De tablet kon helaas niet worden afgetrokken van de belasting haha) Elke dag was het weer een verrassing wat de uitslag van het bloed was en of het wondvocht al minderde. Helaas heeft dit bij elkaar 6 dagen langer geduurd dan normaal de planning is.

12 december 2012
Enfin, op 29 november hebben ze dat gezwel uit mijn hals verwijderd. Normaal gesproken na 5 dagen weer naar huis, maar ik natuurlijk vanwege één of andere bacterie, pas veel later. Met een beetje gesjoemel en doorzeuren mocht ik dan op 12 december naar huis. Wel moest ik professionele wondverzorging thuis hebben en de antibiotica in pilvorm voortzetten. De wondverzorging werd in de eerste instantie gedaan door een verpleegkundige van “Laurens”, maar dat heeft Marian al snel uit handen genomen omdat die verpleegkundige op elk willekeurig tijdstip van de dag kon komen en ons ritme verstoorde. Marian kon na het douchen ook wel wat NaCl (natrium chloride) in de wond spuiten en dan verbinden.

Bestraling

Voor de bestraling moest eerst in de mouldroom een (thermoplast) masker gemaakt worden om mijn hoofd tijdens de bestraling te fixeren. Dit was best wel interessant om eens mee te maken.

Men had een rechthoekig plak kunststof(thermoplast) met fixatie randen in een bak water van 70 graden C. liggen waardoor het zacht en kneedbaar zou worden. Deze plak werd over jouw gezicht gelegd en men boetseerde het helemaal over mijn gezicht en schouder heen. Toen men tevreden was, moest ik nog stil blijven liggen en deed men koude doeken met ijsklontjes er op om uit te harden. Dan weer foto’s met masker om er aantekeningen(fixatiepunten) op te kunnen maken. Zie hier het resultaat.  (Ik mocht het na afloop van de bestraling mee naar huis nemen als “aandenken” ).

Enfin, 5 weken na de operatie moest ik dus aan de bestraling beginnen. Dat zou 33 keer, 5 dagen per week, waarvan één dag twee keer zijn. Ik moest voor deze 33 bestralingen elke dag naar het Erasmus Medisch Centrum, omdat er in de Daniël geen plaats was voor een “langere” bestraling dan normaal. Hiermee bedoelden ze dus dat elke bestraling 16 minuten zou gaan duren. Een maal per week zelfs twee keer, één keer ’s ochtends en één keer ’s middags. Dat ging mij eerlijk gezegd niet in mijn “kouwe kleren” zitten. Vaak moest ik ’s ochtend om 6 uur opstaan omdat om kwart voor zeven de taxi al voor de deur stond.

Op aanraden van de verpleegkundig consulent hebben we contact opgenomen met de ziektekosten verzekering. Dat was trouwens door mijn ziektekosten verzekering wel perfect geregeld. Ze hadden direct geregeld dat ik elke dag door een ziekentaxi werd opgehaald, deze bleef wachten tot ik klaar was en bracht mij weer thuis. Elke week vooraf kreeg ik op de afd. radiologie de tijden dat ik bestraald zou worden. Dat briefje gaf ik dan aan de taxichauffeur en zij zorgden dan dat ze ruim tevoren bij mij voor de deur stonden. Aangezien dat in de periode januari / februari was, dus veel gladheid en sneeuw, was hij/zij er vaak een uur voordat ik er aanwezig moest zijn. Soms zelfs al om 06.45 uur!! Ik was dan vaak al thuis voordat Marian naar haar werk ging. Die periode was bijzonder zwaar, dat had ik echt te licht ingeschat.

Eén vervelend neven effect van de bestraling was dat de pas geheelde wond weer helemaal open ging. Dus weer opnieuw die wondverzorging. Voor de behandeling daarvan kreeg ik een soort van vochtinbrengende zalf. Voorts werd de wond bijzonder pijnlijk zodat ik Fentanyl 12 ug (morfine pleisters) en Oramorph (morfine drankje) kreeg. Door die morfine heb je kans op obstipatie. Hiervoor krijg je een laxeermiddel, wat je beslist moet innemen anders krijg je het echt moeilijk!!!!

Nou die periode ben ik dus redelijk doorgekomen. Wel ben ik door het slecht kunnen eten in die tijd 5 kilo afgevallen. Ik was al niet zwaar, dus van 57 kilo naar 52 kilo is relatief natuurlijk wel aardig wat. De diëtiste schreef mij “zalige” vloeibaar eten voor en gaf mij telkens weer om mijn donder dat ik maar niets aan gekomen was.

De gevolgen van de bestraling zijn nu nog dat mijn smaak geheel weg is. Ik vind koffie enz. opeens smerig en kan geen sterke kruiden o.i.d. meer verdragen. Zelfs mijn wijntje bij het avondeten verdun ik nu voor 50% met water. ( Wel lekker goedkoop dus.) Bovendien heb ik tamelijk veel moeite met slikken. Alles moet ik weg spoelen met water of melk. Inmiddels ben ik van de pijn medicatie af en heb ik al twee keer controle gehad door zowel de KNO arts als de radioloog. Tussendoor af en toe naar de verpleegkundig consulent en mijn “lieve” diëtiste. Beide specialisten zijn tot zover redelijk tevreden.

Tenslotte nog wat klein min puntjes als gevolg van de operatie:

  • Ik kan mijn linker arm slecht omhoog kan brengen (pijnlijk).
  • Ik heb een pijnlijke onderkaak aan de linker zijde als ik er op druk. (dan moet ik er maar niet op drukken.)
  • Ik heb een verdikking bij mijn kin omdat het de afval stoffen (vocht) uit mijn hoofd daar niet meer door de lymfklier kan worden afgevoerd en een andere weg zoekt.

Maar vergeleken met al die verhalen die ik de laatste tijd van iedereen gelezen heb, ben ik voor alsnog toch maar een heel erg gelukkig mens denk ik.

Ik denk vaak aan de situaties, die lotgenoten hebben ondergaan of misschien nog moeten ondergaan. Ik heb in de wachtkamer (kelder van de bestralingsruimte) een spreuk gezien die we allemaal maar ter harte moeten nemen:

“IK MAAK ME GEEN ILLUSIE, MAAR IK BLIJF EEN OPTIMIST” (Jules Deelder).

 Neem dit standpunt ook maar in. Ik heb deze spreuk nu ook aan de muur hangen en af en toe moet mijn vrouw mij er even op wijzen.

Ik wens alle lotgenoten heel veel sterkte toe.

 

Erasmus MC: Daniel den Hoed Oncologisch Centrum

Inmiddels is het nu september 2013, heb een aantal bezoeken bij de KNO arts oncoloog, radioloog en diëtiste afgelegd. Vooralsnog zijn er geen ernstige afwijkingen geconstateerd. Wel moet ik in december nog een scopie ondergaan, maar dat zien we dan wel weer.

4

Nog even het resultaat van de operatie, dat is mij alleszins meegevallen. De wond  is nauwelijks meer zichtbaar. Al had ik dat het ergste niet gevonden. De verdikking onder mijn kin is wel iets zichtbaar, maar dat is de “leeftijd”zullen we maar zeggen. Duidelijk is ook dat de baardgroei rond en onder mijn kin verdwenen is.

Mijn dank voor de bijzonder goede zorgen in de Daniël den Hoed kliniek, en ik heb er vertrouwen in dat ik de volgende 4 jaar remissie zonder verdere complicaties zal verlopen.

Leo van Staveren,
Hellevoetsluis, 22 september 2013.

Oktober 2013

14-10-2013
Even knopje omgedraaid
We zijn nu enkele weken verder al terug, en moet zeggen dat de ‘rust’ op gebied van ziekenhuis-gehol me wel goed doet. Al was het toch wel eerst zorgelijk terug: mijn longen voelde ik meer en meer achteruit gaan, maar in ’t ziekenhuis had de dokteres er dus niet echt verder bij stil gestaan, behalve dat ze me een test ging laten doen om de longcapaciteit te meten. Maar daar moest ik aan vijftal dagen op wachten, en ik voelde elke dag die longen slechter worden: eerst enkel ’s avonds hoesten, dan begon het al van ’s ochtends, dan begon het pijnlijk te worden, en ik dan voelde ik die pijn steeds dieper gaan, enz enz. En dat allemaal op een dag of drie é. Tegen de zaterdagochtend hield ik het niet meer, en heb dan de dokter van wacht opgebeld. Die luisterde ook, zei ook dat hij geen aanwijzingen op infecties kon horen, maar gaf me toch antibiotica, voor alle zekerheid. Ook zei ik hem dat ik verrast was dat het zo snel merkbaar achteruit ging. Hij antwoordde dat dat voor longen niet zo uitzonderlijk was: die kunnen op enkele uren tijd heel erg veranderen. Oef, voelde me toch wat minder een aansteller dan! En gelukkig maar, dacht ik achteraf: tegen zondagavond was er al een pak verbetering te merken en had ik terug een beetje een ‘normaal’ gevoel in de borstkas.

Ik was echt ongerust omdat ik me tot doel gesteld had een weekendje naar zee te gaan, bij mijn beste vriendin en m’n petekindje. Had ze al zo lang niet gezien, het vorige bezoek was al half in duigen gevallen omwille van die chemo die toen uitgesteld werd, en ik wou écht de zee nog es zien. En ik weet ook dat ik dat niet in het midden van de winter moet gaan doen é. En dan zeg ik nog niet wat we allemaal wel denken é, over laatste wensen en zo…. Heb er niet veel, maar dat was er wel nog ééntje van J

Dus die longen ergerden me serieus, want ik wist als het niet verbeterde, dat mijn weekendje in ’t water ging vallen. Ik wachtte een beetje om alles beginnen te regelen, maar toch: ik keek er enorm naar uit. Wou eerst per trein gaan (in alle hoogmoed en euforie dacht ik dat wel aan te kunnen, hoe naïef), tot een vriendin me zei: Ilse, zou je dat wel doen? Ik wil je echt wel brengen en komen halen, hoor… Nu ja, mijn onafhankelijke aard had dus eerst aan openbaar vervoer gedacht, maar was toch blij dat ze dat zei: was alsof er ineens nog een andere optie mogelijk was: me laten brengen… Soms denk ik echt: Ilse, waarom denk je daar nu zelf niet aan? Overkomt me ook vaak met andere dingen hoor J

Dus ja: optie vervoer : ok. Maar ik wou niet dat ze tweemaal dezelfde lange route moest gaan doen, heen en terug dan nog. Dus had op facebook een oproepje gedaan of er nog andere kandidaten waren? Ik dacht: baat het niet, schaadt het niet! En wat ik merk op die manier: er reageren mensen waar je het anders misschien niet aan zou vragen, niet aan zou denken, of niet van zou weten dat ze dat voor je willen doen… En wat was ik blij dat alles geregeld was: ik heb een superweekend gehad!!

Heb nog een volledige massage als cadeautje er bovenop gekregen, dus was de energiemeter al wat hoger, en de lieve zorgen van mijn petekindje en mijn vriendin hebben ook deugd gedaan. Niet dat er thuis niet voor me gezorgd wordt hoor, het was gewoon effe ‘vakantie’ snap je? We hebben zowel zaterdag als zondag een wandelingetje gedaan op de dijk (al bleef wandelen bij mij redelijk beperkt, maar toch), ijsjes gegeten (ja mama, het was een ik-zondig-weekend, sorry J ), en ik heb rustig op het strand kunnen zitten, genieten van de geur en het geluid van de golven, de frisse lucht opgesnoven en ineens ten volle begrepen waarom men zegt dat zeelucht heel gezond is voor mensen met problemen aan de luchtwegen.  In vergelijking met thuis heb ik niet eens echt veel gehoest, had meer longinhoud precies, en meer energie. ’s Avonds was ik wel moe van al die gezonde lucht, maar een dutje lostte dat op zodat we het toch erna nog gezellig hadden. Het was eigenlijk een weekendje dat zo eenvoudig was, maar net daardoor zo enorm deugddoend! Het was ook het laaste weekeind met mooi nazomer-weer, je kon echt op het strand zitten in een trui, zonder een zuchtje wind. ZALIG!!

We hebben ook een deel foto’s genomen aan de golfbreker, was wel met een dubbel gevoel terug. Zeker voor mijn petekindje. Hij is nu 14; heeft twee jaar geleden z’n zus verloren en heeft daar nog veel moeite mee. En nu begint hij ook te beseffen dat z’n meter wel héél erg ziek is. Hij wil het eigenlijk niet bevestigd horen, maar hij is verstandig genoeg… En zo begint het ook te gaan bij de andere kids: de kinderen van David beginnen het ook te beseffen, en m’n neefje ook. En hoe hard het ook is voor de kinderen, ergens ben ik er wel blij om dat ze beginnen te weten dat ik niet ga genezen. Was altijd ongerust dat ik op een onbewaakt moment iets verkeerds ging zeggen, waardoor ze te hard zouden schrikken. Of dat ze later boos zouden zijn omdat we het verzwegen hadden. Nu gaat dat stilaan op z’n plooi komen denk ik, en dat voelt toch ‘rustiger’ als ik met ze omga.

Eenmaal thuis gekomen had ik er nog energie van: heb zelfs de strijk even willen afwerken. Toch al een ganse tijd geleden dat ik nog een strijkijzer vast gehad had, maar heb halfweg de strijd toch moeten staken J Maar het voelde als een overwinning: ik ben nog niet ten einde!

En wat de dagen erna nog betrof: ik heb de knop van de ziekte even kunnen omdraaien, had voor mezelf soms af en toe het gevoel dat ik misschien toch nog ging genezen? Het weekendje had me zo erg mentaal een boost gegeven, dat ik het een beetje té positief inzag. Maar het was wel eens een verademing, want de laatste drie weken of zo ervoor, waren te duister en te zwart in mijn hoofdje. Niet dat dat niet kan, het is ook wel nodig, die ruimte moet er zijn, maar zo eens een lichtere kijk was een welkome afwisseling. Nu beginnen we opnieuw een week van ziekenhuisbezoek: heb een PET-scan en een doktersafspraak lopen, en dus wordt het weer meer realiteit.

Weer tijd voor de K-planeet, maar ik kijk toch nog alle dagen achterom naar mijn zee-gevoel. Dat kunnen ze me niet meer afnemen é 😉

15-10-2013
Ocharme ‘t ventje…
En terwijl ik aan zee was, was het voor David een veel minder leuk weekendje. We hadden het er de week ervoor een paar keer over gehad: dat het misschien goed was voor hem om wat tijd alleen voor zichzelf te hebben. Ik merkte aan hem dat de stress weer steeg, maar hij kan niet wenen of niet tonen wat het met hem doet, als ik in huis ben. Iets houdt hem tegen om mij de diepte van z’n verdriet te laten zien, hij voelt de drang om sterk te zijn voor mij. Ik zeg hem vaak dat dit niet hoeft: we zijn toch samen in goede en slechte tijden zoals ze zeggen, en ik wil er ook voor hem kunnen zijn. Maar ik begrijp ook dat hij niet zomaar die knop kan omzetten, dat het wat makkelijker gaat als hij wat tijd voor zichzelf heeft.

Ik heb begrepen dat het een weekend geworden is van tranen en verdriet, van angst en frustratie…

Maar als ik zag hoe hij was als ik thuis kwam: stond me in de deur op te wachten, heb enorme dikke knuffels gekregen de dagen die volgden, hij was blij als een kind dat ik terug thuis was, de liefdesemmer liep effe over J

Dat doet me dan zoveel plezier, ik besef dan nog maar eens hoe veel ik van hem hou, en hoe toevallig het is dat ik hem in mijn leven gekregen heb. Maar eveneens hoe zwaar het voor hem is, en zal worden. En dat is potverdorie ook vree pijnlijk!

November 2013  
Deze maand heeft Ilse geen blog geschreven.

Website van Danny over kaakkanker en zijn klosptrothese

 

December 2012

Mag ik mij even voorstellen, mijn naam is Danny van der Weck, ben geboren in 1964 en woonachtig in Dordrecht.
In december 2012 werd bij mij de diagnose kanker vastgesteld, deze kwam bij mij voor in de rechter bovenkaak, gehemelte, nabij neusholte en wang. Als gevolg van een operatie op 20 februari 2013 ben ik nu de “trotse eigenaar” van een zogenaamde klosprothese.

Omdat ondergetekende best veel gezocht heeft op het internet over kanker in het bovenkaak gebied en er relatief weinig info over heeft kunnen vinden leek het mij een goed idee om er een homepage over te maken. Enerzijds als ondersteuning aan anderen die hetzelfde lot hebben en/of moeten ondergaan. Anderzijds is het zo dat van je afschrijven een bezigheid kan zijn om je eigen ziekte te verwerken. Ik moet er bij vertellen dat de gevoelsbelevenis van persoon tot persoon verschillend is. Wat ondergetekende als onplezierig ervaart kan bij de ander meevallen en vice versa. Het verhaal dient dan ook voornamelijk als ondersteunend en informatief. Verder wordt soms ook de problematiek van het begeleiden en informatievoorziening onder de loep genomen. Zelf heb ik, logischerwijs, de nodige problemen ondervonden waarvan een aantal, naar mijn mening, met betere voorlichting voorkomen hadden kunnen worden. Rest mij te schrijven dat ondergetekende geen dokter en/of professioneel romanschrijver is.

Als er nog vragen zijn, tips, handige links of je wilt je mening over bepaalde zaken geven doe dit gerust via E-mail (info@klosprothese.nl) of het gastenboek.

Scroll naar beneden om verder te lezen of klik op: Danny / kaakkanker

Hoe het begon

Ik kreeg in september vorig jaar last van een kies rechts in de bovenkaak. Natuurlijk naar de tandarts, deze heeft een foto gemaakt en gezegd dat ik moest spoelen en een maand later moest terug komen. Ik moet er even bij vertellen dat op de plaats van kiespijn twee jaar eerder een kies was getrokken. Dit was het enige missende deel van mijn gebit.

Na een dag of tien spoelen voelde ik waar de oude kies getrokken was iets raars wat na enige dagen wrikken en wroeten met de tong eruit kwam. Samen met mijn vrouw Sandra onder fel licht gekeken wat het was. Samen kwamen tot de conclusie dat het oud stukje verkalkt wondgaas was van 2 jaar terug. Het witte stukje kalk had een raster (#) van ongeveer een halve cm doorsnede. Dit hebben wij later aan de tandarts als ook het behandelde ziekenhuis en chirurg doorgegeven. Volgens hen is het onmogelijk geweest dat een dergelijke substantie zolang opgesloten in mijn kaak heeft gezeten. Misschien denk je nu bij je eigen … Nou en!! Zelf zijn we later op het Internet op onderzoek uit gegaan en er achter gekomen dat vreemde, lees niet lichaam eigen, stoffen/substanties tumoren kunnen veroorzaken. Maar ja, misschien hebben wij het verkeerd….

Na zo’n 2 á 3 weken begon nog een kies pijn te doen (allebei de  kiezen  links en rechts van de oude al getrokken kies) dus de afspraak vervroegd en gevraagd of zij getrokken konden worden. Weer foto gemaakt, 1 van de 2 kiezen werd getrokken. Op de vraag waarom de andere niet? werd gezegd dat het een rommeltje zou worden en dat met de tweede kies maar een maand gewacht moest worden. Nou die maand heb ik niet volgehouden dus na twee weken ging de andere kies eruit.Omdat ik last bleef houden en de pijn zich begon uit te breiden richting verstandskies en mijn gehemelte, heb ik via mijn huisarts een verwijzing naar een kaakchirurg gevraagd. Deze weigerde en zei dat ik het moest regelen met mijn tandarts. Weer terug naar die man, zucht….  Zelf heb ik het idee dat spreiden van afspraken voor die man een beter kostenplaatje in zijn voordeel zou opleveren dan voor de gezondheid van mij.

We zijn inmiddels in december aangeland en op afspraak bij een kaakchirurg in Zwijndrecht. Deze goede man geeft aardig wat verdoving en is van plan de verstandskies en, ik geloof, nog een andere kies te extraheren. Vanaf het begin dat hij begint te snijden hoor ik de ene oeh en ahh… wat is dit, en ga zo maar door. Het kwam er in ieder geval op neer dat deze man sinds zijn afstuderen in 1974 nog nooit zoiets had gezien. Op de vraag van zijn assistente of dat hij nou wel niet erg dicht bij mijn oogkas zit te schrapen wordt geantwoord, “ik moet wel, dat gelei/suikerachtige bruine spul moet verwijderd worden”. Er werd ter plekke wat monsters genomen van mijn weefsel en een spoedtransport daarvan naar een patholoog geregeld. Tussendoor  probeerde men, tevergeefs, met hulp van een andere assistente contact te leggen met specialisten van het Erasmus MC in Rotterdam….

Nadat ik later van mijn vrouw hoorde, ja zij mocht meekijken, is de man ongeveer een uur bezig geweest met snijden, harken en schrapen in mijn kaak. Al deze tijd had ik, hoe verstandig, mijn ogen dicht gehouden. Tussendoor werd ik flink misselijk, logisch zei mijn vrouw, er werd zoveel bloed afgezogen dat de toevoer daarvan weer op gang kwam nadat men mij op de tandartsstoel nog schuiner naar achteren had gekieperd. De avond, nacht en de daar op volgende dag niet kunnen slapen. Ik zal er eerlijk bij vertellen dat ondergetekende thuis de emoties en heftige pijn niet meer de baas kon zijn. Je wenst het dan ook niemand toe om een dergelijk uurtje onder volledig bewustzijn mee te maken.

Twee dagen later werd ik op een zaterdagmiddag gebeld door de kaakchirurg. Hij zei, “ga zitten ik heb slecht nieuws voor u….”. Het bericht kanker, hoe naïef kun je zijn, sloeg in als een bom….

De behandelend kaakchirurg, dhr. W.F.C. Hogewind, heeft in de navolgende tijd nog enkele keren contact met mij opgenomen om te vragen hoe het ging. Deze betrokkenheid stelde ik zeer op prijs.

December 2013

Laatste weken
hier een verslag van de laatste weken van ilse haar behandeling..

ja..jullie zullen al begrepen hebben dat dit niet door ilse zelf geschreven word maar wel door haar mama..

Ilse heeft na allerlei kleine onderzoeken een opnameweek gehad in erasmus van 28 oktober tot 30 oktober
waarbij men een stent wou plaatsen in haar luchtpijp om haar het ademen gemakkelijker te maken.;deze is spijtig genoeg niet kunnen doorgaan.dezelfde week is er wel nog bestraald in haar hoofd waar ondertussen drie metastasen zaten..

toen we op 5 november naar de afspraak met de behandelende oncoloog gingen kregen we daar te horen dat er geen verdere behandeling meer mogelijk was..
Dit was zowel een schok als een opluchting..voor ilse..was ze was moe.en was de behandelingen en het geloop echt beu..

Nu ze dit wist wou ze van haar laatste weken zoveel mogelijk genieten..mensen zien die ze echt graag zag en dingen doen die ze nog wou doen. zo is ze nog op bezoek geweest op 10 november zodat we samen met de broers en aanhang een hele gezellige namiddag gehad hebben.. en in de daaropvolgende week is er iedere dag wel iemand bij haar op bezoek geweest.. met als afsluiter  op zaterdag 23 november haar petekind met mama, ouders david en wijzelf.. en toen ik haar vroeg of het niet te vermoeiend was zei ze nee mama, ik ben blij dat we allemaal op leuke manier samen zijn..

op zondag heb ik nog een héél lief en tof gesprek met haar gehad..maar toen ik het even moeilijk kreeg en zei dat het misschien één van onze laatste gesprekjes samen was antwoordde ze..mama..ik ben jaloers op jou..omdat jij het al begrepen hebt..ikzelf kan nog altijd niet geloven dat ik er binnenkort niet meer zal zijn..( toen wisten we nog niet dat dit wel héél dichtbij was) en ze was zo goed die dag.ik ging naar huis met goed gevoel..als we ze zo nog maar enkele weken kunnen hebben.

op maandag  had ik haar op de chat…en toen zei ze dat ze zo een moeite kreeg met haar ademhaling..het lijkt of ik op de himalaya  ben..toen ik ervan sprak om de dokter te bellen was het van.;ze komt toch morgen..we zien wel en ja…de arts is geweest..maar veel vroeger dan voorzien want ineens ging het héél slecht met haar…ze was rusteloos, had moeite met ademen..kreeg spuitje en toen dit niet hielp de morfinepomp.. ze bleef helder van geest..na een tijdje werd ze kalm en viel in slaap..om na een uurtje ineens wakker te schieten, zich recht te zetten en klaar en duidelijk de opmerking te maken dat ze veel bekijks had…waarop ze zich weer neerlegde en verder sliep..

we zaten allemaal rond haar, david, zijn mama, marcel, ikzelf en de verpleegster..
Ilse is terug gaan slapen, kreeg te hoge suikergehalte, kreeg nog medicijnen…verpleegster was er ieder uur..
Rond half vijf s’nachts is ilse gestopt met ademen..
ze is dus rustig en zonder pijn kunnen inslapen..wat voor ons héél belangrijk is..
we missen haar héél erg..

ze is op 4 december begraven..op het kerkhof dat ze zelf uitgekozen had..bij haar familie en vooral bij haar papa
er was héél veel volk, veel steunbetuigingen, en dat bewijst wat we al wisten.;dat ilse héél graag gezien was..
ook de benefiet die haar collega’s geplant hadden is doorgegaan..waarvoor onze dank..en nogmaals het bewijs dat men haar graag zag..

Ilse, mijn lievelingsdochter..we zien je graag!!!!!
voor altijd is er een lege plaats..die niet meer kan opgevuld worden..
bij david en familie, bij je broers en hun familie, je tantes , nonkels, neven en nichten, je vrienden, bij marcel.. en bij je MAMA…

Wie de familie zijn of haar medeleven wil betuigen kan dat hier doen of via de blog van Ilse.
Link naar de blog van Ilse

*09-02-1976    † november 2013

Een gewaarschuwd mens………..

Dag Marga,

Ik ben de mama van Ilse wiens blog je steeds las..
Het gaat redelijk met mij.. ondertussen is Ilse al drie maanden van ons weggegaan.. maar iedere dag word er aan haar gedacht.. en door zoveel over haar en haar ziekte na te denken dacht ik ineens eraan dat ik jullie mensen die ook met tong/mondkanker geconfronteerd geweest zijn misschien een kleine waarschuwing moet meegeven..

De arts van Ilse zei toen er longkanker werd vastgesteld dat er niet direct een link is met mondkanker maar dat de statistieken bewijzen dat een groot percentage van mensen met tong/mondkanker na verloop van jaren een longkanker ontwikkelen.;
dus wil je aub. de mensen vragen om op te letten en dat ze DIREKT bij arts langsgaan als ze iets vermoeden aan hun longen.. een hostje of zo.. want hoe vlugger erbij hoe meer kans..

Voila dit wou ik jullie meegeven.. ik wou jullie niet extra ongerust maken maar ik zou het mezelf niet vergeven als ik de vrienden/lotgenoten van ilse niet zou verwittigen/..

Het gaat jullie hopelijk allemaal goed..
knuffel van rita ( en van ons ilse)

Dag lieve mama van Ilse,

Hartelijk dank voor uw goede advies. Ik heb uw gastenboek bericht overgenomen en op mijn website geplaatst bij het verhaal van Ilse. Op die manier bereikt u niet alleen de lotgenoten maar iedereen die het verhaal van Ilse leest. Ik denk niet dat u de lotgenoten van Ilse ongerust maakt met uw bericht. We zijn stuk voor stuk allemaal toch wel ongerust als we iets voelen. Of we allemaal even oplettend zijn dat weet ik niet, ik denk van wel. Het is gewoon heel moeilijk om te bepalen wat  een ernstige klacht is en wat spoed heeft en wat niet.

Wat mijzelf betreft loop ik niet direct naar het ziekenhuis als ik iets voel. Wel hou ik iedere verandering heel goed in de gaten en neem ik mijn klachten serieus. U heeft gelijk met wat u zegt “hoe vlugger erbij hoe meer kans…”

Wat een verdriet heeft u te verwerken en wat goed dat u na 3 maanden al de moed heeft opgepakt om een berichtje op mijn website te plaatsen. Niemand van de mensen die het verhaal van Ilse gelezen heeft zal haar vergeten. Door haar verhaal te vertellen is ze ondanks de dramatische afloop een steun voor velen.

Ik wens u heel veel kracht en veel liefs toe,
Marga.

Klik om verder te lezen: mei t/m augustus

Gelukkig hebben we de foto’s nog

anke

28 april 2013

Een verslag van een drama dat niemand wil meemaken

WAAROM
Uitgelicht

Hieronder zullen telkens een of meerdere stukken uit mijn ‘boek’ over Anke’s ziekte tot aan haar dood worden geplaatst. Jarenlang heb ik getwijfeld of ik dat nou wel zal doen. Op 28 april heb ik de knoop doorgehakt en alvast enkele stukjes op mijn weblog geplaatst. Maar omdat dit voor verwarring zorgt, vindt u ze vanaf vandaag hier terug.

De stukjes die zij op haar weblog plaatste, gingen uiteindelijk steeds vaker over haar ziekte en juist die (nagenoeg alleen die) stukjes – zonder de reacties van haar lezers – waren voor mij uitgangspunt en kapstok om onze eigen herinneringen en gevoelens van toen te noteren. Ze zorgen, samen met de mailtjes of sms’jes die bewaard bleven, onze gesprekken met haar en onze ervaringen thuis, voor een lang verhaal vol emotie.

Het boek – een, twee jaar na haar dood geschreven – is, mét de berichten uit de categorie Persoonlijk van mijn eigen weblog (www.knollen4citroenen.wordpress.com), een eerbetoon aan onze onvergetelijke dochter die nu zes jaar lang iedere dag zeer wordt gemist: Anke.

Soms vragen mensen of ze het weblogadres mogen doorgeven. Ja, dit mag.

Klik hier om naar de persoonlijke weblog van Ankes vader te gaan  of

Scroll naar beneden om verder te lezen of klik op: intro 2013

 

Met toestemming van de schrijver heb ik (Marga) besloten om zijn hele verhaal compleet over te nemen op mijn website. Ik vind het namelijk heel bijzonder dat een vader vertelt over de ervaringen binnen het gezin met en over zijn zieke dochter. Nog niet eerder heb ik op het internet een blog gezien van iemand die zo dicht in relatie staat tot de persoon in kwestie en dat het dan ook nog over hoofd- halskanker gaat.

De groene schuin gedrukte teksten zijn citaten, meestal uit de weblog van Anke.

 

Na 12 jaar opnieuw keelkanker

261668_4277572477132_478481807_n[2]Lieve mensen,

Na 12 jaar moet ik jullie helaas meedelen dat 2015 wat gezondheid betreft een vreselijk jaar is en ik ben pas op de helft.

Voordat ik mijn verhaal vertel eerst een stukje voorgeschiedenis.
In augustus 2002 werd bij toeval keelkanker gevonden tijdens een routineonderzoek. Na een zware operatie in mijn keel en radicale halslymphfklierendissectie volgde nog 30 bestralingen.

Ik kreeg in september 2014 pijn links achter in mijn mond. Het bleef maar zeuren.

*27-03-1946 – †28-02-2018


Begin oktober 2014 zijn we 2 weken naar de Auvergne geweest naar mijn broer en zwager die daar wonen. We hadden een chaletje aan een meer gehuurd zodat ik mijn eigen dagritme kon voortzetten. Toch ben ik voor alle zekerheid eerst nog naar de bijzondere tandheelkunde gegaan om mij te laten onderzoeken. Ze hebben een aantal foto’s gemaakt en doorgestuurd naar mijn kaakchirurg. De pijnlijke plek kwam niet van de gebitsprothese, maar zat erachter. Ik werd gebeld dat het goed was.

Op 24 oktober 2014 had ik een controle afspraak met dr. Dieleman, zo heet mijn kaakchirurg. Hij heeft opnieuw naar de plek gekeken en zei wel dat het in de gaten gehouden moest worden. Mijn mond en keel gingen steeds meer pijn doen en als ik met de spiegel inspecteerde zag het verhemelte er rood uit maar ik kon de boosdoener niet zien. Ik besloot weer een vervroegde afspraak te maken omdat ik het niet vertrouwde.

De afspraak was op 9 december 2014 en er werd meteen een biopt gemaakt. Op 12 december zou ik gebeld worden voor de uitslag. Er belde niemand en heb ik zelf gebeld. Ik werd doorverbonden met een andere arts en die vertelde dat het een ernstige dysplasie was. Het was wel heel erg schrikken en ik voelde dat het niet goed was. Ik slaap heel veel en voel me niet lekker.

Mijn bloeddruk was bij controle te hoog en ook mijn pols was 101. De assistente moet boven de 110 de huisarts erbij halen. Na een maand weer controle. De bloeddruk was lager maar de pols 125. De dokter erbij en heeft mij bloed laten prikken op de schildklier functie en op ontstekingen. De uitslag moet nog komen.

Ernstige dysplasie
Dat is de diagnose na een biopt in de keel. Ernstige dysplasie is een voorstadium van kanker en moet operatief behandeld worden. Vanmorgen ben ik naar de kaakchirurg geweest voor het behandelplan. Mijn eigen kaakchirurg was er niet, maar deze kaakchirurg legde alles ook heel rustig en duidelijk uit. Omdat de plek op een moeilijke plaats in de keel zit moet er algehele narcose plaats vinden. De operatie zal ongeveer 1 uur duren. Daarna zal ik een week een maagsonde krijgen totdat ik weer kan slikken.

Er zijn een aantal medische foto’s gemaakt. Eerst naar de anesthesist om te kijken of mijn conditie goed genoeg is om een narcose te kunnen geven. Mijn algehele conditie is heel slecht maar ik mag geopereerd worden. De eerste week van januari word ik ingepland voor behandeling.

Ernstige dysplasie, de 2e operatie in mijn keel

Dinsdag 6 januari
Op dinsdag 6 januari werd ik om 14 uur op de afdeling hoofd/hals/kaak chirurgie verwacht. Ik kwam op een 4 persoon kamer te liggen. Er werden controles gedaan en voorbereidingen getroffen voor de operatie die de volgende dag woensdag 7 januari om half 12 zou plaats vinden. Ik werd om 11 uur naar de OK gebracht en moest een tijdje wachten. Ik voelde me voor mijn doen vrij rustig of beter gezegd “gelaten”. Omdat de mondopening niet wijd genoeg was zou ik eerst een scoop (slangetje) in mijn keel krijgen (zonder verdoving) om te kijken of de mond wijd genoeg was voor intubatie. Intubatie is het aanbrengen van een buis (endotracheale tube) in de luchtpijp ten behoeve van beademingsapparatuur. Deze handeling is mij totaal ontgaan en achteraf kon ik gewoon onder narcose gebracht worden.

Na ruim 2 uur werd ik wakker gemaakt . Ik kon niets zien omdat er allemaal vaseline op mijn ogen was gesmeerd. Zo kon ik de dokters niet in de ogen kijken die mij geopereerd hadden. Er is een stuk weefsel helemaal achter in de keel weggesneden en de wond is niet gesloten. De chirurg zei dat dit een betere optie was dan het te bedekken met een lapje uit mijn been. Ook was er geen maagsonde geplaatst. Meevallers dus? Nee, dat viel tegen. De pijn was heftig en slikken was ook heel pijnlijk.

Na 2 dagen voelde ik me ziek. De wond zag er goed uit. Dat kon het niet zijn. Verhoging, galbraken en barstende hoofdpijn, gepaard gaande met misselijkheid, waren de verschijnselen. Toen bleek dat ik Zaldiar slikte waar behalve paracetamol ook tramadol in zat, zei dr. Dieleman dat tramadol niet samengaat met morfine die ik de eerste dagen kreeg toegediend. Het pijnteam zou met mij overleggen welke andere pijnmedicatie ik kreeg. Ik kreeg oxycolon 5 mg. Langzaamwerkend  2x en snelwerkend zonodig 6x (bij aanval van erge pijn). Samen met 4 x daags 1000mg paracetamol. Met  de Zaldiar moest ik tijdelijk stoppen. Dit kostte me 2 dagen extra ziekenhuis verblijf. Toen de stoelgang ook niet op gang wilde komen kwam er nog 1 dag bij. De verpleging was voortreffelijk!

De zaalarts minder, omdat die verantwoordelijk is voor de goede medicatie. Ook was hij vergeten een recept voor antibiotica mee te geven. De apotheek in Groesbeek meldde dat ik bij deze antibiotica geen simvastatine (cholesterolverlager) mocht slikken, wat ik al wel 6 dagen in het ziekenhuis gekregen had. Vandaar dat ik zo ziek geworden was. Geen excuses. Ook had ik een recent medicijnpaspoort meegenomen. De zaalarts voert de medicatielijst op de PC  voor de verpleging in.  Daar was ook een middel dat hij maar 1x per dag 2 tabletten had ingevoerd in plaats van 2x per dag 2 tabletten. De dienstdoende verpleegster belde hem en bij hoog en bij laag zei hij dat het maar 1 x per dag was. Hij kwam zelfs mijn medicijnpaspoort halen om het alsnog na te kijken. Ik zei tegen hem dat hij dan maar mijn apotheek in Groesbeek moest bellen. Natuurlijk had ik gelijk, maar geen excuses. Van 6 uur in de ochtend tot middernacht is er constant roering op de kamer dus thuis maar bijtanken.

Controle kaakchirurg 16 januari
Het weefsel dat de kaakchirurg uit mijn keel heeft gesneden is onderzocht. Daarin zat een kleine kwaadaardige tumor. Ik schrik en begin meteen te huilen. Hier had ik echt niet op gerekend. Wat nu? Dokter Dieleman maakt een tekening van de tong. Ik moet weer geopereerd worden. Er wordt rondom de plek van de vorige operatie een rand weg gesneden. Dan wordt er een stukje tongweefsel op gelegd. Het tongweefsel is goed doorbloedt en dat zal de genezing bevorderen. Wonden in bestraald gebied genezen heel langzaam. Dit is het technische verhaal.

Ik heb nog heel erg veel pijn. Eten en drinken  is een opgave, zowel de wond (die niet gesloten is) als het slikken gaat moeizaam. Ik mag nog meer pijnstillers. Eerst moet de wond genezen zijn voordat er geopereerd mag worden. Over 3 weken moet ik terug komen en dan wordt er, als alles goed is, een datum  geprikt voor de volgende operatie. Ik slaap erg veel en lig de meeste tijd op bed of de bank.

Bijna 3 weken later,  zaterdag 24 januari
Eindelijk heb ik wat energie om het verloop van het herstelproces te beschrijven. Wat een zware weken waren dit. Echt heavy. Vooral de pijn overheerste de eerste 2 weken na de operatie. Pijn van de wond, pijn bij het slikken en ook nog een opvallende necrosepijn die ik niet kan plaatsen. De necrose van het kaakbot was het laatste half jaar rustig en na de operatie komt het weer opvallend opzetten. Sinds gisteren kan ik met 2 pijnstillers ( oxycodon 5 mg) minder. Heb al die tijd het maximum aantal nodig gehad. De necrosepijn blijft continu voelbaar. Slikken kan ik nu zonder al teveel pijn. Het eten gaat zonder tandprothese in wel lastig, maar het smaakt goed en ik kan nu meer van de smaak genieten. Ik ben 2 kg afgevallen, ondanks het bijna dagelijks gebruik van (slagroom)taart. Eten koken gaat heel moeilijk en dat vind ik echt erg, maar ik laat me verwennen door Jac en Joke die met allerlei lekkere gerechten aan komen zoals pompoensoep, bami, macaroni, erwtensoep. Nog steeds slaap ik erg veel, zowel overdag als ‘s nachts. Heftige dromen!

Thoraxfoto, woensdag 21 januari
Woensdag 21 januari moest ik een thoraxfoto laten maken en een echo van de hals. Ik vroeg aan de radioloog waar hij naar zoekt bij de echo. Naar lymfeklieren die in 2002 verwijderd waren. Misschien was niet alles weg. Op de altijd pijnlijke plek op mijn linker onderkaak zag hij iets wat hij niet kon plaatsen. Na overleg met zijn meerdere is besloten dat het de volgende dag in het teamoverleg besproken gaat worden. De kans bestaat dat ik nog een CT scan krijg. Woensdag 28 januari heb ik een gesprek met dr. Dieleman. Ook wordt er informatie opgevraagd in de VU waar ik in 2002 een commando operatie heb gehad en 30 bestralingen. Kortom; nog veel onzekerheid.

Afspraak bij dr. Dieleman, woendag 28 januari 14.30uur
Het was niet druk op de poli en na 20 minuten wachten was ik aan de beurt. Hoe gaat het momenteel. Ja, ik heb heel veel pijn gehad en nog steeds heb ik veel pijnstillers nodig. Dat vindt hij geen punt. Ik mag gewoon hiermee doorgaan. Het zit ook op een hele lastige plek, zei hij. Laat ik maar even kijken. Met zijn pincet of hoe noem je zo’n haakje, zat hij te prikken in het slijmvlies. Au! Het zag er verder goed uit. Dan gaan we nu nog een longfoto maken en een echo. Dat heb ik al gehad, zei ik. De longfoto was goed maar op de echo van de hals en kaak was wat te zien. Daar ging hij meteen over bellen met de radioloog. Morgen word ik  gebeld wanneer ik voor een MRI terecht kan. Aan de hand van de uitslag daarvan gaan ze me inplannen voor de operatie.

Een maand vol onzekerheid

Controle kaakchirurg 16 januari
Het weefsel dat de kaakchirurg uit mijn keel heeft gesneden is onderzocht. Daarin zat een kleine kwaadaardige tumor. Ik schrik en begin meteen te huilen. Hier had ik echt niet op gerekend. Wat nu? Dokter Dieleman maakt een tekening van de tong. Ik moet weer geopereerd worden. Er wordt rondom de plek van de vorige operatie een rand weg gesneden. Dan wordt er een stukje tongweefsel op gelegd. Het tongweefsel is goed doorbloedt en dat zal de genezing bevorderen. Wonden in een bestraald gebied genezen altijd heel langzaam. Dit is het technische verhaal.

Ik heb nog heel erg veel pijn. Eten en drinken is een opgave, zowel de wond (die niet gesloten is) als het slikken gaat moeizaam. Ik mag nog meer pijnstillers. Eerst moet de wond genezen zijn voordat er geopereerd mag worden. Over 3 weken moet ik terug komen en dan wordt er als alles goed is een datum geprikt voor de operatie. Ik slaap erg veel en lig de meeste tijd op bed of bank.

Bijna 3 weken later,  zaterdag 24 januari
Eindelijk heb ik wat energie om het verloop van het herstelproces te beschrijven. Wat een zware weken waren dit. Echt heavy. Vooral de pijn overheerste de 2 weken na de operatie. Pijn van de wond, pijn bij het slikken en ook nog een opvallende necrosepijn, die ik niet kan plaatsen. De necrose van het kaakbot was het laatste half jaar rustig en na de operatie komt het weer opvallend opzetten. Sinds gisteren kan ik met 2 pijnstillers ( oxycodon 5 mg) minder. Heb al die tijd het maximum aantal nodig gehad. De necrosepijn blijft continu voelbaar. Slikken kan ik nu zonder al teveel pijn.

Het eten gaat zonder tandprothese in wel lastig, maar het smaakt goed en ik kan nu meer van de smaak genieten. Ik ben 2 kg afgevallen, ondanks het bijna dagelijks gebruik van (slagroom)taart. Eten koken gaat heel moeilijk en dat vind ik echt erg, maar ik laat me verwennen door Jac en Joke die met allerlei lekkere gerechten aan komen zoals pompoensoep, bami, macaroni, erwtensoep.

Nog steeds slaap ik erg veel, zowel overdag als s’nachts. Heftige dromen!

Thoraxfoto en echo op woensdag 21 januari
Ik moest een thoraxfoto laten maken en een echo van de hals. Ik vroeg aan de radioloog waar hij naar zoekt bij de echo. Naar lymfeklieren, die in 2002 verwijderd waren. Misschien was niet alles weg. Op de altijd pijnlijke plek op mijn linker onderkaak zag hij iets wat hij niet kon plaatsen. Na overleg met zijn meerdere is besloten dat het de volgende dag in het teamoverleg besproken gaat worden.

De kans bestaat dat ik nog een CT scan krijg. Woensdag 28 januari heb ik een gesprek met dr. Dieleman. Ook wordt er informatie opgevraagd in de VU waar ik in 2002 een commando operatie heb gehad en 30 bestralingen. Kortom; nog veel onzekerheid.

Afspraak bij dr. Dieleman. Woendag 28 januari.14.30 uur
Het was niet druk op de poli en na 20 minuten wachten was ik aan de beurt. Hoe gaat het momenteel. Ja, heel veel pijn gehad en nog steeds heb ik veel pijnstillers nodig. Hij vindt het geen punt. Ik mag gewoon doorgaan hiermee. Het zit ook op een hele lastige plek, zei hij. Laat ik maar even kijken. Met zijn pincet of hoe noem je zo’n haakje zat hij te prikken in het slijmvlies. Au! Het zag er verder wel goed uit.

Dan gaan we nog een longfoto maken en een echo. Dat heb ik al gehad, zei ik. De longfoto was goed en op de echo van de hals en kaak was wat te zien. Daar ging hij meteen over bellen met de radioloog. Morgen word ik  gebeld wanneer ik voor een MRI terecht kan. Aan de hand van de uitslag daarvan gaan ze me inplannen voor de operatie.

Kwaadaardige tumor, de 3e operatie in mijn keel

Operatie 3 in de keel op woensdag 25 februari om 11.30 uur
Dinsdag 24 februari 2015 werd ik om 14 uur verwacht op de afdeling hoofd/hals chirurgie in het Radboud ziekenhuis in Nijmegen. Ik kreeg een 1 persoon kamer waar ik erg blij mee was. De operatie was gepland op woensdag 25 februari om 11.30 uur, een memorabele datum voor mij. Op die dag is mijn zus overleden in 2000 en is de broer van Hessel jarig. Om 7 uur kwam er een zuster die zei dat ik me moest douchen en meteen het operatiehemd aan doen. Ook wilde ze het insuline infuus prepareren. Ik zei: Pardon? Ik gebruik geen insuline. Goed opletten dacht ik. Later bleek dat het een vergissing was.

Rond 11 uur werd ik naar de OK gebracht en op mijn gemak gesteld door het voorbereidend personeel. Er werd weer een infuus ingebracht wat na de 2e prik lukte. Voor de operatie moest ik op het OK bed gaan liggen en werd ik,  omringd door een heel team, ondervraagd over wat er ging gebeuren. Toen ik 3 uur later wakker werd op de uitslaapkamer  was de pijn ondraaglijk. Alsof er messen door mijn keel sneden. Het duurde een uur voordat de pijn acceptabel was. Ik kreeg een morfinepomp in mijn handen en kon elke 3 minuten hier op drukken. Ook had ik een maagsonde gekregen.

Toen ik op de afdeling terug kwam moest ik weer naar de röntgenafdeling om een thorax foto te laten maken om te kijken of de sonde ver genoeg in de maag zat. Gelukkig wel. De oncoloog/kaakchirurg kwam me vertellen hoe het gegaan was. Het was een moeilijke operatie geweest. Er moest veel meer weg gesneden worden dan men gedacht had. De kwade plek zat heel diep in mijn keel en hij kon er niet helemaal bij. Hij kon dus niet garanderen dat alles weg was. Ook had hij buiten een stuk tong,  het wangzakje moeten gebruiken als wond bedekking. Geen leuk bericht dus. Hessel en Oscar waren ook bij dit gesprek.

Mijn tong voelde heel dik aan. Ik kon bijna niet praten. Ik liet alles over me heen komen en was in shock. Zou het dan weer tevergeefs zijn? De eerste prioriteit was nu om de pijn onder controle krijgen. Ik kreeg naast de pomp nog spuitjes morfine ingespoten als het nodig was. En nodig was het!!!

Ik heb 9 dagen in het ziekenhuis gelegen. De pijn was moeilijk onder controle te krijgen. Het pijnteam kwam dan ook (bijna ) dagelijks bij me om te vragen hoe de pijn was. Na  een dag of 5 ging de morfinepomp eraf en kreeg ik 2 soorten morfine tabletten. Kortwerkende en langzaam werkende. Voor ik naar huis ging kreeg ik fentanyl morfine pleisters. Eerst 25 microgram  en later nog 12 microgram erbij. Daarnaast  nog morfinedrank. Indien nodig bij erge pijn in te nemen, 6×2 ml per keer. Voordat ik naar huis mocht moest ik weer leren slikken en genoeg eten en drinken. Dat kreeg ik in 1 dag voor elkaar en toen kon de maagsonde eruit.

Weer thuis op donderdag 5 maart
Ik heb morfinepleisters, morfinedrankjes en 4 x 1000 mg paracetamol. Ik heb heel veel pijn gehad in het ziekenhuis en een aantal dagen aan de morfinepomp gelegen. Sinds een paar dagen is de pijn wisselend. Dan nog de medicatie die ik al jaren slik: 2 soorten zenuw-pijnstillers, bloedverdunner, maagbeschermer, cholesterolverlager en bloeddrukverlager.

De operatie is niet gelukt. Het operatiegebied was groter dan verwacht en voor de chirurg zat het zo diep dat hij niet alles weg heeft kunnen snijden. Er is een stuk tong weggehaald om de wond te bedekken en ook nog wangzak weefsel. De uitslag was dus ook niet goed. Weer ernstige dysplasie!!! Ik ben vandaag ruim 10 dagen thuis. Het was en is nog steeds heel erg zwaar.

Dinsdag 10 maart, controle bij de oncoloog verpleegkundige
Ze vroeg hoe het met mij ging. Ik zei, niet zo goed. Dat dacht ik al te zien, zei ze. Ik begon te huilen en ze zei; laat maar gaan. Dat is goed. Er is ook zoveel gebeurd. Ze haalde mijn kaakchirurg erbij om te kijken hoe het eruit zag. Hij inspecteerde mijn mond. Het heeft lange tijd nodig om te helen zei hij. Er is daar bestraald en dat geneest heel langzaam. Het heeft zeker 2 maanden nodig. Er zit heel veel plaque dus ik moet goed spoelen met perio-aid. Verder vond hij het er goed uitzien. Achterin kan ik geen prothese meer in mijn mond hebben. Ik voel mij verminkt en heb nu 2 stukken tong in mijn mond.

Ik heb een dagtaak aan het eten, medicatie innemen en slapen. Ik slaap gelukkig heel veel. Om 7 uur begin ik met mijn medicatie en kan dan om 8 uur ontbijten met Hessel. Daarna ga ik mijn email bekijken en dan rond half 9 weer naar bed. Dan slaap ik nog 2 uurtjes. Daarna kan ik 2 uurtjes in huis rommelen en bedenken wat we gaan eten. Meestal een boterham zonder korst met amandelpasta, kaas of omelet en een beker melk.

Dan ga ik weer 3 uurtjes naar bed, gevolgd door samen  koffie of chocolademelk drinken. Dan eten  koken en eten. Van 6 tot 8 uur kan ik dan op de bank wat tv kijken. Om 8 uur samen koffie drinken en dan weer naar bed waar ik verder tv kijk. Tussendoor neem ik een smoothie, yoghurt of kwark.

Het herstel

Herstel vanaf april
De  laatste 6 weken heb ik als een kluizenaar geleefd. Ik wilde alleen maar rust en af en toe een kort bezoekje van familie. Ik heb wel veel telefoontjes en mooie beterschap kaarten ontvangen. Elke dinsdag ga ik naar de aardige oncoloog verpleegkundige Heidi voor controle van de mond. Mijn wang was weer erg rood geworden en dr. Dieleman werd erbij gehaald. Ik “mag” weer 14 dagen aan de antibiotica.

Medisch psycholoog op donderdag 9 april
Elke keer was het huilen bij Heidi. Ze stelde daarom voor om met een medisch psycholoog te gaan praten. Donderdag 9 april was de 1e afspraak. Daar heb een half uur zitten huilen. Nog nooit zoiets meegemaakt. Het klikte goed met de psycholoog die Nelleke heet en ik ga verder met haar.

Hessel heeft al die tijd de boodschappen gedaan. De laatste week ga ik ook weer mee. Het eten gaat goed. Ik kan steeds meer eten zonder tanden maar dan moet het wel zacht zijn.

Controle dr. Dieleman op dinsdag 14 april
De wond zag er veel beter uit. Alleen nog een klein plekje in het verhemelte wat nog moet genezen. De wang is ook minder rood. Er kan een stukje tong van de wond gesneden worden. Daardoor krijg ik meer ruimte in mijn mond en kan er een aangepaste prothese worden gemaakt zodat ik weer een beter uiterlijk krijg.

Mijn vraag over de ernstige dysplasie die er nog zit (voorstadium kanker) werd verrassend beantwoord door dr. Dieleman. Hij kan de onrustige plek nu zien en kan het ook zien als er  weer kanker ontstaat. Als dat zo is dan kan die plek gelaserd worden. Er is weer hoop.

Ik  moet zonlicht vermijden voor mijn wang, die reageert op warmte en wordt dan rood. Met de morfinedrank ben ik 2 weken terug gestopt. Dat gaat goed. Zondag 19 april ben ik begonnen met het afbouwen van de morfine pleisters. Ik heb al 12 microgram minder. Als de pijn terugkomt dan mag ik weer het morfine drankje innemen.

Moederdag, 10 mei
Mijn zoon Oscar, Jacqueline, Laura en Evi kwamen op bezoek. Gezellig. Laura zou die dag bij ons blijven en na het avondeten gingen we haar naar huis brengen.  Ze woont in Kleef bij haar moeder.

Na het middag rusten zouden we voor het eerst weer gaan fietsen. We hebben 5 km in de natuur gefietst. Ik was de koning te rijk. Ik was 2 maanden geleden al bezig om een scootmobiel en rolstoel te bekijken. Toen dacht ik dat ik nooit meer op de fiets kon en kijk hier. Een week later ga ik samen met Hessel weer op de fiets en halverwege hebben we cappuccino en bosbessentaart bij de boer buiten genuttigd. Heerlijk. Toen we thuis kwamen hadden we 10 km gefietst.

20 Mei 2015
Na 4 weken was ik helemaal van de morfine pleisters af. Dat was niet altijd even prettig. Er zaten nare dagen tussen, dat je je niet lekker voelde. Op 29 april ben ik weer begonnen met de Zaldiar pijnstillers (een combinatie van tramadol en paracetamol) die ik voor de operaties ook al jaren slikte. Het was ook de bedoeling dat ik die weer zou slikken zodra ik van de morfine af was. Ik voelde me de volgende dag meteen als herboren!!! Ik was weer de oude Marieke. Voelde me weer helder en prettig.

Ik heb zo’n nare tijd gehad en was mezelf niet. Achteraf denk ik dat de morfine een grote rol heeft gespeeld en mijn medicijnspiegel in het bloed is maanden lang totaal verstoord geweest. Het begon al op de dag van de operatie 25 februari. Ik heb vanaf dat moment geen eigen medicatie meer gehad. Alles was in de war. Narcose en morfinepomp een aantal dagen. Dat hakt er in.

Ik heb tijdelijk oxazepam geslikt. Nadat ik de laatste 2 nachten dit middel had gekregen in het ziekenhuis sliep ik beter en voelde me ook beter. Toen ik een paar weken geleden de oxazepam niet op recept kreeg omdat mijn eigen huisarts afwezig was, dacht ik, dan stop ik er maar meteen mee want het is verslavingsgevoelig. Daar heb ik niets van gemerkt gelukkig.

Ochtendrust
Sinds ik thuis ben nam ik om 7 uur mijn medicijnen in en bleef nog tot 8 uur liggen, zodat ik me beter voelde met opstaan. Aanvankelijk kon ik het dan tot 10 uur volhouden en moest weer naar bed. Sliep dan ook altijd weer een uurtje. Langzamerhand ben ik dat aan het afbouwen. Ik wil  ’s morgens graag opblijven. Dat lukt me nu meestal.

Psychologe
Ik heb nog een 2e gesprek gehad met de psychologe. Hessel was er ook bij. Ik was minder enthousiast dan de 1e keer en vond haar afstandelijk. Ik had ook het gevoel dat ik het wel weer zou redden.

Inloophuis Groesbeek
Ongeveer 1 jaar geleden is hier een inloophuis gekomen. Ik ben er nog steeds niet geweest. Nu ik zelf weer geconfronteerd ben met kanker is het de moeite waard om er eens een kijkje te nemen. Vrijdag 29 mei is er een seminar waar verschillende mensen wat komen vertellen over de ontwikkelingen rondom kanker, palliatieve zorg en psychologische zorg. Het thema: Omdat ik ben wie ik ben en worden wie je bent. Helaas zat ik die middag weer op de poli.

Pijn
Gisterenavond kreeg ik opeens hevige pijn aan de wond. Heb 1000 mg paracetamol ingenomen en na 2 uur zakte de pijn. Even afwachten.

Na 4 geweldige weken kreeg ik dus weer pijn in mond. Dat bleef maar zeuren en ik voelde mij al 3 dagen ook niet lekker. Het liefste lag ik op bed.

Verhaal van Jerrel over keelamandelkanker

Mei 2015

fotoHet begon allemaal, niet zo lang geleden met een ogenschijnlijk onschuldig pijntje in mijn keel. Op zondag – 3 mei 2015 … notabene in mijn weekend – ga ik op aandringen van mijn partner (Elke) ermee naar de huisartsenpost. Nog geen twee weken later zit ik op de kanker-rollercoaster die in een razend tempo mijn hele leven volledig op zijn kop heeft gezet.

Ik ben met mijn blog begonnen zodat ik mijn ervaringen kan delen met lotgenoten. Ik weet uit eigen ervaring hoeveel steun dat kan geven. Met mijn blog hou ik ook familie, vrienden, collega’s en andere belangstellenden in een keer op de hoogte .

Wil je meer weten, schroom niet om me een berichtje te sturen.

Mijn (normale) dagelijks leven in enkele steekwoorden: marketingmanager, vader (2 mooie dochters van 16 en 18) & echtgenoot (van Elke, mijn rots in de branding), passie voor koken, hardlopen, muziekmaken, reizen, tekenen & schilderen.

Na overleg met Jerrel is dit verhaal over genomen van zijn blog op Kanker.nl 

Keelamandel kanker

Sinds 2 weken staat mijn wereld volledig op zijn kop. Van de KNO-arts (Rijnstate Arnhem) heb ik op grond van van biopsie de diagnose carcinoom op mijn amandel gekregen (vorm van slijmvlieskanker).
Dat nieuws sloeg in als een bom! Wat begon als een ogenschijnlijk, onschuldige ontsteking op mijn rechter keelamandel ter grootte van een rijstkorrel is inmiddels gegroeid naar een zwelling in mijn keel van mijn keelamandel ter grootte van een ping pong bal: kortom een nachtmerrie. Nog steeds voelt het als een onwerkelijke droom…. een surrealistische film waar naar ik kijk, maar waarin ik zelf de hoofdrol speel. Ik voel me gezond, maar heb kanker!

Ik was 2 weken eerder gelukkig met mijn keelklacht al 2x naar de huisarts gegaan en, na een dubbele antibiotica kuur zonder resultaat, ben ik snel doorgestuurd naar de KNO-arts. Vanaf dat moment ging alles in een stroomversnelling: van een flexibele laryngiscopie, bloedonderzoek, weefsel verwijderen voor biopsie en vanochtend ook een MRI scan, long foto tot en met een kaakfoto. De vaart zit er goed in.
Morgenochtend nog een gesprek met de radioloog en morgenmiddag krijg ik mijn behandelplan te horen.

Volgens de KNO-arts komt de vorm die ik heb, niet zo vaak voor, maar is deze “goed behandelbaar” … wat de betekenis daarvan is weet ik eigenlijk nog niet zo goed, vooral als ik kijk naar statistieken. Als er niets verder wordt gevonden, wordt het bestraling. Operatief verwijderen is volgens de KNO-arts momenteel geen optie. Met bestralen wordt de amandel namelijk ook volledig verwijderd.

Intussen zit ik nog met zoveel vragen … waarvan 2 meest acute:

  1. Ik ben voornemens een 2nd opinion aan te vragen, maar bij welk ziekenhuis? Vooral omdat het om een niet zo veel voorkomende kankersoort gaat. Rijnstate-Arnhem/Raboud-Nijmegen zijn een van de hoofd-hals centra, dus ik wil dit elders doen bijv. LUMC Leiden of Antoni van Leeuwenhoek Amsterdam. Heeft iemand een suggestie?
  2. Protonen bestraling is een nieuw techniek die minder schade oplevert aan nabijgelegen weefsel en organen. Zeker bij hoofd/ hals kanker waar het risico groot is, is dat een enorm voordeel. Helaas is deze voorziening pas in 2017 in Nederland beschikbaar. Maar ik weet inmiddels dat in Duitsland 3 ziekenhuizen zijn waar deze behandeling wordt gedaan. Heeft iemand er al ervaring mee?

2nd Opinion dichterbij?
Zonet ben ik teruggebeld door het Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis in Amsterdam. Ze hebben enkele patiënten gehad met keelamandelkanker, dus ben ik aan het goede adres. Morgenmiddag wordt mijn behandelplan besproken en dan kan ik dat ter sprake brengen. Mijn hele dossier kan digitaal van ziekenhuis naar ziekenhuis. Misschien dat er nieuw weefsel moet worden afgenomen of dat het bestaande kan worden gebruikt. Wachttijd voor een afspraak bij Antoni van Leeuwen is 1-1,5 week, wat ik dan weer minder vind … wellicht dat mijn behandelende arts daar wat druk achter kan zetten.
Nu nog afwachten of LUMC Leiden ook ervaring heeft. Hopelijk weet ik dat voor het gesprek van morgenmiddag.
Dan kan ik een definitieve keus maken welk ziekenhuis ´t wordt.

Behandelplan …. toch eerst een operatie!
Vandaag een belangrijke dag. Alle gegevens en onderzoeksresultaten zouden door het team van de betrokken specialisten worden besproken en aansluitend zou een behandelplan worden vastgesteld. Positief nieuw is dat de MRI scan, longfoto en kaakfoto geen uitzaaiingen en andere afwijkingen heeft laten zien. Het tumor is netjes geïsoleerd in de keelamandel. De rest is dus schoon voor zover men nu kan zien. In het medisch team is weer heel veel discussie geweest over de kanker die toch niet 100% eenduidig is vast te stellen. Het merendeel van de biopsie testen bevestigen een carcinoom (aan de oppervlakte) en 1 test kleurt positief op een sarcoom. Ik behoor bovendien niet tot de risicogroep van rokers/drinkers, voor wat dat waard is.

Om het zekere voor het onzekere te nemen is besloten om toch eerst mijn keelamandel operatief te verwijderen en daarna te bestralen. Mocht het om een sarcoom gaan dan is dit zo wie zo de te volgen weg. De verwijderde amandel kan na de operatie nader worden onderzocht. Misschien dat dat ook nieuwe aanvullende informatie oplevert. Maar dat is voor later zorg … Ik zie het dan wel. De 2nd opinion stellen we even uit tot na de operatie en na biopsie van de keelamandel.

Ik wordt nu volgende week woensdag 10 juni geopereerd. Een heftige ingreep, niet zo zeer qua operatie zelf maar meer het herstel. Ik troost me bij de gedachte dat het mij in ieder geval een boel verlichting zal geven als het gaat om slikken, ademen en slapen. Het wordt mijn eerste operatie ooit in mijn hele leven.

Alle onzekerheid, de spanning die daarmee samenhangt en die nieuwe inzichten van de specialisten geven me soms het gevoel dat ik niet meer weet waar ik aan toe ben en wat er nog op me af komt. Ondanks alles, blijf ik positief en voelt de operatie als een stap in de juiste richting. Ik vertrouw erop dat ik in goede handen ben en geloof ik in een goede afloop!

Voorbereidingen keeloperatie

 

Vanochtend weer een aantal afspraken in het ziekenhuis ter voorbereiding van de operatie komende woensdag 10 juni.De ingreep op zich is hooguit 15 minuten onder volledige narcose. Maar de periode van herstel die 10-15 dagen duurt is, zoals ik lees en hoor van mensen om heen die op latere leeftijd zo’n operatie hebben ondergaan behoorlijk heftig. Dat neem ik vooralsnog op de koop toe, want voor mij is het belangrijkste dat de tumor eruit wordt gehaald met wortel en tand. Prioriteit 1 is om weer weer beter te worden. Dat is het einddoel!

Om 10.15 uur had ik nog een afspraak bij de mondhygiëniste voor het aanmeten van een gebitskapje die ik na de bestralingen nodig heb. De bestraling zal mijn speekselklieren aantasten waardoor ik minder speeksel zal produceren. Hierdoor worden mijn tandengevoeliger voor cariës. Ter compensatie moet ik om de ene dag 2 keer 5 minuten mijn gebit met een fluor gel dat in het gebitskapje wordt gedaan, behandelen. Met de bestraling probeert de radioloog zo goed als mogelijk de kwetsbare klieren te mijden, maar om goed mijn amandel te kunnen bereiken, ontkom ik er waarschijnlijk niet aan. Dit is een van de negatieve bijwerkingen van bestraling … pfffff!!! De nieuwe protonen therapie zou een goed alternatief zijn, maar dat is voor latere zorg.

Om 11.20 uur bij de Apotheek officieel laten registreren welke medicijnen ik gebruik. Ik was in 2 minuten klaar … behalve de ontstekingsremmer en antibiotica die ik tot komende zondag gebruik ik helemaal geen medicijnen.

Om 11.30 uur op intake gesprek bij de anesthesioloog. Eerst werd ik opgemeten, gewogen. Bloeddruk, longinhoud en zuurstof%. Prima BMI. Geen roker en geen drinker. Geen ziektes of aandoeningen … althans behalve dat ding wat nu in mijn keel groeit. Risicofactor is minimaal … ik kan in deze conditie linea recta naar de operatietafel. Ik kreeg instructies en informatie over de nuchtere maag vlak voor de operatie. En ook over het verloop van de operatie, de nazorg en de bijkomende pijnbehandeling wat bij mijn operatie absoluut nodig zal zijn.

Om 12.15 uur op intake gesprek met de verpleegkundige. Bij ieder gesprek wordt ieder keer weer gevraagd naar mijn geboortedatum. Dit wordt gedaan om zeker ervan te zijn dat ze te maken hebben met de juiste persoon. Bij de verpleegkundige werden nagenoeg de zelfde vragen gesteld die ik in een eerdere fase bij andere specialisten ook heb moeten beantwoorden. In haar introductie stond ze daar even bij stil. De vragen werden gesteld, maar dan vanuit haar verpleegkundig oogpunt.

Laat maar komen die operatie!!!

Tussen de bedrijven door had ik eventjes tijd om in het zonnetje te zitten buiten. Het wordt vandaag 30 graden. Het is eigenlijk een hele mooie dag … de zomer is begonnen. Ik moet zeggen dat de afgelopen weken een beetje langs me heen is gegaan.
Al mijn focus is op de ziekte … en het gevoel van tijd ben ik even verloren. Tegelijkertijd besef ik me dat de wereld gewoon door draait … met mij of zonder mij. Dat blijft een vreemd gevoel.

Wachten … de dag voor de operatie
Een groot gedeelte van ons leven bestaat uit wachten. Hoe meer je naar iets verlangt, hoe langzamer de tijd lijkt te verstrijken. Gelukkig … nog maar 1 nachtje slapen en ik wordt verlost van het tumor in mijn keel, waar ik inmiddels behoorlijk genoeg van heb gekregen. Het slapen gaat beroerd. Wordt midden in de nacht zeker een keer of 5 wakker, met een verstikkend gevoel, snakkend naar adem. Het gezwel blokkeert mijn luchtwegen en de enige houding die nog enigszins gaat, is op mijn linkerzij met het bed aan de hoofdzijde iets omhoog. Ik ben een echte rugslaper en rol uiteindelijk toch automatisch weer in die positie. Het gebrek aan een goede nachtrust maakt dat ik overdag zo ontzettend moe ben. De afgelopen dagen voelde ik letterlijk de energie uit mijn lijf vloeien. Probeer dat met wat hazenslaapjes op de bank thuis tussendoor te compenseren. Maar echt ….wat ben ik blij, als dat ding uit mijn lijf is verwijderd. Het hoort er niet … weg ermee!
Ik moet nuchter zijn voor de operatie. Als ik dus nog iets lekkers wil, dan moet dat vanavond. Een laatste lichte maaltijd (melkproduct) mag nog voor 7.00 uur morgenochtend, Daarna alleen nog maar water tot 11.00 uur. Straks nog wat toiletspullen en kleren bij elkaar zoeken. Mijn trouwring heb ik met koud water en zeep van mijn vinger gekregen en hangt aan de ketting om de hals van vrouwlief.

Vanmiddag (9 juni) ben ik ook even op bezoek geweest op mijn werk. Het was 13 mei, vlak voor Hemelvaart, dat ik voor het laatst op kantoor – bijna een maand geleden. Toen ik in de auto zat en langs het pand reed, zag ik er eerlijk gezegd best tegenop. Hoe gaan mijn collega’s reageren? Moet ik het verhaal weer aan iedereen vertellen? Aan de buitenkant zie je niks aan me … welke houding moet ik aannemen? Ik besloot om gewoon dicht bij mezelf blijven. Ik ben ontzettend blij dat ik gegaan ben. Moest even een drempel over, maar daarna voelde het als een warme deken. Ik bof echt met zo´n werkgever en zulke fijne collega´s. Ik zag uiteindelijk een mix van verraste en blije gezichten … betrokken en meelevend, sommigen spontaan, anderen afwachtend omdat men het moeilijk vindt om me direct aan te spreken… wat ik heel goed snap.
Ik heb in de afgelopen weken in ieder geval veel bloemen en kaartjes gekregen. Echt hartverwarmend en ik wil daarom ook iedereen uit het grond van mijn hart bedanken. Dat allemaal geeft mij steun en ook kracht om te doen wat nodig is om weer beter te worden. Ik sta niet alleen en laat me deels drijven op de liefde en energie van mijn omgeving!

Toen ik te horen kreeg dat ik kanker heeft, stortte mijn wereld als een kaartenhuis in elkaar en verkleinde alles zich rondom mijn persoon. De reacties van mijn gezin en directe familie waren behoorlijk heftig. De eerste associatie met Kanker is (vroeg) doodgaan en lijden, dus dat het een schok te weeg brengt is logisch. Ik ben er wel behoorlijk geschrokken van de impact en toen wist ik: Nee, ik ga voorlopig niet door en MOET gewoon beter worden, want dit kan ik mijn familie niet aandoen!
Vanaf dat moment wordt je als kankerpatiënt ook een beetje de hoeder van de gemoedsrust van de betrokkenen om je heen. Wat vertel je wanneer? Wat vertel je niet? Hoe vertel je het? Wie eerst? etc. Daar kun je bijna een een dagtaak van maken.
Na verloop van tijd komt ook weer het besef dat ieder mens een eigen realiteit heeft met eigen gebeurtenissen of ervaringen die voor hem of haar op het zelfde moment belangrijk zijn. Dat moeten we nooit uit het oog verliezen.

Operatie geslaagd … verlost van het gezwel!
Vanmiddag rond een uur of kwart voor vier ben ik eindelijk verlost van dat ding in mijn keel, wat er niet hoort. Heb weliswaar anderhalf uur op de voorbereidingszaal gewacht, omdat de planning ruim uitliep. Ik was als laatste aan de beurt en het was een rare gewaarwording om in een wachtrij te liggen waar de een na de andere patiënt in en uit werden gereden. Elke keer als de deuren opengingen, keek ik vol hoop en dacht ik: nu mag ik!Wat was ik blij toen ik werd opgehaald en weggereden naar OK1. Net als in de film flitst van alles aan je voorbij. In de operatiekamer mocht ik van bed de overstap maken naar de operatietafel. Er werd vriendelijk uitgelegd wat er ging gebeuren, nadat een checklist met vragen was doorgenomen. Ook hier weer de geboortedatum :-). Kreeg een zuurstofmasker om en moest enkele keren diep ademhalen. Via het infuus werd de narcose toegediend. Voelde mijn arm koud worden en lichtjes tintelen. De volgende vraag hoorde ik nog wel, maar ik was al vertrokken voordat ik antwoord kon geven. Van de hele operatie heb ik total niets gemerkt. Ik werd iets voor vijven enigszins suf en verdoofd wakker! Op dt moment voelde ik totaal geen pijn. Wat een heerlijk gevoel om mijn keel en luchtweg weer volledig vrij te voelen. Gewoon weer vrij ademhalen. Kreeg ook gelijk een waterijsje en merkte gaandeweg dat slikken steeds pijnlijker naarmate de verdoving en de pijnstilling zijn werking verloor. Na 20 minuten werd ik weer naar mijn kamer gereden. Ik lig prinsheerlijk in mijn eentje, voorzien van alle gemakken. Een eigen wc en douche. Maar ook hele lieve verpleegkundigen die ik op elke gewenst kan oproepen om een ijsje te brengen. Heb inmiddels al een stuk of 10 waterijsjes op en wel een kilo ijsklontjes die bij het slikken verlichting van de pijn geven. Pijnniveau schat ik op een 7. Het is vooralsnog dragelijk met een flinke dosis paracetamol. Afwachten hoe het verder gaat.De eerste stap naar genezing is gezet. Mijn keelamandel is nu bij de pathologen voor verder onderzoek. Eerst maar herstellen van de operatie en wat komt zien we dan wel. Een ding weet ik haast zeker … Ik ga vannacht heerlijk slapen. Trusten!!

Dit bericht is geplaatst op 4 mei 2015, in Operatie.

Herstellen van de operatie

Na de operatie heb ik me mentaal ingesteld op het ergste, zodat het alleen maar kan meevallen. De pijn is het ergste van alles … de afgelopen dagen kwam deze steeds in golven met een pijnbeleving afwisselend tussen 0 en 10. Ondanks de diclofenac, paracetamol en de vele ijsjes of ijsklontjes voel ik de pijnscheuten als een scherp mes steken tot achter mijn oor en de kruin van mijn hoofd. Meestal ‘s nachts. Op zulke momenten wil je echt maar 1 ding … dat de pijn ophoudt. Als de pijn uiteindelijk weer gaat liggen, voel ik me een stukken beter en durf ik het ook aan om te eten.

Het niet kunnen eten, voelt als een straf voor iemand als ik die een passie heeft voor koken en lekker eten. Ik heb trek … Ik heb honger … maar … Ik heb ook vreselijke pijn. Troost me maar met de gedachte dat 1-2 weken best te overzien zijn. Bovendien is de operatie slechts een tussenstation. Een eerste horde naar beter worden. Dat is het uiteindelijke doel. Dankzij de operatie heb ik weer ‘lucht’ en het is een heerlijk gevoel om verlost te zijn van dat ding in mijn keel, maar daar is nu tijdelijk pijn voor in de plaats gekomen. Ik weet tegelijk ook dat het slechts een kwestie van tijd is dat ik eindelijk weer eens kan genieten van een goede, diepe nachtrust.

Heldere afgekoelde drinkbouillon is een welkome aanvulling op het ijswater en de vele zoete waterijsjes. IJsklontjes gemaakt van aanmaaklimonade geven minder suiker. Een sneetje zacht brood zonder korst lukt ook wel, maar vloeibaar voedsel gaat er momenteel het beste in. Na het proeven van potjes Olvarit babyvoeding (hoe durven we dat aan onze kinderen te geven!) , ben ik toch maar gevlucht naar zelf gepureerde gekookte aardappelen, wortelen met drinkbouillon. De worteltjes heb ik vandaag vervangen door rode bietjes en appel. Verandering van spijs doet eten. Ik moet zeggen: best goed te doen!

Het lichaam is een wonderlijk ding. Ik voel overduidelijk dat al mijn cellen druk bezig zijn met het herstellen van wat kapot is in mijn keel en ook dat al mijn energie daar naar toe wordt gezogen. Mijn lichaam werkt dus goed en dat geeft me vertrouwen. Ik ben sinds de operatie wel 3 kilo afgevallen. Ik ben vaak moe en probeer zo veel mogelijk te rusten en slapen. Mijn lijf is op dit moment mijn innerlijke kompas, waar ik blindelings op vaar. Ik voel hierdoor direct wanneer ik gas terug moet nemen en geef er ook aan toe.

De beruchte Dag Vijf …
Als ik de verhalen moet geloven, is de 5e dag na een keelamandel operatie het ergste wat pijn betreft. De wond is over een groot oppervlakte met stikstof dichtgebrand om het bloeden te laten stoppen. Een deel van mijn verhemelte, huig en tong zijn daarbij ook aangeraakt. Uiteindelijk onstaat er een natte korst dat na ongeveer vijf dagen weer begint los te laten. Net als bij een schaafwond. Nou … het verhaal klopt hoor en ik kan er over meepraten. Vanochtend om half vier werd ik gewekt door de pijn. Was meteen klaarwakker en slapen lukte niet meer. Meteen de pijnstillers die ik al van te voren had klaargelegd ingenomen, wat de pijn iets verzachtte, maar helemaal weg ging die niet. Ik heb de tijd gedood door wat te lezen op mijn IPad, FB berichten te lezen, Wordfeud te spelen. Nachtbraken dus… Om half zes ben ik opgestaan en heb op de bank met een dekentje naar 24 Kitchen kookprogramma’s gekeken. Daar krijg je uiteindelijk honger van 🙂 . Ik heb als ontbijt uiteindelijk roereieren gemaakt op twee zachte boterhammen zonder korst. Ik heb daar, ondanks pijn met slikken, zo ontzettend van genoten. Ik kan niet beschrijven hoe lekker dat was! Ik kon echter niet bevroeden dat mijn roerei uiteindelijk het laatste zou zijn wat ik vandaag aan voedsel kon hebben. De pijn werd gaandeweg de dag, ondanks pijnstillers, ijsjes en ice packs op mijn kaak, steeds heftiger. Een aanhoudende, zeurende pijn met heftige steken. Slikken was een hel! Probeerde dat daarom zo weinig mogelijk te doen en vooral om niet al te veel bewegen. Mijn poging om vanavond wat gepureerde aardappelen, forel, worteltjes met wat visbouillon te eten, heb ik na 1 hap gestaakt. Het ging gewoon niet.
Een dag als vandaag is er eentje om gauw achter me te laten. Gelukkig komt na dag vijf vanzelf dag zes. Ik troost me maar met de aanname dat het vanaf vandaag niet slechter kan worden en kijk met smart uit naar morgen met mijn volgende roerei!

Eindelijk slaap!
Vannacht voor het eerst sinds weken bijna 5 uurtjes achter elkaar geslapen. Eindelijk! De afgelopen 4 weken waren de nachten steeds gebroken en dat sloopt een mens. De ‘pijn’wekker ging weliswaar af om half vijf vanochtend, maar die slaapminuten had ik gelukkig al gemaakt. Was ook vroeg naar bed gegaan, dat scheelde.. Later op de dag heb ik nog bijna 2,5 uur liggen dutten op de bank in de woonkamer. Veel slaapuren dus … en precies wat ik nodig had!
Goed slapen maakt echt zo een wereld van verschil. Een goede nachtrust betekent energie overdag … wat ook weer het herstelproces bevordert. Nu nog goed eten! Ik stond vanochtend op de weegschaal en die gaf 70,4 kg aan dat is bijna 4 kg minder vergeleken met voor de operatie! Ik heb gelukkig het gevoel dat de pijn sinds vandaag ook een stuk minder heftig is. Het slikken zal hierdoor ook veel makkelijker gaan. Zal dan ook weer automatisch aankomen.
Yara, onze oudste dochter, heeft vandaag gekookt. We eten spaghetti … Papa’s recept 🙂 … Mijn buik begint te knorren als ik de geur uit de keuken ruik. Voor mij een speciaal, minder gekruide portie dat met de staafmixer wordt gepureerd. Een scheutje room erbij om het wat smeuïger te maken.Smakelijk eten!

Vaderdag … dag 11 na de operatie
Vandaag is het vaderdag en ik ben verwend met een lekker ontbijtje op bed met een roerei en avocado smoothie. Dat is heerlijk wakker worden zo, vooral ook omdat ik vannacht ontzettend goed heb geslapen. Een diepe, onafgebroken slaap van maar liefst 9 uur …. dat is heel lang geleden. Eerlijk gezegd kan ik me dat niet bewust herinneren wanneer dat voor het laatst was. Ik denk tijdens kamperen in de zomervakantie of zo. Gezellig met mijn allerliefste vrouwen in bed. Elwin, Noa’s vriendje, mocht er ook bij en het paste met zijn vijven prima. Ik geniet met volle teugen van alle liefde en warmte en ga er vanuit dat dit niet mijn laatste vaderdag is.
De pijn in mijn keel is de afgelopen dagen gelukkig een flink stuk minder geworden. Slikken gaat ook steeds beter en doet nog maar lichtjes pijn. Ik kan bovendien al wat vaster voedsel hebben, zolang het maar zacht qua structuur is. Mijn eetlust is hierdoor ook wat groter en geniet van elk hapje jonge kaas, havermoutpap en blanke vla. De weegschaal stond op 72,0 kg. Dit betekent dat ik weer wat aankom. Het allerbelangrijkste is dat mijn energieniveau merkbaar hoger aanvoelt. Ik ga voor mijn werk ook met wat kleine klusjes aan de slag, waarbij ik wel goed naar mijn lichaam blijf luisteren.
Morgen om 16.00 uur een afspraak in het ziekenhuis. De resultaten van het biopsie krijg ik te horen. Ik ben optimistisch over wat komen gaat, maar nu het allemaal dichterbij komt, voel ik toch wel weer de spanning. Ik hoop in ieder geval dat er morgen antwoorden komen op de vele vragen die door mijn hoofd gaan.
Wat heeft het onderzoek van de weggehaalde keelamandel opgeleverd? Kan daarmee nu definitief worden verteld wat voor soort kanker ik heb? Hoe grondig is de kanker uit mijn weggesneden? Zitten er nu nog kankercellen … groeit het weer aan? Wat voor behandelplan adviseert men? Welke alternatieven zijn er en wat zijn de voor- en nadelen?
Hoe dan ook, ik heb besloten mijn second opinion te laten doen bij de Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis. Zij zijn gespecialiseerd in kankeronderzoek en in Nederland het meest vooruitstrevend als het gaat om technologie en methodes. Ook hun benadering is volledig gericht op de kankerpatiënt. Voor de diagnose is AVL de beste plek en ik heb al een paar keer contact met hun gehad. Heb er een goed gevoel bij. Dus dat gaan we morgen direct in gang zetten. Eerst maar de resultaten van morgen afwachten.

Definitieve uitslag ….
Vandaag, maandag 22 juni 16.00 uur was ik samen met Elke weer in het ziekenhuis voor mijn vervolgafspraak met de KNO-arts die mij heeft geopereerd. Mijn behandelende arts is namelijk op vakantie. Een spannend moment, want de resultaten van het aanvullend pathologisch onderzoek van mijn verwijderde keelamandel zouden we te horen krijgen en ook het voorgestelde behandelplan.
Welnu … er is nu definitief vastgesteld dat ik een kwaadaardige, plaveisel-carcinoom (vorm van slijmvlieskanker) op mijn rechter keelamandel heb. Eigenlijk zoals in de eerste instantie werd vermoed. Dat is nu overduidelijk bevestigd met de nieuwe onderzoeksgegevens. Ondanks dat de keelamandel netjes is afgepeld, kunnen er microscopisch kleine kankercellen zijn achtergebleven, waardoor een therapie van bestraling nodig is. Dit houdt in 6-8 weken lang iedere werkdag een of meerdere bestralingen. De herstelperiode duurt een maand of vier. Men wil de behandeling binnen 2 weken beginnen.

Ik had stiekem gehoopt op een gunstigere uitslag, dat operatie voldoende zou zijn, maar helaas, we zijn weer bij het oorspronkelijke scenario uitgekomen. Dat is toch even slikken. Het besef dring tot me door dat ik de komende 5 jaar officieel kankerpatiënt ben. Pffff…. dat klinkt best heftig zo. Na de bestralingen volgt 5 jaar lang een periodieke controleperiode. De kansen om te overleven zijn bij deze vorm van kanker goed, maar het blijven statistieken. Het is per persoon afhankelijk hoe gevoelig de kankercellen zijn voor de bestraling. Dus een garantie is er niet.
Morgenvroeg direct achter de second opinion aan. Ik krijg stellig de indruk dat de behandelende artsen niet staan te trappelen voor mijn gang naar een ander ziekenhuis, hoewel ze aangeven te willen meewerken. Het initiatief zou volgens hun wel moeten komen van het andere ziekenhuis, terwijl het andere ziekenhuis aangeeft dat de snelste weg is als de behandelende specialist de aanvraag juist initieert. Het lijkt wel alsof men elkaar het licht niet in de ogen gunt. Morgen ga ik dat heen en weer geschuif maar eens doorbreken!

Dit bericht is geplaatst op 5 mei 2015, in Operatie.

Pijn

Tussentijdse controle op 29 mei
Vrijdag 29 mei heb ik de oncoloog verpleegkundige gemaild over mijn pijnklachten. Ik mag altijd bellen. Dat is heel fijn. Zij belde mij en na overleg met de kaakchirurg wilde hij er naar kijken. Samen met Hessel er naar toe. We konden meteen doorlopen. Een aardige arts in opleiding stelde vragen en inspecteerde mijn mond en kaak. De kaak is heel erg pijnlijk bij aanraking.

De kaakchirurg werd er bij gehaald en dat was dr. Weijs die mij ook geopereerd heeft. Hij dacht dat de botnecrose de boosdoener is. Dat gevoel had ik ook. Hij zei dat daar tijdens de laatste operatie behoorlijk was huisgehouden. Toen ik thuis was heb ik daar ook een ontsteking aan gehad. Wederom moest ik mijn mond open doen en auw, auw. Ik werd meteen doorgestuurd naar de röntgen om een scan van de kaak te maken. Die heb ik al vaker gehad. We lopen naar een ander gebouw van de tandheelkunde en ik kon meteen naar binnen. Terug moest ik in de rolstoel, het was te ver lopen. Daarna moesten we drie kwartier wachten.

De dokter was eerst wel geschrokken van de foto. Het was een groot rommeltje in mijn kaak. Dacht al aan een botreconstructie. Maar toen hij de scan van 2 jaar geleden ernaast had gelegd zag hij dat het toen ook al zo eruit zag. Ik zei dat mijn kaak in 2010 gebroken was na een auto ongeluk. De kaak was toen al broos. Wat nu? Hij wist niet goed wat te doen. Maandag zou hij het bespreken in het teamoverleg en dan moet ik dinsdag 2 juni bij dr. Dieleman komen om het verdere beleid te bespreken.

Ik heb spierverslappers gekregen omdat ik een verhoogde spierspanning heb en hij heeft ook verhoging van de Tramadol voorgeschreven maar dat was minder dan wat ik al slikte. Foutje, bedankt. Je moet alles goed in de gaten houden. Ik voelde me gisteren weer wat beter, het zieke gevoel was weg.

Weekje Friesland
Onze huisvrienden Joke en Wim hadden ons uitgenodigd om een weekje in een huisje in Tzumarum, dat 6 km van Franeker ligt te komen logeren. Zij waren daar al een week. Vrijdagmiddag 12 juni vertrokken we met onze fietsen achterop naar Friesland. We werden hartelijk ontvangen en na een glaasje wijn genoten we van een heerlijke maaltijd. Elke avond na het eten en een rustpauze gingen we hartenjagen. Omdat Joke en Wim veel harder kunnen fietsen planden we elk een eigen route. Niet elke dag. We hebben Franeker 2x maal bezocht, 1x met de auto en de laatste dag zijn we met z’n vieren op de fiets gegaan. Daar hebben we het planetarium bezocht. Wat een genie was die Eis Eisinga.

We hebben zandsculpturen bewonderd in Sneek. Ook zijn we 3 x naar familie van Hessel geweest. Van de kaartpot gaan we meestal uit eten. Workum was de keuze. Alleen zijn we het verkeerde restaurant binnen gestapt. Jammer want het eten was daar matig. Ik heb het meeste genoten van het fietsen langs de Waddenzee. Het was een geweldige week. Samen hebben we genoten. Er was wel veel wind, af en toe een spettertje en zon met prachtige wolken. Lekker gegeten en goed geslapen.

De laatste dagen kreeg ik oedeem in mijn knie en benen. Ook na inspanning en warmte krijg ik rode wangen. Balen. Er is altijd wat. Ik heb meteen een afspraak gemaakt bij mijn huisarts en kan morgen al terecht. Ik heb ook haaruitval gekregen en daardoor een kale plek maar kan het nog verbloemen met kammen.

Huisarts
We (Hessel en ik) waren  1 uur in de dokters kamer. Eerst compact de hele geschiedenis van de keeloperaties verteld. De Radboud is heel traag met het doorsturen van de behandelingen van de patiënt. De bloeddruk was te hoog, ik heb vocht achter mijn longen en ook in de knieën en enkels. Alhoewel dat na rust wat afgezakt is. Op de behandeltafel heeft hij de enkels en liezen gevoeld. Er is een slechte doorstroming omdat ik al 12 jaar stenose in allebei de bekkenslagaders heb.

Eerst maar bloedonderzoek doen op ontstekingen, schildklier, natrium, kalium en HB. Een paar dagen later werd ik gebeld over de uitslagen van het bloedonderzoeken. Alles was goed behalve een te laag HB. Hij stelde voor om eerst een maand een cocktail van vitaminen te gaan slikken, omdat ik de laatste tijd veel voor mijn kiezen (volgens mij in de keel, kiezen heb ik niet meer,ha, ha.) had gehad. Die moesten weer besteld worden en dat duurt weer 2 dagen.

Dinsdag is er hier in het dorp markt. Ik wilde uitproberen of ik dat op de fiets aankon. Het opstappen is het probleem. Ik ga dan op de rechter trapper die laag naar op grond staat staan, maar kan met mijn linker been niet op de fiets komen. Soms heb ik geluk, maar meestal moet ik 3, 4 of 5 keer tevergeefs op de fiets klimmen en dat vergt veel van mijn energie. Ik slinger ook nog. Toen ik doodmoe thuis kwam was ik zo kwaad dat ik de fiets als het ware in het schuurtje heb gegooid en gezegd dat het voorlopig uit was met fietsen. Ik kon wel huilen. Fietsen geeft mij nog kwaliteit van  leven. Eerst de vitaminen reactie maar afwachten.  Mijn benen voelen heel zwaar en ik heb pijn in de kuiten. Wil het liefste gaan liggen.

Keuze voor second opinion …

Na wikken en wegen en vooral mijn gevoel laten spreken, heb ik definitief gekozen voor LUMC Leiden voor het uitvoeren van een second opinion. Dinsdag 30 juni 10.00 uur heb ik een afspraak. Voor ziekenhuis begrippen is dat vrij snel, weet ik inmiddels. Ik heb met beide ziekenhuizen diverse keren contact gehad. Vanaf het allereerste moment vond ik de benadering van de KNO afdeling in Leiden veel vriendelijker, persoonlijker en vooral veel meer betrokken. AVL Amsterdam is weliswaar gespecialiseerd in kankeronderzoek en behandeling, maar blijft toch een grotere grootstedelijk ziekenhuis, waardoor ik althans het gevoel heb gekregen meer een nummer te zijn. Leiden is kleinstedelijker, maar is ook samen met ziekenhuis Den Haag een van de hoofd-hals centra in Nederland.

Het LUMC is bovendien het meest in het nieuws als het gaat om de nieuwe protonenbestraling. Samen met Erasmus en TH Delft, bouwt men het eerste protonencentrum in Delft. Deze gaat helaas pas in 2017 open. Aangezien de biopsie van mijn verwijderde keelamandel vrij overtuigend lijkt te zijn, ligt de nadruk in de second opinion, wat mij betreft, minder op onderzoek en diagnose, maar meer op behandeladvies. Daarom ook Leiden.

Het regelen van de second opinion ging niet zonder slag of stoot. Ik heb uiteindelijk mijn huisarts ingeschakeld voor een verwijzing. Mijn behandelende KNO-artsen zeggen wel dat ze willen meewerken maar, als het puntje bij paaltje komt, zijn ze niet bereid gebleken om een actieve rol te spelen naar een ander ziekenhuis. Als ik dit eerder had geweten, dan had ik veel eerder mijn huisarts ingezet om de afspraak te maken. Zonder verwijzing gebeurt er namelijk niks. Ik had dan absoluut tijd gewonnen.

Aan de andere kant, in het ziekenhuis-carrousel kom je altijd voor verassingen te staan waardoor je tijd verliest, zoals:
De verwijzing van mijn huisarts is op een verkeerde afdeling terecht gekomen … moest helemaal opnieuw worden ingediend … 1 dag vertraging!

Bij het Centraal Medisch Archief Rijnstate vraag ik, na het geven van mijn machtiging, uiteindelijk mijn persoonlijke medisch dossier op. Dit is nodig voor de second opinion – alle rapporten, onderzoeken en foto’s zijn mijn eigendom en opvraagbaar. Op deze afdeling werkt maar 1 dame die me vorige week al had gemeld dat mijn gegevens klaar lagen. Zij is sinds vorige week echter met vakantie en haar vervanger is door persoonlijke omstandigheden uitgevallen. Als ik de afdeling bel, krijg ik de hele week een antwoordapparaat. Zelfs via de receptie kom ik hierop uit. Uiteindelijk heb ik bij de klachtenfunctionaris mijn beklag gedaan en ben ik door de afdelingshoofd teruggebeld. Ik kon dezelfde dag (gisteren) mijn gegevens ophalen….4 dagen later!

Hoe dan ook … De afspraak voor de second opinion staat en we gaan er onbevangen en met een positief gevoel naar toe!

Toen was het duidelijk …
Dinsdag 30 juni 10.00 uur … Second opinion bij het LUMC in Leiden. Ik ben vannacht een paar keer wakker geweest, gewoon onrustig geslapen. Ondanks dat ik min of of meer al wist hoe e.e.a. zou verlopen, ben ik blijkbaar toch onbewust een beetje gespannen. We weten precies waar we het voor doen en krijgen vandaag in iedere geval de duidelijkheid.
We vertrekken rond de klok van acht dat geeft ons een half uur speling in het verkeer. Het kost ons uiteindelijk een half uur om Arnhem uit te komen, om vervolgens bij Lunetten aan te sluiten in een lange file. Ook in Leiden-zuid staan we vast. Hierdoor komen we 30 minuten te laat. Ik weet plotseling weer wat het is om in de file te staan. Gelukkig hebben we tijdig even gebeld met de KNO afdeling en een vriendelijke dame zei dat het geen probleem was. We konden gewoon komen, omdat er wat speling zat in het afsprakenrooster. We konden na inschrijving gewoon plaatsnemen in de wachtkamer en werden opgeroepen via een bord. Volgnummer 350, kamer 8.
De arts (dr. Petegem) was ontzettend vriendelijk en nam uitgebreid de tijd om ons verhaal aan te horen. Een groot contrast met Rijnstate Arnhem. Ze legde uitgebreid alles uit in begrijpbare taal en we konden alles vragen. Ze voelde precies aan wat ons punt was. Snelheid, zorgvuldigheid, zekerheid en behandel opties. Het LUMC krijgt van mij zo wie zo een dikke 10 voor klantgerichtheid, persoonlijke aandacht en betrokkenheid. Rijnstate kan hier een grote voorbeeld aan nemen.
Ik werd ook opnieuw onderzocht. Ze voelde aan mijn halsklieren. Haar koude handen waren aangenaam op deze warme dag. Ze keek ook in mijn mond en ja hoor …Ik mocht weer de kijkslang door mijn neus door beide neusgaten. Rechts ging nog wel maar links was erg pijnlijk omdat mijn neusschot aan de binnenkant een beetje krom staat. Op mijn vraag wat ze precies zag, zei ze dat de wond mooi heelde en nog een beetje rood zag. Maar dat is normaal. Gelukkig geen visuele tekenen dat de kanker opnieuw aan het woekeren is.
Om de snelheid erin te houden stelde dr. Petegem voor om direct te overleggen met alle betrokken personen binnen het medisch team. Normaal zou dat moeten wachten tot de vergadering op maandag, maar ze wilde in mijn geval direct opnemen met de relevante collega’s. Stel dat hetzelfde advies uitkomt dan verliezen we geen tijd en kan ik direct schakelen met Rijnstate. Om 13.00 uur konden we terugkomen. Elke en ik hebben vervolgens in het zonnetje buiten wat gegeten en gedronken. Het was warm en lunchtijd. De bankjes voor het ziekenhuis waren bijna allemaal bezet. Mij viel op dat er veel jonge mensen in het ziekenhuis werken, typerend voor academische ziekenhuis met veel studenten. Ik zie Yara, onze oudste dochter, in de nabije toekomst, al tussen al die geneeskunde studenten zitten. Die gedacht vervult me met trots.
Om 13.20 uur haalt dr. Petegem ons weer op. Er zijn twee behandeltrajecten. Bestralen zoals Rijnstate al heeft voorgesteld, is de meest logische en effectieve methode. Protonenbestraling biedt voor mijn type kanker, weinig meerwaarde en wordt ook niet voorgeschreven volgens de protocollen. Daarnaast zit je met de hogere kosten, dus ziektekostenverzekeraars zullen dat daarom niet vergoeden. Ook heb je te maken met lange wachttijden en omdat ik snel behandeld moet worden, is dat uberhaupt niet verstandig. Een tweede mogelijkheid, die niet door Rijnstate is voorgesteld, is curatief opereren. De operatie die ik heb ondergaan was puur diagnostisch. Bij de curatieve operatie verwijderen ze steeds stukjes weefsel die direct microscopisch ter plekke worden onderzocht. Ze gaan net zo lang door totdat alles schoon is. Dit is een ingrijpende operatie met behoorlijk veel risico’s, omdat er niet veel marge in mijn keel zit en moeilijk toegankelijk is. Aan d hand van de MRI scan laat dr. Petegem het zien.. Er moet ook een stuk van de tong, verhemelte en kaak worden verwijderd. Er zouden waarschijnlijk ook stukken spier worden getransplanteerd uit een ander deel van mijn lijf naar mijn keel. In de tongbasis zitten veel zenuwen die gekoppeld zijn aan de smaak en reukbeleving. Opereren is daarom niet de eerste keus, maar kan ook altijd nog in geval bestraling niet het beoogd effect heeft. De keuze is aan mij…
Op weg naar huis, hoeven we er niet lang over na te denken hoe verder. Het pad lag er al, maar nu volg ik die met 100% overtuiging. Dit betekent de bestralingstherapie zo snel opstarten bij Rijnstate. Een paar telefoontjes zijn genoeg om de molen op gang te brengen. Vrijdag 3 juli 11.15 uur heb ik de volgende afspraak bij ARTI, het radiologisch centrum van Rijnstate. Daar zullen alle voorbereidingen worden getroffen voor de volgende fase op weg naar beter worden!

Mijn behandelplan …
Vrijdag 3 juli 2015 …
Wederom een dagje ziekenhuis vandaag. ARTI om precies te zijn, de radiologische afdeling die eigenlijk helemaal los staat van Rijnstate. Een apart gebouw, een moderne rustige inrichting, een eigen receptie en een andere sfeer vergeleken met het ziekenhuis. Als je binnenkomt ervaar je een serene rust … of is het de berusting dat het goed fout zit? Het voelt aan als een tussenstation, waarbij het voor de wachtende patiënten nog niet zeker is wat de uitkomst van hun behandeling is: leven of dood? Vandaag een afspraak met een radiotherapeut. Jammer genoeg weer een nieuw gezicht, omdat de radioloog-oncoloog die we de vorige keer gesproken hebben, met vakantie is. De vaart moet erin blijven, daarom neemt een collega het over. Later op de dag wordt mijn gezichtsmasker (zie foto) gemaakt, waarmee ik op de bestralingstafel wordt vastgezet en in positie wordt gehouden. Ook volgt een CT scan, waarbij ik eerst via een infuus contrastvloeistof krijg toegediend.
Het behandelplan wordt stap voor stap uiteengezet. We luisteren aandachtig en stellen direct vragen als iets niet duidelijk is. De verbazing slaat enigszins toe, als we horen dat de behandeling korter en intensiever is en er bovendien een uitgebreider gebied wordt bestraald. Onze aanname was dat alleen het gebied rond de rechteramandel zou worden behandeld. Nu worden ook mijn lymfeklieren ‘stroomafwaarts’ meegenomen. Er wordt dus ook meer aan mijn lijf kapot gemaakt en dat is toch weer even slikken.. Het besef dring tot me door dat in deze fase alle beslissingen van de specialisten worden genomen op basis waarschijnlijkheden en protocollen. Als dit wordt gezien… dan wordt het als dat beschouwd … en dan wordt het zus behandeld (met x% kans op succes) … en dan zijn de bijwerkingen zo … Garanties worden er uiteraard niet gegeven. Hoewel er geen visueel waarneembare aanwijzingen zijn dat de kanker zich heeft verspreid, wordt het zekere voor het onzekere genomen. Mijn halslymfeklieren zouden het volgende station zijn waar niet waarneembare microcellen zich mogelijk nestelen. Daarom worden deze uit voorzorg meegenomen. Later op de dag wordt er nog een CT scan gemaakt. Tumoren vanaf een halve centimeter grootte kunnen daarmee worden waargenomen. Als dat het geval is, wordt het behandelplan aangepast. Zo niet, dan is de behandeling als volgt:
Vijf en een halve week (een tijdsbestek van 38 dagen) waarin ik 34 bestralingen krijg. Zes bestralingen per week. Vier werkdagen met een enkele bestraling en een werkdag twee bestralingen met zes uren ertussen. Startdatum is naar verwachting 15 juli, maar dat wordt nog bevestigd volgende week. Een sessie duurt 20-30 minuten en de bestraling zelf maar een paar minuten. Het zijn steeds korte stralen vanuit verschillende hoeken.De behandeling op zich is best te doen. Het venijn zit Echter in de bijwerkingen.Het gebied dat wordt bestraald wordt een soort vochtige schaafwond in de keel. Pijn met slikken. Eten zal in die weken hierdoor problematisch worden. Dit wordt versterkt doordat minder speeksel wordt geproduceerd (droge mond) omdat sommige speekselklieren ook worden bestraald. Mijn smaak, maar ook geur zal hierdoor veranderen. Dit heeft, in combinatie met pijn, weer een negatief effect op de eetlust. Verder moet ik mijn gebit om de ene dag met een fluorbad behandelen, waarschijnlijk voor de rest van mijn leven. Maar goed … Ieder mens is anders… het beste is maar om gewoon af te wachten hoe mijn lijf op alle bestralingen reageert.
Kankercellen gaan door bestraling kapot, maar tegelijkertijd ook gezonde cellen. Door de fotonen worden de cellen afgebroken in grote brokken. Kankercellen kunnen zich niet meer repareren. Gezonde cellen kunnen dat wel. Niet tijdens de behandeling, want dan krijgen ze door de continue straling geen kans om dat te doen.. Pas als deze is gestopt, repareren de cellen zichzelf. Ik heb een sterk en gezond lichaam en vertrouw op het regenererend vermogen van mijn cellen. Ik besef me sterker dan ooit hoe belangrijk voeding is in relatie tot gezondheid en zeker als het gaat om kanker. Ik ben er van overtuigd geraakt dat het merendeel van onze levensmiddelen volgestopt is met allerlei kunstmatige stoffen (zoetstoffen, conserveringsmiddelen, etc) die kanker veroorzaken. We zijn wat we eten … en het kan niet anders dan dat er een direct verband is tussen ongezonde voeding en kanker. Voor mij een reden om nog bewuster te letten op wat ik aan boodschappen in huis haal, dus zo veel mogelijk pure en onbewerkte levensmiddelen.

Geen twijfels meer …
Dinsdag 14 juli 2015
– Over minder dan 24 uur is het zover. Dan starten mijn bestralingen…. de volgende stap naar beter worden. Alle laatste twijfels of vragen die ik had, zijn gisteren door de radiotherapeut weggenomen en beantwoord. Ik had nadrukkelijk op dit gesprek aangedrongen, nog voordat de behandelingen zouden beginnen. Gisteren nam hij alle tijd om het hele behandelplan uit te leggen. Met behulp van het computerprogramma en de CT scan en 3D foto van mijn hoofd, liet hij stap voor stap zien hoe het behandelplan is opgebouwd, welke gebieden precies worden bestraald, vanuit welke hoek en met welke intensiteit. Ik wordt vanuit 6 richtingen bestraald, waarbij er honderd stralen op mijn hoofd en hals worden afgeschoten, in verschillende richtingen eb variërend in sterkte. De behandeltafel moet tijdens de bahndeling zelfs 90 graden worden gedraaid. Alles is high tech en heel indrukwekkend en met behulp van de computer geprogrammeerd. Ik kan niet anders dan erop vertrouwen dat het hele programma ook met de juiste precisie door het apparaat wordt uitgevoerd.
Op de beelden konden we precies zien welke gebieden de volle laag krijgen en welke minder. Ook was goed te zien waar men moeite had gedaan om sommige speekselklieren te sparen. Helaas ontkom ik er niet aan dat mijn schildklier ook een lading krijgt, waardoor dit vitale orgaan wordt beschadigd. In het merendeel van de gevallen herstelt dit zich weer, maar ook hiervoor worden geen garanties gegeven. We zullen moeten afwachten hoe mijn lijf op alle bestralingen zal reageren.
Woensdag 15 juli om half 1 ben ik aan beurt. Ik moet er al om half 11 zijn voor de laatste voorbereidingsgesprekken en informatie, maar dan is het zover! Het gesprek gisteren heeft mijn vertrouwen versterkt dat ik absoluut in goede handen ben. Het is de enige en ook noodzakelijke weg op weg naar beter te worden: kankervrij. Dat zal overigens pas later blijken, puur door af te wachten of de kankercellen niet meer groeien. De komende vijf jaar blijf ik onder controle. Meer dan ooit vertrouw ik op de veerkracht van mijn lichaam. Mijn gezonde cellen zullen het werk moeten doen. Om mijn lijf in goede conditie te brengen en houden, ben ik al een week dagelijks iedere ochtend aan het sporten. Niet extreem intensief, maar gewoon mijn vaste 5 km rondje hardlopen aangevuld met fitness in de sportschool. Dit hou ik vanaf nu gedisciplineerd vol met als belangrijkste motivatie: beter worden!

Klik om verder te lezen: Bestraling

De zomer door

Evi is jarig 
Het is zondag 28 juni. Vanmorgen heb ik zoals gewoonlijk na het ontwaken meteen mijn bril opgezet. Daarna ga ik de gordijnen openmaken om te zien hoe mooi de wereld eruit ziet. (Zonder krantenberichten) Ik had geen crocs aangedaan zoals ik gewoonlijk wel doe en gleed uit op mijn sokken. Ik viel achterover via de punt van het bed horizontaal op de grond. Hessel springt uit bed en met veel getrek kwam ik dan eindelijk overeind. Wat een gedoe weer. Na wat gepraat over het incident, eten we ons wekelijks croissantje op zondag.

Het leven gaat gewoon door. Ik had geen extra pijn bij het opstaan. Hessel smeert elke ochtend met Voltaren mijn onderrug in. Daarna ga ik gewoon aan het puzzelen en dan achter de pc. Na een half uur krijg ik pijn in mijn onderbeen en kuiten en moet op de bank gaan liggen. Dit euvel heb ik sinds een week. De multivitaminen zijn nog steeds niet in huis omdat de apotheek op zaterdag om 13.00 uur dicht gaat. Dan maar iets bij de Etos gehaald en maandagmorgen meteen naar de apotheek.

Vandaag was ook de verjaardag van Evi die 1 juli 3 wordt. Ik voel me belabberd en kan nog geen half uur zitten. Dan begint de pijn in de onderbenen en kuiten. Kan zo echt niet naar de verjaardag.  Ik heb mijn zoon Oscar gebeld en begon meteen te huilen. Ik kom er meteen aan zei hij. Ik krijg altijd dezelfde preek (goed bedoeld) dat ik veel meer doe dan mijn lichaam aankan. Wel lief.

Opa en oma dag
Maandag 29 juni was het” opa en oma dag” op het kinderdagverblijf. Gelukkig kon ik mee. De kinderen mochten gesneden fruithapjes naar elkaar toeschuiven tot het op was. Dan naar buiten in de felle zon. Er mocht vrij gespeeld worden. De opa’s en oma’s gingen met elkaar zitten kletsen, maar Hessel was de grootste kleuter. Hij vervoerde al rennend kinderen in diverse speelattributen. Ik ging op een stoel in de schaduw zitten kijken.

Opeens komen er 2 vrouwen op me af die vragen of ik Marieke van het café was. Ik kon niet op hun namen komen maar kende ze wel. Ze kwamen vroeger vaak in ons café en genoten er altijd zo van. De andere vrouw zei dat ze 2 keer de radio opnames waarin ik  over mijn familie vertelde, had beluisterd. Zo mooi vond ze het. Ik voelde me vereerd. De kinderen moesten weer naar binnen en gingen liedjes zingen. Daarna mocht elk kind aan opa en oma een zelfgemaakt aandenken uitdelen.

Vakantie
Laura heeft al vakantie en ze heeft een paar keer bij oma en Hessel gelogeerd. Op 4 juni waren we uitgenodigd door Catharien, een nicht van Hessel. Ze (man en 2 kids) hebben 5 jaar in Bangladesh gewoond en zijn weer terug gekeerd naar Wageningen. Ik voelde me niet lekker en ben niet mee geweest. Dat vind ik altijd heel vervelend, maar Hessel ook.

Zondag was ik gelukkig wat beter en zijn we met Laura naar een binnenspeelplaats in Malden geweest. Ze vond het heel leuk en uiteindelijk deed Hessel ook mee om in een autootje te zitten.

7 Juni op controle bij dr. Dieleman
De wond van de keeloperatie was mooi geheeld. Ik kan nu ook naar de tandheelkunde om een aangepaste prothese te maken. Ook moest ik bij mijn huisarts een verwijsbrief halen voor mijn oedeem en rode wangen na inspanning en warmte. Ze houden me wel bezig.

Zaterdag 11 juli hadden we van het bestuur van Sportclub Kwiek, waar Hessel bij zit een uitnodiging ( de partners mogen ook mee) om aan het water in Mook bij het “ dolfijntje” heerlijk te genieten van het prachtige weer, appeltaart, drankjes en barbecue. Ik werd hartelijk ontvangen. Ik had veel mensen al lang niet meer gezien. Ik had een hele lieve vrouw uit Mook naast mij zitten die alles voor me deed.

Maandag 13 juli ben ik als ondersteunend lid waar ik 8 jaar gesport heb als afsluiting van het seizoen naar de Diepen in Milsbeek geweest. Ik werd met applaus ontvangen.  Er werd jeu de boules gespeeld door de anderen, daar naar gekeken en ‘n beetje bijgepraat. Daarna samen pannenkoeken gegeten. Heel gezellig. We hebben ook afscheid moeten nemen van Lianne, onze docente. Jammer.

Dinsdag 14 juli, Hessel jarig
Hij is 72 jaar geworden en nog steeds gezond. We vieren het niet meer vanwege de drukte voor mij. In de ochtend kwamen broer Titus en schoonzus Nel. Oscar kwam ook nog even met Evi. We hebben na de taart samen broodjes gegeten. Daarna heb ik 2 uurtjes geslapen. ’s Avonds kwam Hessel’s zus Margriet nog en Joke met Wim. Om 22 uur lekker weer mijn bedje in.

Vrijdag 17 en zaterdag 18 juli zijn we met Laura naar onze familie vrienden geweest. Ze heten Theo en Griet en hebben zoon Thijs van 15 jaar thuis wonen. Het is ons jaarlijkse culinaire weekend. We gaan dan ergens eten op niveau. Dit was de 1e keer dat we in Friesland uit gingen eten. De vorige keren was het bij ons in de regio Nijmegen. Het was prachtig weer en we hadden elkaar weer genoeg te vertellen. Het diner was heerlijk. Laura sliep nog een nachtje bij ons. Daarna 2 nachtjes bij haar vriendinnetje Esra. Ik heb 2 dagen bij moeten komen. De 1e dag heb ik 2 uur geslapen, even opstaan en zo de hele dag door en de hele nacht door geslapen. Niet normaal.

Vaatonderzoek, 22 juli
Woensdag 22 juli heb ik een vaatonderzoek gehad vanwege oedeem en pijn in enkels en benen. De volgende week  krijg ik de uitslag. Vanavond zijn we uitgenodigd bij mijn nicht Ria voor de barbecue. Het was een hele gezellige avond met nog meer bekenden. De uitslag van het vaatonderzoek was slecht. Heb in mijn voeten een bloedstroom van 0,8 %. Donderdag 26 augustus krijg ik een vervolg onderzoek.

Zondag 2 augustus was het prachtig weer. ’s Middags na het rusten zijn we met de auto naar het natuurgebied de Vilt gereden dat in Beugen ligt. We kwamen bij een meertje en stalden onze meegenomen stoelen, tafeltje, koffie, koekjes en boek daar uit. Een oase van rust, waar we anderhalf uur lekker gezeten, gelezen en genoten hebben.

Psycholoog, 6 augustus
Donderdag 6 augustus hadden we weer een afspraak bij psycholoog Nelleke in de Radboud. Ik had elke dag momenten van geluk moeten opschrijven. Er  zaten rotdagen bij maar toch ook leuke gebeurtenissen. Het gesprek kwam al gauw op mijn slechte conditie, het vele slapen en het niet op de fiets kunnen stappen. Ik moet meer bewegen want de spieren moeten versterkt worden etc. Daar ben ik echter al 5 jaar mee bezig geweest en het werkt averechts. Ik doe wat ik kan. Nu gaat Nelleke oefeningen bij elkaar zoeken voor de volgende keer. Als dit onderwerp aan de orde komt begin ik al te steigeren

9 Augustus 2015. Het is mooi zondags weer. Met hulp van Hessel ben ik voorzichtig op de fietspedalen gekomen. Er zijn hier alleen rustige wegen en je bent zo 10 km verder. Bij een vriendin uit de sportclub hebben we op goed geluk pauze gehouden. We werden zo hartelijk ontvangen. Haar achterkleinkind logeerde bij haar. Ze is 5 jaar weduwe. Haar man zat zijdelings in Hessel’s  familie.

Donderdagochtend met vriendin Joke naar Kleve gereden waar een mooi tuincentrum staat. We hebben allebei mooie plant(jes)gekocht. In een leuke uitspanning koffie met appelkuchen verorberd en veel gepraat over van alles en nog wat. Voldaan gingen we weer naar huis.

Eerste bestraling … nog 33 keer te gaan

Juli 2015 – De kop is eraf…
De eerste behandeling zit erop. Kan beginnen met afstrepen. Nog 33 keer te gaan. Het viel al met al reuze mee. Van de straling zelf merkte ik zoals verwacht helemaal niks. Naarmate de tijd verstreek had ik wel het gevoel dat de plek waar ik ben geopereerd wat warmer en gevoeliger werd. Het masker dat strak om mijn hoofd wordt vastgeklikt op de tafel blijft een beklemmende ervaring. Mijn hart bonkte in mijn keel toen het werd opgezet. Gelukkig was Larry Carlton bij me. Ik had een cd van hem laten opzetten (mijn Ipod kregen ze ondanks alle high tech spullen niet aansloten) en door me mee te laten voeren door zijn gitaarspel, kon ik me ontspannen. Thanks Larry!! Volgende keer mag je wat harder :-).

Deze eerste behandeling duurde zo’n 25 minuten. Dat is lang als je vastzit en niet mag bewegen. Bij iedere eerste behandeling in een nieuwe week maakt men eerst een nieuwe CT scan die over de voorgaande platjes worden gelegd. Zo kan men eventuele afwijkingen in positie nog corrigeren. Bij de volgende behandelingen begint met direct met de bestraling. Je hoort het apparaat duidelijk van positie naar positie, in mijn geval 6, veranderen. Bij iedere positie wordt de juiste hoek gekalibreerd en worden de fotonen in de juiste sterkte afgevuurd. Daar merk je totaal niks van. Ik moest een paar keer slikken en probeerde dat te doen tussen de positieveranderingen in. Voor de laatste positie moet mijn tafel 90 graden worden gedraaid. Voor mij het signaal dat de behandeling er bijna op zit. En als het klaar is, volgt het heerlijke gevoel als het masker weer af gaat.

In de wachtkamer raken we in gesprek met een oudere man en zijn schoonzoon uit Doesburg. Eerstgenoemde heeft slokdarmkanker en had bewust gekozen voor bestralen plas chemo i.p.v. opereren. Het was zijn laatste behandelweek en hij is er goed door heen gekomen dankzij zijn goede fysieke conditie en een positieve Instelling. Het meeste last had hij eigenlijk van de chemo….vooral in de vorm van vermoeidheid en misselijkheid. Voor mij opnieuw de bevestiging dat bijwerkingen van persoon tot persoon kunnen verschillen en ook dat positief denken me absoluut kan helpen bij het herstel. Het is vooralsnog afwachten hoe mijn lijf de komende dagen, weken en maanden zal reageren op de bestralingen. Op dit moment voel ik me goed, enigszins vermoeid, maar het was vandaag ook een hele enerverende dag. Morgen om 12.20 uur mag ik weer…. Kom maar op!

De eerste bijwerkingen
Dinsdag 21 juli 2015
– Vanmiddag bestraling #6. Het is na vijf keer al zo een beetje een vast ritueel geworden waaraan ik gewend ben geraakt. Van de bestraling zelf voel je niet zo veel. Het stilliggen blijft iedere keer een uitdaging, maar gelukkig heb ik de muziek waarmee ik mijn gedachten kan verleggen. Ik voel me op dit moment best goed, maar ik merk dat ik de laatste dagen ook wel vaker moe ben. Het sporten en hardlopen kost me fysiek steeds meer moeite. Mijn energie wordt letterlijk weggezogen voor het verwerken en afvoeren van dode cellen en afvalstoffen.
De eerste tekenen van de bijwerkingen zijn inmiddels daar… helaas. Ik heb continue een droge mond en keel. Het wordt met de dag steeds erger. De bestraling maakt mijn slijmvliezen kapot en die krijgen geen kans om zich te herstellen. Ik ervaar voortdurend een branderig gevoel in mijn keel, alsof ik veel te lang lang en hard heb gepraat. Mijn tong voelt aan als kurk. Sinds gisteren proef ik zoet en suiker niet zo goed meer. Alles wat ik eet smaakt dus anders dan voorheen. Ik proef dezelfde textuur, visueel ziet het er goed uit, maar het smaakt allemaal weeïg met een licht bittere nasmaak … een vreemde gewaarwording. Bij het koken, moet ik anderen laten proeven omdat ik het niet meer goed kan inschatten. Vooralsnog heb ik geen pijn.
Gisteren een gesprek bij de diëtiste, waar ik het advies heb gekregen om extra eiwitten te eten. Minimaal 100 gram per dag. Dus veel vlees, vis, eieren, melk en zuivel. Eiwitten geven energie en zijn nodig voor het opbouwen en instandhouden van spieren, bloed en herstel van wonden. Mijn lichaam heeft dat heel hard nodig. Voor de rest heb ik een goed en gezond eetpatroon. Haar advies om t.a.v. de bijwerkingen het allemaal van dag tot dag te bekijken, neem ik ter harte. Ieder lijf reageert anders op bestraling en het heeft geen zin om me heel druk te maken over mogelijke effecten. Het is gewoon afwachten. Ik heb een proefzakje kunstmatige speeksel meegekregen om te testen. Elke kwam op het lumineuze idee om eigen speeksel als ijsklontjes in te vriezen. Daar had de diëtiste nog nooit van gehoord, maar het is heel creatief gevonden en de moeite waard om het zelf te proberen, kwam ze later vertellen 🙂

Off day
Vrijdag 24 juli 2015 … een totale off day!
– Een loodzware dag met twee bestralingen op 1 dag. Ik had heel veel moeite om te ontspannen en me aan de behandeling over te geven. Voelde me moe, gespannen en prikkelbaar toen ik s’ ochtends opstond. Op weg naar het ziekenhuis wist ik al dat een zware dag zou worden. Toen ik op de tafel ging liggen en het masker op kreeg, voelde alles net iets anders aan dan bij de voorgaande keren. Een ander team met een andere energie, het masker leek strakker te zitten, mijn hoofd en mijn rug misschien een paar millimeter anders. Mijn linkerarm naast mijn lichaam voelde alsof die van de tafel zou afglijden. Hierdoor ontstond spanning in mijn linkerschouder en nek. Daarbij kwam ook nog eens keihard bluesmuziekvan Larry Carlton vol bij me naar binnen … recht in mijn hart en ziel. Ik hield het niet langer en heb mijn hand opgestoken. De behandeling werd direct onderbroken. Noa en Elke keken in de ochtend mee in de controlekamer en waren getuige van deze nieuwe situatie. Noa zei t meteen: “papa ligt niet lekker”. Ook de radiologe had haarscherp gezien dat mijn benen wiebelden, mijn handen gespannen samenknepen en ook mijn ademhaling zichtbaar onrustiger werd. Ze hield haar hand boven de stopknop om direct in te kunnen grijpen.ze snelde naar binnen en ik werd bevrijd van het masker en kon rechtop zitten, zolang ik nodig had. Klaar voor een nieuwe poging … alles werd opnieuw ingesteld. Mijn duimen haakte ik in mijn broekzakken, waardoor ik mijn armen iets beter kon ontspannen. Pfffff …. Wat duren die minuten lang als je niet lekker ligt!
s’ Middags kreeg ik, wederom vrij snel last van kramp in mijn linker nek/schouder. De radioloog schoof vervolgens een glazen plaat onder mijn torso, waardoor ik mijn linkerarm ontspannen kon laten liggen. Elk voordeel heeft een nadeel. Door al dit gedoe lag ik al met al veel langer met het masker op. Men is uiteindelijk veel langer bezig met afstellen. Omdat de glazen plaat iets uitsteekt, kan het apparaat een bepaalde hoek niet stalen en moet men 2 keer naar binnen moet om de tafel handmatig bijstellen. Het snelste is om gewoon direct ontspannen te liggen, afstellen, bestralen en klaar!
Ik was vandaag niet goed in staat om mijn gedachten op iets anders te focussen en mijn lijf te ontspannen.De bestraling sloopt mijn lichaam stukje bij beetje. Al mijn energie wordt daardoor weggezogen. Mijn lijf wordt tot stilstand gedwongen. Mijn smaak verandert. Mijn geur verandert. Ervaar continu een branderig gevoel in mijn keel. Mijn mond en slijmvliezen zijn droog. Een deel van mijn tong voelt verdoofd aan, alsof de tandarts er een narcose in heeft gezet. Voel me steeds vaker moe. Ik heb ook steeds minder trek in eten, omdat het eten me niet meer smaakt. Had vanochtend met veel moeite een kommetje havermoutpap naar binnen gewerkt. Als vermoeidheid en frustratie samenkomen, dan wordt het zwaar. Het beste is om me eraan over te geven … zoals in Star Trek: “resistance is futile”. Ik heb gelukkig het hele weekend om me weer mentaal voor te bereiden voor een week 3. Nog 24 keer te gaan … nog 4 weken. Dat moet kunnen! Ik hou me vast aan de gedachte dat de bestralingen noodzakelijke stappen zijn om uiteindelijk beter te worden. En dat moment komt elke dag dichterbij!

Op eenderde …
Woensdag 29 juli 2015
– De bijwerkingen stapelen zich op zoals verwacht. Het brandend gevoel, in mijn keel is overgegaan in verschillende gradaties van pijn.Van gevoeligheid tot heftige pijnscheuten tot achter mijn oor zoals na de operatie. Slikken, kauwen, tongbewegingen, hoesten, niezen of praten … bij nagenoeg alles, wordt ik ermee geconfronteerd. Het vooruitzicht dat de bijwerkingen iedere dag een beetje heftiger worden, doet mij de moed een beetje in de schoenen zinken…. Pffff…. Ik zit PAS op eenderde van de behandeling … of moet ik juist zeggen AL op eenderde? Maar een woordje anders, maar een wereld van verschil.
Mijn eetlust is zo goed als verdwenen. Eten is sinds enkele dagen een grote worsteling. Bitter en zuur overheersen. Alles wat ertussen zit aan zoet en zout proef ik niet meer. Nu ook de pijn om de hoek komt kijken, wil ik eigenlijk zo min mogelijk slikken en kauwen. Ik ruik nog wel redelijk, maar de geur van eten maakt me nu misselijk. Ik ben me ervan bewust dat ik MOET eten om genoeg energie te hebben voor mijn lichaam en het herstelproces. Het wordt komende weken hard werken om genoeg binnen te krijgen. Ik besef me ook weer hoe belangrijk koken en eten in mijn leven zijn. Het is noodzakelijk, maar ook genieten en vooral ook sociaal. Voor nu is het zoals het is … en met mijn veranderende smaak en geur zie ik het maar als een nieuwe ontdekkingsreis, waarbij ik helemaal opnieuw moet leren welke smaken “lekker” en eetbaar zijn. Op nummer 1 staat een glas volle melk!
Ik heb gisteren bestraling #12 gehad… nog tweeëntwintig te gaan. Na de off-day van vrijdag, heb ik me aardig herpakt en lukt het me gelukkig weer om ontspannen te liggen. Ik luister nu ook naar rustigere muziek. Oude CD’s die fijne herinneringen bij me oproepen. Probeer zo veel mogelijk aan dingen te denken die me gelukkig maken. De druk van het masker verdeel ik in mijn gedachten ook over mijn hele lichaam door de achterkant van mijn hoofd, mijn rug en mijn benen te voelen. Eigenlijk lijkt het best op een schoonheidsmasker van klei dat strak opdroogt op mijn gezicht. Zo vliegt de behandeling voorbij.

Over pijn en eten …
Vrijdag 31 juli 2015
– Het is alweer de laatste dag van de week … de laatste dag van de maand. Na vandaag zitten er 16 bestralingen op en heb ik nog maar 18 te gaan. Bijna op de helft en met iedere dag komt ook het eind van de behandeling dichterbij. De afgelopen dagen stonden in het teken van pijn en frustratie over eten.
De pijn is dusdanig heftig geworden dat ik moest overgaan op zwaardere pijnstillers. Gisteren kreeg ik een tasje vol oxycodon tabletten (opium gebaseerd) mee. Genoeg om een olifant mee plat te krijgen. Twee soorten. Een langzaamwerkende type tablet, die ik iedere 12 uur moet innemen voor een basisspiegel tegen de pijn. Een andere snelwerkende tablet om piekpijn te bestrijden. Hier mag ik maximaal zes van op een dag hebben. Indien nodig wordt opgeschaald naar nog zwaardere middelen. Volgens de radiotherapeut-oncoloog is pijn nooit reden om te stoppen met de behandeling omdat er genoeg mogelijk is om dit te bestrijden. Ik moet haar gelijk geven, want het is in ieder geval sinds gisteren weer een stuk dragelijker geworden. De pijn komt in golven en kan nog heftiger worden. Ik ben erop voorbereid!
Na een goed gesprek gisteren met de diëtiste de beslissing genomen om over te stappen op voedingsdrankjes om ervoor te zorgen dat ik mijn benodigde calorieën en eiwitten zonder al te veel pijn, moeite en frustratie op een efficiënte manier binnen krijg. Ik heb me erbij neergelegd dat ik van eten voorlopig even niet meer kan genieten. Het is geen kwestie meer van trek of honger hebben, maar vanaf nu gewoon vier 300 ml flesjes op melkgebaseerde voedingsdrankjes met een rietje naar binnen slurpen. Daarnaast nog een paar glazen melk en wat vla. Kortom functioneel eten! Alles wat me verder lukt te eten is extra en mooi meegenomen. Zo hoef ik niet meer te worstelen met eten. De afgelopen dagen waren een grote frustratie en een echte marteling. Mijn keel, verhemelte, wangen, tong en slijmvliezen zijn kapot. Ze hebben niet de kans om te herstellen en bij iedere bestraling krijgen ze de volle laag. Ik kan het het beste beschrijven als enorme blaren of schaafwonden in mijn mond en keel. Het kauwen en slikken doen pijn en ieder hapje (alsof je op een stuk papier sabbelt) moet ik wegspoelen met water of melk om het weg te krijgen. Daarbij moet ik ook steeds oppassen dat ik me niet verslik. Bijna alles proeft bitter of zuur. Niets is meer herkenbaar. Zure dingen kan ik al helemaal niet meer hebben, want dat brandt. Zelfs zacht fruit, zoals mango en meloen (tot eergisteren goed te eten) gaat niet meer. Gelukkig hoef ik niet meer zo na te denken over eten en dat geeft me rust.

Dit bericht is geplaatst op 1 jul 2015, in bestraling.

Over de helft …

Het is woensdagochtend 5 augustus.. Nederland is merkbaar op zomer reces. Op weg naar het ziekenhuis is er weinig verkeer op de weg en zijn we in 20 minuten bij ARTI. We kunnen snel door centrum Arnhem heen en komen ruim op tijd voor de bestraling om 7.50 uur. Het is voor het personeel ook duidelijk de eerste behandeling op de dag. Om je heen merk je dat door binnenkomende mensen en dat iedereen op gang komt.

Enfin… vandaag is het alweer bestraling nummer 19. Dit betekent dat ik dus al over de helft ben. Nog maar 15 te gaan! De bestralingen op zich gaan nu best ok. Het lukt me goed om te ontspannen. De meeste druk van het masker voel ik momenteel op mijn kaken. Het masker is namelijk gemaakt met mijn tanden stijf op elkaar en er is hierdoor geen enkele bewegingsruimte, wat voor de bestraling ook goed is. Door de druk op mijn kaakspieren, voel ik het soms helemaal trillen. Niet fijn. Ik heb dit al aangegeven, maar ze passen het masker liever niet aan, omdat anders het hele programma opnieuw moeten worden gemaak. Er zit niets anders op dan nog maar even door te bijten.

De pijn is de afgelopen dagen, zoals verwacht, ook omhoog geschoten. Soms met hele scherpe pieken. Dat heb ik gisteren ook besproken met de radiotherapeut en zij heeft de dosering oxycodon meteen verdubbeld om de pijnspiegel te verhogen. Mag ook het combineren met paracetamol opgelost in water. Ik krijg ook een vloeibare pijnstiller, waarmee ik mijn mond even kan spoelen om de eerste, acute pijn te verzachten. Het is altijd even zoeken naar de juiste balans en eerst maar kijken of dit beter is. Zoveel van dat oxycodon slikken is gelukkig niet zo schadelijk voor mijn lijf, maar het zit ‘m vooral in de bijwerkingen: misselijkheid, duizeligheid, sufheid en soms hallucinerende effecten. Het is niet voor niets een opiaat. Dit betekent dat ik zelf even geen auto meer mag rijden. Maar ja … het maakt de pijn wel dragelijker.

Gisteren voor het slapen mijn mond ingesmeerd met Dentaid xeros gel, een soort kunstspeeksel. Het is mij goed bevallen. Het had een koelende licht verdovende werking, waardoor ik beter leek te slapen. Zometeen een paar zakjes bij de apotheek halen voor de komende nachten. Alle kleine beetjes helpen!

Het aftellen kan beginnen …
Het is vandaag woensdag 12 augustus … de dag dat voor mij het aftellen in enkele cijfers kan gaan beginnen. Nog negen bestralingen te gaan, verdeeld over zeven dagen. De bestralingen op zich verlopen momenteel soepel. De flow van een vast ritueel: 6.30 uur opstaan, douchen, scheren, aankleden, de krant lezen, pijnstillers innemen en een flesje met voeding naar binnen werken. Ook alle handelingen bij ARTI zijn inmiddels in mijn systeem geprogrammeerd. Dat komt goed met de resterende keren. Maar ja die vreselijke bijwerkingen …

Mijn dosering pijnstillers zit inmiddels al op 4x keer van waar ik mee begon en wordt nog verder verhoogd indien nodig. Slikken is soms gewoon te pijnlijk ondanks de zware pijnmedicatie. Ik krijg hierdoor niet voldoende voeding binnen met als gevolg dat op mijn spieren wordt ingeteerd en ik ook beetje bij beetje afval. Weeg momenteel 71 kilo (74,5 was mijn startgewicht). Mijn gewicht is natuurlijk geen doel op zich, maar het is wel een goede indicator om mijn fysiek ervan af te lezen. Als slikken echt niet meer gaat, dan is sondevoeding een alternatief schreef een lotgenoot mij via kanker.nl. Via een slangetje wordt dan voeding rechtstreeks de maag in wordt gepompt. Ik hoef dan niet meer te slikken. De mogelijkheden wil ik deze week met mijn radiotherapeut bespreken. Het is ook afwachten hoe de pijn zich ontwikkeld en hoe effectief dit met pijnstillers kan worden bestreden. Een punt van zorg is wel dat ik nu twee dagen achter elkaar koorts (38-38,5) heb gekregen, wat niet hoort. Het zou betekenen dat er in mijn lijf ergens een ontsteking is. Moet regelmatig temperaturen en paracetamol erbij gaan gebruiken. Zodra de koorts boven 39 graden komt, moet ik dit acuut melden en dan krijg ik waarschijnlijk ook antibiotica.
Verder gaat het naar omstandigheden best goed met me. Mijn lijf is gauw moe, dus ik doe tussendoor heel veel kleine slaapjes. Mijn cellen zijn hard aan het werk en met zulke grote hoeveelheden opiaten in mijn bloed ben ik voortduren suf. Zodra ik de vermoeidheid op voel komen, geef ik er ook aan toe. Ik hoef maar even mijn ogen dicht te doen en ik dommel weg. Sporten lukt me op dit moment helaas niet meer, maar zodra het weer enigszins gaat pak ik het weer op. Ik heb me de afgelopen tijd vastgebeten in het aanleggen van een nieuw WIFI netwerk met snel internet. Ook alle computerproblemen zijn door helpdesk Jerrel verholpen. Iedereen in huis weer blij! Met FIFA15 op de playstation 4 en Netflix lukt het me ook goed om de tijd te doden en gelijktijdig een flesje drinkvoeding weg te werken.Er zijn echter soms momenten dat de pijn me te veel wordt en de tranen komen. Ik moet dan huilen van de pijn (van snotteren wordt de pijn alleen maar erger). Ik ben dan boos, gefrustreerd en verdrietig tegelijkertijd. Ik wil op dat moment maar 1 ding en dat heel hard uitschreeuwen: STOP ER MAAR MEE! Maar het duurt maar kort voor het besef komt dat stoppen geen optie is. Natuurlijk kan ik stoppen wanneer ik wil. Het is mijn lijf en er is maar 1 persoon die bepaalt wat ermee gebeurt en dat ben ikzelf. Nee … we gaan door, want 100% kankervrij was het doel. Verder hoef ik alleen maar te denken aan de vele, lieve berichtjes, kaartjes, bloemen, telefoontjes en andere vormen van medeleven en betrokkenheid die ik de afgelopen tijd heb ontvangen. Nee stoppen is absoluut geen optie!

Nog drie te gaan …
Het is woensdagochtend 19 augustus… weer tijd voor een update!We zijn net terug uit het ziekenhuis waar ik mijn 31e bestraling heb gehad. Nog drie te gaan! Morgen eentje en vrijdag zoals gebruikelijk twee op 1 dag. Het idee dat de eindstreep nu heel dichtbij is maakt me heel erg blij. Ik ben eigenlijk best trots op mezelf dat ik zover ben gekomen. Nog even doorbijten. De bestralingen zijn intussen een vast ritueel geworden waar ik nu zo aan gewend ben. De laatste drie keer kan ik gewoon zonder enige problemen hebben. Maar ja … die verdomde bijwerkingen!
De pijn lijkt de laatste dagen gelukkig te stabiliseren, dat wil zeggen dat het niet erger wordt. Het blijft echter zoeken naar de meest effectieve dosering van de Oxycodon pijnstillers. Met 40 mg zou ik het 12 uur moeten uithouden. Deze formule werkte enkele dagen prima, maar ik merk dat de pijn nu veel sneller terugkomt. Dit betekent dat ik de dosering alweer moet verhogen. Van de arts mag dit in stapjes van 10 mg, zover als nodig. Echt schadelijk voor het lijf is Oxycodon niet, wordt gezegd. Ik heb het bovendien langzaam opgebouwd, dus mijn lichaam is eraan gewend geraakt. Behalve suffigheid, misselijkheid en een verminderd reactievermogen, helpt het mij verder prima. Ik zal aan het eind van de rit het ook wel weer langzaam moeten afbouwen…. Met andere woorden …. Afkicken. Omdat de pijn redelijk onder controle is, lijkt het mij verstandig om zo lang mogelijk door te gaan om op een normale manier voeding binnen te krijgen en vooralsnog sondevoeding te laten voor wat het is. Slikken blijft pijnlijk, maar het is nog te dragen. Als het echt niet meer gaat, dan kan ik nog altijd over. Maar dat moment is nog niet daar.
De laatste dagen heb ik wel nadrukkelijker te maken met misselijkheid. Dit komt enerzijds door de pijnstillers, maar anderzijds door de continue vieze smaak in mijn mond. Altijd maar die weeïge, enigszins verbrande nasmaak.. .soms proef ik dat zelfs bij plat water uit de kraan. Moet soms mijn uiterste best om NIET te kotsen, want brandend maagzuur op mijn beschadigde slijmvliezen is het laatste wat ik wil. Horizontaal slapen lukt al een week niet meer, omdat het taaie slijm achterin mijn keel zakt, waardoor ik moet hoesten. Bij een hoest- of niesbui komt alles met enorme kracht in beweging … Niet fijn kan ik zeggen. De nachten zijn weer gebroken… Tja … Ik moet gedurende de nacht regelmatig even rechtop zitten voor een klein slokje water. De gemiste slaap haal ik overdag in met kleine hazenslaapjes. Rust doet mijn lichaam zichtbaar goed. Mijn lijf heeft het hard nodig, dus gewoon eraan toegeven en overal waar het kan even de oogjes dicht doen.
Vandaag met de post weer lieve kaartjes gekregen van collega’s op het werk. Vorige week ook een mooie bos bloemen. Zo,ontzettend fijn om te weten dat ik, hoewel heel erg gefocust ben op mijn ziekete, nog steeds deel uitmaak van een groter geheel. Hoe zou het met iedereen gaan? Vlak voor de operatie, half juni, was ik voor ‘t laatst op kantoor. Misschien goed om binnenkort weer eens langs te gaan. Ga ik doen!

Bestralingen zitten erop …
Vrijdag 21 augustus … 17.15 uur.
Het zit erop …zojuist de vierendertigste en allerlaatste bestraling. Het moment waar we zo naar hebben uitgekeken en de afgelopen weken van dag tot dag naar toe hebben gewerkt, is uiteindelijk daar. Het voelt als een welverdiende overwinning. Ik stap met een super blij gezicht de kleedkamer uit waar Elke me opwacht. We geven elkaar een vette high five en nemen even de tijd om van het moment te genieten.
Echt lang kan ik er helaas niet van genieten. Als we naar de auto lopen, voel ik de misselijkheid, waar ik al de hele dag last van had, weer opkomen. De Omeprazol maagzuurremmer die ik nu al enkele dagen gebruik, kon niet verhinderen dat ik, vlak voordat we naar het ziekenhuis reden, kotsend boven de wasbak hing. Er was gewoon geen houden aan … alles wat ik met pijn en moeite naar binnen had gekregen gewerkt, kwam er weer keihard uit vergezeld van brandend maagzuur. Elke deed haar best om zo gelijkmatig mogelijk de auto richting huis te rijden. Ik probeerde mijn gedachten te verzetten en nam tussendoor steeds kleine slokjes water. Met een ice pack tegen mijn hals en met de slabak (onze kotsbak) paraat lukte het ons om ongeschonden thuis te komen. Thuis … als ik me ziek voel, is dat toch de allerfijnste plek om te zijn. Doodmoe plofte ik met een dekentje op de bank, om vervolgens enkele uren slaap in te halen.
Die dubbele bestralingen op 1 dag hakken er altijd in. Na vandaag is het gelukkig helemaal afgelopen met de bestralingen. De fase van het afbreken van mijn lijf is nu klaar. Mijn cellen kunnen zich helemaal focussen op het opruimen, het herstellen en het regenereren. De bijwerkingen ijlen nog ongeveer twee weken na waarbij pijn en misselijkheid zelfs nog verder kunnen toenemen, maar er komt een duidelijk omslagpunt. Vanaf dat moment zal het gewoon echt beter gaan. Dat lijkt mij ook een beter moment om te “vieren” in plaats van vandaag. De komende twee weken moet ik vooral veel rusten en ervoor zorgen dat ik voldoende eet (minimaal 5 drinkflesjes) en genoeg drink (2-3 liter water per dag). Mijn lichaam heeft dat hard nodig. Zal wel op zoek moeten naar een nieuwe structuur nu de dagelijkse ochtendritten naar het ziekenhuis wegvallen. Maar dat gaat zeker lukken.

Dit bericht is geplaatst op 1 aug 2015, in bestraling.

De zware dagen na de bestraling …

De week is alweer bijna voorbij (donderdag 27 augustus) en het is weer de hoogste tijd voor een blog update. Ik had de laatste dagen heel weinig energie om te schrijven. Ik ben vooral bezig geweest met overleven… vechten tegen de pijn, de misselijkheid en vooral ook de vermoeidheid. De fase van de bestralingen is achter de rug. Weer een fase afgerond. Alle aandacht en energie kunnen zich nu richten op het herstel.
De artsen hadden al gewaarschuwd dat de bijwerkingen nog 1-2 weken na-ijlen en meestal zelfs verergeren. Stiekem hoopte ik dat mij dat lot zou worden bespaard en dat die circus rustig aan mij voorbij zou trekken. Maar helaas … ik moet er ook aan geloven. De bijwerkingen zijn momenteel heftiger dan ooit en lijken elkaar nu ook te versterken. Deze periode na de laatste bestraling is echt het allerzwaarste tot nu toe. Het voelt alsof alles naar een climax beweegt. Ik ben vreselijk moe (ja, niet vreemd met zo’n hoge dosis morfine pillen). Ik rust veel, maar kom niet meer echt tot een diepe rust. Ik kan rechtop in slaap vallen en hoewel ik tussendoor veel korte dutjes doe, lukt het me al een paar weken niet meer om langer dan 2 uurtjes onafgebroken te slapen. Ik wordt ‘s nachts iedere halfuur wakker, omdat ik moet drinken. Mijn mond en keel staan in brand en snakken naar water. Het lijkt soms alsof alles in brand staat. Moet dan ook weer oppassen me niet te verslikken, want als ik moet hoesten ben ik nog verder van huis. Dus rechtop kleine slokjes om te voorkomen dat er iets in mijn luchtpijp schiet. Op zulke momenten ben ik alweer klaarwakker!
Een hogere dosering pijnstillers haalt gelukkig de ergste scherpe kantjes er van af, maar weg is de pijn nooit. Als de pillen hun werk doen, dan is het over het algemeen best dragelijk. Het zal ongetwijfeld ook zo zijn dat ik door die continue pijn eraan ben gaan wennen en mijn pijngrens daardoor ook automatisch verschuift. Misselijkheid is op zich te verdagen, maar als dat leidt tot moeten kotsen dan komt de pijn ook weer om de hoek kijken.
Mijn huid in het bestraalde gebied heeft het eigenlijk al met al heel goed gehouden. Het voelde al die tijd een beetje schraal aan en niet pijnlijk of zo. Sinds een paar dagen zit ‘t allemaal wat strakker en ook donker aan het kleuren. Alsof ik met mijn hals en nek lang in de zon heb gezeten. Je ziet nu pigmentvlekken als kleine sproetjes rondom iedere haarzakje. Mijn huid zal op een gegeven moment wel gaan vervellen en regenereren. Volgens mij groeit mijn baardhaar ook minder snel. Dat ik ben afgevallen (5 kg) kun je ook zien aan mijn kaaklijn en mijn gezichtsprofiel. Bestraling heeft ook een voordeel. Ik zie er 10 jaar jonger uit … mijn onderkin is verdwenen … nu mijn buikje nog … Hahaha!
Vanmiddag nog telefonisch contact gehad met de diëtiste. Ze stak me een hart onder de riem. Volgens haar doe ik momenteel al alles wat ik kan doen onder deze omstandigheden. Meer is niet mogelijk. Het is voor mij nu een kwestie van overleven. Nog even doorbijten, want moment dat de hele boel in de goede richting beweegt, is nabij. Helaas kan ze niet voorspellen op welke dag dat is.

Wachten op het kantelpunt …
We leven inmiddels op vrijdag 4 september. Ik heb een poos niet geschreven. Er is ook niet zo veel te vertellen, omdat de afgelopen dagen min of meer een verlengde waren van de voorgaande week.
Na vandaag zitten we twee weken na de laatste bestraling. Het kantelpunt waar ik met smart op zit te wachten, is jammer genoeg nog niet bereikt. Gisterochtend had ik, na eindelijk eens een rustigere nacht zonder hoestbuien en overgeven, eventjes de hoop dat we er waren… de pijn leek goed onder controle en ik voelde me energieker. Het bleek echter valse hoop, want in de loop van de middag werd ik weer volledig overmeesterd door hoge pijngolven. Ik heb extra pijnstillers genomen. De nacht was beroerd en de kotsbak, die nu standaard naast mijn bed staat, kwam er weer aan te pas. “Een zwaluw maakt nog geen zomer” luidt een bekend spreekwoord. Dat geldt overduidelijk in mijn situatie. Hoe graag ik het ook wil, het kantelpunt kan ik niet sturen of afdwingen. Ik denk eigenlijk dat het geen specifiek, herkenbaar of aanwijsbaar moment is. Omdat het allemaal geleidelijk gaat. Het beste is om iedere dag maar te nemen zoals het komt en ieder probleem op dat moment zelf onder ogen te zien en vanuit “survival modus” zo goed mogelijk aan te pakken.
“Hoe gaat het?” … momenteel is dat zo een beetje meest gestelde vraag. Begrijpelijk. Iedereen die mij kent is begaan is met mijn lot. Men wil vanuit betrokkenheid ook weten hoe het met me gaat. “Naar omstandigheden, goed” is volgens mij het meest passende antwoord. Alles wat ik allemaal doormaak, past volledig in het gemiddeld beeld van iemand met keelkanker die behandeld wordt. Natuurlijk zijn er verschillen, afhankelijk van de persoonlijke situatie zoals de locatie en het stadium van de kankercellen, de behandelwijze, de fysieke en mentale gesteldheid van de patiënt, de intensiteit van de bijwerkingen, etc. Maar de stappen die we doorlopen en de bijwerkingen zijn het zelfde. De pijn is bij mij momenteel onder controle. Ik krijg precies genoeg voeding binnen. De misselijkheid, vermoeidheid en slaapgebrek zijn ook niet vreemd. Ze horen bij het ziektebeeld. De bijwerkingen versterken elkaar. Dat geldt in negatieve zin, maar uiteindelijk ook weer in positieve zin. Als de pijn bijvoorbeeld straks minder wordt, ga ik beter slapen en ben ik minder vermoeid. Ik ga dan ook minder pijnstillers slikken, waardoor ik ook meer energie heb. Die energie gebruikt mijn weer om nog harder te regenereren. Als het bij mij zo ver is, dan gaat het merkbaar beter.
Vooralsnog is het een kwestie van overleven. Het is afwachten wat de dag brengt en probeer zo veel mogelijk mee te bewegen. Iedere dag opnieuw. Mijn energieniveau is laag en mijn concentratieboog is kort. Als ik bijvoorbeeld een boek lees of tv kijk, verslapt mijn aandacht al vrij snel. Ik ben soms helemaal kwijt waar het over gaat. Ik dut soms spontaan in om vervolgens weer wakker te schrikken. Regelmatig voel ik ook kleine korte stuiptrekkingen door mijn lijf gaan. Voor mij vaak een signaal dat ik gas terug moet nemen en moet rusten. Mijn lijf is hard aan het werk … repareert wat kapot is gemaakt. Ik voel me intens moe … een moeheid die nog eens wordt versterkt door de hoge dosis morfine pijnstillers. Ik zou graag weer dingen willen oppakken en ook weer willen sporten, maar het gaat gewoon niet. Ik heb me hieraan al over gegeven. Het is niet anders.
En als ik wel wat energie heb, dan is er thuis altijd wel iets omhanden om me in vast te bijten, zoals de werking van ons virtuele antwoordapparaat bij xs4all, de nieuwe Windows10 of het opruimen van de zolderkamer. Allemaal klusjes waar geen druk op zit en die ik in mijn eigen tempo kan doen. Als ik bezig ben vliegt de tijd ook snel voorbij. Nee … verveel me absoluut niet.

Heavy shit!
Het begint allemaal niet zo lang geleden met een ogenschijnlijk onschuldig pijntje in mijn keel. Op zondag – 3 mei … notabene in mijn weekend – ga ik op aandringen van Elke ermee naar de huisartsenpost. Nog geen twee weken later zit ik op de kanker-rollercoaster die in een razend tempo mijn hele leven op zijn kop heeft gezet.

Het is woensdagochtend 9 september 2015. We zijn nu al weer 4 maanden onderweg en ik ben ondertussen, een keeloperatie en 34 bestralingen verder, in de zwaarste fase beland. Mijn lijf is bezig om alle schade op te ruimen, alvorens het kan repareren. De schade is het grootst in het gebied waar de tumor zat. Hier is ook de hoogste dosis straling op afgevuurd. Hier zit momenteel ook het epicentrum van de pijn. Het is alweer de derde week in overlevingsmodus sinds mijn laatste bestraling Het einde van de rit is nog steeds niet in zicht en ik wacht met smart op tekenen van verbetering, zodat ik het gevoel krijg dat het weer bergopwaarts gaat. Er is in betrekkelijk korte tijd veel gebeurd en in het vuur van mijn overlevingsstrijd blijkt het lastig om de werkelijke impact op mijzelf en mijn omgeving goed in te schatten. Met een glas in handen dat bij mij bijna altijd halfvol is, lukt het me meestal ook om moeilijke situaties het hoofd te bieden. Door te vertrouwen op mijn innerlijke kracht, optimisme, positief denken, focus en vastberadenheid, ben ik ook ver gekomen.

Soms zijn er echter momenten dat ook ik vastloop, zoals een schip in vreemde wateren die de bodem raakt. Gisteren had ik zo’n dieptepunt. Alle pijn, frustratie, machteloosheid, vermoeidheid en angst kwamen op dat moment samen. De moed zakte me in de schoenen en ik zag het echt totaal niet meer zitten. Voelde allerlei negatieve gedachten en gevoelens door me heen gaan. Overmeesterd … en ik raakte in paniek. Ik maakte Elke wakker (de klok stond op 04.15 uur) om te praten. Bang …voor al het onzekere dat nog komt. Bang … voor de nimmer aflatende pijn en een verdere marteling. Bang … dat ik niet sterk genoeg ben en afhaak. Ik realiseerde me eigenlijk al vrij snel dat ik mijn angst onder ogen moet zien. Ik moet het niet ontvluchten, maar accepteren dat het er is. Het is namelijk onlosmakelijk gekoppeld aan kanker. Hoe krijg is dat voor elkaar? Door er over te praten met iemand die mijn situatie begrijpt. Bij voorkeur geen familie of vrienden, omdat het risico bestaat dat ze mijn last meenemen. Het Arti team kan mij ongetwijfeld verder helpen, dus ga daar de volgende dag snel achteraan.
Tja … wat verder te doen midden in de nacht … het belangrijkste is gezegd en beiden klaarwakker? Een potje kaarten (zwarte vrouwen)? onze Netflix serie kijken? Of een rondje wandelen? Het werd het laatste, dus kleedden ons aan voor een wandelrondje Schuytgraaf, via Rijkerswoerd weer terug naar huis, ongeveer 5 km. Tijdens onze nachtelijke wandeling was het zicht weliswaar donker en schemerig, maar ik zag ineens veel zaken kraakhelder voor me. Wat ik doormaak is echt HEAVY SHIT. Ik zag ook wat het allemaal met mij en ook wat het met mijn omgeving doet. Voorlopig zijn we hier nog niet klaar mee en aantal dingen moet ik anders aanpakken!

Weer in beweging …
Een van de dingen die ik per direct anders ga doen en waar ik op alle fronten baat bij zal hebben is meer bewegen. Ik ga vanaf vandaag iedere dag om 12 uur een stevige wandeling maken.Zo geschiedde het vandaag. Om klokslag 12 deed ik mijn loopschoenen aan en liep ik, gewapend met mijn waterfles, vanuit huis in een ferme pas naar winkelcentrum Kronenburg. Voor de zekerheid deed ik toch ook maar wat pijnstillers in mijn zak. Deze heb ik gelukkig niet gebruikt. Op mijn GSM loophorloge zag ik dat ik bijna 5 km had gelopen. Onderweg diverse keren gestopt om water te drinken. Al met al ging het best aardig. Op Kronenburg meteen mijn haren kort laten knippen. Op de achterzijde van mijn hoofd/nek ben ik op enkele plekken haar verloren daar waar ook is bestraald. De kapster heeft dat met de tondeuse redelijk kunnen egaliseren. Mijn haar is vrij kort gemillimeterd, maar het staat me best goed.
Op de terugweg twijfelde ik even om de bus te nemen, maar uiteindelijk toch maar besloten om weer te voet te gaan omdat ik nog wilde genieten van het mooie weer. Onderweg nog even gestopt bij de woonboulevard om bij de Praxis een connector te kopen voor onze nieuwe internet modem van Ziggo. Moe maar voldaan plofte ik op de bank. Beentjes omhoog…. Heerlijk om mijn voeten en benen weer goed te voelen. Ze hebben behoorlijk gewerkt. Maar het belangrijkste is dat mijn lichaam vandaag veel beweging en een flinke stoot zuurstof heeft gehad. Beweging betekent ook circulatie van bloed en zuurstof, wat weer goed is voor mijn herstel. Door beweging wordt er (met hardlopen zeker) endorfine aangemaakt, een goede vervanging voor pijnstillers. Morgen 12.00 uur hetzelfde recept!

Slaap!
Maandag 14 september, 8.15 uur
Vannacht voor de tweede achtereenvolgende keer een lange nacht gemaakt. Weliswaar met veel drinkonderbrekingen tussendoor, maar al met al heb ik ruim 5 uur aan slaapminuten kunnen maken. Ik ben zo ontzettend blij. Voel direct wat het doet met mijn energie. Slaap is belangrijk voor mijn lichaam en geest. Sterker nog … het is een onmisbaar en essentieel onderdeel in het herstelproces. Voor mij is dit overduidelijk een van de langverwachte signalen die het ommekeer inluiden. De weg die voor me ligt is echter nog lang. Ik moet ervoor waken om niet te snel te gaan.

Dankzij mijn Fitbit Charge Activity tracker, een slimme gadget die ik vorige week bij bol.com heb gekocht, kan ik precies zien hoeveel ik slaap en wat de kwaliteit van mijn nachtrust is. Het is een armband die continu mijn hartslag en bewegingen meet, vastlegt en synchroniseert naar mijn computer. Cijfers liegen niet en ik kan mijn gevoel nu staven met harde feiten. Op de minuut nauwkeurig is te zien of ik ontspannen of juist heel onrustig was. Een geweldig hulpmiddel!

Ik ben ook begonnen met verlagen van de dosering morfine pijnstillers. Sinds zaterdag gebruik is 60 mg langwerkende Oxycodine per 12 uur. Ik begon met 5 mg en mijn hoogtepunt was 80 mg. Ik wil de dosering op dezelfde wijze afbouwen als ik het heb opgebouwd. Dat kan niet anders dan in kleine stapjes. Ook probeer ik de kortwerkende Oxycodine, die ik tussendoor bij hevige pijnmomenten inneem, te vervangen door gewone paracetamol. Paracetamol is weliswaar minder effectief, maar ik ben er een stuk minder moe en suf van. Uiteindelijk zal de vermindering van pijnstillers helpen om mijn herstelproces te versnellen.

Dit bericht is geplaatst op 1 sep 2015, in bestraling.

De zomer voorbij

Het is 1 september. Ik heb lang niets meer van me laten horen omdat nog niet alles definitief was. Hierbij een korte samenvatting maar eerst wat leuk nieuws. Ik ben vandaag naar de eetclub geweest bij Toos. Zij is de laatste die erbij gekomen is. Het was een hele gezellige avond, we hebben lekker gegeten en veel gelachen.

Ik heb vaat onderzoeken gehad omdat ik veel pijn had. Ik kon niet meer op mijn fiets komen met mijn linkerbeen. Kreeg ook nog oedeem in de benen en knieën. Ook kreeg ik afgelopen vrijdag voor de zoveelste keer een dikke wang met aanvallen van hevige pijnsteken.

Vaatchirurg, 31 augustus
Maandag moest ik naar de vaat chirurg voor de uitslagen van de onderzoeken. De linker bekkenslagader is helemaal afgesloten. In de rechter bekkenslagader zit een kleine vernauwing. De rechter lies zit ook dicht. De dokter heeft 2 opties voor behandeling opgeschreven. Maandag hebben ze team overleg en word ik gebeld welke optie het gaat worden. Het zwarte deel op de foto is dichtgeslibd.

Kaakchirurg, 31 augustus
In verband met de dikke wang en pijnsteken heb ik maandagmorgen meteen naar de kaakpoli gebeld en kon ‘s middags meteen langs komen. Ik kreeg voor het eerst het hoofd van de kaakchirurgie en na onderzoek auw, auw, was hij heel resoluut in zijn oordeel.Kaak Marieke

De bot necrose, die daar achter het wondpakketje van de vorige operatie zit speelt regelmatig op, maar nu moet ik er echt aan geloven. Het bot is ook aangetast. Je noemt dit een steriele ontsteking. Hij wil het aangetaste deel van de linker onderkaak eruit halen en de onderkant van de kaak bedekken met een stuk kuitbeen. Dit wordt weer een operatie van 11 uur.

Tandheelkunde
Morgenochtend zou ik voor de 1e keer naar de tandheelkunde gaan om bovenin te proberen tanden erin te krijgen, maar die afspraak is meteen geannuleerd. Ik kan nooit meer tanden krijgen.

Ik heb er geen woorden voor. Het is niet te bevatten wat er in 1 dag allemaal kan gebeuren. Er staan nog 2 operaties te wachten. Eerst een bloedvat operatie en daarna nog een kaak reconstructie van 11 uur. Als er weer nieuws is hou ik jullie op de hoogte.

Psycholoog, 3 september
Op 3 September gingen we weer naar psycholoog Nelleke. Deze keer werd er veel aandacht besteed aan Hessel. Het was een goed gesprek.

Zondag 6 September kwamen Oscar, Jacqueline en de kleinkinderen Laura en Evi op bezoek. Dat was zoals altijd heel gezellig.

WMO, 7 september
Maandag 7  september hadden we een afspraak met een mevrouw van de WMO. (Wet Maatschappelijke Ondersteuning) We hebben de hele situatie uitgelegd. Ik zou graag huishoudelijke hulp willen hebben maar dat gaat zo maar niet en kost veel geld. Andere aanpassingen, zoals een traplift en scootmobiel worden pas bekeken als ik de operaties achter de rug heb.

14 September werd mijn petekind 50 jaar. Ik was te moe om er heen te gaan. Naar poli vaatpoli gebeld. Ik wacht al een week op de afspraak voor een angio CT scan. De man aan de telefoon zei dat  dat op radiologie moest gebeuren en zou mij bellen. De hele dag gewacht maar al wat er kwam, geen telefoon. Dus vanmorgen weer gebeld en nu wordt er 24 september een CT scan gemaakt. Ze willen de bloedvaten nauwkeuriger beoordelen. Dinsdag 6 oktober krijg ik telefonisch de uitslag en het behandelplan.

Vrijdag 25 september
De assistente van de huisarts belt en vraagt hoe het met mij gaat. Ik ben maar 1x daar geweest al een hele tijd geleden om 1 uur te praten en te huilen. Dat knapte wel op. Dat was na de 2e keeloperatie toen ik weer thuis was een door een diep dal ging. Als iemand vroeg hoe het met mij ging begon ik al te huilen. De huis arts zei dat ik al zoveel had meegemaakt in mijn leven, ook in periode van 16-30 jaar was een heel zware periode op mentaal gebied. Totdat ik Hessel tegen het lijf liep in Amsterdam.

Zaterdag 26 september Laura opgehaald in Kleve. Zij kwam een nachtje logeren. Wij zijn altijd heel blij als ze komt en zij ook. Het wordt al een echte puber. Ze zit 2 weken op het middelbaar onderwijs. Mama heeft al een telefoontje gekregen dat ze teveel kletst in de klas. We hebben boodschappen gedaan en Laura mag dan zeggen wat ze wil eten. Zondag kwam Nicole en Julian, haar halfbroertje van 13 jaar, Laura bij op ons ophalen. Bij hoge uitzondering en als de energie er is heb kook ik voor anderen. Nicole houdt erg van speklapjes. Wat wil je er bij? Andijvie stamppot. Julian lust geen speklapjes. De dag er voor hebben Laura en ik kruidige gehaktballetjes gemaakt en frambozenmousse, die een beetje te slap was, maar heerlijk smaakte. Ik kwam er toen pas achter dat ik de mousse op mijn weblog had staan. Ze hebben gesmuld.

Vrijdag 2 oktober
Om 7.57 ging de telefoon. We lagen nog op bed. Ik nam hem op en dat was Nel de vrouw van Hessel zijn oudste broer. Ha Marieke, is Hessel bij jou in de buurt? Ik zeg ja, hij ligt hier naast mij in bed. Mag ik hem even hebben. Ik wist meteen dat er iets ernstigs aan de hand was. Hessel begon meteen heel hard te huilen en ik ook, want zijn broer Titus was om 1.20 uur aan een hartinfarct gestorven. De medische hulp was al te laat, zo snel was het gegaan. Hessel heeft in een half jaar 2 broers verloren. Hij heeft nog een zus in Heesch (Brabant) wonen. Hessel ging meteen met zijn zus naar het mooie Workum toe, waar Titus en Nel wonen. Ik had gemakkelijk eten in huis en onze huisvrienden Joke en Wim hebben meegegeten. De volgende dag, zondag, ben ik ook meegegaan. Ik wilde hem graag nog zien. Hij lag er heel mooi bij. Was nooit ziek geweest. Wel gebruikte hij  vele jaren een pilletje tegen hartritme stoornissen.

Hij heeft woensdag 6 oktober een indrukwekkende begrafenis gehad. Ik kreeg in de kerk een speciale stoel aangeboden. Hessel had  een hele mooie in memoriam. Het kerkhof lag achter de kerk. Dat was voor mij te doen, maar de terugweg naar de locatie met de koffietafel was te ver. Ik werd ondersteund door Hessel en Peter, de man van de overleden broer van Hessel. Had erge pijn in mijn heupen. Als ik even zit, gaat dat gelukkig weer over. Koffie en lekkere broodjes deden ons goed. Ik kende veel mensen, maar bleef op mijn stoel zitten. De mensen die aandacht wilde geven kwamen wel naar me toe. Het moment komt dat we afscheid moeten nemen en weer terug naar huis in alle rust. Ik had een kleinood gemaakt voor Nel en de kinderen.

Dit clowntje hangt sinds 2002 boven mijn bed.
Zelfs mijn kleinkinderen mogen er niet mee spelen
Titus heeft  mij deze talisman gegeven
na mijn zware keeloperatie.
Ik koester dit lieve clowntje als troost.
Mag dit kaartje een beetje
tot een zichtbare troost voor jullie zijn.

Uitslag, 8 oktober
Het heeft 2 maanden geduurd voordat ik het behandelplan van mijn bekken en benen te horen kreeg. Het wordt een hele klus. De uitslag van de CT scan van het bekken en benen kreeg ik eindelijk op donderdag 8 oktober. De vaatchirurg belde rond 10 uur met de volgende opties:
1 In de morgen alleen angiografie.
2 In de middag dotteren linker slagader en rechts dotteren rechter liesslagader. Daarna kleine operatie aan de lies.
3 Een broekprothese.
Ik heb aan de vaarchirurg gevraagd of ik 1 en 2 de angiografie met de middag behandeling hier boven beschreven in 1 keer kan doen en onder narcose. Daar zou hij zich sterk voor maken. De wachttijd is 6-8 weken. Onvoorstelbaar. Het onderzoek heeft al 2 maanden geduurd. Daarna volgt nog de kaakreconstructie. Mogelijke complicaties: afklemming beenslagader. Zelden een been amputatie. Op 22 oktober heb ik een afspraak bij de anesthesist.

Bij angiografie maken ze een sneetje in de lies en gaan met een plastic slangetje de slagaders in om de vernauwingen te zoeken. (Dit onderzoek had ik in 2002 al in het Lucas ziekenhuis gehad.) De radioloog die het onderzoek deed zei dat hij het meteen kon dotteren. Nee dus. Ik kon nog niet eens met Hessel overleggen. Bovendien zaten er risico’s aan. Hessel was er niet bij, want wij hadden toen een restaurant. Daarbij kwam nog het feit dat ik pas gehoord had dat ik keelkanker had gekregen. Voordat het onderzoek begon en ik voor balie stond begon ik te huilen en zei dat ik net had gehoord dat ik keelkanker had. De zuster zei, dat ik die dag niets hoefde te doen, maar als ik het nu niet deed, het er niet meer van komt. Het rare van dit verhaal is dat ik de vaatchirurg nog nooit had gezien bij eerdere onderzoeken. Zelfs in de behandelkamer waar ik de angiografie kreeg was hij ook maar heeft mij nog geen hand gegeven.

Een broekprothese is een grote buikoperatie met meer omleidingen en zo. Weet dat niet precies hoe, maar hoop van harte dat dat niet nodig zal zijn.

Dinsdag 20 oktober, afspraak met dr. Dieleman de kaakchirurg
Mijn frustraties over de gang van zaken wat de vaat operatie zal inhouden verteld. Inspectie van de hele mond en keel. Een spatel op mijn tong en met een lampje tot aan achter in mijn keel bekeken.Niet prettig, maar zag er goed uit. Het enige probleem was de doorbloeding van het kuitbeen. Dat moet goed zijn, anders gaat de kaakreconstructie niet door. En dan? vroeg ik. We kunnen het aangetaste necrose kaakbot eruit snijden en met 1 centimeter minder wang verder leven. Nou, liever niet. Ik zei dat ik nu ook naar de vaatpoli kan gaan om te vragen of ze al weten wanneer ik geopereerd word. Goed idee zei de verpleegkundige. Met de golfkar naar de vaatpoli. Een aardige balie medewerkster heeft naar de vaatchirurgen gebeld, maar dr. van de Hoek was er zoals altijd niet.

22 oktober naar de anesthesist
Wachttijd 6-8 weken. Onvoorstelbaar. Het onderzoek heeft al 2 maanden geduurd. Daarna nog de kaakreconstructie. Met mij gaat het mentaal niet zo goed. Is het normaal dat ik 22 juli mijn eerste vaatonderzoek heb gehad. 26 augustus mijn 2e, 31 aug. uitslag, nog een CT scan nodig op 24 september, 6 oktober uitslag met operatie opties? Wacht nog steeds op de definitieve uitslag. De kaakchirurg zei dat de bloedvaten operatie met spoed! moet gebeuren omdat de kaakreconstructie zo spoedig mogelijk moet gebeuren. Er is een goede bloed doorstroming voor nodig.

Update vrijdag 23 oktober
Na de begrafenis van Titus kreeg ik een terugslag. Huilbuien. Na ruim 3 maanden weet ik nog steeds niet wat ze gaan doen. Huilend naar de vaatpoli gebeld. Die kon ook niets doen en heeft me doorverbonden naar de opname manager. Ik stond met optie erbij gepland op maandag 9 november en dinsdag operatie. Heb mijn zin gekregen om alles in 1 keer te doen. Maar verder nog geen optie van de vaatchirurg gehad.


Steun

Het is donderdag 17 september 2015. Sinds kort heb ik een nieuw, vast ochtendritueel. Dat is het checken hoeveel slaap ik precies heb gehad. De pijnwekker werkt nog steeds en ik wordt bijna altijd gewekt door pijn. Ik sta vervolgens op om mijn pijnstillers in te nemen. Ondertussen is de laptop opgestart en synchroniseer automatisch mijn Fitbit Charge horloge mijn slaapgegevens. Alles staat mooi in een grafiekje. Afgelopen nacht lag ik bijna 6 uur in bed, waarvan ik bij elkaar geteld 5 uur en 10 minuten echt in diepe slaap was. Ik ben in totaal 11 keer wakker geweest en had 18 rusteloze momenten. De afgelopen vijf dagen heb ik inclusief mijn middagdutjes steeds tussen de 6 en 7 uur slaap gehad. Aan heel mijn lijf voel ik wat het positieve effect hiervan. Mijn energiespiegel is stukken hoger en ik ben overdag veel minder moe en suf.

Afgelopen dinsdag heb ik een lang en goed gesprek gehad met de Arti verpleegkundige. Ik had een afspraak gemaakt naar aanleiding van de moeilijke momenten vorige week. Al mijn symptomen passen volledig in het plaatje van iemand hoofd-hals kanker. Slaapgebrek in combinatie met hoge dosis morfine doet na verloop van tijd soms vreemde dingen. Dit is een bekend verschijnsel, waar men wel zorgvuldig naar kijkt. De bijwerkingen worden geaccepteerd, omdat pijnbestrijding na de bestraling de allerhoogste prioriteit heeft. Alles met als doel herstellen. Ik krijg wederom te horen dat ik het prima doe. Als heel goed kijk, dan zie ik absoluut ook al die signalen van verbetering. Altijd goed om van een ander te horen. Het is heel fijn om met iemand te praten die mijn situatie volledig begrijpt. Iemand die helpt de dingen in het juiste perspectief te plaatsen. Blijkbaar is dat iets wat ik in deze fase nodig heb. Arti werkt op het gebied van psychologische zorg bij kanker samen met het Helen Dowling Instituut. Ik krijg hiervoor meteen een verwijzing en bel dezelfde dag nog voor een afspraak: dinsdag 22 september om 9.00 uur start dat traject met een telefonische intakegesprek. Voor die datum moet ik eerst een vragenlijst hebben ingevuld. Ook de verwijsbrief moet in orde zijn.

Vorige week nog heb ik aan den lijve ondervonden hoeveel kracht en steun ik krijg van praten met iemand die me begrijpt. Ik ben vlak voor de zomervakanties via mijn blog in contact gekomen met Els, een lotgenoot die bijna exact hetzelfde doormaakt als ik. Els is ruim een half jaar langer onderweg. Haar laatste bestraling was in december. We hadden via de mail al wat ervaring met elkaar uitgewisseld en dat vond ik heel erg fijn. Vorige week had ik echter de behoefte om haar te spreken en hebben we elkaar gebeld. Het voelde aan als een oase van herkenning, vertrouwen en steun … geheel wederzijds. Voor mij gaf het ook hoop, geduld en vertrouwen. Vertrouwen dat het allemaal weer goed komt. Het heeft echter tijd nodig en die tijd moet ik het ook geven.

Hoop
Maandagochtend 28 september … 5.10 uur. Het is vroeg… donker en koud. De wereld slaapt nog … ik ben klaarwakker.

De afgelopen dagen heb ik kunnen genieten van een relatief goede nachtrust, waarbij ik 5-7 uur aaneen, zonder tussendoor te hoeven drinken, heb kunnen doorslapen. Na vannacht weet ik weer wat het is om te worden geplaagd door een brandende, kurkdroge keel. Moest op een gegeven moment iedere paar minuten grijpen naar mijn waterfles voor wat verlichting. Pfffff …zo vermoeiend allemaal. Het leek allemaal zo goed te gaan en dan voelt dit toch weer als een tegenvaller. Typerend voor de fase waar ik nu door heen ga. Goede en slechte momenten die elkaar afwisselen. Gelukkig zijn er meer van die goede dan slechte momenten en dat geeft hoop!

Afgelopen donderdag was ik voor controle bij de behandelende arts/radiotherapeut. Nou ja, een echte controle kun je het niet niet noemen. Het was meer een algemeen evaluatiegesprekje over de gang van zaken. Naar mijn keel kijken heeft momenteel niet zoveel zin. Van binnen is weinig te zien, omdat alles nog kapot is en het herstelproces volop gaande is. We hebben wel allerlei zaken besproken, zoals mijn strategie om de dosering van de morfine pijnstillers te verlagen. Het streven is om iedere 3-4 dagen met 10 mg omlaag te gaan. Ik zit momenteel op 2x daags 50 mg oxycodon en vandaag zak ik naar 40 mg. Fysiek lijkt alles onder controle en heb ik ook de indruk dat het allemaal goede kant op gaat. Mentaal is het echter zwaar. Het gaat over het algemeen best goed, maar soms heb ik mijn moeilijke momenten. Morgen (dinsdag 29 september) is gelukkig mijn eerste afspraak bij het Helen Dowling Instituut voor psychologische ondersteuning. De afgelopen dagen heb ik op een rijtje gezet wat ik op korte en op lange termijn met dit traject wil bereiken. Mijn korte termijn doel is om “goed” door herstelfase heen te komen en beter te begrijpen hoe alles wat ik tot nu toe heb meegemaakt inwerkt op mijn denken, voelen en doen. Op lange termijn wil ik verder kunnen met het leven leven, voor zover mogelijk weer “de oude” worden. De weg die voor me ligt is nog lang. De komende vijf jaar ga ik hoe dan ook formeel als kanker patiënt door het leven. Periodieke controles moeten uitwijzen of de kanker wegblijft. Als ik schoon blijf in die vijf jaar, dan pas krijg ik het sein kankervrij.

Ik heb afgelopen donderdag ook uitgebreid gesproken met de diëtiste over mijn voeding. Ondanks mijn terugval in gewicht is ze tevreden met de manier waarop het nu gaat. Het is een prestatie op zich dat het me is gelukt om al die tijd zonder sondevoeding een basisminimum aan voeding binnen te krijgen. Iedereen die me kent en me weer ziet schrikt van het feit dat ik flink ben afgevallen en vermagerd. Ik ben onderweg 10 kg kwijtgeraakt en schommel nu rond de 65 kg. Op het moment dat het eten weer lukt, verwacht de diëtiste dat ik weer rap aankom. Ik probeer momenteel weer van alles uit om te eten, maar krijg voor alsnog alleen vloeibare dingen, zonder structuur, weggewerkt. Heldere bouillons en sinds enkele dagen ook gebonden soepen, zijn inmiddels een welkome aanvulling en ook afwisseling op de flesjes drinkvoeding. Gisteren heb ik zelfs mijn eerste hapje havermoutpap binnengekregen. Mijn smaak is weliswaar nog verre van de oude, maar is momenteel wel continu aan het veranderen. Het is iedere dag anders. Er zit beweging in en ook dat geeft goede hoop dat ook dat zich uiteindelijk zal herstellen. Hoe frustrerend ook, ik zal hiervoor toch het geduld moeten opbrengen. Dit gaat niet sneller en ik kan het op geen enkele wijze afdwingen.

Op de goede weg …
De stijgende lijn heeft zich de afgelopen week voortgezet en ik durf nu met zekerheid te stellen dat het de goede kant opgaat. Ik hoef ‘s nachts niet meer te drinken. De droge keel en mond heb ik nog wel, maar ik slaap nu gewoon door en hoef ook niet meer te drinken. Dit voelt als een overwinning. Een overwinning van mijn lijf op de pijn. De pijn die op de achtergrond weliswaar nog steeds aanwezig is, maar die verder is gezakt. Ik heb vanochtend mijn dosering verlaagd naar 2x 30 mg langwerkende Oxycodon. De kortwerkende tabletten gebruik ik bijna niet meer. Hoe sneller ik van dat spul af ben hoe beter. Ik hou me aan mijn plan om iedere 3-4 dagen in stapjes van 10 mg te verlagen.

Als de pijn verdwijnt, dan gaat vanzelf ook het eten beter. Als ik meer eet, dan kom ik ook weer vanzelf aan in lichaamsgewicht. Ieder pondje gaat per slot van rekening nog altijd door het mondje. Alle niet vloeibare voedsel met een beetje structuur voelt vreemd aan in mijn mond. De smaakbeleving is totaal anders. Het blijft plakken door gebrek aan speeksel. Ik kan kiezen: wegspoelen en slikken met water of uitspugen. Ik moet weer opnieuw leren kauwen en de zintuigen in mijn mond activeren. Niks smaakt meer als voorheen. Ik merk overigens wel dat er langzaam smaaktonen in mijn mond terugkomen. Het verandert weliswaar iedere dag, maar het geeft hoop voor de toekomst dat mijn smaak zich weer zal herstellen. Het voelt iedere dag weer als een ontdekkingsreis op smaakgebied. Kreeg de tip om te beginnen met kleine muizenhapjes met vooral nieuwe dingen. Omdat alles anders smaakt, kunnen bekende lekkere dingen dingen tegenvallen.

Als ik naakt voor de spiegel sta, zie ik een mager skelet. Ik ben ruim 10 kg afgevallen. Vooral spiermassa ben ik verloren… mijn bovenarmen, mijn bovenbenen, mijn torso. Mijn lijf heeft mijn spieren opgegeten om er energie uit te halen voor. Het wordt tijd om hier iets aan te doen. Op advies van mijn psychologe van het Helen Dowling Instituut (HDI) start ik volgende week met Oncofit fysiotherapie. De dagelijkse wandeling is prima, maar is natuurlijk vrij eenzijdig. Het is goed om me te laten begeleiden door een specialist die precies weet wat mijn lichaam in mijn situatie nu nodig heeft in.

Het was overigens een heel goed gesprek met de psychologe van het HDI. Fijn om van een ervaringsdeskundige te horen dat ik op de goede weg ben. Zij kan mij de komende tijd verder helpen met het bewust te worden hoe bij mij bepaalde emoties en gedachten ontstaan. Als ik ze begrijp, dan kan ik er ook pas echt iets aan doen. Ik begin dankzij haar steeds duidelijker de werkelijke omvang van de gevolgen van kanker voor mij te beseffen … op alle gebieden… en dat zijn er behoorlijk wat. Ze gebruikte een balans als metafoor. Op de ene schaal wegen alle veranderingen en effecten op mentaal, fysiek en emotioneel gebied zwaar door. De impact is enorm en werkt op heel veel facetten van mijn leven en van wie ik ben door. Ik heb hierop totaal geen invloed en herstel kost tijd. Op de andere schaal kan ik wel degelijk een aantal dingen doen om tegenwicht te bieden. Sommige dingen deed onbewust al. Het gaat om afleiding om de tijd door te komen, maar ook om lichaamsbeweging. Structuur en zoveel mogelijk patronen . Leuke dingen doen die energie geven. Maar ook ontspanning niet te vergeten. Wellicht komen we samen erachter of er nog andere dingen kan zijn om de boel meer in balans te krijgen om deze moeilijke periode door te komen.

Moe …
Het is woensdag 7 oktober. We hebben net gegeten, gezellig met zijn vieren aan tafel. Yara studeert in Amsterdam die is er niet bij, maar die komt gelukkig elk weekend thuis. Mijn moeder, die al bijna een maand bij ons logeert, heeft speciaal voor ons pindasoep gemaakt. Samen met een gepureerde Chinese aardappel is het een heerlijk smeuïg, gebonden maaltje geworden. Ik geniet van ieder hapje en proef de tonen van pindakaas. Zout is al enige tijd herkenbaar voor mijn smaakpapillen. Zoet is nog ongedefinieerd, terwijl zuur direct sky high tegen het plafond schiet. Mijn smaak is aan het herstellen en dat maakt me blij.

Het gaat eigenlijk goed me, maar de afgelopen paar dagen voelde ik me vooral erg moe. De moeheid gaat bij tijd en wijle gepaard met frustratie en een ongrijpbaar gevoel van innerlijke spanning en onrust. Verdomme … ik zit al meer dan zes maanden in een situatie, waar ik niet om heb gevraagd. De pijn lijkt bijna overwonnen, maar ik heb op veel fronten ingeleverd. Ik voel iedere vorm van spanning vol op mijn keel drukken en dat benauwt me. Moet ook alle moeite doen om te ontspannen. Ondanks de goede slaap sta ik iedere ochtend vol goede moed, maar voel ik al direct dat in mijn lijf weinig energie zit. Mijn benen zijn slap en mijn lijf is moe. Mijn cellen maken overuren. Zo tegen de eind van de ochtend voel ik de intens diepe vermoeidheid in mijn hele lijf. Meestal lukt het me nog om mijn dagelijkse wandeling aan het begin van de middag te doen, maar de laatste paar dagen kon ik het niet opbrengen. Ik moest tussendoor eerst 1-2 uur slapen om energie te tanken. De wandeling deed ik dan wel in de namiddag. Ik heb sinds 10 september geen enkele keer overgeslagen.

Gisteren heb ik mijn dosering morfine pijnstillers weer een stap verlaagd naar 2x 20 mg per dag, volgens plan. Wat betreft de pijn is dat te doen en even overweeg ik om meteen door te pakken naar 10 mg. Nee, ik hou me gewoon aan de afgesproken strategie, omdat te grote stappen ongewenste bijeffecten zouden kunnen geven. Maar goed, met dit tempo ben ik over twee weken van die chemische stoffen af… helemaal clean!

Vandaag heeft het KWF een deel van mijn blog geplaatst op haar Facebook pagina (https://www.facebook.com/KWFKankerbestrijding?fref=nf#) . Ze hadden mijn blog bericht over steun gelezen en willen het forum op kanker.nl promoten. Ik heb hiervoor uiteraard toestemming voor gegeven en wil hiermee mijn steentje bij dragen om lotgenoten in contact te brengen. Ik weet uit ervaring hoeveel steun dit kan geven!

Clean …
Maandagavond 12 oktober.
Vanavond neem ik, volgens plan, mijn laatste oxycodon morfine pijnstiller van 10 mg. Dit betekent dat ik vanaf morgen “clean” ben. Mijn vreselijke vermoeidheid zal daar ongetwijfeld ook iets mee te maken hebben. Mijn cellen zijn 24/7 hard aan het werk. Met afvoeren en regenereren. Hiervoor is alle energie die ik in mijn lijf heb voor nodig. De pijn is overwonnen … Maar helemaal weg is hij nog niet. Vanochtend overviel de misselijkheid me spontaan. Ik was net uit bed, na wederom een onrustige nacht. Ik voelde de misselijkheid ineens opkomen en hing weer eens kokhalzend boven de wasbak… Pijnlijk. Ik moest later op de dag vijf keer achter elkaar moest niezen… Pijnlijk. Geeuwen … Pijnlijk. De keel blijft gevoelig.

Nu de pijn nagenoeg verdwenen, is het van belang dat ik weer voldoende ga eten. Kortom de volgende uitdaging dient zich weer aan. Het slikken gaat gelukkig steeds beter, maar mijn keel blijft gevoelig. De ene dag ook meer dan de andere. Ik heb eergisteren voor het eerst een roereitje met een sneetje tarvo brood zonder korstjes weggewerkt. Ieder hapje zorgvuldig kauwend en wegslikkend. Zolang het maar smeuïg of vloeibaar is, krijg ik het weg en anders wel met een slok water. Ik heb die middag ook gerookte makreel gegeten. Vooral de vette buikstukjes waren goed te eten. Naast de havermoutpap en de gebonden soepen zijn dat de aanvullingen op de zes drinkflesjes die ik voorlopig moet blijven drinken. Veel kan ik overigens niet op omdat mijn maag in de afgelopen maanden zich heeft aangepast en een stuk kleiner is geworden. Dus moet ik meer eetmomenten inbouwen. Mijn smaak is nog steeds volop in beweging. Kon ik al heel goed zout definiëren, af en toe meen ik ook wat zoet tonen te herkennen. Dat is sneller dan verwacht en daar ben ik heel erg blij mee. De laatste dagen heb ik ook weer honger. Mijn maag knort steeds vaker. Veel te kiezen valt er nog niet en flesjes drinkvoeding komen me nu wel zo’n beetje de neusgaten uit. Soms ben ik gewoonweg te moe om te eten en voel ik de eetlust als sneeuw voor de zon verdwijnen. Eten is dan een echte worsteling, maar het moet, om genoeg energie binnen te krijgen en niet verder af te vallen. Dat is voor mij momenteel al bijna een dagtaak op zich.

Vanmiddag had ik een intake gesprek voor oncofit therapie. Ik krijg een individueel programma op maat. Ik zou kunnen instappen bij een groepsprogramma met vijf vrouwen met borstkanker, maar we waren het snel over eens dat dat voor niemand een toegevoegde waarde zou zijn. Dus maar individueel … In de eerste instantie om mijn basis te stabiliseren met alles wat helpen kan. Dat is heel hard nodig. Mijn lichaam is moe, mijn spieren zijn opgevreten en wat er nog van over is, is slap of gespannen. Mijn hele systeem is ontregeld. Ik wil mijn lijf weer voelen… voelen dat ik leef!

Voorlopig is het op peil brengen van mijn conditie nog een brug te ver, omdat mijn eetpatroon nog niet op orde is. Conditie en voeding gaan namelijk hand in hand. Het gaat ongeveer een halfjaar duren voordat ik weer een beetje de oude ben. Ik moest hier wel eventjes van slikken, maar het komt wel overeen met de prognose van mijn radiotherepeut/arts. We gaan het zien wat oncofit oplevert. Komende vrijdag de eerste behandeling. Kan haast niet wachten!

Dit bericht is geplaatst op 2 sep 2015, in bestraling.

Gas terugnemen …

Na gesprekken met de fysiotherapeut en de psycholoog van het HDI ben tot inzicht gekomen, dat ik wat gas moet terugnemen. Het heeft alles te maken met de beperkte hoeveelheid energie die ik momenteel heb. Mijn energieverbruik, mijn beschikbare energie en mijn voeding moet ik beter leren afstemmen, anders werkt het averechts op mijn herstel.

De vermoeidheid waar ik de laatste dagen zo last van had, is op zich niet zo vreemd. Het is een verschijnsel dat volledig past bij mijn herstelproces… aldus de specialisten en artsen. De verwerking van de klappen die ik fysiek en mentaal heb moeten incasseren. Mijn lijf heeft door de bestralingen een fikse opdonder gekregen en is nu met alle macht aan het regenereren. Dat kost heel veel energie. De herstelfase is mentaal en emotioneel zwaar. Dit is de periode waar over het algemeen het echte besef komt van de impact van kanker en van de dingen die door ziekte verloren zijn. Het is per individuele persoon natuurlijk anders, maar het verlies is aanzienlijk en bovendien op verschillende gebieden. Er ontstaat in de herstelfase ruimte om te rouwen over het verlies. In de voorgaande fases was hier niet echt gelegenheid voor. Zo staat de wereld op zijn kop bij de diagnose kanker en kom je in een roller coaster terecht. Voor je het weet ben je beland in de behandel fase. Er ontstaat tijdsdruk is er meestal geen andere keuze dan het maar te ondergaan.

In veel gevallen, zoals ook bij mij, gaat het na de laatste bestraling nog wekenlang bergafwaarts. Op een gegeven moment is er ook verdriet. Vaak onverwachts komt dat als een mokerslag keihard binnen. Ik heb gemerkt dat elke confrontatie met iets wat ik door de kanker kwijt ben geraakt (ongeacht of het tijdelijk of permanent is) trigger is voor emotie in de vorm van verdriet of frustratie. Bijvoorbeeld het niet meer normaal kunnen eten, als we met zijn allen aan eettafel zitten. Of een collega die een aardig berichtje stuurt, dat voelt als aandacht en steun , maar ook weer verdrietig maakt, omdat ik besef dat ik momenteel niet kan werken. Mijn actieve lijf wil bezig zijn, ondernemen, sporten en bewegen, maar is te verzwakt. Het rouwen om al het verlies is logisch en ook nodig om uiteindelijk verder te kunnen. Maar het kost ook een heleboel energie.

Ik sta iedere dag op met een beperkte hoeveelheid energie in mijn mandje. Daar moet ik het voor de dag mee doen. Herstel is prioriteit nummer 1. Als ik in al mijn enthousiasme meer energie verbruik dan dat ik beschikbaar heb, pleeg ik roofbouw. Ik verbruik dan mijn energie die eigenlijk bedoeld en nodig is voor het herstel van het lichaam. Met als gevolg dat ik het de dagen daarna meestal bekopen met extra vermoeidheid en langer herstel. Dit betekent dat ik de intensiteit van mijn wandelingen beter moet afstemmen op mijn beschikbare energie. “Niet de mate van mijn inspanning (wat ik kan/doe), maar de mate van mijn herstel na de inspanning, is de enige echte graadmeter voor de voortgang van het herstel”…. was voor mij een echte eyeopener. Mijn lijf heeft momenteel gewoonweg nog niet de energie voor zware inspanningen, dus is het beste om voor nu even wat gas terug te nemen.

Week 3 na “ground zero”
Dinsdag 20 oktober 2015
Het is week 9 na de laatste bestraling. Week 3 na “ground zero” oftewel het dieptepunt. De stijgende lijn heeft zich de laatste dagen doorgezet, mede doordat ik bewust wat gas terug heb genomen. Ik wandel nu om de ene dag en het zijn geen lange afstanden meer. Ik heb hierdoor meer energie – weliswaar nog lang niet mijn normale niveau- maar ik voel me er in ieder geval vitaler door. Zo tegen de eind van de middag voel ik wel de vermoeidheid opkomen, maar ik herstel me sneller. Ik krijg 2x per week Oncofit fysiotherapie. Vooralsnog hoefde ik alleen maar te ontspannen liggen met mijn ogen dicht om mijn halsgebied, waar de lymfeklieren zitten, te laten masseren en te te stimuleren. Vanaf de volgende begin ik ook met fietsen op de hometrainer. Rustig opbouwen.

Het eten blijft een enorme worsteling waar ik behoorlijk mee zoet ben. Het is momenteel mijn belangrijkste dagtaak. Het is hard werken om genoeg voeding binnen te krijgen. De melkachtige, volle smaak van de flesjes nutridrink (nog steeds de basis van mijn voeding) komen me na al die maanden echt de neusgaten uit. Ook havermoutpap die toch een paar weken een vaste, welkome aanvulling was, krijg ik niet meer weg. Na een hap ervan kokhalzen. Gelukkig kan ik nu overschakelen naar hartige dingen, omdat ik zout al aardig goed proef. Zoet proef ik nog steeds niet.

Mijn eer wapenfeiten in de afgelopen dagen:
– Avocado met zout- Zachtgekookt ei- Kokosnoot water- Sneetje brood zonder korst met veel boter en filet americain.
Moet ik wel wegspoelen met veel water.- Noedel soep, extra lang en zacht gekookt

Van alle melkproducten krijg ik enorme plakken aanslag op mijn tong en in mijn keel. Ik kan voorzichtig wat weg schrapen met een stokje of een lepel, waarbij ik moet oppassen dat ik niet ga kokhalzen als ik te ver achter in mijn keel kom.

De KNO arts, waar ik vorige week een spoedbezoek aan heb gedaan, heeft het schrapen afgeraden, omdat ik het risico loop het mijn slijmvliezen te beschadigen. Ik heb vorige week, na enkele behoorlijk benauwde nachten, erop aangedrongen dat er naar mijn keel werd gekeken,. Maakte me ongerust. Alles voelde dik en opgezwollen. Ademhalen in bed ging moeilijk en was beangstigend. Toen ik ARTI belde, kreeg ik te horen dat geen enkele oncologen beschikbaar was. Allen waren op een medisch congres. Ehhh…. Kan dat zomaar? Ik werd dus verwezen naar de KNO afdeling. Daar kreeg ik te horen dat ook alle KNO artsen, op eentje na, ook op dat zelfde congres waren. Gelukkig was er om 15.00 uur dezelfde dag nog een gaatje voor een afspraak.

Ik belandde die middag uiteindelijk in een overvolle wachtkamer met bijna een uur uitloop. Ondanks alle drukte en hectiek nam de vervangende KNO arts alle tijd voor mij. Tussendoor stuurde ze wat assistenten en artsen in opleiding aan die blijkbaar de overige patiënten hielpen. In mijn mond zar niks vreemds, voorzover men dat kon zien. Met de neusslang camera wilde ze toch inwendig even kijken. Pffffff …. niet echt mijn favoriete instrument. Ik zette me schrap en met tranen in de ogen, onderging ik het onderzoek. Het zag er allemaal keurig uit. Er zal alleen veel taai slijm … de oorzaak van mijn benauwdheid. Kreeg als tip om mijn neusholtes te spoelen met zoutwater. Ik heb inmiddels een zogenaamde neushoorn bij de apotheek gekocht. Ziet eruit als een mini gieter. Je schenkt zout water in een neusgat en het loopt vanzelf uit het andere… verdomd het werkt!

De eerste controle …
Het is donderdag 22 oktober. Een spannende dag … vanmiddag voor de eerste controlebezoek bij de radiotherapeut/oncoloog samen met de KNO-arts. Zoals eerder gezegd geen scans, maar louter en alleen een visuele inspectie. Omdat ik vorige week al inwendig met de laryngoscoop (slangetje met een camara) door mijn neus ben onderzocht, hoefde er vandaag alleen maar door de mond te worden gekeken. Verder werden mijn hals en nek uitgebreid met de handen gevoeld of er geen opgezwollen klieren waren. Ik moest aansluitend nog wel bloed afgeven om de effecten op mijn schildklier te onderzoeken.

Inwendig ziet het er allemaal keurig uit. Mijn slijmvliezen herstellen zich keurig. Geen onrustige plekken te zien. Littekenweefsel en taai slijm is normaal en dat verdwijnt in de loop van de tijd vanzelf. De artsen waren zichtbaar enthousiast over het voorspoedige verloop van mijn herstelproces. Ik slik geen pijnstillers of andere medicijnen meer. Mijn smaak is sneller dan verwacht aan het herstellen. Het eten is op dit moment weliswaar de grootste uitdaging, maar het gaat stapje voor stapje beter. Mijn energienivo zal de komende tijd onder goede begeleiding rap verbeteren. Kortom, het geeft allemaal heel veel vertrouwen voor de toekomst. De volgende controle is op 17 december.

Onlangs (juni 2015) verscheen er een medische publicatie waarin stond dat onderzoekers van het Universitair Medisch Centrum Groningen een nieuwe bestralingstechniek hebben ontdekt voor patiënten met een tumor in het hoofdhalsgebied. Met deze techniek kan de veelvoorkomende bijwerking, de droge mond, worden voorkomen. De kans is in ieder geval een stuk kleiner is vergeleken bij traditionele bestralingsmethodes. Speekselklieren blijken een gevoelig gebiedje te hebben. Als deze wordt gespaard geeft dat uiteindelijk veel minder schade aan de speekselklier. Verder heeft men ontdekt dat beschadigde speekselklieren (na bestraling) kunnen worden hersteld door middel van stamceltherapie. Dit laatste is voor mij wellicht interessant om verder uit te zoeken. Uiteraard hebben we dit onderwerp aangesneden vanmiddag tijdens mijn controle bezoek. Men gaat het verder uitzoeken. Eventuele stamceltherapie is pas opportuun als alles mijn keel is hersteld … over een jaar.

Morgenochtend ga ik op bezoek op mijn werk. In juni was ik er voor het laatst en het leek me een om weer een keer langs te gaan voor het contact met mijn collega’s. In de nabije toekomst komt er een moment dat ik weer ga werken. Dat zal ook in kleine stapjes gaan. Wanneer dat moment is, durf ik niet te zeggen. Wat ik wel weet, is dat hoe langer de periode van absentie duurt, hoe moeilijker het wordt om weer naar het werk te gaan. Voor mij is herstellen prioriteit nummer 1. Eerst maar zorgen voor een stabiele basis en waarop ik verder kan bouwen.

Elke en ik hebben het plan bedacht om volgende maand een weekje met zijn tweetjes naar de zon te vliegen. Waarheen? Ergens waar de zon schijnt en het warm is, om energie bij te tanken. Te meer ook omdat afgelopen zomer onze vakantie er bij is ingeschoten. Ik twijfel nog een beetje vanwege mijn eetproblemen. Ik ben nog afhankelijk van drinkvoeding en thuis hebben we alles bij de hand om voeding te bereiden die ik kan hebben. Op vakantie is dat een stuk lastiger. Aan de andere kant … over een maand voel ik me waarschijnlijk stukken beter. Ook ten aanzien van mijn smaak en het slikken. Vakantie zal ik bovendien ook eerst met mijn werkgever moeten overleggen.

Balanceren …
Het is vrijdag 30 oktober 2015. De herfst is nu wel echt aangebroken. Overal om je heen sneeuwt het goudbruine bladeren die bij iedere windvlaag als sneeuwvlokjes uit de bomen dwarrelen. Het is heerlijk om te wandelen en buiten te zijn … zonder een dikke jas, want echt koud is het niet. De zon laat zich volop zien en heeft nog veel kracht. Zon is energie en dat heeft ons doen besluiten om deze op te zoeken. Elke en ik gaan in december twee weekjes naar het zonovergoten Jamaica om energie bij te tanken. Zon, zee en rust. We vertrekken 11 december en zijn op 2e Kerstdag terug. Het voelt wel een beetje vreemd: voor de eerste keer Kerst zonder de kinderen en familie.
Ik ben vorige week vrijdag op bezoek geweest op mijn werk. Begin juni was ik er voor het laatst, vlak voor de operatie ruim vier maanden geleden. Ik ben er anderhalf uur geweest en heb veel mensen gesproken. Niet iedereen was binnen. In verband met de vakantieweek waren al velen eerder vrij en op vrijdag is ‘t zo wie zo altijd wat rustiger. Ik mocht ook voor heel even toehoorder zijn in een teammeeting die ik normaliter zou leiden voor de Logistica, een belangrijke driejaarlijkse vakbeurs. Ik heb noodgedwongen het hele project los moeten laten, maar ik ben blij om te zien dat men alles van concept naar realisatie heeft weten te brengen, precies zoals ik het voor ogen had.
Het was heel fijn om weer te midden van collega’s te zijn. De warmte en betrokkenheid gaf me het gevoel van thuis komen. Mijn afwezigheid is voelbaar, maar tegelijkertijd zie ik ook dat het team dit goed heeft opgevangen. Moe en voldaan ging ik weer naar huis. Helaas … de rest van de dag en ook de zaterdag en zondag daarna was ik volledig gesloopt en leeggezogen. Het bezoek aan mijn werk was blijkbaar voor mij een te zware inspanning. Ik ben blijkbaar weer voorbij een kritische grens gegaan en moest het weer moet bekopen met extreme vermoeidheid. Door deze ervaring besef ik me wederom hoe belangrijk het is om in deze fase goed te balanceren. De kunst is uiteraard om niet passief achterover te blijven hangen, maar ook om wel steeds mijn grenzen op te zoeken en te verleggen. En daar heb ik gelukkig professionele begeleiding voor om me stap voor stap door dit proces te loodsen en te balanceren.
Balanceren geldt overigens op alle gebieden. Net zoals met sporten en fysieke inspanning. Of met het eten … steeds opnieuw proberen van nieuwe dingen op zoek naar smaak. Ik ben nog steeds afhankelijk van flesjes drinkvoeding, maar sinds een paar dagen eet ik alweer wat zachter vast voedsel. Moussaka met aubergines, aardappelen en gehakt. Gisteren koolrabischotel met rijst. Alles ook zelf gekookt op geheugen uiteraard. Het tussendoor proeven is gedaan door een van de dames. Ik proef nog totaal geen zoet. Sommige aroma’s zoals knoflook, koriander, kerrie en zwarte peper herken ik. Ze overheersen en de balans is nog totaal verstoord. Maar het is volop in beweging en dat is een goed teken. Het is aan het herstellen. Het opeten van al dat voedsel blijft voorlopig nog hard werken, vanwege de smaak op de eerste plaats en omdat mijn mond en keel nog heel erg gevoelig en droog zijn. Ik moet iedere hap wegspoelen met water, anders blijft het plakken in mijn mond. Volgens mijn diëtiste is het moment nabij om de flesvoeding af te bouwen, maar voor de zekerheid hou ik deze voorlopig nog aan.

Klik hier om verder te lezen: Herstel

Dit bericht is geplaatst op 1 okt 2015, in bestraling.

Stembandkanker en Slokdarmkanker

1998
Stembandkanker en laryngectomie

Dankzij strottenhoofdkanker verloor hij zijn strottenhoofd met stembanden:
“Wie hoort dat hij zijn vertrouwde stemgeluid zal kwijtraken, kan dat gewoon niet bevatten. Je stem is een belangrijk onderdeel van je persoonlijkheid. Gelukkig kan ik na mijn laryngectomie functioneren als een ‘sprekend’ voorbeeld. Het leven na een laryngectomie is wel anders, maar absoluut niet minder boeiend! Klik op de link om mijn verhaal te lezen:
Verrassend leven zonder stembanden.

Tevens ben ik auteur van 5 verschillende boeken, waaronder mijn eerste boek “Hoofd- en halszaken” hetgeen ervaringsverhalen bevat van mensen met hoofd-halskanker en commentaren van medici.

2012
Slokdarmkanker, bestraling, chemo en buismaag
Vijftien jaar na de Stembandkanker en laryngectomie kreeg Ad de diagnose slokdarmkanker te horen.

2013
Er volgde een zware tijd met bestraling en chemo. Begin 2013 gevolgd door het verwijderen van een deel van de maag en slokdarm dankzij een adenocarcinoom (tumor in de overgang van slokdarm naar maag) waarna een buismaag werd geconstrueerd. Ook al zijn er een aantal beperkingen, over mijn kwaliteit van leven en functioneren ben ik nog steeds uitermate tevreden!

2014
KONINKLIJKE ONDERSCHEIDING

Ridder in de Orde van Oranje Nassau
Ad de Bruine (58) uit Heerenveen leeft al zestien jaar zonder stembanden. Zijn ziekte werd zijn levenswerk.

NSvG spraakmakend!
Ad de Bruine blikt terug op tien jaar voorzitterschap
Hij toont zich bescheiden over zijn eigen aandeel, maar trots op wat er bij de NSvG is bereikt. Ad de Bruine: “We zijn van een ‘vriendenclub’ uitgegroeid naar een naar buiten gerichte organisatie die een positie heeft gekregen en verworven in het hele hoofd-halsgebied.” Terugblik op tien jaar voorzitterschap. Én een vooruitblik op de toekomst.

2015
Inmiddels gaat die behandeling van slokdarmkanker alweer richting 3 jaar geleden (operatie was in februari 2013). Ik functioneer weer prima, verzorg weer lezingen en gastlessen en ben op verschillende terreinen actief.

Voor opleidingsinstituten, EHBO groepen en andere organisaties worden gastlessen verzorgd over stembandkanker en de laryngectomie of slokdarmkanker en het leven met een buismaag.

2017
Oud-voorzitter van patiëntenvereniging Hoofd-Hals overleden.
04-04-1959 †04-04-2017

Helaas is de website met veel informatie van en over Ad off line gehaald.

 

En zo is het alweer 2015…

… en kreeg ik een mail van Marga waarin zij vroeg of ik een klein stukje wilde schrijven hoe het met mij gaat. Want zo schreef zij: Mensen maar vooral ook lotgenoten zijn erg benieuwd hoe het nu met je gaat. Vaak komt de kanker terug maar net zo vaak niet en heeft men een heel goed leven. In beide gevallen kunnen lotgenoten steun hebben aan jouw verhaal.”

Met mij gaat het goed. Begin 2015 ben ik voor de laatste keer bij mijn behandelend arts geweest om hem een fles Whiskey te geven. Slechts een simpel cadeau met een kleine waarde ten opzichte van het cadeau wat hij mij gegeven heeft: letterlijk mijn leven. Nu na ruim 5 jaar ben ik “schoon” en hoef ik niet meer ter controle. Wel voel ik dagelijks nog mijn tong; een zenuw is kapot gegaan waardoor ik voortdurend een verdoofd gevoel heb in het achterste gedeelte van mijn tong. De ene dag wat meer dan de andere dag, bijvoorbeeld als ik wat vermoeid ben. Maar ik heb mijn smaak volledig nog, dus hier kan ik goed mee leven.

De afgelopen jaren had ik zo nu en dan wel een moment dat de ‘paniek’ toesloeg. Een bultje of aaft op mijn tong, bijvoorbeeld als gevolg van een verminderde weerstand, bleef dan mijns inziens wat te lang zitten en deed mij dan vervolgens naar het NKI spoeden voor een extra controle. En elke keer loos alarm gelukkig. Dit heb ik nu niet meer en inmiddels heb ik de periode van kanker ver achter mij gelaten. Althans, nog heel soms denk ik nog wel eens terug aan deze periode. Het was vreselijk, maar ergens ook heel mooi. Het was een periode dat ik even volledig los was van het mij druk maken over allerlei dagelijkse beslommeringen en (financiële) zorgen, maar zoveel andere dingen zoveel belangrijker vond. Dat gevoel is nu wel weer grotendeels weg en het dagelijkse geneuzel is wel weer teruggekomen, maar ik heb de waarde van het leven echt gevoeld en dat is een prachtige ervaring. Al met al denk ik dus niet dat deze gebeurtenis mij heel veel veranderd heeft. Wel is het leven maar relatief, dus probeer de dingen die je nu kan en wil doen ook nu te doen.

Heel veel sterkte voor allemaal die nog vol met deze klote ziekte te maken hebben. Maar is er echt hoop.

Groeten,
Franc

Update van Leo, over de periode: 2014-2015

Lieve mensen,

Ook ik heb van Marga het verzoek gekregen om weer eens wat van me te laten horen.

Nou gelukkig heb ik over mijzelf wat betreft de nacontrole’s alleen maar goed nieuws. Vanaf de laatste bestraling,  op Valentijnsdag 2014 krijg ik nog steeds om de drie maanden een nacontrole. D.w.z. om de 6 maanden bij de KNO arts en drie maanden daarna om de 6 maanden bij de bestralingsarts.

Twee keer heb ik zelf aangegeven dat er iets niet lekker zat in mijn hals. Men heeft toen even gevoeld en besloten om een echo te maken. Gelukkig kwamen ze tot de conclusie dat het littekenweefsel was wat  mij irriteerde.

Wel heb ik jammer genoeg problemen gekregen met mijn gehoor. Aangezien ik als 3 jarige peuter al eens een oor operatie heb ondergaan (die volledig mislukt was en ik er dus een aangezichtsverlamming en een compleet open en doof oor aan overgehouden heb),  had ik nu dus een extra probleem. Het nog werkende oor bleek een gaatje in het trommelvlies te hebben. Voorts is door de bestraling het slakkenhuis aangetast. Ik kwam dus niet in aanmerking voor een gewoon gehoor apparaatje. In overleg met de KNO arts van het Erasmus MC in Rotterdam heb ik een zgn. BAHA gekregen. Dit is een  Bone Anchored Hearing Aid. Tijdens een kleine poliklinische operatie boren ze een gaatje in je schedel,  vlak bij je slakkenhuis. Dan tappen ze er schroefdraad in en wordt er een soort van drukkoop in geschroefd.

(zie deze link)

Nadat het na een aantal weken genezen is, krijg je bij de audioloog het gehoor apparaatje, wat je op de drukknoop kan drukken. De audioloog stelt het nu volgens de gehoor karakteristiek die tevoren al eens is opgemeten in.

Het mooie met dit apparaatje is dat je er een bluetooth kastje bij krijgt, waarmee je verbinding kan maken met je mobieltje. Dus je hebt meteen een handsfree mobiel. Daarbij kan je ook nog een kastje bestellen voor aansluiting voor je huistelefoon en de TV. Deze moeten wel apart bij je verzekering worden aangevraagd. Deze vallen over het algemeen niet onder de basis verzekering.

Goed, wat mij betreft is tot nog toe alles heel erg meegevallen. Jammer genoeg heb ik moeten constateren dat dit niet bij iedereen in onze groep het geval is.

Tot slot wil ik toch nog even het volgende kwijt:

Nadat Marian in 2007 darm kanker kreeg en haar “remissie periode” dus in 2012 afgelopen was, begon ik eind 2013 met mijn hoofd/hals (lymfeklier) kanker.

Tot onze grote schrik kreeg Marian in september 2014 baarmoederhals kanker. Dus we konden weer opnieuw beginnen met allerlei onderzoeken en behandelingen. Zij heeft  drie soorten bestraling gehad, namelijk de gewone bestraling, diepe hyper thermie en brachie therapie.  Tot nog toe staat zij dus ook onder controle in de Daniël den Hoed,  tegenwoordig “Erasmus M.C. Kanker instituut, (hadden ze niets anders kunnen verzinnen?). Dus dat is nu weer afwachten hoe het verder gaat verlopen. Inmiddels is ze gestopt bij de thuiszorg en loopt ze in de WW (lekker…)

Tot slot, of we nog niet genoeg hebben meegemaakt, kreeg een van mijn broers in december 2014 long kanker en is inmiddels afgelopen juli in de leeftijd van 68 jaar overleden.

Goed dat was dan weer mijn update tot nog toe.

Ik wens iedereen weer heel veel sterkte en voorspoed in zijn of haar herstel toe.

Hartelijke groeten van Leo van Staveren,

Hellevoetsluis, 27 oktober,2015.

Stapje voor stapje

Het is dinsdag 10 november. Vandaag is de Logistica beurs begonnen. De belangrijkste 3-jaarlijkse logistieke vakbeurs in Nederland, een hoogtepunt waar de hele logistieke branche altijd naar toe werkt. Ik ben dit jaar jammer genoeg niet van de partij en dat is een rare gewaarwording. Natuurlijk heb ik alles maanden geleden moeten loslaten, maar nu het vandaag begint, besef ik me wat het echt met me doet om aan de kant te staan, zonder druk, adrenaline en hoogspanning. Ik heb de eerste foto’s al via social media voorbij zien komen. Ziet er goed uit. Hoe dan ook … Ik spaar momenteel al mijn energie om morgen erheen te gaan. Hoe lang ik het volhoud is even afwachten. Morgenavond is ook de personeelsavond van ons bedrijf en ik ga samen met Elke voor de grote meute onze stand bezoeken.

De afgelopen week heb ik op aanraden van mijn therapeuten van minuut tot minuut al mijn activiteiten in een logboek bijgehouden. Ik moest ook mijn vermoeidheid op een schaal van 0 tot 10 noteren, om te begrijpen hoe dit samenhangt met inspanning en ontspanning. De diepe dalen kreeg ik steeds als ik over mijn grens heen ging en veel meer energie verbruikte dan beschikbaar was. Dat gebeurt niet meer en door hier bewuster mee om te gaan, lukt het me inmiddels om grote schommelingen te voorkomen. Mijn energiebalans is momenteel egaler (dus geen pieken en dalen in energie) door:

  • inspanning af te wisselen met ontspanning
  • beter te doseren en evenwichtiger activiteiten te plannen en te ondernemen i.p.v. wisselend te veel of te weinig te doen of op gevoel of impuls te leven
  • niet te lang met dingen door te gaan en koste wat het kost iets af te maken, maar door eerder te stoppen als het nog leuk is

Mijn herstel is volop in gang en het gaat langzaam in de goede richting. Met eten gaat het ook stapje voor stapje beter. Ik ben nog steeds aan de drinkvoeding, maar dat is nog puur aanvulling (2-4 flesjes). Het slikken gaat wel beter, maar het is nog steeds gevoelig en eten blijft hard werken. Dat heeft vooral te maken met mijn smaak die iedere dag verandert. Soms is dat dat heel erg frustrerend. Zout is weer achteruitgegaan. Zoet proef ik nog steeds niet en dat is niet verbeterd. Zuur kan ik iets beter hebben, maar het schiet heel snel door. Een beetje zwarte peper daarvan komt mijn slijmvlies in brand te staan. Heel veel dingen hebben een bittere nasmaak. Ondanks mijn beperkte smaak blijf ik nieuwe dingen proberen en ben ik continu op zoek naar inspiratie. Ik moet zo wie zo 6-7 keer per dag iets eten, omdat ik door een kleinere maag niet zo veel weg krijg.

Het slapen is momenteel heel wisselend. Ik ga eerder naar bed en slaap langer, maar ik ben weer veel wakker als gevolg van een kurkdroge mond en keel. Heel soms lukt het me om het te negeren en door te slapen, maar meestal moet ik rechtop zitten om water te drinken. Dat moet voorzichtig om te voorkomen dat het in mijn luchtpijp schiet, maar dat onderbreekt wel mijn slaap. Een gebroken nacht heeft de volgende ochtend meteen invloed op mijn energie.

Geduld
We schrijven woensdag 18 november 2015… tijd voor een update. De tijd lijkt voorbij te vliegen en toch heb ik soms het gevoel dat mijn herstel me niet snel genoeg gaat. Gelukkig heb ik mijn begeleiders die me helpen om realistisch te blijven kijken naar mijn situatie. Ik wil zo graag weer verder met mijn normale leven. Ik wil weer sporten en bewegen. Ik wil weer an het werk. Ik wil weer volop genieten van het leven en niet alleen maar bezig zijn met mijn primaire levensbehoeften en met balanceren van mijn beperkte energie. Met kanker is mijn lijf tot stilstand gedwongen. Het moet herstellen en dat heeft tijd nodig. Ik moet geduld hebben.
Ik heb van de week mijn hele blog weer een keer helemaal doorgelezen. Alle ellende kwam weer tot leven … best heftig allemaal. Dat is gelukkig allemaal achter de rug en ik kan het inmiddels heel goed van me afzetten. Ik ga er emotioneel niet meer onder gebukt. Het zijn ervaringen die ik een plek heb gegeven. Wat vooral telt is het hier en nu … ik durf ook al weer voorzichtig vooruit te kijken naar de toekomst. Gisteren kwam bij mij het besef dat ik 6 weken geleden, begin oktober, nog op mijn absolute dieptepunt zat. Als ik dat vergelijk met waar ik op dit moment sta, dan heb ik al op heel veel fronten winst geboekt. Over relativeren gesproken … Ik kan me beter focussen de dingen die terug zijn gewonnen in plaats van de dingen die er (nog) niet zijn. Maar ja … de weg is nog lang en mijn twee grootste uitdagingen zijn balanceren met energie en geduld.
Het bezoek vorige week aan de beurs was absoluut de moeite waard. Het was fijn om weer tussen collega’s te zijn. Ik heb helaas lang niet iedereen gesproken, maar dat is ok want ik had het echt niet getrokken , denk ik. Het was wel een vreemde gewaarwording om aan de zijlijn te staan en na alles te moeten hebben loslaten er rond te lopen. Normaliter ben ik de spil waar onze hele beursdeelname om draait en nu er eventjes bij zijn zonder enige rol, zonder spanning en zonder stress. Wat ben ik trots op het fantastische bedrijf waar ik voor werk! Over drie jaar ben ik er weer bij, laten we daar maar van uit gaan.
Na mijn bezoek aan de beurs was ik de dagen erna, zoals verwacht, behoorlijk moe. Maar het was gelukkig niet een piek vermoeidheid zoals eerder het geval was. Zo wie zo merk ik dat ik minder schommelingen heb en ook minder hoge pieken. Dat heeft alles te maken dat ik beter balanceer met mijn energie, zoals ik vorige keer al schreef. Dat is een winstpunt. Het balanceren blijft een aandachtspunt, omdat ik de neiging heb om te veel te willen, te veel te doen en te lang door te gaan.
Ik heb afgelopen week heel veel last gehad van heftige hoofdpijn. Een stekend pijn vanuit mijn schouder en nek naar mijn kruin boven op mijn hoofd. Bewegen, kauwen, slikken, knipperen met de ogen en zelfs mijn haren aanraken … Allemaal triggers voor die stekende pijn. Ik had er al veel langer last van, maar de afgelopen dag verergerde het. Ik ben afgelopen maandag langs de huisarts gegaan. Ze kon niet echt een oorzaak vinden, maar het heeft waarschijnlijk verband met mijn verminderde mobiliteit en de spanning op mijn hals en keel. Ik moet de komende week 4x daags paracetamol en 3x Ibuprufen innemen en kijken hoe het gaat. Als ik na een week nog pijn heb, moet ik terugkomen . Dacht ik ff van alle pillen af te zijn … de hoofdpijn is daarmee gelukkig sterk afgenomen. Komende dagen maar even aankijken. Met Oncofit fysiotherapie ben ik overigens begonnen naast fietsen met lichte lichamelijke oefeningen om weer conditie en spierkracht op te bouwen. Nog geen intensieve dingen, want ook hier wordt streng bewaakt dat ik niet te hard van stapel loop.
Over een paar dagen (zaterdag) wordt ik 52. Ik vier mijn verjaardag al jaren niet meer en vind het het fijnst om met mijn gezin te cocoonen. Aanstaande weekend trekken we ons lekker terug in een huisje op Center Parcs Heiderbos. Gitaar mee, spelletjes mee, de harde schijf met videofilms en heerlijk met zijn viertjes genieten: quality time! Niks hoeft … alles mag.

Langzaam vooruit
Wat voor antwoord geef je iemand die vraagt hoe het met je gaat? Ik kan niets anders zeggen dan dat het “goed” gaat… naar de omstandigheden. Ik vergelijk vooral het dieptepunt (begin oktober) met waar ik nu sta en zie voor mezelf alle stappen die ik heb gemaakt. Tegelijk besef ik me dat ik er nog niet ben en dat het langzaam vooruit gaat. Ik heb nog een lange weg te gaan wat mijn energieniveau betreft. Slikken gaat goed, maar is nog steeds iets gevoelig. Het blijft uitkijken geblazen met mijn droge mond dat niets blijft hangen. De kans op verslikken is er nog steeds. Mijn smaak is helaas nog steeds niet echt verbeterd. Eten geeft momenteel geen enkel plezier meer… het is hard werken. Ik gebruik nog dagelijks 3-4 flesjes drinkvoeding als aanvulling op mijn normale eetmomenten. Zo ben ik er zeker dat ik genoeg calorieën en eiwitten binnen krijg. Ik kook ook weer … maar tja, een kok die niet meer kan proeven … frustrerend!
Van alle kanten krijg ik complimenten dat ik er goed uit zie. Fijn om te horen … ik neem ze dankbaar in ontvangst, want ik kom van heel ver. Weliswaar met een flinke jas uit, maar die kilo’s hoef ik uiteindelijk ook niet met me mee te slepen. Ik kan me ook voorstellen dat mensen die mijn geschiedenis niet kennen, aan de buitenkant niet zien dat ik ziek ben. Ik zit daar echt niet mee.
Ik was gisteren even langs op mijn werk. Het was weer fijn om tussen de collega’s te zijn en ook om weer vooruit te kijken. Met mijn werkgever besproken om na mijn vakantie in Jamaica een voorzichtig begin te maken met het hervatten van werkzaamheden. Starten met een paar uur in de week met aangepast werk, waarbij ik voorlopig nog uit de wind wordt gehouden om stap voor stap mijn oude rol op te pakken. De grootste uitdaging is om wat ik doe goed te balanceren met mijn beperkte belastbaarheid. De wil aan mijn kant is er, maar het kunnen nog niet helemaal. Ik kan in principe alles, maar slechts heel kort. Mijn grootste valkuil is ik te snel ga en dat ik wordt teruggeworpen. Dat wil ik absoluut voorkomen. Afgesproken is om regelmatig de voortgang te evalueren, waarbij een externe specialist wordt betrokken. Werken kost hoe dan ook energie. Ik zal ook vermoeid zijn, maar dat is niet erg. Belangrijk om naar te kijken is de mate waarin ik herstel van de vermoeidheid. Als dat heel lang duurt, dan ben ik over de grens gegaan. Maar eerst gaan we letterlijk de grens over, lekker op vakantie. Nog iets meer dan een weekje en dan liggen we aan het Jamaicaanse strand. Zon en warmte … Heerlijk. We vertrekken op 11 december en zijn 26 december terug. We zien dan wel hoe de vlag erbij hangt.
Volgende week 10 december nog een spannend moment vlak voor het vertrek naar Jamaica. Ik heb dan mijn 2e controle in het ziekenhuis. Op basis van signalen van mijn lichaam, verwacht eigenlijk een goede uitslag. Toch voel ik onderhuids de spanning en onzekerheid een beetje opborrelen, want kanker blijft een vreselijke sluipmoordenaar die je lichaam kan misleiden om onverwachts toe te slaan. De spanning zal de komende dagen wel groeien naar een climax en als woensdag de uitslag positief is, weer verdwijnen.

2e controle … een positieve uitslag
Een dag voor ons vertrek naar Jamaica, 10 december, nog even naar het ziekenhuis voor de 2e controle. Met de spanning is het uiteindelijk meegevallen. Het besef was bij mij al mij al enkele dagen aanwezig , maar Elke had er vanochtend toch ook wel een beetje buikpijn van. Hoe je het wendt of keert, de komende tijd voelt iedere controle als een dag des oordeel, waarin je te horen krijgt of het slecht of goed is. We kunnen met een gerust hart op vakantie. De uitslag is wederom goed!!

Het medisch team was zeer positief over mijn herstelproces. Het slikken en eten gaat steeds beter. Hoewel mijn smaak nog erg is verstoord, is de ervaring dat in deze fase herstel te verwachten is. Ook de droge mond en keel kan verbeteren, maar dat is afwachten. Zoals verwacht ben ik inwendig onderzocht en is er weer gevoeld aan mijn hals klieren. Er is vandaag ouderwets met een spiegeltje gekeken in mijn mond en keel, waarbij aan mijn tong werd getrokken, om alles beter te zien. Het weefsel zag er mooi, vochtig en roze uit. Alles is goed aan het herstellen. Hier en daar zit wat littekenweefsel, maar dat is normaal. Het zal ook niet helemaal verdwijnen.

De cameraslang bleef vandaag achterwege. … pffff, gelukkig! Maar daar kwam wel een ander onaangenaam onderzoek voor in de plaats. De KNO arts stak, nadat hij een XL latex handschoen aan had getrokken, zijn vingers diep in mijn keel om de plek te voelen. Dit ging geheel onverwachts, snel en hard. Moest direct kokhalzen en in een natuurlijk reflex greep ik zijn arm vast. Het scheelde niet veel of ik had overgegeven. Volgende keer toch maar het cameraslangetje? Enfin, er was genoeg gezien en gevoeld, want dat was het laatste. Bloed prikken hoefde niet … gebeurt elk half jaar. Blij en opgelucht namen we afscheid en liepen we naar de receptie voor het maken van een afspraak. Over 2 maanden, op 11 februari mag ik weer terugkomen voor de 3e controle. Maar nu eerst twee weken lekker naar de zon en de warmte!

Bye Jamaica … Hello Home
We schrijven maandag 28 december en zijn alweer twee dagen terug in ons koude kikkerlandje. Home Sweet Home … weer in mijn eigen bed. Heerlijk! Hoewel december dit jaar een buitengewoon warme maand is (eergisteren was het 14 graden in Zuid-Limburg), loop ik te bibberen van de kou. De overgang vanaf Jamaica is toch erg groot. De lucht was daar vooral warm en vochtig. Hier is het koud en droog . Voel direct dat mijn lijf energie opslurpt om de kachel van binnen te laten branden. Mijn nieuwe kersepittenzakkussen (Kerstkado van Yara) is momenteel mijn trouwe vriend. Hij houdt me lekker warm.
Jamaica was heerlijk. Wat een mooi eiland! Groen, vruchtbaar, mooie stranden en omringd door een blauwe zee. We hebben ontzettend genoten van de zon en de warmte. Zo lekker om buiten te leven, zonder het koud te hebben. Af en toe een kleine tropische regenbui ‘ s middags en hoewel het 25-30 graden was, was je nooit bezweet. Er was altijd wel een zeebries voelbaar. De warmte en het relaxte levensritme (jah man, no problem) gaven ons beide een behoorlijke energie boost. Even niet aan kanker te hoeven denken. De eerste paar dagen hebben we het heel rustig aan gedaan. We moesten ook heel erg wennen aan hoe de dingen in dit land eraan toe gaan. Eerlijk gezegd waren we er een beetje door van slag. We vonden het er extreem duur. Eten, drinken, transport, bezienswaardigheden … alles eigenlijk. Heel erg gericht op de (rijke) Amerikaanse toeristen met weinig tijd, die betalen zonder blikken of blozen wat er gevraagd wordt. Bij buitenlanders geldt ogenschijnlijk overal op het eiland een vrijbrief om geld af te troggelen. Als je, als vakantieganger, iets van het land wil zien, ontkom je er niet aan om flink de portemonnee te trekken. Aan de ene kant snap ik de overdreven focus op en afhankelijkheid van toerisme heel erg goed. Maar aan de andere kant heb ik er moeite mee als ik zie hoe arm de bevolking eigenlijk is (de gemiddelde Jamaicaan verdient slechts 15 US$ per dag). Het staat in een schril contrast met een kleine groep rijken die het meeste profiteert van het toerisme. Ja we hebben genoten van Jamaica, maar … nee voor ons is het niet voor herhaling vatbaar.
Uiteindelijk hebben we de laatste 8 dagen een scooter gehuurd en op eigen houtje veel van het westelijk deel van het eiland gezien, o.a.: Ricks Cafe, Blue Hole, Lost Beach, Half Moon Beach, Savana la Mar markt, Glinstering Waters, Mayfield Falls, Roaring River Cave, Appleton Rum Estate, Black River Safari, Dolphin Cove, Zimbali cook workshop en vooral rond cruisen in Negril. Wat een verademing die vrijheid om te gaan en staan waar en wanneer je zelf wil. Je ziet op de scooter ook veel meer van de omgeving en komt ook snel in contact met de locals. We hebben al met al bijna 500 km gereden. Steeds een dag op pad en dan weer een dagje rustig aan. Tijdens de ritten stopten we ook regelmatig om even te rusten of te eten/drinken. Dat ging erg goed… ook in het verkeer links rijden. De wegen zijn erg smal en vooral de binnenwegen zitten vol gaten, dus het was steeds uitkijken geblazen. In het donker rijden probeerden we te vermijden. Over het algemeen wordt er erg hard gereden, maar men houdt goed rekening met wielrijders en voetgangers. Overal rijden er gekken rond, dus ook daar. Gelukkig is alles goed gegaan en zijn we weer heelhuids thuis.
De lange vliegreizen waren eigenlijk het zwaarst, vooral de terugvlucht viel tegen. Inclusief transport naar het vliegveld en het wachten waren we van deur tot deur toch een bijna een hele dag onderweg. We hadden op de terugreis bovendien twee uur vertraging vanwege een zieke piloot. Er moest een vervanger vanaf Canjun over worden gevlogen. Op het vliegveld voelde ik jammer genoeg alle opgeladen energie in 1 klap weer wegvloeien. Heb vrijwel de hele vlucht van achteneenhalve uur geslapen, maar werd weliswaar steeds wakker. Mijn keel werd steeds droog door de koude airco lucht in de cabine. Vanaf Schiphol weer met de trein naar huis. Daar heb ik een uurtje op bed gelegen. We zijn vervolgens naar onze ouders in Zuid-Limburg doorgereden (Elke reed, zodat ik ook mijn ogen lekker dicht kon doen) om 2e en 3e Kerstdag met hun te vieren. Het was fijn om alle familie weer te zien. Ze waren ook blij om ons te zien. Iedereen vond dat ik er gezond uit zag. Van buiten kon dat wel zo zijn, maar van binnen voelde ik me op dat moment doodmoe met de lange reis nog vers in de benen. Lag er de afgelopen dagen ook steeds vroeg in het mandje. Was ook heel blij om gisteravond weer naar huis te gaan. Vandaag voelde ik me eindelijk weer een beetje mens. Was vanochtend om 06.00 uur wakker en om 08.00 uur stond ik in de supermarkt voor de boodschappen.
Het eten op Jamaica ging best goed. Ik kon de meeste dingen eten, uiteraard met veel water om de happen weg te spoelen. Heb iedere dag als aanvulling 2 flesjes drinkvoeding gebruikt. Jamicaans eten is vooral spicy en ik heb gemerkt dat ik ook iets beter peper kan verdragen. Dat is een winstpunt. Het lijkt er echter op dat als ik te sterk gekruid eet, ik daarna minder verschillende smaken kan definiëren. Alsof mijn smaakpapillen weer een opdonder krijgen en daarna veel dingen weer vlak en flauw smaken. De afgelopen Kerstdagen heb ik dan ook weinig plezier aan het eten beleefd. Al die lekkere dingen op tafel smaakten me gewoonweg niet …. heel frustrerend!!!

 

Dit bericht is geplaatst op 10 dec 2015, in Herstel.

Verhaal van Elly over longkanker

elly

22 Oktober 2015
Ik hoorde vanochtend op de radio dat bij Johan Cruyff longkanker is geconstateerd en ik dacht, lieve hemel, niet weer één hè!

Dag, ik ben Elly, van de strottenhoofdkanker, en ik wil jullie het vervolg daarvan niet onthouden.

Het laatste wat ik vermeldde was dat ik toeleefde naar de controle in september 2013. Gelukkig was alles in orde. Dan ben je natuurlijk weer een weekje gerust en begint daarna toch weer de onrust. Bij ieder kriebeltje of pijntje denk je, o jee, het zal toch niet?

Ik ben dit jaar met een vriendin een weekje naar België geweest, in een vakantiepark huisje. Lekker gefietst e.d. Later nog twee weken in Marokko rondgereisd, met een reisgezelschap. Daar had ik af en toe moeite de groep bij te houden. Of dat nou kwam door de bestralingen of dat zij gewoon als gekken liepen, daar kon ik niet achter komen. Het was wel bijzonder, als je bedenkt hoe ik er een jaar eerder voorstond!

Met mijn keel gaat het redelijk goed. Wel pak ik ieder bacilletje dat rondvliegt op. Bij het koor zing ik nog lager dan de bassen af en toe. En soms is het alleen nog een krassende kraai die ik mag nadoen. Dat duurt vaak weken voor het weer beter wordt en daar word ik dan altijd een beetje  moedeloos van. Ook een beetje kribbig moet ik zeggen. Ik val nog wel eens uit tegen sommige mensen en dat is verkeerd, ik weet het, maar ik kan het niet tegen houden. Ik heb een gevoel van ik moet opschieten anders is er geen tijd meer.

2014

Ik leef maar een beetje voor de vuist weg. De huisarts heeft me aangeraden afleiding te zoeken. Ik ben noch nooit zoveel bij de huisarts geweest als de laatste tijd. Ook in dit jaar doe ik maar wat. Wel zoveel mogelijk voor mij leuke dingen, als theater, film, vakantie.

Toch probeer ik er nog wel een beetje structuur in te bouwen want je wordt doodmoe van het steeds maar onderweg zijn.

Aan het begin van het jaar krijgt een goede bekende van mij de diagnose slokdarmkanker. Hij kent ook Petra. Nu zijn we een trio. Met dien verstande dat ik kankervrij ben. Eén van de koorleden moet opzeggen vanwege darmkanker. (Ik zag hem laatst, eind nov. 2015, en hij is gelukkig hersteld).

Met mijn vriendin Petra gaat het minder goed. Haar eierstokkanker is in de vorm van uitzaaiingen terug in de buikholte en de lever. Ze ondergaat chemokuren en doet wat ze kan.

Ik probeer zoveel mogelijk mijn ding te doen en niet te veel te blijven hangen in al deze kanker – gevallen. Maar dat is best moeilijk. Ik voel ook iedere keer weer wat zo hier en daar.

21 mei krijg ik een kaart dat mijn goede vriendin uit Harmelen tijdens een vakantie in Italië ’s nachts plotseling is overleden. Hartstilstand of hersenbloeding.
21 juni overlijdt Petra als gevolg van.
Met die bekende met de slokdarmkanker, gaat het ook niet goed.
Op 5 augustus overlijdt een zwemmaatje ‘gewoon’, van ouderdom. Het houdt niet op.

Als gevolg van de bestralingen zijn er natuurlijk een aantal speekselklieren vernietigd. Ik moet bij brood, kaas, en koek nog steeds slokjes water nemen. Maar daardoor hebben bacterieën ook meer kans te gedijen. Ik krijg dus een prachtige schimmelinfectie in mijn mond. Niet getreurd, mijn huisarts geeft Flucozanol. En inderdaad. Al na 1 dag is de infectie niet meer te zien maar ik moet wel de kuur van een week afmaken. Zo, dat hebben we ook weer gehad.

Ik ga vier weken later met dezelfde vriendin als vorig jaar, nu naar een huisje bij Roermond. Ook weer lekker een weekje fietsen e.d. Het weer beloofd goed te worden. De tweede avond voel ik me een beetje beroerd. Ik ga naar bed en de volgende dag besluit ik niet mee te gaan met fietsen en wil een beetje in de zon liggen. Ik ben erg moe. Ging allemaal goed. Twee dagen later krijg ik plotseling een heel verbrand gezicht en het voelt of ik in brand sta. Aftersun gekocht, zonnebrand crème faktor 50. Dat spul heb ik mijn hele leven nog nooit hoeven te gebruiken?!
Aan het eind van de week gaan we terug naar huis en als ik ’s middags thuis ben, zie ik dat de deur van de huisarts nog open staat en zijn auto staat voor de deur. Ben ik heel brutaal naar binnen gelopen en gevraagd of hij even wilde kijken. Blijkt dat ik onderhuidse brandblaren heb van de Flucozanol waarschijnlijk. Alleen Calendulan zalf smeren om de brand eruit te halen en verder niet aankomen. Het heeft een week of drie geduurd voor ik weer een beetje toonbaar was. Mijn hele gezicht was opgeblazen. Mijn ogen zaten bijna dicht. Pfffttttt……

Een vriendin uit Hoofddorp ondergaat 30 september een open hart operatie vanwege verstopte aderen. 1 oktober word ik achter het Centraal Station knoert hard van mijn fiets gereden door een andere fietser die achterop kwam. Hij ging veel te hard, maar ik had ook niet goed achterom gekeken. Dat kon er dan ook nog wel bij. Sindsdien heb ik wat last van mijn elleboog. Ik heb de indruk dat ik een soort van verstrooide professor aan het worden ben. Het wordt wel erg veel allemaal. En dan nog steeds mijn eigen gevoel dat heen en weer slingert. Op foto’s, gemaakt in het OLVG, is te zien dat er gelukkig niets gebroken is maar ik voel me wel gebroken. En gekneusd aan alle kanten.
En ja hoor, de man van de slokdarmkanker overlijdt 30 november. Toe maar, het was nog niet genoeg. Ik hoop toch echt dat het nou klaar is allemaal. En gelukkig gaat 2014 verder rustig door.

2015

Sinds er in 2007 ontdekt is dat ik een litteken in mijn linkerlong heb zitten, wordt er ieder jaar een röntgenfoto gemaakt, om te kijken of er niets aan verandert. Dit jaar ben ik een beetje vroeg en ik zit op 11 februari 2015 bij de longarts in het Lucas/Andreas Ziekenhuis (SLAZ). Vooraf is de röntgenfoto gemaakt en die wordt nu besproken. Hierop is een tweede vlek te zien. Minder duidelijk en onregelmatig. Het zweet breekt me uit!

Ja zegt hij, die moet wel even nader bekeken worden! Dat lijkt mij ook maar eigenlijk heb ik al “besloten”, dat het niet goed is. Dan krijg je weer de nodige tests. Eerst een CT-scan, dan een PET-scan in het AvL en terug naar de longarts. Nee mevrouw, het ziet er niet goed uit, maar zo te zien is het een solitaire tumor A1 (of zo). Dus waarschijnlijk wordt er 1 kwab weggehaald en is het klaar.

Dan volgen nog een longfunctie-test, een uithoudingstest en een bronchoscopie. Daarvoor moeten ze me wel een roes geven want ik ben ontzettend nerveus. En ik weet dat een bronchoscopie niet lekker is. Ik heb dat eerder gehad.

5 maart moet ik me melden in het OLVG op de Poli Longgeneeskunde. Hart- en longoperaties worden centraal in het OLVG gedaan. Op de poli wordt ik voorbereid op wat gaat komen. Ik krijg gesprekken met de longverpleegkundige, de narcotiseur en de chirurg, en er wordt een datum vastgesteld,
10 maart ben ik aan de beurt!!!! (HELP)

Er wordt inderdaad 1 longkwab weggehaald. Links, de bovenste kwab, via een “kijkoperatie” die ze ietsjes uitgebreid hebben zodat ik onder mijn arm nu een litteken heb zitten van twee keer twee centimeter. Groter dan ze gepland hadden. Nou, ik kan er goed mee leven hoor! Als ik zestien dagen later het ziekenhuis verlaat ben ik “een gezonde jonge vrouw”, volgens de 28-jarige zaalarts. Wat zijn ze tegenwoordig allemaal jong zeg! Of komt het omdat ik ouder word? Helaas, de man die schuin tegenover mij lag, overlijdt een week na mijn ontslag. Een tumor in de hersenen. Een ontzettend aardige man. Heel jammer.

Nu komt een tijd van herstellen. Ik moet vier trappen op en ik heb er vreselijk tegenop gezien om naar huis te gaan. Ik dacht, als ik éénmaal boven ben, kom ik nooit weer beneden. Die trappen, dat ga ik niet redden. Dan moet ik voor ieder wissewasje hulp inschakelen.
Uiteindelijk ben ik dus weer sterker dan ik dacht, want dat ging heel goed. Wel langzaam omhoog en na iedere trap even uitblazen, maar het gaat goed. Lopen blijkt zwaarder dan fietsen. Gelukkig zijn, na een week of zes , de wonden dicht en mag ik weer naar het zwembad. Heerlijk poedelen in het warme water. Dat heb ik echt gemist.
Ik voel me ook steeds beter moet ik zeggen. Langzaam komt de energie weer terug. Natuurlijk heb ik ook nu weer de nodige twijfels. Dan voel ik hier weer wat, dan daar weer wat. Bij de operatie zijn er wat zenuwen doorgesneden en daar heb ik af en toe wel last van. Dan krijg ik een steek als de uiteinden elkaar weer opzoeken en aan elkaar willen groeien. Ook heb ik mijn keel weer wat eerder dan de afspraak, laten nakijken in het AvL. Zo blijft een mens bezig. Voor mijn keel moet ik nu in februari 2016 terugkomen. Het zag er mooi uit volgens de professor.

De eerstvolgende CT-scan voor de longen, is op 3 november in het SLAZ. Afwachten maar.

11 december 2015.

Inmiddels heb ik de scan gehad. Het zag er allemaal goed uit. Gelukkig! Ik ben dus ‘gezond’. Voor de longen moet ik in maart 2016 terugkomen.

Wat mij een beetje tegenvalt, en dat had ik nooit verwacht, ik krijg de kanker niet meer uit mijn systeem. Ik ben best nuchter, maar het komt om de haverklap in mijn gedachten. En dan de pijntjes hier en daar. Het blijft onrustig. Maar ik moet het ermee doen.

Voorlopig heb ik weer leuke plannen en uitjes op stapel staan voor de eerstkomende maanden. En ik ben van plan er stevig van te genieten! By the way, het zingen gaat weer redelijk goed. Alleen de hoge tonen (ik ben tenor) haal ik niet. Maar het maakt me weer helemaal blij!

Update 2015

Een tijdje geleden kreeg ik ineens onverwachts een mail met de vraag van Marga of ik een update wilde maken over hoe het nu met mij ging. Heel raar, maar die mail kwam even hard binnen. Ik moet me dan weer ff als “kankerpatiënt” opstellen. Iets wat ik helemaal niet wil en het heeft even geduurd voor ik tijd heb vrij gemaakt om mijn update te plaatsen. Heb het ook in etappes gedaan. Waarom dan toch dit schrijven? Omdat ik mensen wel wil laten weten dat kanker niet altijd het einde hoeft te betekenen! En ja…ik wel (ex-)kankerpatiënt ben.

7 jaar geleden….. 8-12-2008 is de datum dat ik de operatie destijds moest ondergaan en wat is er in die periode tot aan nu veel gebeurd en veranderd. Zowel met mij als mijn omgeving. Niet alleen maar in het negatieve, maar heb er ook heel veel positieve dingen voor terug mogen krijgen. Laten we beginnen met het mindere;

Op 30-09-11 ben ik mijn moeder verloren aan haar onmogelijke strijd tegen deze ziekte. Ze heeft een hele zware weg moeten ondergaan en wij met haar mee. Geen dag gaat voorbij zonder een herinnering. Jongste zusje van m’n moeder en haar man vochten ook samen in de strijd tegen deze ziekte.  Mijn oom is helaas overleden en een andere oom heeft net de chemo’s achter de rug. Misschien begrijpen jullie nu dat ik dit liever niet wil schrijven… kanker maakt echter deel uit van mijn leven of ik nu wil of niet, bij mezelf of bij mensen die ik lief heb/had!

Hoe het dan nu met mezelf gaat? Elke dag word ik dmv mijn klosprothese ( inmiddels nr.8 geloof ik) er aan herinnerd. De bloedingen zijn gelukkig stukken minder, maar helemaal vrij ben ik er niet van. Eten kan ik eigenlijk alles wel…drinken is altijd een concentratie momentje. Dat wil de weg via m’n neus nog wel eens vinden. Fluiten kan ik ook wel weer met enige concentratie, maar een blaasinstrument bespelen en ballonnen opblazen dat gaat me niet meer lukken. Who cares?! Enig spraakgebrek als ik te snel wil praten en moe ben. Moet nog 2x per jaar naar het ziekenhuis voor controle bij de tandtechnicus/tandarts, mondhygiëniste en de oncoloog, aangezien er toch 60/70% kans is dat er een mogelijkheid bestaat dat het terugkomt. Maar daar gaan we niet bij stil staan. Werken doe ik nu 20 uur per week en af en toe iets meer. Ja dat merk ik dan wel. Heb toch enige regelmaat en ritme nodig. Nog steeds elke dag, als we niets bijzonders hebben, liggen we tussen 21.00-21.30 horizontaal. En vaak ben ik dan binnen 15-30 minuten vertrokken. Feestjes leuk, maar dat kost veel energie. Maar ik denk dat meer 40+ers daar inmiddels wel iets last van zullen hebben.

Ja, ik kreeg er ook wat voor terug….
Doordat ik minder ben gaan werken had ik tijd over om andere leukere dingen te gaan doen en hobby’s te creëren. Ben me in 2010 gaan focussen op face/body/bellypaint. In de begrijpelijker Nederlandse benaming noemen ze het ook wel schminken, grimeren/ visagie.

Ik vind het heerlijk om te doen en krijg van veel mensen complimenten en daar krijg ik veel energie voor terug! Mensen/kinderen zien m’n litteken en vragen wel eens wat ik daar heb gehad…. lekker recht voor de raap… Hou d’r wel van. Sommige denken dat ik een hazenlip heb gehad, maar ik denk dat menigeen die dat inderdaad hebben(gehad)… jaloers op me zullen zijn hoe “mooi” het er bij mij uitziet. Vaak leg ik het in simpele vorm uit en dan is het ook allemaal wel weer goed. M’n nichtje van 12 jaar was benieuwd hoe het er zonder klos, van binnen uit zag…. Dat was ff een momentje van ons beiden waar we het samen toch wel even moeilijk mee hadden.

Zeker doet het me nog steeds wel zeer en heb je het natuurlijk liever niet, maar mij heeft het altijd geholpen doordat ik weet dat er mensen zijn die het veel erger hebben en die het niet overleven!!!  Houd moed en leef je leven.  Het is tot slot wat je er dan zelf weer van maakt!

Eten in de praktijk

32634_3865071719919_694940853_n[1]

In vervolg op het verhaal van Aldert Hazenberg over de commando operatie en de hyperbare zuurstof therapie volgt hier zijn ervaring over eten in de praktijk.

Hoofd/halskankerpatiënten hebben heel veel, en in gunstige gevallen in lichte mate te maken met eetproblemen. Los van gezondheidsaspecten van voeding gaat het mij hier vooral over de praktische problemen van het eten en drinken. Aandacht hiervoor kan de kwaliteit van mijn leven enorm verbeteren, als ik “buitenshuis” ben.

Mijn omgeving realiseert zich vaak niet dat het eten elke maaltijd opnieuw weer een”gevecht” is, door:

  • ingreep aan mijn kaak, rechts onder;
  • ingreep aan mijn tong en mondbodem, waarbij mijn dijbeenspier voor driekwart het rechter gedeelte van mijn tong en mondbodem vervangt,
  • ontbrekende tanden rechts onder;
  • stralingsgevolgen, waardoor allerlei bijkomende schade is opgetreden aan:
    • speekselklieren,
    • de gehele binnenzijde van de mond, waardoor er pijnlijke reacties ontstaan door scherpe stoffen, zoals menthol en peper;
  • door de ingrepen, is er een beperkte waarschuwing voor, m.n. hete (vloei)stoffen;
  • een gebrek aan speeksel (het smeermiddel) en soms weer juist een teveel er aan;
  • het minder goed kunnen openen van de mond (kaken).

N.B. Het eten vast voedsel kan soms langer duren.

Gerechten, waarmee u Aldert blij maakt.

Algemeen: maak voedsel smeuïg, klein behapbaar (niet te grote stukken of gemakkelijk te snijden en te kauwen) en zacht. Het voedsel moet naar binnen kunnen glijden. Gebruik sausen, maak het vooral niet te droog. Zorg voor water bij het eten. Vermijd scherpe kruiden.

Suggesties:

Bijna alle fruit, maar dan bij voorkeur gepureerd of als smoothy;

Drinken (water, melk, karnemelk e.d. is heel belangrijk);

Eisalade;

Gekookte groenten;

Gewelde, zachte producten;

Hachee e.d.;

IJs zonder nootjes en andere harde versierselen;

Jam, honing, appelstroop e.d.;

Kippenfilet en andere “zachte” vleessoorten in saus;

Koffie en thee;

Kort-vezelige vis (zoals kabeljauw)

Lasagne, Paddenstoelen en Pasta altijd weer met (extra) saus;

Pap van brinta, custard of havermout;

Puree;

Sandwiches i.p.v. boterhammen;

Smeuïge taartjes;

Soepen, liefst iets gebonden;

Toetjes;

Vla;

Vlees, altijd “zacht” en smeuïg, (stoofvlees, ragout e.d.)

Yoghurt;

Zacht broodbeleg zoals smeerkaas, sandwichspread, zachte leverpastei e.d.;

Zachte sausen;

Zachte vleesvervanger;

Gerechten waarmee u Aldert Hazenberg geen plezier doet

Ik heb veel last van scherpe kruiden, korreltjes of graten in voedsel. Ook van grote stukken, hard en / of droog vlees, waar veel kauwwerk bij te pas komt (zoals niet malse biefstuk). Voedsel dat kan blijven steken in de keel geeft zeer veel ongemak.

Voorbeelden:

Beschuit;

Broodbeleg dat hard is, zoals dikke plakken (uitgedroogde) kaas;

Cornflakes;

Crackers;

Droge groentes als sla (blijven steken, plakken in de keel);

Rauwkost;

Gekookte niet kruimige aardappels, zonder voldoende jus / saus;

Gerechten zonder saus;

Geroosterd brood;

Harde broodjes;

Harde noten e.d.;

Korrelige zaken (irritatie, verslikken e.d.);

Noten, pinda’s, chips e.d.;

Scherpe kruiden, zoals sambal, pepers e.d.;

Vis die stevig is of graten bevat.

Vlees, dat stevig, hard is, of na het snijden hoekig.

Vrij scherpe vruchten als zure sinaasappels, grapefruits.

Als je Aldert een mail wilt sturen met een vraag of een reactie dan kan dat.
Klik hier om een mail te versturen aan Aldert

 

Operatie 4

 

De 4e operatie staat in de wacht. Er is voor gekozen om eerst deze operatie te doen. Dan zorgen voor een zo goed mogelijk herstel om dan misschien in 2016 nog een grote operatie te ondergaan De kaakreconstructie.

Opname 9 november en operatie 10 november
Wat ze gaan doen: Dotteren van de linker bekkenslagader, dan dotteren van de rechterkant en er wordt een stent ingezet. De lies rechts wordt schoongemaakt. Het is een kleine operatie van 10-15 cm. De opname zal 3 a 4 dagen duren. Daarna ongeveer 3 weken herstellen! Dan moet ik voorzichtig lopen en hij had het ook al over fietsen. Kan niet waar zijn.

Maar de operatie liep anders dan gepland. Op 9 november werd ik opgenomen en 10 november om 8 uur al geopereerd. De operatie zou 4 uurtjes duren, maar dat werden er 7. Ik kreeg een grote bloeding. De bloeddruk daalde daardoor en men was bang of ik mijn verstandelijke vermogens nog wel zou hebben na de operatie. Hessel zat thuis te wachten en belde regelmatig naar het ziekenhuis. Rond 3 uur in de middag belde hij nog eens en de verpleegster zei dat ze klaar waren. Daar aangekomen ziet hij dr. Van Hoek lopen en de verpleegster riep hem om Hessel te vertellen hoe het verlopen was. Met lood in de schoenen ging hij naar de IC waar ik lag. “Knijp eens in mijn hand” vroeg iemand mij en dat deed ik dus. Wat een opluchting, nu zou het met mijn verstand wel goed komen. Om 11 uur ’s avonds verhuisde ik naar de Medium Care. IC en MC … wat is het verschil?

Zowel op de Intensive als op de Medium Care liggen patiënten die extra verzorging, bewaking en ondersteuning van de vitale lichaamsfuncties nodig hebben. Op de IC behandelen ze patiënten waarbij de lichaamsfuncties in gevaar zijn, bijvoorbeeld door een operatie of ernstige ziekte. Medische apparatuur neemt de lichaamsfuncties, zoals de ademhaling, bloedsomloop, nierfunctie en spijsvertering dan tijdelijk over. Op de MC liggen patiënten die iets minder ernstig ziek zijn. Op deze afdeling is dan ook minder apparatuur aanwezig die de vitale functies ondersteunen. Op beide afdelingen zijn 24 uur per dag verpleegkundigen en artsen aanwezig.

Van de eerste paar dagen weet ik niet veel meer. Ik moet het vragen aan Hessel en Oscar (zoon). De verpleging is extra deskundig. Hessel had het over een heel aardige verpleger die ik later in mijn hallucinaties als een enge man zag. Je ligt alleen. Ik kon allen maar op mijn rug liggen en lag maar vooruit te kijken. Heb 2 x 24 uur niet geslapen omdat ik erg onrustig was en ze wilden mij fixeren. Zeg maar vast binden. De familie moet daar toestemming voor geven. Ik heb me heel erg verzet en kreeg een delirium. Dat zijn hallucinaties. Heel eng was dat. Vier  beelden van de hallucinaties zag ik steeds weer. Ik heb er nu nog een dikke enkel aan over gehouden.

Vanaf de eerste dag had ik een afkeer van eten. Dinsdag was ik geopereerd en vrijdag mocht ik naar de afdeling. Ik kreeg eerst een klysma  en daarna werd ik naar een 4 persoons kamer gebracht. Vreselijk vond ik dat. Ik kon niet tegen drukte om me heen en vroeg aan de zuster of er geen 1 persoons kamers waren. Niet dus, er is er maar één maar op  15 patiënten.

Zondag ochtend kwam de nachtzuster de controles doen en bleek ik 39,2 koorts te hebben. Ze hebben meteen een longfoto gemaakt. Ik zakte weg en toen ik de ogen open deed stonden er 8 personen in witte kleding rond mijn bed. Twee van de IC, de zaaldokter en zijn assistent en de dienst doende verpleegsters. Het was geen longontsteking. Maar wat dan wel? Er was een bacterie in mijn bloed terecht gekomen. Er werden nog andere kweekjes gedaan, maar daar kwam niets uit. Ook had ik een blaasontsteking. Omdat ik bijna overal allergisch voor ben is er lang gezocht naar antibiotica die ik zou kunnen verdragen. Dat werd een breed spectrum antibiotica dat op de blaas maar ook op de darmen werkte. Infuus erin en ik kreeg een katheter.

Maandag mocht ik naar een 1 persoons kamer. Daar knapte ik op. Nu begreep ik ook waarom ik geen eetlust had. Dat kwam door die bacterie, want nu kon ik weer een beetje eten. Ik wilde alleen maar rust. Er kwam ook iemand van de geriatrie met me praten over die hallucinaties. Er lagen folders. Ook was het mogelijk om een familiegesprek aan te vragen. Dat heb ik gedaan. Aanwezig waren Hessel en Oscar, mijn favoriete verpleegster, de assistent zaalarts en de zaalarts die het woord deed en op een bord tekende wat er allemaal gebeurd was.

Vrijdag 20 november mocht ik naar huis
Ik moest eerst wel trappen leren lopen. Dat ging goed. Thuis moet ik 15 treden omhoog. Hessel had aan de andere kant ook een armleuning laten maken. Verder een toilet verhoger, een handgreep op de douche, een stevige douche kruk en een rollator.

Hessel had Wim meegenomen om me op te halen uit het ziekenhuis. Thuis werd ik ontvangen door Joke en er stonden ook mooie bloemen. De eerste 2 weken waren hectisch in huis. Veel telefoontjes over machtigingen voor dit en dat, 3 x per week kwam er van de thuiszorg iemand om mij te douchen en om te vragen hoe het ging. Alles werd genoteerd door de wijkverpleegkundige. Ik was de eerste die digitaal ging. Dan weer bellen met de apotheek over de medicatie, die wat veranderd was.

Hessel nam alle telefoontjes aan van familie en kennissen. Ik wilde alleen maar rust. De eerste 2 weken had ik ’s nachts ook weer de beelden van de hallucinaties voor me. Eng was dat. Gelukkig kon ik ze later reconstrueren en heb er nu bijna geen last meer van. De nachten waren een crime, sliep hooguit een paar uurtjes en ik had het heel erg koud door het bloedverlies. Ik sliep met heel veel laagjes kleding aan.

Ik  had een dokters visite aangevraagd.  Aan de hand van een foto van het 25 jarig huwelijk van mijn ouders vertelde ik in vogelvlucht waar iedereen aan geleden had. Wat een drama’s zei hij. Hessel zei tegen de huisarts ook, dat hij mij naast zijn 2 overleden broers op de IC zag liggen. Zijne jongste broer is 16 april overleden, aan uitgezaaide blaaskanker nadat hij al geruime tijd pijn in zijn heup had en niet lang meer geleefd heeft. Hij heeft gevraagd dat hij mij nog graag wilde zien. Verstand op nul en in de auto naar hun geboortehuis in Tirns, 5 km van Sneek. We zijn  2 uur gebleven en weer naar huis. Een zielig hoopje mens zat daar. Hij begreep nu maar al te goed wat ik doorstaan had. Ben ook nog naar de begrafenis geweest.

Op 2 oktober is Hessels oudste broer in bed aan een hartinfarct overleden. Binnen 5 minuten al en voordat er hulp was uit Workum. Wat een drama was dat. Ik had een bijzondere band met hem en hij kwam vaak op bezoek met zijn vrouw. Hij straalde altijd als hij mij zag en gaf mij stiekem een kruisje op mijn voorhoofd en zei dan : lief heertje, bewarret dei in Friese taal. Hessel heeft heel mooi gesproken in de kerk, maar gedroeg zich alsof er niets gebeurd was. Sprak er amper over met mij.

Ik was in het ziekenhuis ook gestopt met slikken van de Tramadol maar had er niets anders voor in de plaats gekregen. Na een mislukt medicijn heb ik weer fentanyl pleisters gekregen. Van de WMO hadden we na een goed gesprek een brief gekregen met een aantal adressen erin voor huishoudelijke hulp. Die hebben we nog steeds niet. Verian liet het afweten en ik zei tegen Hessel dat we maar naar een ander moesten gaan. We wachten nu op een intake gesprek, dat zal wel na de feestdagen komen.

Ik heb 2 keer per week een hele aardige fysiotherapeut. Trappen lopen, een eindje naar buiten en dan weer naar boven. Dat ging wel goed, totdat ik ’s avonds in bed erge buikpijn kreeg. De stents gingen opspelen. Het was weekend dus ik moest maar met een zenuw pijnstiller extra door het weekend zien heen te komen. Maandag kwam de fysiotherapeut weer en ik begon meteen te huilen. Maak je niet druk Marieke zei ze. Dan moeten we het rustiger aan gaan doen. Dus hebben we alleen binnen oefeningen gedaan. Als ik me teveel inspan, komt de pijn opzetten en moet ik rusten.

Gelukkig kan ik wel weer alleen met een pyjama aan en zonder sokken slapen. Ik kan ook eindelijk weer eens op de zij gaan liggen. De laatste weken slaap ik weer veel. Om 7.30 uur sta ik op en kan dan even een half uurtje achter de PC. Elke dag zet ik een natuurfoto of foto die met de tijd van het jaar te maken hebben op mijn tijdlijn van Facebook. Hessel maakt het ontbijt klaar en dan eten we samen wat. Dan nog een uurtje kleine dingen doen en weer een uurtje liggen. Meestal val ik in slaap. Na de lunch ook weer 2 uur rusten en weer slapen. Na het warme eten koken heb ik het wel gehad. Tot de koffietijd blijf ik dan op bed, daarna drinken we samen koffie of warme chocolademelk met wat lekkers erbij. Dan verhuis ik weer naar bed om tv te kijken. Ik kan nog steeds geen grote porties eten, maar wel lekkere. Ook kook ik weer bijna dagelijks een lekkere maaltijd. Doordat ik veel infuus heb gehad was ik 4 kg. aangekomen. Die zijn er nu gelukkig weer af.

hessel en eviDe kerstperiode is niet de leukste tijd om ziek te zijn. Ik kan niet mee naar de winkels. We hebben een kunstkerstboom gekocht en de kleinkinderen Laura en Evi kwamen hem versieren. Dat was een feest. Hiernaast Hessel met Evi.

Met de kerst heb ik toch een kerstdiner gemaakt. Eenvoudig, maar wel lekker en relaxed. Laura heeft me geholpen. Dat vindt ze heel leuk om te doen. En hier nog 2 foto’s met Laura. Op de eerste maakt ze frambozenmousse. Op de 2e foto bakt ze mantelschelpen als tussengerecht voor het kerstdiner.

frambozenmousse maken mantelschelpen bakken

De dag voor kerst kreeg ik weer pijn aan het tonglapje waarmee de wond van de 2e operatie is afgedekt. Ik heb de spiegel erbij gepakt en zag een bultje erop zitten. Ook kreeg ik pijnscheuten in de kaak. Zo ga ik de kerst niet in. Mijn eigen huisarts was op vakantie en ik kon meteen bij zijn vervanger komen. Gelukkig is dat een kundige huisarts die ook veel voor mensen doet die voor het einde van het leven staan. Ik kreeg weer een antibiotica kuur en moest zo snel mogelijk naar de kaakchirurg. Daar kon ik dinsdag 29 december al terecht. Alles was gelukkig rustig.

kerstdinner

Afspraak vaatchirurg, 25 januari 
Eerst kreeg ik om 8.30 uur nog een vaatfunctie onderzoek van het geopereerde deel. Om 10.30 uur had ik een afspraak met de vaatchirurg. Om 11.30 uur kwam hij ons halen. Hij liet ons een foto zien van het vaatstelsel zoals het er nu uit ziet. Alle vernauwingen zijn weg!!!

Linksonder zit nog een kleine vernauwing, maar daar waren al uitlopers te zien. Nu begrijp ik waarom ik op die plek zolang pijn heb gehad. Ook had ik nog een ander onderzoek moeten hebben van de bloeddoorstroming van de benen. Dat was nog het belangrijkste! Weer een grote slordigheid. Verder heeft hij niet naar de littekens gekeken, niet gevraagd hoe het met me ging, niets over de bloeding. Alleen naar een papiertje met de bloedvaten gekeken en dat was het. Ik krijg op 11 februari dan dat vaatonderzoek van de benen en maandag 15 februari telefonisch de uitslag.

Huishoudelijke hulp
Hessel heeft een aantal keren gebeld om huishoudelijk hulp in te kopen. Of er was iemand ziek, of ze hadden niemand, maar dat intern doorgeven, ho maar. Dat was bij Verian. Treurig dat zij personeel moeten ontslaan, maar nu begrijp ik het. (cynisch bedoeld.)  Een paar weken later  zeg ik tegen Hessel “probeer dat andere adres maar eens”. Hessel is mantelzorger en dan krijg ik geen indicatie voor huishoudelijke hulp maar we hadden van de WMO 3 adressen van huishoudelijke instanties gekregen. Het volgend bedrijf zat in Brabant en die deden eerst een intake. Nou, dat klonk beter. Weer een uur gepraat over de mogelijkheden. Je moet eerst vouchers kopen en dan komt er iemand poetsen. Een week geleden hebben we deze betaald maar we wachten nog steeds op een huishoudelijke hulp. Ik was op 20 november uit het ziekenhuis ontslagen en nu is het 30 januari. Dat zijn 2 maanden.

Ik heb de swiffer altijd in de buurt liggen en doe wat ik kan, maar de grote klussen blijven liggen. Hessel doet zijn best, maar hij heeft zijn vaste taken en met 3 dagen post bezorgen erbij, boodschappen doen met mij, was opvouwen en strijken is hij blij dat hij nog kan relaxen. Hij doet elke week aan Nordic Walking hier in het bos met een groep. Elke vrijdag dynamic tennis en bestuurslid van Sportclub, ( praatgroep, schrijfgroep, culturele groep) 1 x per maand.

Ik kook weer een tijdje smakelijke maaltijden en af en toe snacken we. Laura heeft de laatste 2 weekenden gelogeerd en dat is altijd heel gezellig. Evi heeft een paar weken terug met Hessel afgewassen. Ze stond op een krukje en het ging haar natuurlijk om het geklieder met water. De grootste lol had ze en Hessel nog meer. Komt ze de vorige keer bij ons binnen en vroeg meteen aan Hessel of ze gingen afwassen. We moesten nog gaan eten.

Deze week, 27 januari, ben ik na 3 maanden weer naar de eetclub geweest. Lekker gegeten, gekletst en veel gelachen! De volgende keer ga ik weer lekker koken.

Op eigen kracht verder

Afgelopen juli las ik in een KWF een zeer hoopgevend nieuwsbericht over een wetenschappelijke publicatie van twee artsen (Van Luijk en Coppens), beiden verbonden aan het RUV Groningen. Ze hebben een methode gevonden waarmee de kans op een droge mond en keel, als gevolg van bestralingstherapie, kleiner wordt door het sparen en transplanteren van stamcellen in de speekselkleren. Een belangrijke ontdekking waarmee voor hoofd-hals kankerpatiënten de kwaliteit van het leven drastisch kan verbeteren.
Ik vond het, zo midden in mijn behandelperiode, geen goed moment er iets mee te doen. Maar een paar weken terug heb ik rechtstreeks contact gezocht met beide artsen via hun persoonlijke emailadres dat stond vermeld in het wetenschappelijke artikel. Mijn radiotherapeut/oncoloog was zo vriendelijk om het artikel voor me op te vragen via het wetenschappelijk netwerk waar de gewone burger niet bij kan. Ik wilde uiteraard weten of deze behandeling al wordt toegepast en bovenal of die ook op mijn situatie van toepassing is. Dezelfde dag nog kreeg ik antwoord van Dr. Van Luijk op een eerste mailtje. Ook op een tweede mailtje met aanvullende vragen, kreeg ik per omgaande een bericht terug. Ik was aangenaam verrast door de reactiesnelheid en vooral de bereidheid om uitgebreid in te gaan op mijn vragen. Helemaal top!!
De inhoud was voor mij persoonlijk helaas niet gunstig. Het sprankje hoop dat ik had, smolt als sneeuw voor de zon. De beoogde methode gaat namelijk uit van het wegnemen van gezonde eigen stamcellen uit de speekselklieren, nog voordat deze worden bestraald. Na bestraling wordt deze teruggeplaatst. Het is dus niet toepasbaar op patiënten die al bestraald zijn. Kortom… jammer, te laat voor mij!! Daarnaast is de methode nog in ontwikkeling en momenteel dus nog niet mogelijk. Stamcel transplantatie voor speekselklieren is getest en werkt bij proefdieren (muizen). Studies om te toetsen of dit ook bij mensen het geval is, zijn wel in voorbereiding , maar moeten nog starten. Helaas zal het dus nog een aantal jaren duren, voordat deze therapie beschikbaar is voor de standaard patiëntenzorg.
Het transplanteren van stamcellen van gezonde donoren met hetzelfde erfelijk materiaal (zus, broer of ouders) wordt als minder kansrijk beschouwd en wordt momenteel dus niet onderzocht. De best denkbare stamcellen komen uit de gezonde speekselklier van de patiënt zelf en deze zijn gespecialiseerd in het produceren van speekselklier cellen. Op dit moment is er nog geen gevalideerd bewijs dat dit ook bij mensen werkt. Het transplanteren van speekselklieren wordt niet gedaan en niet onderzocht. Een dergelijke procedure zou voor een levende donor bijzonder risicovol zijn. Verder is aansturing en functie van een speekselklier zeer complex. De kans dat een getransplanteerde klier zou functioneren, wordt als klein beschouwd. Aldus Van Luijk.Het meeste onderzoek richt zich op het minimaliseren van de stralingsdosis in de grote speekselklieren d.m.v. van verbetering en optimaal gebruik van de bestralingstechnologie. Er wordt aangenomen dat de Nederlandse radiotherapie op dit gebied internationaal vooraan loopt. Bij mijn behandeling zijn deze technieken eigenlijk dus al toegepast. Daarbij is het helaas niet altijd mogelijk om de dosis laag genoeg te houden, omdat dit ten koste zou gaan van de kans op genezing. Tja … daar hebben we weer die verdomde kansberekening! Een paar procenten meer kans op volledige genezing, maar ten koste van wat?
Al met al … ik moet volledig op eigen kracht verder en erop vertrouwen dat mijn lijf sterk genoeg is om te herstellen wat door bestraling is kapot gemaakt. De verwachting is dat mijn slijmvliezen en mijn smaak zich grotendeels zullen herstellen. Ik teken hier direct voor, maar garanties hierop zijn er niet. Mijn smaak is na Jamaica geheel onverwachts verstoord. De geboekte winst met smaak is weer weg. Ik proef minder en met de feestdagen was dat een enorme teleurstelling. Het valt me zwaar, maar blijf desondanks hoop houden dat mijn smaak zich weer herstelt. Door mijn beschadigde speekselklieren hou ik waarschijnlijk voor de rest van mijn leven altijd een droge keel en mond. Hier zal ik mee moeten leren leven.

Zoektocht naar volledige genezing…
Zondag 17 januari 2016
Afgelopen week heb ik de documentaire “the truth about cancer” gezien en ik raad echt iedereen die met kanker te maken heeft aan, om hier ook naar te kijken: https://www.youtube.com/watch?v=KqJAzQe7_0g. Het heeft mijn kijk op mijn eigen situatie radicaal veranderd en ben meer vastberaden dan ooit om uiteindelijk mijn pad te vinden die leidt naar zelfherstel en genezing op eigen kracht.

De documentaire maakte behoorlijk veel los in mij. Het algemene introductiedeel van ruim twee uur laat vooral de overkoepelende context zien, waarom de medische wereld functioneert zoals het functioneert en waarom er zo weinig vooruitgang lijkt te worden geboekt in de strijd tegen kanker. Ik was verbijsterd, verdrietig en ook boos. Boos over de manier waarop ook in mijn situatie het hele proces van diagnose naar behandeling is verlopen, waarbij ik onder druk belangrijke beslissingen moest nemen op basis van eenzijdige informatie. In mijn onderbuik heb ik steeds gevoeld dat er iets niet klopte. Nu weet ik ook waarom. De maatschappij zit gevangen in het systeem dat zichzelf in stand houdt. Kanker is verworden tot een miljarden business waarin veel mensen hun brood verdienen, grotendeels met de beste bedoelingen overigens. Maar wie de overkoepelende context begrijpt, ziet overduidelijk dat kanker voor de grote farmaciebedrijven een lucratieve verdienmodel is. Men doet er alles aan om dat te behouden en beschermen. Er wordt veel geld verdiend aan chemotherapie, evenals aan alle aanvullende medicijnen die kankerpatiënten nodig hebben voor alle bijwerkingen van chemo.

Als ik toen wist wat ik nu weet, dan had ik absoluut een andere, betere afweging gemaakt. Ik zou in ieder geval meer tijd hebben genomen om alle mogelijke alternatieven te bekijken en me niet laten opjagen door angst en druk. Radiotherapie en chemotherapie maken in je lijf zoveel kapot. Soms onherstelbare schade Zowel chemo- als radiotherapie plegen een behoorlijke aanslag op je immuunsysteem. En het natuurlijke afweersysteem is juist keihard nodig hebt om te vechten tegen de ziekte. Chemo (= synthetisch gif) en bestraling doden cellen (ook kankercellen) en verminken DNA en vergroten de kans dat de behandelde patiënt later kanker krijgt. Hoe langer ik hierover nadenk, hoe bizarrer ik het vind!!! De tijd staat niet stil en men weet tegenwoordig ook veel meer over kanker en over cellen. Onlangs hebben onderzoekers ontdekt dat chemo en bestraling wel zogenaamde kanker-dochtercellen maar geen kanker-stamcellen kunnen doden. Deze stamcellen kunnen overal in je lichaam zwerven en weer groeien tot nieuwe kanker tumoren. Toch houdt de gevestigde medische orde halsstarrig vast aan radio- en chemotherapie (en ook opereren) als de enige oplossing tegen kanker. Maar er zijn wel degelijk alternatieve behandelmethodes.

De vervolg episodes deel 1 t/m deel 8 van de documentaire “truth about cancer” geven gelukkig hoop en vertrouwen. Ze laten zien dat er wel degelijk andere mogelijkheden zijn om kanker te overwinnen. Er leiden meerdere wegen naar Rome. Er is dus hoop en waar hoop gloort, daar is leven. Garanties zijn er ook hier niet, maar wel betere kansen. Ik ben geopereerd en bestraald… mijn symptomen zijn verholpen, maar eigenlijk is er niets gedaan om de bron aan te pakken. Voor mijn oncologen ben ik uitbehandeld en is het in de komende 5 jaar controle periode afwachten of de kanker terugkomt. Het lijkt alsof ik nu verder aan mijn eigen lot overgelaten. Voor mij is het allesbehalve het eindstation en begint nu de ware zoektocht naar volledige genezing pas echt goed. Maar jeetje … waar begin je? De enorme hoeveelheid informatie over alternatieve, niet giftige behandelingen maakt het verdomd moeilijk om door het bos de bomen te zien. Toch voel ik de vastberadenheid om mijn leven in eigen hand te nemen en mijn eigen pad te vinden. Ik ben er volledig van overtuigd dat vanaf nu alles draait om het weer op natuurlijke weg intact krijgen van het zelfherstellende vermogen van mijn lichaam, maar ook mijn geest en mijn ziel. Dit klinkt allemaal misschien een beetje zweverig, maar dat is het voor mij absoluut niet. Henk Fransen, arts en schrijver, geeft in zijn boek “Handboek kanker” concrete en praktische aanknopingspunten om het afweersysteem te versterken en te voorkomen dat kanker uitzaait of weer terugkomt. De komende tijd ga ik bepalen welke aanpak het beste bij mij past.

Mijn eigen koers…
Maandag 1 februari 2016
Het is weer tijd voor een update!Afgelopen week had ik een griepje onder de leden. Zo ontzettend vermoeiend. Mijn luchtwegen en neusholtes waren verstopt, waardoor het ademhalen moeilijk ging. Moest voortdurend hoesten en had behoorlijk veel last van taai slijm in mijn keel. Had weliswaar geen koorts, maar ik kon echt voelen dat dit een zware wissel op mijn lijf trok. Toen mijn keel ook dik werd en pijn begon te doen, heb ik me toch even zorgen gemaakt … het zou toch niet uit zijn gezaaid dieper in mijn keel richting longen? Met enkele ontspanningsoefeningen kon ik gelukkig die negatieve gedachten neutraliseren. Het griepje ben ik inmiddels zo goed als kwijt en ik voel me meteen een stuk beter. Ik bekijk het maar zo: mijn immuunsysteem is door de griep weer aangezwengeld en het werkt blijkbaar nog.
De afgelopen weken heb ik in mijn herstel weer vooruitgang geboekt. Hoewel ik nog lang niet de oude ben, voel ik dat ik fysiek iedere dag sterker word. Ook lukt het me steeds beter met mijn beperkte energie te balanceren en inspanning tijdig af te wisselen met ontspanning. Als ik over de grens ben gegaan, geeft mijn lichaam dat direct aan, maar gelukkig herstel ik daarna weer redelijk snel. Ik ben alweer een maandje op therapeutische basis aan het werk en dat gaat goed. Het was in het begin uiteraard erg wennen om weer op kantoor te zijn. Echt werken was het tot dusver niet, want ik heb vooral bijgepraat met collega’s. Maar dat hoort er ook bij, als onderdeel van het herstelproces. Werk is een belangrijk deel van mijn leven en het voelt erg fijn om weer tussen de mensen te zijn. En ook al kan ik nog niet volledig meedoen, ik voel me weer erbij betrokken en maak weer onderdeel van een groter geheel. Ik ben gestart met 2x 2 uurtjes en heb dat inmiddels verhoogd naar 2x 3 uurtjes. Mijn takenpakket is voorlopig ook duidelijk afgebakend. Het tussendoel is om, in kleine stapjes, te gaan naar meerdere halve dagen. Het einddoel is natuurlijk om weer volledige inzetbaar te zijn. Wanneer dat zover is, durf ik niet te voorspellen. We zullen komende weken/maanden ervaren hoe het allemaal loopt. Ik krijg voor mijn herstelproces alle ruimte van mijn werkgever. Dat is fijn en het geeft rust.
Wat sporten betreft, zijn mijn activiteiten nog steeds afgestemd op mijn beschikbare energie. Dus hardlopen is er nog niet bij. Ik trek wel twee keer per week ‘s ochtends vroeg 30 minuten baantjes in het zwembad. Daarnaast doe ik mijn fysiotherapie oefeningen en maak ik korte wandelingen in de buitenlucht. Mijn fysiotherapeute is aan de slag gegaan met de binnenzijde van mijn mond, om doorbloeding in het weefsel te stimuleren en ook om te kijken of het een positief effect heeft op mijn smaakpapillen. Mijn smaak is helaas nog steeds beperkt en instabiel. Ik heb simpele oefeningen meegekregen zodat ik zelf de lymfeklieren en -vaten in mijn halsgebied kan activeren. De komende weken werken we vooral aan het soepel maken van bindweefsel in hals en schouder dat als gevolg van radiotherapie de neiging heeft om te verkleven. Haar ervaring is dat ongeveer een half jaar na de laatste bestraling, de lichamelijke klachten bij patiënten weer verergeren. Persoonlijk merk ik bijvoorbeeld dat ik de laatste paar weken extreem veel last heb van een droge keel, maar nu dieper, lager in de keel dan voorheen. Het slikken gaat hierdoor moeilijker. Vaster voedsel blijft gewoon hangen in mijn keel. Ik krijg het gewoon niet weg en moet het dan snel wegspoelen met water, om te voorkomen dat het in mijn luchtpijp kom en ik stik. Dat is soms zo beklemmend en beangstend. Als gevolg van de extreem droge keel slaap ik helaas weer slechter. Ik moet ‘s nachts zo’n beetje elk uur even rechtop zitten om voorzichtig wat te drinken. Door al die nachtelijke onderbrekingen voel ik me de volgende ochtend regelmatig minder fit.
Ik voel me niet alleen lichamelijk, maar vooral ook metaal sterker worden. Dit heeft alles te maken met het feit dat ik mij heel erg bewust ben geworden van mijn situatie. Ik heb het gevoel dat ik weer greep op krijg op mijn werkelijkheid en weer vooruit kom. Ik zit weer in de “drivers seat”. De afhankelijkheid en machteloosheid die ik de afgelopen maanden voelde, hebben plaatsgemaakt voor wilskracht, overtuiging en een vastberadenheid om mijn eigen koers te varen. Diep van binnen weet ik wat voor mij goed is, dus daar luister ik goed naar. Ik heb de afgelopen weken zo veel meer geleerd over kanker, over aanvullende natuurlijke behandelingen en waarom de dingen lopen zoals ze lopen. Ik weet nu veel dan het hele afgelopen half jaar bij elkaar. Wist ik toen maar wat ik nu weet… Ik zie nu het grotere verband en ik weet ook redelijk goed welke kant ik op moet en dat is zo veel mogelijk de natuurlijke weg. Mijn besef is sterker dan ooit te voren dat ik goed moet luisteren naar mijn lichaam en het moet geven wat het nodig heeft. Maar ook naar mijn geest en mijn hart. Uitgangspunt is om zo dicht mogelijk bij mezelf te blijven. In dat opzicht voelt mijn ziekte als een wake up call. Een signaal dat ik niet op dezelfde manier door moet gaan. De eerste basis stap is om goed te laten kijken of mijn lijf alle essentiële voedingstoffen binnenkrijgt om mijn immuunsysteem weer optimaal te laten functioneren. Daar waar nodig, moet ik het aanvullen. Stap twee is om goed te kijken naar maatregelen om mijn lichaam en mijn leefomgeving te ontgiften, zodat mijn immuunsysteem niet wordt ontregelt. Ik heb inmiddels vlakbij Arnhem een orthomoleculaire arts gevonden die me bij deze stappen kan begeleiden. Woensdag 10 februari heb ik een eerste afspraak staan. Een belangrijke voorwaarde voor mij dat het een persoon is met een medisch achtergrond die de traditionele geneeskunde en de natuurgeneeskunde met elkaar weet te verbinden en die kanker op een brede manier benadert. Een mens is per slot van rekening meer dan alleen een lichaam. Continue stress ontregelt ook het immuunsysteem, dus het derde onderdeel is om alle stressfactoren in mijn leven beter te balanceren. Stap vier is om steun en hulp van anderen om me heen te verzamelen, zodat ik dit niet in mijn eentje ‘t hoef te doen. Ik heb ervaren hoe belangrijk betrokkenheid en steun van anderen is en hoeveel energie ik krijg als ik iets positiefs kan bijdragen aan een hoger doel. Dat kan op zoveel verschillende niveaus … mijn gezin, mijn familie, collega’s en lotgenoten. Hoe een en ander concreet invulling krijgt, zal de komende tijd blijken. Een ding is zeker … ik vaar mijn eigen koers.

Voeding en natuurlijke supplementen…
Afgelopen donderdag 11 februari had ik alweer mijn derde 2-maandelijkse controle in het ziekenhuis. Zoals verwacht, was de uitslag positief. Uiteraard voor zover men iets kan zien of voelen. Er is weer met een slangetje inwendig gekeken en mijn halsgebied is weer uitvoerig bevoeld. Alles was ok en zag er keurig uit en de artsen waren erg tevreden over het verloop van mijn herstel. Mijn droge keel zal altijd een probleem blijven en mijn smaakverlies moet ik nog een half jaar geven.
De periodieke controle blijft altijd weer een spannend moment, maar dit keer voelde het voor mij anders. Ik was er tamelijk ontspannen onder, wat alles te maken heeft met het feit dat ik me er al een poos van bewust ben dat de artsen die mij tot dusver hebben behandeld, niks meer voor me kunnen doen. Dat werd eigenlijk ook volledig bevestigd afgelopen donderdag, als ik kijk naar hun antwoorden op onze vragen.
Wat kan ik verder doen om te voorkomen dat de kanker weer terugkomt of uitzaait?
U kunt er helemaal niks aan doen. We weten niet wat bij u de oorzaak was. U had gewoon pure pech. Ons advies is om gezond blijven leven en vooral niet beginnen met roken of alcoholist worden. (Ik leefde volgens mij al redelijk gezond en een roker/drinker zal ik niet worden. Hoe kunnen jullie een patiënt behandelen, als je de oorzaak niet weet en zelfs geen enkele moeite doet dat te achterhalen: duidelijk dus alleen symptoombestrijding!)
Wat zijn mijn vooruitzichten na mijn behandeling?
U behoort niet tot de risicogroep rokers en drinkers, waar de vijfjaarsoverleving statistiek 80-85% is. Maar dat zegt niks over u. Uw uitgangspositie was gunstiger zonder verdere uitzaaiingen, dus u heeft theoretisch betere kansen. (Statistieken zijn slechts algemene gemiddelden … kansberekening. Ze zeggen niks over mij persoonlijk en ieder persoon is ook anders.)
Hoe groot is de kans dat door de bestraling stamcellen zijn gemuteerd en later elders in mijn lichaam een andere vorm van kanker ontwikkelen? Als de kanker binnen 5 jaar op dezelfde plek terugkomt, is er sprake van een recidief. Als er later elders in het lichaam kanker ontstaat, is het zo wie zo moeilijk vast te stellen dat er enig verband is met de vorige behandeling. Het wordt dan bijna altijd beschouwd als een nieuw geval. De kans dat dat gebeurt is, voor zover we weten voor uw type kanker en gezien uw uitgangssituatie 0%. (Ook dit zegt niks over mij persoonlijk. Dus als ik weer kanker krijg heb ik weer pure pech … hier kan ik echt helemaal niks mee!)
Voor mij is het kraakhelder. Ik ben in het reguliere medische circuit uitbehandeld en verder vanaf nu op mezelf aangewezen. De periodieke controle zou ik in principe ook helemaal zelf kunnen. Ik heb gemerkt hoe vast de traditionele wereld gevangen zit in een paradigma. De wetenschap is tot heilig doel verheven en er wordt liever niet voorbijgegaan aan de grenzen van de eigen bekende denkbeelden. Men heeft vijfjaarsoverleving tot norm verheven voor alle kankerpatiënten en zet zware en zeer destructieve middelen (bestraling en chemo) in om dat doel te bereiken: symptoombestrijding. Ik kan me overigens wel goed voorstellen dat een terminale patiënt die nog maar enkele dagen/weken te leven heeft, blij zou kunnen zijn met elke mogelijke verlenging van leven. De afweging blijft, hoe dan ook, hoeveel langer te leven en tegen welke prijs in termen van levenskwaliteit. Dat moet uiteindelijk iedereen voor zich zelf bepalen, maar dan wel graag op basis van volledige informatie.
Zoals ik al eerder zei, de vijfjaaroverleving vind ik persoonlijk totaal niet relevant. Ik wil gewoon gezond zijn en langer leven dan die 5 jaar. Ik wil graag de kinderen van mijn kinderen zien opgroeien. Er is nog zo veel te doen in mijn leven. Nee… Ik ben nog lang niet klaar. In tegenstelling tot wat de reguliere artsen beweren, is er wel degelijk meer dat ik kan doen voor een goede gezondheid. Voor mij betekent dat ik een aantal belangrijke dingen anders moet aanpakken. Want … doe wat je altijd deed en je krijgt wat je altijd al had.
Mijn pad naar verandering heeft me geleid naar aanvullende niet-toxische behandeling . Zo was ik afgelopen woensdag op bezoek bij een orthomoleculaire arts in Ellecom. In een 2 uur durende intakegesprek ben ik weer uitgebreid doorgelicht , aan de hand van mijn medisch dossier. We hebben uitgebreid gesproken over mogelijke vervolgstappen . De arts nam alle tijd om al onze vragen te beantwoorden. Al met al, kregen we een goede indruk van zijn aanpak. Zowel Elke als ik hadden er een goed gevoel bij. Ik ben ook weer fysiek onderzocht: mond, keel, hartslag en bloeddruk. Er is vervolgens een druppel bloed geprikt (prikken op de oorlel doet minder pijn dan de vinger) die ter plekke onder een speciale microscoop werd bekeken. Op een beeldscherm konden we meekijken (zie foto). Magisch om je eigen levende cellen te zien bewegen. De druppel bloed geeft de arts de eerste belangrijke basisinformatie over welke stoffen mijn lichaam momenteel het hardst nodig heeft voor herstel.
Ik ben de volgende dag meteen gestart met een basisbehandeling op basis van natuurlijke voedingssupplementen ter versterking van mijn immuunsysteem, o.a.: vitamine C concentraat, kurkuma (geelwortel concentraat), krill olie (omega 3/6/9) brocollispruiten extract, tymus en metagreen (een mix van 18 plantenextracten). Ik heb daarnaast richtlijnen meegekregen over wat wel en wat niet te eten. Deze voedingsrichtlijnen zijn gelukkig niet in beton zijn gegoten en bieden genoeg ruimte om mijn eigen weg te vinden. De basis is simpel en eigenlijk heel logisch: • Geen suiker (aanslag op het immuunsysteem en brandstof voor kanker) • Weinig zout • Veel water drinken (nodig voor afvoer van gifstoffen) • Koolhydraten en (rood)vlees beperken • Veel vette vis eten • Veel volkoren granen en peulvruchten • Veel groenten (biologisch) • Zo veel mogelijk onbewerkt voedsel
Ik start mijn ochtend tegenwoordig met een Budwig ontbijt gebaseerd op muesli, vers fruit en citrus sap gemengd met kwark en lijnzaadolie. Dat geeft een stevige basis voor de dag. Over 2 maanden meten we de effecten van mijn dieetaanpassingen en gebruik van de voedingssupplementen aan de hand van een bloed-, speeksel- en urineanalyse (Beta-Vincent onderzoek). Ik heb hiervoor al plastic potjes meegekregen die ik bij mijn volgend bezoek weer gevuld mag inleveren . Er is ook de mogelijkheid om aanvullend bloedonderzoek te laten doen via een gespecialiseerde laboratorium in het buitenland, waarbij met behulp van nieuwe technieken wordt gekeken naar de aanwezigheid van kankercellen en hun gevoeligheid voor specifieke stoffen. Met dit aanvullend onderzoek kan mijn behandeling mogelijk nog specifieker worden afgestemd. Dit heeft gelukkig geen haast en ik hoef nu nog niet te beslissen. Gezien het hoge prijskaartje en het feit dat ziektekostenverzekering dit niet vergoed, lijkt het me verstandig om me er ook eerst goed over te laten informeren.
Kortom: er is nog zo veel meer dat ik kan doen in het vervolgtraject, maar mijn eerste stappen op basis van voeding en natuurlijke supplementen zijn gezet.

The joy of music…
Dinsdag 1 maart 2016. Het heerlijke, warme lentezonnetje dat de afgelopen dagen zo uitbundig aan de hemel hing, heeft plaats gemaakt voor een miezerige motregen. Nee … ik heb vanochtend genoeg water gezien in het zwembad, waar ik dertig baantjes heb getrokken. Vorige week is het zwemmen erbij in geschoten … wederom geplaagd door een verkoudheid/griepje. Die ben ik dit weekend gelukkig weer kwijtgeraakt en dat voelt meteen een stuk beter. Ik snak naar zon en warmte, maar het lijkt alsof er kouder vriesweer in aantocht is. Ik moest ijs van de autoruiten krabben en zag op de sloten een dun laagje ijs .
Vandaag heb ik verder geen verplichtingen en doe het rustig aan. Werken doe ik momenteel vier uurtjes op de maandag, woensdag en vrijdag, in totaal 12 uur. Heel fijn om er steeds een dag tussen te hebben die ik kan benutten om weer volledig te herstellen. Mijn arbeidsreintegratie verloopt goed. Ik krijg van mijn werkgever alle ruimte om op eigen tempo weer terug te keren. Herstellen is prioriteit nummer een en de rest komt vanzelf. Ik denk dat ik volgende maand wel naar 20 uur (50%) kan. Merk dat ik steeds beter in staat ben om complexere informatie op te nemen en kan ook al weer aardig meekomen in gesprekken met collega’s. De scherpte komt weer terug, hoewel ik me af en toe als een reservespeler voel die zo nu en dan heel kort mag meedoen. Doordat een tijdje volledig was afgeschakeld, kijk ik ook weer met een hele frisse blik naar het werk. Dat is een van de positieve dingen die mijn ziekte heeft gebracht.
Het troosteloze weer buiten geeft mij de nodige inspiratie om muziek te maken. Mijn gitaar is vandaag mijn beste vriend. Ik heb zonet de akoestische gitaarpartijen van James Bay – Let it go ingespeeld en opgenomen. Dochterlief Yara komt komend weekend naar huis en kan de opname completeren met haar zangpartij. Het geeft zoveel voldoening en energie om samen met haar muziek te maken: “the joy of music”!!! We hebben inmiddels al een handvol nummers opgenomen. Ik zal binnenkort wat opnames van ons via Soundcloud delen. Het gaat fysiek iedere dag een stukje beter met me. Ik ben bijna een maand bezig met mijn aangepaste dieet aangevuld met enkele natuurlijke voedingssupplementen en ook dat gaat goed. Ik voel me energieker en minder moe. Ik herstel ook veel sneller dan voorheen. Mijn energieniveau is nog niet de oude en ik merk meteen wanneer ik over de grens ben gegaan. Het kostte me eigenlijk niet eens zo veel moeite om mijn eetpatroon te veranderen. Sommige dingen gaan van zelf. Ik proef geen zoet, dus ik mis de suiker niet. Vanwege mijn droge keel moet ik vaak drinken en krijg dagelijks automatisch 1-2 liter water binnen. Tegenwoordig neem ik ook ‘s ochtends uitgebreid de tijd voor het ontbijt. Vroeger schoot ontbijten er bijna altijd erbij in. Opstaan, douchen, aankleden en spullen pakken deed ik altijd in 10 minuten om vervolgens in mijn auto naar mijn werk te scheuren. Altijd in haast. Dat is nu anders. Het voorbereiden en verorberen van mijn Budwig ontbijt vergt ruim een uur. Ik moet dus vroeger op, maar het is de moeite waard. Het geeft mij ‘s ochtends de innerlijke rust en ik leg qua energie een stevige basis voor de dag.
Kanker en angst zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ik had het hier vorige week uitgebreid met mijn psychologe over. Toen ik me zo grieperig en lamlendig voelde, merkte ik de negatieve impact op mijn energie en vooral dat het direct op mijn keel sloeg. Mijn keel is mijn zwakke plek geworden, voor zo ver dat al niet was. Elke vorm van spanning op mijn keel werkt als een fysieke katalysator die de ellendebeleving in een split second weer kan doen herleven. Het is allemaal zo dichtbij en zo werkelijk. Voor de dood ben ik niet bang, maar de gedachte om lichamelijke en geestelijke te lijden boezemt mij angst in. Bij kankerpatiënten is die angst er nou eenmaal. Het is “a fact of life” en dat kun je niet wegnemen. Ons alarmsysteem verkeert in een continue, verhoogde staat van paraatheid. Het pikt alle fysieke en emotionele signalen op… in onszelf of via anderen. Een pijntje, een verdacht plekje, een emotionele ervaring of een aangrijpend verhaal van een lotgenoot … kunnen leiden tot negatieve gedachten en gevoelens. Angst ontvluchten kan niet. De uitdaging is om het juist recht in de ogen aan te kijken, het te accepteren dat het er is en vervolgens een weg te vinden om er zo goed mogelijk mee om te gaan. Ik ben, dankzij goede hulp, in staat om mijn eigen angsttriggers te herkennen. Het lukt me aardig om ermee te dealen door middel van afleiding en ontspanning.

Loslaten…
Om los te laten is liefde nodig.
Loslaten betekent niet dat ’t me niet meer uitmaakt… het betekent dat ik het niet voor iemand anders kan oplossen of doen.
Loslaten betekent niet dat ik ‘m smeer… het is het besef dat ik de ander ruimte geef.
Loslaten is niet het onmogelijk maken, maar het toestaan om te leren van menselijke consequenties.
Loslaten is machteloosheid toegeven… hetgeen betekent dat ik het resultaat niet in handen heb.
Loslaten is niet proberen om een ander te veranderen of de schuld te geven… het is het jezelf zo goed mogelijk maken.
Loslaten is niet zorgen voor, maar geven om.
Loslaten is niet oordelen, maar de ander toestaan mens te zijn.
Loslaten is niet in het middelpunt staan en alles beheersen, maar het anderen mogelijk maken hun eigen lot te bepalen.
Loslaten is niet anderen tegen zichzelf beschermen… het is de ander toestaan de werkelijkheid onder ogen te zien.
Loslaten is niet ontkennen, maar accepteren.
Loslaten is niet alles naar mijn hand zetten, maar elke dag nemen zoals die komt en er mezelf gelukkig mee prijzen.
Loslaten is niet anderen bekritiseren of regulieren, maar te worden wat ik droom te kunnen zijn.
Loslaten is niet spijt hebben van het verleden, Maar groeien en leven voor de toekomst.
Loslaten is minder vrezen en meer beminnen.
(Nelson Mandela)

Ik vond deze vertaling van dit schitterende gedicht op het internet. Ik deel deze graag met jullie, omdat ik de woorden heel toepasselijk vind in het proces dat we als lotgenoten doormaken. Het gedicht blijkt overigens niet van Nelson Mandela te zijn, maar van ene Robert Paul Gilles, Jr.
Onlangs heb ik met Yara, mijn oudste dochter het nummer “Let it go” van James Bay opgenomen. Yara met haar mooie stem die in in de loop van de tijd warmer klinkt. Ik heb de gitaarpartijen ingespeeld en aangevuld met midi instrumenten.
Het is uiteraard geen professionele opname, maar we zijn super trots op het resultaat en delen het graag met jullie. https://soundcloud.com/jerrel-djaidoen/let-it-go-james-bay-covered-by-yara-jerrel

Dit bericht is geplaatst op 11 mrt 2016, in Herstel.

Uitslag vaatonderzoek benen en CT scan kaak

Donderdag 11 februari, vaatonderzoek van de doorbloeding van beide benen
De vaatchirurg belt mij maandag 15 februari voor de uitslag. Het valt tegen. In beide benen zit voor 50 % aderverkalking en enkele vernauwingen. Ik was er behoorlijk down van. De conditietraining gaat juist zo goed en ik voel me veel beter en helderder in mijn hoofd dan 15 jaar geleden. Er valt niets meer aan te doen. De kaakbot reconstructie met opvulling van goed doorbloedt kuitbeen gaat dus niet door. Wat nu?

Ik heb een gesprek met Heidi, de oncologisch verpleegkundige aangevraagd. Zij had eerst een voorgesprek gehad met kaakchirurg Coppen. Die zei “wat moet die vrouw een pijn hebben”. De kaak is 5 jaar geleden al gebroken door necrose. Dat gesprek heb ik donderdag 18 februari gehad. Een uur met haar en Hessel de ontstane situatie doorgesproken.

Er zijn nog 3 mogelijkheden:
1 Schoonmaken kaakbot. Breukdelen afronden en sluiten.
2 Zie hierboven na afronden plaat erop en plaat bedekken met weefsel (pectoralis major lap) pectoralis major.
3 zie optie 2, maar dan reconstructie met bekkenkambot.

          

De pectoralis major spier is een grote spier in de borst, waaierend over de borst van de schouder tot het borstbeen. De twee pectoralis major spieren, gewoonlijk aangeduid als de “borstspieren,” zijn de spieren die het grootste deel van de borst te creëren. Een ontwikkeld pectoralis major is het duidelijkst bij mannen, de borsten van een vrouwelijke typisch verbergen borstspieren. Een tweede borstspier, de pectoralis minor, ligt onder de grote borstspier. De borstspieren worden voornamelijk gebruikt om de beweging van de arm beheersen, de contracties van de pectoralis major trekken aan de humerus laterale, verticale of draaibeweging te maken. De borstspieren spelen ook een rol in de diepe inademing, trekken de ribbenkast om ruimte voor de longen uit te breiden te creëren. Zes afzonderlijke sets spiervezels zijn geïdentificeerd in de grote borstspier, waardoor delen van de spier zelfstandig door het zenuwstelsel worden bewogen. Verwondingen aan de pectoralis major kan optreden tijdens weightlifting, evenals andere bodybuilding oefeningen die overmatige krachten op de schouders en borst plaatst.

Ik ga er eerst goed over nadenken. Op 3 maart heb ik met dr. Coppen een gesprek hierover.
Het zijn allemaal ingrijpende operaties. Bij optie 1 en 2 kan ik niet goed meer eten. Hoe zie ik er uiterlijk dan uit? Optie 3 biedt wel het beste resultaat. Tja.

Gesprek dr Coppen, 3 maart
Hij begon met te zeggen dat ik een hele rotte periode achter de rug had. Ik vertelde dat ik een voorgesprek had gehad met Heidi en in overleg met hem de opties voor de kaak reconstructie had doorgenomen. Hij liet ons een 3D foto zien van de rechter en linker kaak. Op de linker kaak zag je een soort vlecht, die nieuwe haarvaten hadden gemaakt. De 3 opties doorgenomen en eigenlijk was het allemaal niet om te juichen wat het resultaat werd. Ik vroeg of hij ervaring had met optie 3, dus de de wond van de kapotte huid te vullen met bekken kambeen. Ja zei hij. Geslaagde operaties allemaal. 50 % was het gelukt. Niet om over naar huis te schrijven voor zo’n grote ingreep. De gevolgen met je conditie, eten, je uiterlijk. Hij ging met dr. Weijs overleggen. We moesten weer een half uurtje in de wachtkamer wachten.

Toen wij weer geroepen werden was dr. Weijs er alleen. Hij vroeg wat ik zelf wilde. Ik zei dat ik het liefst niets meer wilde. Ik heb nu nog kwaliteit van leven. Maar dat necrose bot moet er in ieder geval uit. Dat kan via de mond maar de technische dingen weet ik niet meer. Mijn kin gaat wel scheef staan. Dat moet dan maar. Hij ging nog even met 1 vinger aan de binnenkant van de kaak en 1 vinger aan de buiten aan de onderkant heel hard drukken. Au! Er zit ook nog een fistel. Kan er ook nog wel bij. Het is van belang dat de pijn zo lang mogelijk te verdragen is.

Anders moet ik 4 weken naar Arnhem voor hyperbare zuurstof therapie. Dan ga je een uurtje of zo in een soort vliegtuig in een stoel zitten met meerdere mensen en krijg je een zuurstof masker opgezet en kun je naar een film kijken als je wilt. Mijn huishoudelijke hulp heeft het ook gehad. Je gaat met een taxi heen en terug. Het is erg vermoeiend en je bent een halve dag onderweg en daarna zal ik wel willen rusten. De bedoeling hiervan is dat je preventief zuurstof toegediend krijgt omdat dood bot geen zuurstof krijgt. Na de operatie moet ik nog 2 weken dat doen. Dat is een kwestie van tijd. Hoop dat we de zomer doorkomen en nog kunnen genieten van fietstochtjes.

Ik kan heel goed eten zonder tanden. Natuurlijk geen harde dingen, maar ik ben creatief genoeg om lekker te eten. Ik kan weer lopen en binnenkort weer fietsen. De fysio heeft progressie. 45 minuten lang verschillende dingen doen. Ga ik eerst op de loopband 15 minuten, dan moet ik met mijn benen op een ander apparaat tegen een plaat op en neer 3 x 15 keer drukken en terug. 10 keer met mijn billen naar beneden en naar boven gaan met mijn neus naar voren. Dan nog op de evenwichtskussen balanceren. Dat ging de eerste 3 keer heel slecht, maar gisteren bleef ik 10 seconden balanceren. Als laatste 15 minuten op de fiets. Gaat goed.

Zondag 28 februari, 1e uitstapje
We zijn voor het eerst sinds de vorige operatie weer naar buiten geweest. We gingen naar een klooster in Duitsland in de buurt van Goch, Graefental genaamd. Daar waren we voor de Kerst vorig jaar geweest op een kerstbraderie. Het was toen vreselijk koud en nu stond er een gure wind. Er lopen kippen rond met een haan en pauwen. Echt zo’n grote boerderij met een restaurant en eigen gemaakte taarten. We hebben eerst een rondje om de vesting gelopen en foto’s gemaakt. Het ligt aan de Niers (rivier). Lekkere taart met cappuccino verorberd. Het was nog rustig. Tijd om naar huis te gaan. We hebben nu sinds 2 weken 2 uur huishoudelijke hulp. Zij is invalster, maar ik hoop dat ze bij ons kan blijven. Ze is zeer geschikt. En ze blijft bij ons gelukkig.

Vrijdag 11 maart, terugslag

Vrijdag 11 maart ging het met de fysio oefeningen moeizaam. De zondag erna stond ik ziek op, alsof ik griep had. Dat heb ik de laatste jaren vaak gehad, maar dan was het oververmoeidheid. Daar lijkt het nu ook op. Ik slaap overdag al een week na het ontbijt 2 uur, dan brood eten en weer naar bed en slaap meestal 2-3 uur. Dan kan ik het volhouden tot we gaan slapen. Eten koken doe ik wel, maar verder niks. Mijn hele lichaam is moe en ik denk dat de fysio te lang en te intensief is. Jammer genoeg kwam Laura net een dagje bij ons die zondag. Hessel heeft ze mee genomen naar de Bruuk, waar ze door het moeras hebben gebanjerd. Broek en laarzen onder de modder. Toen ben ik opgestaan en hebben we een kaartspelletje gedaan. Het eten hebben we bij de snackboer gehaald.

Maandag 21 maart
Naar de ( nieuwe) huisarts gegaan om over die oververmoeidheid te praten. Bij onderzoek hoorde ze een lichte ruis. Moest bloed laten prikken. Uitslag was een vitamine D tekort. Krijg nu ampullen en die moet ik 1 x per week innemen. Daarna nog 1x per maand. Ik doe nog geen fysio totdat ik genoeg energie heb.

Ik had de laatste dagen erge buikpijn en dacht dat het aan de stents lag. Totdat ik er achter kwam dat het door de molaxole kwam. Omdat ik fetanyl pleisters gebruik moet je laxerende middelen innemen. Vanmiddag afspraak bij de huisarts over de pijn medicatie. Ik wilde van die pleisters af en stelde voor om 2 zenuwpijnstillers extra te nemen. Had gelezen dat die op bot werkten. Na 2 dagen kreeg ik erge pijn en ben weer over gestapt op de pleisters. Ik reageer heftig op de Vitamine D. Ik moet heel veel plassen en poepen. Ik word er hyper van en slaap ook onregelmatig. De middagrust is alleen het oude patroon. Heb veel meer energie. Mijn vitamine was 20 en moet minstens 60 zijn. Raar dat er nooit naar gekeken is, omdat ik jaren klaag over extreme vermoeidheidsperiode. Wel 2 kg. afgevallen.

Gelukkig was de oververmoeidheid opeens over en konden we Paaszaterdag naar Bakkeveen waar een goede familie vriendin haar 60e verjaardag vierde. Ook Oscar, Jacqueline, Laura en Evi mochten mee. Het was een lange reis. Het feest begon pas om 15 uur dus ik kon ’s morgens nog een uurtje slapen. We werden heel hartelijk ontvangen en de jarige vond het zo fijn dat ik er ook bij was. Er waren wel meer dan 100 mensen en een dj die de muziek heel hard had staan. De meeste tijd met de familie van Hessel’s oudste en jongste overleden broers bijgepraat. Er was een Mexicaans buffet later en voor we naar huis gingen werd ik toegezongen omdat ik de volgende dag, 1e Paasdag, 70 jaar zou worden. Kreeg bloemen, een mooi boek en 70 paaseitjes in een pot. Toen we thuis kwamen kwam de buurvrouw ons een grote oleander afgeven die bezorgd was. Het kwam van mijn broer Reinier en zwager Wim uit de Auvergne. Ik was ontroerd, want hij is mijn enige nog in leven zijnde broer. Mijn 70e verjaardag hebben we ‘s middags met Oscar en gezin gevierd. Evi had een mooie tekening gemaakt voor oma en ik kreeg een ketting met daaraan Laura en Evi verzilverd. Prachtig!

DSCN5764 (1024x768)Laura muffins maken met oma 10-4-2016 (003)Laura heeft met mij eten gekookt, Evi wilde na het eten afwassen. Kan ze lekker kliederen met water. Zo was het een rustige dag met nog telefoontjes er tussen door en met bloemen en kaarten. Lekker in bed nog naar een prachtige film gekeken.

Zondag 30 maart bezoek
Bezoek gehad van Hessel’s zus en haar oudste dochter. Zij had ons huis nog nooit gezien en vond vooral de zolder fantastisch. Een hoekje voor de kleinkinderen, een hoekje voor mij en de rest heeft Hessel in gebruik en hangt vol met mandala’s door hem zelf ontworpen en ingekleurd. Waren een paar hele fijne uren. Kreeg een prachtig design vaasje met bont gekleurd bloem. Van Hessel’s zus kregen we een hele bol Edammer kaas.

Vrijdag 1 april werd de vrouw van Titus die 2 okt. 2015 overleden was naar het ziekenhuis in Leeuwarden gebracht en kwam op de hart bewaking terecht, had hartritme stoornissen. Ze knapte maar niet op. We worden steeds op de hoogte gebracht door de kinderen. Haar oudste dochter en haar man werken allebei in dit ziekenhuis. Dichtbij dus. We kregen vrijdag 8 april te horen dat er op de scan een tumor in haar longen zat. Nu afwachten op het vervolg.

Steef 8-4-2016Vrijdag 8 april zijn we op bezoek geweest bij een vriend uit Hessel’s praatgroep die ALS heeft en momenteel de hele dag en nacht verzorging nodig heeft. Ook een grote belasting voor zijn vrouw die ondanks veel hulp heeft, ook veel doen en hem ook moet voeren met alles en zelf ook de nodige klachten heeft. De tijd vloog voorbij, maar hij kan moeilijk praten en heeft een geavanceerde rolstoel met stem computer.

Hessel ging daarna Laura in Kleef ophalen en ik ging ondertussen koken. Ze was ziek en heeft veel geslapen. Zaterdag ochtend kwam papa met Jac. en Evi koffie drinken. Laura was al in bad geweest. ’s Middags naar Malden geweest naar het winkelcentrum om boodschappen te doen en de reden was dat er sinds kort het heerlijke Heldro ijs te koop was. Een grote staaf gekocht!!! Ik liep vast naar onze favoriete chinees om heerlijke loempia’s te halen en voor Laura babi pangang met rijst. Zondagochtend hebben we rustig aan gedaan en heeft Laura met oma cup cakes gemaakt. Hessel is met Laura onder mijn rusttijd naar een fanfare optreden in de buurt wezen kijken. Toch wilde ze zondagochtend cup cakes maken uit een kant en klaar pakje. Ik mocht me er niet mee bemoeien. Dat kon ze zelf wel, maar het ging niet en heb haar geholpen. Te lang in de oven gezet, dus hard maar wel te eten. Ik had een huisgemaakt broodje gyros in spelt pitabroodjes gemaakt met sausjes en salade. Mama kwam haar ophalen en we hebben samen gegeten. Ze ging met koorts naar huis. Weet nog niet wat er aan de hand is. Ze had ook een aften op haar tong.

Ook ben ik naar de podotherapeut geweest en heb een zorgprofiel 2 en Sim 1. Ben naar een medische en oncologisch pedicure geweest en krijg alles vergoed nu. Zelfs een speciale zalf kreeg ik mee. Ik heb een dikke enkel na de operatie aan de bloedvaten over gehouden en 2 paar aangepaste schoenen moeten kopen. De zorgkosten rijzen de pan uit. Moet een paar medicijnen zelf betalen. Krijg blisters medicijnen per 2 weken. Waar ik ook last van heb is geheugenverlies, afspraken vergeten, nadenken welke dag het is en goed in een nieuwe agenda voor de PC liggen. Fotografeer dagelijks de ochtend luchten. Koken is de belangrijkste taak die ik bijna dagelijks doe.Daar start ik de dag mee.

Maandag sterfdag van Yeb, Hessel’s jongste broer. Al weer 1 jaar geleden. Zwager Jan is dan ook jarig, Hessel is er geweest. Vanavond 12 april weer eetclub avond. Morgen 13 april voor het eerst weer naar de (nieuwe) fysio therapeut. We starten rustig en eerst 1 x per week.

Zaterdag 16 maart, verjaardag Laura
marieke en evi
Hessel en ik gingen om 11 uur naar de verjaardag van Laura, die 22 maart 11 jaar is geworden. Bij papa vieren ze het ook nog een keer met een kinderfeestje. Bij het ontbijt had ik al tegenzin in eten en bij Laura’s feestje lustte ik de taart zelfs niet. Ik had een knal rode wang. Ik heb nog foto’s gemaakt en toen naar huis en naar bed. Ik voelde me ziek. Altijd in het weekend krijg ik zo iets. Hessel heeft gebeld naar de dienstdoende kaakarts. Ik kon meteen komen en het was weer een infectie in mijn necrose kaak. Weer antibiotica. Deze arts in opleiding herkende mij nog van de biopt die hij in 2014 had gemaakt. Daar is alles mee begonnen. Recidief keelkanker in januari 2015. Operatie, in het weg gehaalde weefsel zat weer een tumor. Zie elders de behandeling. Operatie 2

Het is nu de zoveelste keer dat de kaak opspeelt. Ik heb nu de beslissing genomen om het te laten verwijderen. Eerst moet ik dan 4 weken elke werkdag met de taxi naar Arnhem voor hyperbare zuurstof therapie. Dan ga je in een zuurstof tent. Het lijkt op een vliegtuig. Krijgt een kapje je gezicht en dan kun je film kijken of lezen of slapen! Dit is ter preventie dat er zuurstof genoeg in mijn lichaam zit voor de operatie. Na de operatie moet je nog 2 weken. Je bent een halve dag onderweg. Een grote teleurstelling, omdat we gehoopt hadden dat we de zomer konden overbruggen. Maandag moet ik naar de kaakpoli bellen om een afspraak te maken voor vrijdag 22 maart naar het inloopspreek uur te komen, want dan is mijn behandelend kaakchirurg ook aanwezig.

Dinsdag 26 april
Ik moest ook bij dr. Brands zijn die aanwezig was om de uitslag van de ct scan te bespreken om 8.30 uur. Alles zag er rustig uit. Het frustrerende is dat ik nu 8 weken moet wachten op de MRI op zondag 12 juni. Na een paar telefoontjes hierover kon dat niet veranderd worden. Het maakt verder ook niets uit, maar de onzekerheid over nog opereren of weet ik veel wat maakt me boos en verdrietig. Voor de bloedvaten operatie heeft het ook 3 maanden geduurd voordat ik geopereerd werd terwijl er toen wel spoed bij was volgens het opperhoofd professor Mercks van de kaakchirurgie.

Woensdag 20 april
Ik werd gebeld dat kaakchirurg Weijs mij eerder wilde zien.Om 11.15 vandaag. Ik dacht dat hij dan de operatie via de mond zou overwegen. Mooi niet dus. Hij was bang dat hij niet alle necrose in de linker onderkaak zou kunnen verwijderen en ik er ook met een erge scheve kin en wang uit zou zien. Geen optie meer. Wat dan? Hij wil eerst een ct scan van mijn kaak zien. De zoveelste keer. Daar kon ik gelijk naar toe. In het andere gebouw tandheelkunde, waar ze ook aan het verbouwen waren.

Dan nog een MRI om beter te kunnen zien hoe mijn necrose kaak eruit ziet, voordat hij een beslissing neemt. Dat wordt een hele zware operatie volgens hem. Hessel en ik waren van slag. Ik krijg ook een verdubbeling van de fentanyl pleister tegen de pijn die ook erger wordt. De assistente van mijn huisarts gebeld om de fentanyl pleisters te regelen met de apotheek. Toen kwamen de tranen en zij troostte mij.

Uitslag CT scan kaak
Vanaf rechts op de foto begint mijn linker kaak naar de hele onderkant naar links op de foto. Het hele onderstuk is necrose.

De 4 volgende dagen een half uurtje buiten gelopen.zonder rollator. 1 Keer met mijn vriendin Wilma, 2 keer alleen en de vierde dag met Hessel. Het lopen gaat nog onstabiel, maar “dacht” daarmee mijn evenwicht te oefenen. Gelukkig heb ik geen verzuring meer na een paar honderd meter lopen, maar komen er zoals altijd weer andere pijntjes in de knieën, vooral de rechter en de heupen. Na even rusten gaat dat gelukkig weer over. Het is een wonder dat ik nu kan lopen zonder verzuring na 200 meter zoals jaren voorheen. Dat is dan toch de winst van de zware ingreep en complicaties van de bekken slagader en rechter lies operatie. Er loopt hier voor ons huis links een paadje naar de vlindertuin, waar ook een bankje staat en je al kunt genieten van de ontluikende lente.

Verder heb wel een tik over gehouden van de bloeding bij de stents operatie. Toen is de bloeddruk een tijdje heel laag geweest en de vaatchirurg ook bang was dat mijn verstandelijke vermogens aangetast zouden zijn na de operatie. Gelukkig heeft zich dat beperkt tot het niet weten welke dag het is, afspraak verkeerd in agenda zetten of vergeten. Vergeten fentanyl pleister en/of medicatie vergeten, maar daar kom ik na een paar uur wel achter omdat ik me dan beroerd ga voelen.

Heb oedeem benen van de operatie gekregen. Vooral na inspanning zijn de benen dik en met name mijn linker enkel. Dat heeft me 3 paar nieuwe schoenen gekost. Gelukkig waren er toch nog leuke gebeurtenissen. Kon weer naar onze maandelijkse eetclub.

Zaterdag 30 april wonen Hessel en ik 35 jaar samen
Omdat ik me sinds de inname van vit. D meer energie heb gekregen was het nu de kans om dit in kleine familiekring thuis te vieren. Heb hulp geregeld en Laura, mijn oudste kleindochter, net 11 jaar, vindt het leuk om gastvrouw te zijn. Gezellig is het oma zei ze toen ze tijdens het feest met 25 mensen langs me marcheerde. Inkopen en organisatie hebben Hessel en ik samen gedaan, wel 2 dagen van te voren. Het was meer een receptie van 15-20 uur. Zodoende kon ik ’s morgens nog een uurtje slapen en ook na de lunch nog een uurtje. Het was super gezellig.

marieke en hessel
Wij zijn op Koninginnedag 1981 in Amsterdam samen gaan wonen. Als iemand aan Hessel vroeg of wij nog gingen trouwen zei hij altijd dat op 30 april het gemeentehuis gesloten was. Dat smoesje ging dit jaar niet meer op en heb mijn neef gevraagd of hij ons in de echt wilde verbinden. Ik had nog ringen liggen. Dat werd een prachtige act van Theo. De foto’s moeten nog komen. Door de droevige omstandigheden in Hessel’s familie is dit even niet belangrijk.

Ik heb nu een medische pedicure, die ook oncologie aantekening heeft en 2 uur per week huishoudelijke hulp, waar we heel blij mee zijn.

Op 4 mei was mijn nicht jarig en het was prachtig weer. Zij heeft een prachtige tuin en prieeltje. Heel gezellig. Donderdag 5 mei zijn we naar Nel, de vrouw van Hessel”s oudste broer geweest. Zij was inmiddels in een herstel hotel in Workum geplaatst. Zij zat in een soort bed-stoel, want ze kon niet meer in bed komen en wilde ook niet meer verder leven. Dit was het afscheid bezoek waar ze heel blij mee was. Een paar dagen later is ze rustig ingeslapen.

In ruim een jaar tijd zijn er 4 familie leden en een tante van 93 jaar overleden in de familie van Hessel en dat tussen de 3 operaties van mij door. Ik heb een gedenk hoekje gemaakt.

 

Verhaal van Anneke over longkanker

annekeOp 1 maart 2012 kreeg ik de diagnose “ongeneeslijke longkanker – nog een paar maanden te leven – met chemo héél misschien een paar maanden extra”. Die chemo heb ik na enig aarzelen geweigerd – ik wist toen al dat dit mijn kwaliteit van leven waarschijnlijk volstrekt zou vernietigen – het was een zware chemo, de lijst van bijwerkingen loog er niet om! “Kwaliteit van leven is ook een punt”, zei mijn arts begrijpend en ze respecteerde mijn keuze.

Sindsdien heb ik mij voluit gestort in het alternatieve circuit – ik wist daar eigenlijk niets vanaf – en er ging een wereld voor mij open – de wereld van kanker alternatief behandelen.

Scroll naar beneden om verder te lezen of klik op: Anneke / longkanker

Kanker: hoe verder?

Uit alle mogelijke alternatieve en natuurlijke benaderingen van kanker koos ik persoonlijk Resonantietherapie (“Rife”, zie het Hoofdje “Elektro-magnetische therapie – Rife e.a. – links op deze website), aangevuld met Dieet, diverse vitaminen en supplementen, het Budwig-papje, een Hulda Clark zapper en andere aanvullingen… zoals een handoplegger, gebed en meditatie, reconnective healing.

Dit alles is nu al een hele tijd aan de gang. Ik ben (nog) niet genezen tot op heden, maar wel behoorlijk vooruit gegaan – een volgens de artsen volstrekte onmogelijkheid die mijn huisarts al de term “medisch wonder” ontlokte. Medisch gezien kan ik dus in elk geval zeggen dat ik nu “in remissie” ben – de kanker heeft zich niet uitgebreid, en lijkt minder te worden!

Ja! Dat was waar ik het allemaal voor deed – het zoeken en zoeken naar methoden om mezelf te helpen! Op dit moment ben ik blij en dankbaar – iedere dag is kostbaar – ik heb nooit geweten hoezeer ik het leven waardeerde en koesterde, tot ik het bijna kwijt was…

Dit is mijn verhaal, en tegelijkertijd de achtergrond van deze website over kanker alternatief genezen. Ik heb in het begin zo moeten zoeken en tobben om de hulp en info te vinden die ik nodig had. Het was zo’n wanhopige tijd! Daarom groeide in mij het verlangen om anderen deze ellende zo veel mogelijk te besparen. Ik begon met een document waarin ik allerlei informatie bijhield – en deze website is nu het uiteindelijk resultaat. Voor jullie! Dat jullie maar allemaal mogen ontdekken dat kanker niet dodelijk hoeft te zijn – en dat er mogelijkheden zijn om niet alleen geholpen te worden, maar vooral ook om daarnaast jezelf te helpen – of de mensen te helpen die je na staan!

Als je besluit om, naast de mogelijkheden die de reguliere geneeskunde je biedt, ook aanvullende therapieën te volgen, dan raad ik je aan deze website goed te lezen en te proberen zelf een keuze te maken uit het gebodene. Ieder mens is anders – wat goed is voor mij, kan wel eens minder uitpakken voor jou. Daarom heb ik ook zoveel mogelijk therapieën en ideeën die mensen mij aanreikten op deze website gezet – zodat je desgewenst een “pakket” kan samenstellen dat past bij jou. Dat is namelijk essentieel, dat je zelf voelt “dit is het voor mij”. Het is dat gevoel dat de kansen op genezing meteen al met …tig procent verhoogt! Geloof er in, en ga er voor!

Mocht je ondanks alles vastlopen – niet weten wat te doen, dan kan je mij mailen door te klikken op “contact” boven in de balk. Vul het formuliertje in, stel je vraag en ik zal je zo goed mogelijk antwoorden… Advies geef ik niet, ik denk echter wel met je mee. Maar doe dit alleen indien echt nodig – want nogmaals: wat je zelf kiest, is waarschijnlijk het beste voor jou!

WAT ER DAARNA BIJ MIJ GEBEURDE…

Het leven staat niet stil – dus inderdaad: er gebeurde daarna toch weer van alles. Op maandag 6 oktober 2014 kreeg ik een heftige buikgriep (of althans iets dat daarop leek… noro-virus? crisis in het kanker-proces? iets anders? ik weet het niet). Enfin, buikgriep heerste, dus ik maakte me geen zorgen. Het zou wel overgaan, dacht ik. Helaas echter bleek mijn lichaam het niet aan te kunnen. Wekenlang had ik hoge koorts – vaak 40˚ – ik kon niet eten, moeizaam drinken, en eigenlijk kon ik niets. Ik lag in een soort halve coma, herkende niemand meer, was me niet bewust van mijn situatie. De huisarts en zijn vervangers verwachtten dat ik dood zou gaan – ik lag volgens iedereen op sterven. John verpleegde mij zo goed mogelijk – en dankzij die goede zorgen begon ik na een maand toch weer wat te eten – muizenhapjes, maar toch weer iets…. Ik bleek totaal verzwakt echter – kon geen stap op eigen kracht verzetten, een glas water optillen lukte niet want het was te zwaar. Alle spieren leken wel verdwenen en ik was zo’n 10/12 kilo afgevallen.

In de periode daarna begon ik heel voorzichtig wat bij te komen – maar dat ging heel langzaam, vooral omdat de koorts diverse keren terugkwam. Medio januari 2015 was ik toch heel wat beter, maar nog niet terug op het punt waarop ik in oktober begon. Mijn kracht was lang niet wat het was – en ik kon nog weinig aan. Ik begon immers al op halve kracht, en het duurde ook heel wat tijd eer ik weer een beetje wat kon eten.

Wat heb ik hiervan geleerd? Wel, dat je het maar nooit weet – hoe het zal lopen heb je uiteindelijk niet in eigen hand… Verder is kanker niet de enige ziekte die je kan krijgen. Het is oppassen geblazen met griepjes en kou – als kankerpatiënt ben je behoorlijk bevattelijk.

Intussen was ik dus wel erg dankbaar dat ik nu toch weer herstellende was – een wonder op zich, toen iedereen alweer dacht dat ik zeker dood zou gaan.

Ik heb trouwens in al die maanden mijn dieet, supplementen en therapieën uiteraard niet kunnen volhouden. Eerst kon ik helemaal niets eten, drinken was zoals ik zei ook al moeizaam, en het slikken van supplementen was ondenkbaar. Mijn geliefde Budwig-papje kon ik ook na enige tijd nog steeds niet door m’n keel krijgen. Resonantietherapie (Energy Healing) was veel te ver weg. Ik moest het allemaal loslaten, er zat niets anders op. Toen, na enkele maanden, begon ik langzamerhand de zaak weer wat op te bouwen. Beetje bij beetje – maar het kostte tijd. Inderdaad loslaten dus, en aanvaarden dat het ging zoals het ging. Ik hield goede hoop…

Maart 2015 kwam er nog een tegenvaller: er was een griep-epidemie, en ja hoor, ik deed weer mee. Best link dus, maar ook dit bleek ik na een week of vier toch weer te boven te komen.

Ik hield dus goede hoop! De verschijnselen van de longkanker waren niet verergerd – en zijn nog steeds niet verergerd. Inmiddels is het december 2015 – en ik ben nog steeds herstellende van die klappen. Zeg maar: minder fut en kracht dan vóór oktober 2014, maar het blijft vooruitgaan – met muizen-stapjes. Inmiddels kan ik weer naar Veldhoven met het OV, ik kan een boodschapje doen, zelfs een stukje fietsen – maar ik ben eerder moe dan vroeger. Ook mijn maag is nog steeds niet de oude – en dat is vervelend want ik kan daardoor moeilijk bijspijkeren. Toch blijft er een stijgende lijn merkbaar in mijn conditie – tergend langzaam, maar hij is er. Dus ik houd die goede hoop nog steeds vast – ik ga weer vooruit. Ook de kanker schijnt stabiel te zijn – en inmiddels probeer ik alweer wat kuren en kuurtjes om ook dat proces vooruit te helpen (waaronder recentelijk een soort GcMAF achtige yoghurt – echt weer iets nieuws – sinds kort op de website). Kortom: het gaat eigenlijk best goed!

Klik hier om verder te lezen

Langzaam maar gestaag sterker…

Het is alweer een poosje geleden sinds mijn laatste blog. Tot mijn grote verrassing is deze heel vaak bekeken. Ik kreeg hele positieve reacties op het liedje dat ik met Yara heb opgenomen. Ze kwamen niet alleen van lotgenoten, maar ook via Facebook, waar ik de link ook had gedeeld. Erg leuk en stimulerend!
De afgelopen weken zijn ontzettend snel voorbij gevlogen. Ik merkt dat mijn eigen beleving van tijd, sinds ik ziek werd, voortdurend aan verandering onderhevig is. De tijd stond even stil, maar het tempo gaat weer omhoog. Dat is zeker het geval, nu ik de draad weer probeer op te pakken en ook mijn dagelijkse patronen weer veranderen. Wat is er in die korte tijd toch weer een boel gebeurd. Er waren fijne dingen, maar ook hele treurige gebeurtenissen, zoals die vreselijke bomaanslagen in Brussel. Het is een bizarre werkelijkheid die rauw op ons dak valt en mij pijnlijk doet beseffen wat voor zooitje we met elkaar ervan maken. We vergiftigen onze planeet en we maken elkaar af. De werkelijke kern van de problemen worden niet of nauwelijks opgelost, maar we bestrijden de symptomen. Als er niets verandert stevenen we af op zelfdestructie. Misschien is het allemaal wel onvermijdelijk. Moet er eerst complete chaos ontstaan, waarbij alles wat gevestigd is, eerst wordt afgebroken? Is er dan pas ruimte voor echte verandering? Kan er dan pas een nieuwe, betere wereld uit het as herrijzen? Ik vrees dat dat zo maar eens zou kunnen.
Anderhalve week geleden vernam ik het slechte nieuws dat een collega uit mijn marketingteam – zij had in dezelfde periode als ik de diagnose kanker gekregen – het niet gaat redden. Dat bericht kwam keihard binnen. Ik was ook echt een paar dagen van slag.. zo oneerlijk. Ik had zo intens gehoopt dat we hier beiden goed uit zouden komen. Helaas pakt het anders uit … diverse operaties, chemo’s en bestraling konden niet verhinderen dat de kanker vanuit haar eierstokken naar andere plekken in haar lijf is gewoekerd. De zware behandelingen hebben haar helemaal gesloopt. De wilskracht om te knokken is weggevloeid en haar hoop is verdwenen. Ze berust in haar lot en laat ‘t verder allemaal over zich heen komen.
Er waren gelukkig ook fijne dingen! De lente is aangebroken … zo ontzettend heerlijk om de zonnestralen op mijn huid te voelen branden. Ik geniet met volle teugen. De zon heeft al veel kracht en laat zich regelmatig zien. Warmte en licht. De wereld ziet er meteen een stuk rooskleuriger uit. Afgelopen week (23 maart) hadden we ook een jarige in huis. Noa, onze jongste dochter en lentekind, is zeventien geworden. Kleine mesjes worden groot! Ze is in heel veel opzichten een echte Ram. Niet kunnen stilzitten, impulsief, onbesuisd, optimistisch, snel afgeleid, fysiek, chaotisch, maar super creatief. Van kleins af aan had ze moeite met vooruit plannen en structureren. Ze heeft zo veel talenten, maar leren uit schoolboeken valt daar niet onder. Noa heeft verder de unieke gave om volledig te leven in het moment: Hakuna Ma Tata. Het hier en nu is wat haar bezig houdt. Dat is haar kwaliteit … haar grote kracht. Als kleuter zei ze altijd: “Papa… je moet een beetje lol hebben in het leven”. Oh … ik kan nog zo veel van haar leren.
Met mijn herstel gaat het goed. Zowel fysiek als mentaal voel ik me langzaam maar gestaag sterker worden. Ik hoef alleen maar terug te denken aan de dieptepunten achter me en ik zie duidelijk de stappen die ik al heb gemaakt. Gaandeweg ben ik tot het besef gekomen dat er eigenlijk geen oude “ik” meer bestaat. Kanker doet een boel met ons. Het verandert ons als mens behoorlijk. Het biedt ons ook de kans om innerlijk te groeien … naar een hogere bewustzijnsniveau. Relativerender, ontvankelijker, liefdevoller, bewuster … meer levend in het hier en nu. Ik vind dat eigenlijk best een mooi geschenk. Natuurlijk heeft kanker een boel negatieve kanten, maar na verloop van tijd verdwijnen die naar de achtergrond. Het is dus niet een kwestie van weer “de oude” worden, maar groeien naar de nieuwe ik…. opnieuw op ontdekkingsreis. Zijn we niet allemaal reizigers?
Het blijft vooralsnog balanceren met mijn beperkte energie. Gelukkig krijg ik steeds meer ervan te besteden. Mijn belastbaarheid gaat in stapjes omhoog, maar tegelijkertijd merk ik ook dat de belasting op veel fronten groter wordt. Het wordt drukker in mijn hoofd. Logisch … mijn wereldje is weer groter aan het worden. Het draait niet meer alleen om mij en mijn ziekte. Mijn eigen aandacht moet ik nu verdelen over andere, alledaagse zaken en zorgen, die voorheen aan mij voorbij gingen. Ik ben hierdoor ook wat vaker moe en neem dan wat gas terug. Voor de buitenwereld lijkt het erop dat mijn herstel in een ononderbroken stijgende lijn omhoog gaat, maar zo verloopt dat natuurlijk niet. Het is een grillig proces. Steeds weer de grenzen opzoeken en verleggen. Eenmaal over de grens heen, reageert mijn lijf direct, meestal gevolgd met een kleine terugval. Gelukkig herstel ik weer snel, om vervolgens weer te stabiliseren op een hoger niveau. Ik werk inmiddels 3 dagen van 5 uur. Vanaf volgende week verander ik dat naar 4 dagen van 4 uur. De woensdag houd ik aan als vrije dag, om bij te komen. De volgende stap is om over enkele weken verder uit te breiden naar 4 maal 5 uur. Ik moet ervoor blijven waken dat ik niet te snel ga … dat blijft mijn grootste valkuil. De ARBO bedrijfsarts en ook mijn begeleiders benadrukken steeds opnieuw. Ik neem hun advies ter harte. Door mijn zichtbare aanwezigheid is het voor collega’s erg makkelijk om even praatje te maken. Men betrekt mij graag. Het is dan zo verleidelijk om overal mijn mening op te geven. Voor je het weet, wordt ik ergens in meegesleurd. Ik probeer me daarom zo veel mogelijk te concentreren op mijn eigen afgebakende werkzaamheden en “NEE” te zeggen tegen nieuwe dingen. Het afmaken van dingen en ze afstrepen van mijn “To Do” lijst – het maakt niet uit hoe klein – geeft me in ieder geval ontzettend veel voldoening.
De meivakantie komt eraan. We hebben besloten om dan twee weken naar Cyprus te gaan. Het is weliswaar niet zo exotisch als Jamaica of Bali, maar wel een stuk betaalbaarder en bovendien minder ver vliegen. Cyprus (het noordelijke Turkse deel) hebben we 3 jaar geleden al een keer aangedaan, maar omdat er op het eiland nog zo veel te zien valt, gaan we er nog een keer heen. Het plan is om dit keer een auto te huren en dagtripjes te maken. Verheug me op de zon en warmte, want dat zal absoluut weer een energie boost geven. Of het met eten ook genieten wordt, is afwachten. Mijn smaak is nog steeds heel instabiel. Het varieert bijna dagelijks. Bij alles wat ik in mijn mond stop, is het iedere keer weer een verrassing wat ik proef. Ik merk dat mijn passie voor koken een stuk minder is geworden. Tja… wat moet een kok zonder smaakpapillen. Ondanks de frustratie soms, blijf ik hopen op verbetering en probeer ik zo veel als het kan te genieten van vage smaaktonen die ik wel herken. Het is niet anders.

POSITIEF NIEUWS IN 1 WEEK…
Ik krijg veel vragen naar aanleiding van mijn vorige blog, vandaar even een snelle update over het BETA-Vincent onderzoek en mijn 2-maandelijkse controle in het ziekenhuis, beiden vorige week.
De BETA-Vincent analyse wordt gedaan op basis van bloed, urine en speeksel. Het verzamelen van het laatste was een behoorlijke uitdaging vanwege mijn beschadigde speekselklieren. Gelukkig kon ik die ochtend precies genoeg in het potje bij elkaar spugen dat nodig was voor de test. Ik had de tip gekregen om op een knoop te sabbelen en dat hielp best goed. Het aftappen van een buisje bloed ging in 1 keer goed … fijn om niet te worden mis geprikt.
Volgens de BETA-Vincent ziet mijn algemene biologisch conditie er positief uit. Ik ben 52 jaar. Mijn zogeheten immuun competentie ligt op 57 jaar, iets hoger dus. Dit betekent dat mijn immuunsysteem functioneert op het niveau van iemand die iets ouder is. Niks om over in paniek te raken, omdat dit beeld normaal is na een zware bestralingstherapie. Het oxidatieniveau en de zuurtegraad van mijn vloeistoffen liggen niet in de kritische zone van kanker of hart- en vaatziekten. Dit duidt op een lage vatbaarheid voor deze aandoeningen. Hoewel ik me ervan bewust ben dat ik hier geen garantie aan kan ontlenen, voelt het als een hele geruststelling. Echter, de oxidatiewaarden van zowel mijn bloed en speeksel zijn te hoog. Ook de pH waarde (zuurtegraad) van mijn bloed en speeksel zijn weliswaar niet kritisch, maar iets aan de hoge kant. Dit allemaal duidt op het volgende : – een hoge vatbaarheid voor schimmels (klopt helemaal) – een hoge graad van oxidatie van mijn systeem – een inefficiënte leverfunctie.
Mijn behandelplan is op basis van bovenstaande diagnose meteen aangepast.Mijn oxidatieniveau moet omlaag. Dit kan door het eten van voeding dat rijk is aan antioxidanten rijke voeding, zoals granaatappel, blauwe en rode bessen, pruimen, blauwe druiven en/of door middel van een antioxidant supplement, een aanvulling op de supplementen die ik al gebruik. Mijn leverfunctie moet ik verbeteren door deze bij tijd en wijle ontgiften. Dit ga ik de komende maanden doen met twee kuren: een 2-daagse “Purge” en een 6-daagse “Liverflush” met een tussenpoos van een maand. Het moment mag ik zelf bepalen. Over zes maanden krijg ik opnieuw een BETA-Vincent onderzoek en kunnen we de effecten van de behandeling in de tijd bekijken. Mijn controlebezoek in het ziekenhuis verliep ook positief. Ik moest weliswaar ruim drie kwartier op mijn beurt wachten, omdat de assistente niet had doorgegeven dat ik in de wachtkamer zat. Een plek die ik al vaker dan mij lief is heb gezien. Uiteindelijk was ik nog geen tien minuten binnen voor het gebruikelijke ritueel: het vragen hoe het gaat, het kijken en het voelen. Mijn kortste bezoek ooit. Wellicht ook omdat het voor ik er voor het eerst in mijn uppie was (Elke had een afspraak bij de tandarts voor een kroon). Alles zag er goed uit en ik kreeg het advies om vooral op de zelfde voet door te gaan. Over twee maanden zien ze me graag weer terug voor controle. Schiet me nu te binnen dat men niet heeft teruggebeld over mijn bloedwaarden met betrekking tot mijn schildklierfunctie. Morgen maar even er achteraan bellen.
Al met al positief nieuws in 1 week. Dat geeft hoop voor de toekomst. Het is voor mij ook de bevestiging dat ik op de goede weg ben. Mijn eigen weg die mij het gevoel geeft dat ik de verantwoordelijkheid neem over mijn eigen lijf en leven. Ik voel me er goed bij en ik ben ervan overtuigd dat die leidt tot het repareren van het zelf herstellend vermogen van mijn lichaam om zo te voorkomen dat kanker terugkomt.

VAKANTIE MET EEN ROUWRANDJE…
Gyrne, Cyprus, vrijdag 29 april 2016
Er zijn soms van die gebeurtenissen die er ongewild flink inhakken. Tijd en plaats doen er dan niet toe. Als een duivel uit een doosje komt het fenomeen kanker weer tevoorschijn en beheerst het mijn gedachten. Mijn collega Ledy wordt vandaag om 11 uur begraven. Afgelopen maandag kreeg ik het bericht van onze directeur dat ze haar laatste adem had uitgeblazen in bijzijn van haar 2 kinderen en familie. Haar kanker was onomkeerbaar. Mijn hart huilde, maar ik was ook een beetje opgelucht dat ze verlost is uit haar lijden. Ik heb een paar uur op het strand naar de azuurblauwe Middellandse zee zitten staren, luisterend naar de eeuwige cadans van de golven. Een geluid die al miljoenen jaren hetzelfde is. Het deed me opnieuw beseffen hoe kort en nietig een mensenleven eigenlijk is. “Wil je terug naar huis?” vroeg Elke. Ik moest die vraag even op me in laten werken. Uiteindelijk kwam ik op een NEE uit. Ik heb Ledy acht jaar geleden weliswaar aangenomen en onder mijn hoede gehad, maar de laatste vijf jaar heb ik de dagelijkse leiding over de telemarketeers overgedragen aan een ander teamlid. Laatstgenoemde heeft meteen de verantwoordelijk op zich heeft genomen om namens het bedrijf en collega’s te spreken op de begrafenis. Respect daarvoor. Ik hoefde geen seconde erover na te denken om hem te helpen met de voorbereiding van de tekst. Het leven gaat verder. De laatste weken was Ledy al vaak in mijn gedachten en dat is sinds maandag nog nadrukkelijker het geval. Als ik terug ben van vakantie, bezoek ik haar graf om afscheid te nemen.

HOE GAAT HET MET JE?…
“Hoe gaat het met je?”Dat is nog steeds de meest gestelde vraag die mij wordt gesteld, steeds vaker gevolgd door de opmerking “je ziet er goed uit”. Dat laatste is natuurlijk deels het effect van twee weken zonnig Cyprus. Een natuurlijk zongebruind hoofd komt gezond en vitaal over. Er zijn momenten dat ik het ook echt zo ervaar. Ik voel me steeds sterker worden, fysiek en mentaal. Ik ben nog steeds herstellende en dat verloopt eigenlijk voorspoedig. Herstellen is prioriteit nummer een. Ik ben een flink eind op weg, maar realiseer me dat ik nog een paar stappen voor de boeg heb. Dat is vooral voelbaar op die momenten dat ik over mijn grens ben gegaan. Meestal geeft mijn lijf dat precies aan, dus daar luister ik maar heel goed naar en neem ik bijtijds gas terug. Het gaat al met al goed en daar ben ik heel blij om!
Ik werk intussen 4×6 uur en zal dat de komende tijd stapje voor stapje verder uitbreiden naar 4×8 uur, met vooralsnog de woensdag om te herstellen. De moeilijkste fase van het reïntegreren ligt achter me en het laatste stukje zal makkelijker gaan. Ik heb nog steeds aangepaste en afgebakend werkzaamheden, al hoewel ik hier en daar alweer voorzichtig enkele “oude” taken naar me toe heb getrokken en opgepakt. Uiteraard steeds in goed overleg. Het is echt geweldig dat ik alle ruimte krijg om zelf het tempo te bepalen in mijn herstelproces.Er komt natuurlijk een moment daar dat ik weer volledig in mijn functie zit. Wanneer weet ik dat eigenlijk ik zover ben? Is het een kwestie van de knop gewoon omzetten en gaan? Kan ik dan nog steeds op mijn “oude” niveau functioneren? Kan ik het allemaal nog brengen? Volgens mijn psychologe van het Helen Dowling Instituut hebben bijna alle kankerpatiënten dezelfde vragen en twijfels tijdens hun reintegratie-proces. Kanker doet een boel met een mens, zowel lichamelijk als emotioneel. Het zet de wereld compleet op zijn kop. Ik realiseerde me onlangs dat de term “weer de oude worden” eigenlijk helemaal verkeerd gekozen is. Mijn persoonlijke kankerervaring betekende een hoop ellende, maar heeft mij ook als mens doen groeien en het pad geopend naar een “nieuwe ik”: sterker, gezonder en zelfbewuster dan voorheen en veel meer in verbinding en in balans met mijn innerlijk en dat geeft veel rust.
Maar … wanneer ben ik nou genezen of beter?What’s in a name? Vanuit welk perspectief?Of ben ik beter als IK mij BETER voel? Ik voelde me vorig jaar niet ziek, maar had kanker. Voor het ziekenhuis blijf ik vijf jaar lang kankerpatiënt. Nog vier te gaan. Ik wordt genezen verklaard als in deze periode de kanker wegblijft. Voor mijn werkgever is het een ander verhaal.Op 18 mei 2015 ben ik officieel ziek gemeld. Ik ben inmiddels mijn eerste ziektejaar gepasseerd. Er heeft ook al een evaluatie plaats gevonden waarin we ervan uitgaan dat ik in september weer volledig in mijn functie terugkeer op basis van een stappenplan. Dan ben ik dus beter.Voor de wet poortwachter moet na 1 jaar worden beoordeeld of en hoe iemand terugkeert:

In de oude functie, al dan niet aangepast
In een andere functie binnen het bedrijf, al dan niet aangepast
Keert helemaal niet terug

Het eetstejaarsmoment is verder ook belangrijk, omdat het inkomen terugvalt naar 70%. Het maakt daarbij niet of er een re-integratie traject loopt en deels wordt gewerkt. Ziek is ziek. Gelukkig wordt mijn loon, op basis van de CAO-afspraken Metalelektro waar wij onder vallen, het komende jaar aangevuld tot 90%. Dat scheelt!
Wat vliegt de tijd voorbij. We zijn alweer bijna een maand verder sinds mijn laatste blog. Zoals ik me had voorgenomen heb ik het graf van Ledy bezocht en heb op mijn manier afscheid kunnen nemen, Ledy ligt samen met haar man begraven in hetzelfde graf. Ze zijn weer samen. Er lag nog enorme berg bloemen, verwelkt na een week. Dat beeld maakte diepe indruk op mij… symbolisch voor de eindigheid van het leven. Al het stoffelijke vergaat en transformeert uiteindelijk weer terug naar de elementen. Zo blij dat ik langs ben gegaan.
Op medisch vlak valt er eigenlijk niet zoveel te melden. Ik voel of zie geen gekke dingen in mijn keel- of halsgebied. In juni heb ik weer controles in het ziekenhuis en bij mijn NTTT-arts. Onlangs heb ik mijn eerste reinigingskuur (Purge) gedaan om mijn lichaam in een alkalische rusttoestand te brengen en de gelegenheid te geven afvalstoffen kwijt te raken. Twee dagen leven op alleen citrussap (12 sinaasappels, 6 citroenen en 6 grapefruits) in combinatie met 3x daags een ACID calcium tablet. De dag werd gestart met drie keer een half glas mineraalwater met een eetlepel bitterzout (natrium bicarbonaat) met een tussenpoos van een halfuur. Deze kuur was heel goed te doen en ik voelde me na afloop fitter, energieker, maar ook hongeriger :-))) Volgende maand begin ik aan een intensievere 6-daagse leverspoeling (liver flush). Ben benieuwd of dat ook zo makkelijk gaat.

Een zware beslissing

Al snel na de laatste update krijg ik een email van Marieke…
Ze heeft meteen weer slecht nieuws en vertelt dat ditmaal haar keel aan de beurt is. Gisteren is ze weer met spoed op het spreekuur in het Radboud beland, ziek keelpijn, pijn met slikken en geen eetlust. Ze gaan overleggen of de MRI nu wel sneller kan en of ze het keel gebied ook meteen kunnen meenemen. “Dit is voor mij denk ik de limiet, het voelt niet goed”, schrijft ze. Hessel en zijzelf zijn natuurlijk heel verdrietig.
Marga.

Update Marieke 21-7-2016
Ik ben nog steeds verward van het delier na de operatie aan de bloedvaten denk ik. Ik heb daar een behoorlijke tik aan overgehouden. Ik vergeet afspraken, weet niet welke dag het is etc. Toch heb ik geprobeerd om een samenvatting van de laatste maanden te maken.

Grand dessert uit de super roomijs, kersen/aardbeiensaus, bladerdeeg gevuld met pudding en slagroom 22-5-2016Vrijdag 3 juni
Om 1.30 uur in de nacht ben ik flauw gevallen op het toilet, ik was duizelig en misselijk. Ik ben erg hard op de grond geploft en heb om Hessel geroepen. Die was gelijk in paniek. Met veel moeite heeft Hessel mij op bed gesleurd. Op mijn vraag belde hij meteen 112. Foutje, want we hadden de huisartsenpost moeten bellen.

Er is een groot verschil van aanpak tussen het ambulance personeel en de huisartsen. Ze waren ongeduldig en weten niets van mijn dossier af(?). De mensen van de huisartsenpost zijn veel aardiger en stellen je op je gemak. Zij adviseerde een Fentanyl pleister van 12 mc. Het waren 2 vrouwen en ze gingen op een stoel bij me zitten. Zij stelden een aantal vragen en ik kreeg een Fentanyl pleister. Slaap lekker.

Dinsdag 5 juli
Onze vriend Steef die al jaren ALS had is overleden. Gelukkig waren Hessel en ik nog bij hem thuis op bezoek geweest. Dat was vrijdag 8 april. Hij is in stilte van ons heen gegaan, het is een grote aderlating voor zijn vrouw, die zelf ook op de kaakpoli loopt. Steef had een geavanceerde rolstoel, maar uit en in bed was een (te) zware belasting. Voor Hessel was hij een grote vriend. Dat zegt hij niet gauw.

DSCN5650Ik ben inmiddels 3 x in het weekend op bij de kaakpoli geweest.  Zelfs op 1 juli, dit was Evi’s 4e verjaardag. Ik had veel pijnklachten en een knalrode wang. Ondanks alles heb ik toch mijn 70 jarige verjaardag in kleine kring gevierd. Er was wel wat hulp ingeschakeld. Heel gezellig zei Laura, want zij deed de bediening.

30 april woonden wij 35 jaar samen op Koninginnedag in Amsterdam, maar nu  Koningin Beatrix  afgetreden is , ben ik koningin geworden en het smoesje van Hessel dat hij niet met mij kon trouwen omdat op 30 april het gemeentehuis dicht zat heb ik een bevriende neef van ons stiekem ingeschakeld en ik had 2 ringen. Het werd een officieel/nep huwelijk, maar wat was het leuk. Hij had er hele show van gemaakt. Wonderlijk en gevoelig niet lang na zijn moeder/mem haar overlijden. Dubbel emotioneel.

Juli 2016
Mijn kwaliteit van leven wordt steeds minder. Hessel en Oscar (zoon) zagen dit ook en zij hebben dezelfde mening. Na lang nadenken heb ik besloten dat ik niet meer geopereerd wil worden en met pijnstillers (morfine) dood wil gaan. Daarom heb ik heb de vorige week een afspraak gemaakt met dr. Coppens, een vervangend kaakchirurg die ik ook goed ken.

Dr. Weijs, mijn eigen kaak chirurg belde mij en voordat hij begon te praten begon ik over mijn besluit. Hij zei dat het een dapper besluit was. De enige optie die hij nog kon bieden was een algehele kaak reconstructie met een narcose van meer dan 20 uur.

De vorige week toen ik de pijn te erg werd, kwam ik dus bij die dr. Coppens terecht. Begint hij weer over de operatie en ik word inwendig boos omdat hij weer over de operatie begon. Ik zei toch dat ik geen operatie meer wilde hebben? Ja. Kan ik daarna nog gewoon eten? Nee. Zie ik er verminkt uit? Ja. De kaakchirurg raadt me nog wel hyperbare zuurstoftherapie aan. Ik heb besloten om dat nog wel te gaan doen.

vlindertuinGelukkig was er ook goed nieuws; de slaapcellen van de keel, die weer kwaadaardig konden worden, waren rustig gebleven. Er zat een ontsteking en weer kreeg ik antibiotica. Voor de snijdende pijn tussen door, heb ik langzaam werkende en snelwerkende (bij pijn aanval) pijnstillers, het zijn opiaten en werken ook snel. Oxycodon genaamd. Op de foto de vorig jaar aangelegde vlindertuin achter onze straat.

Ik stop nu en ga naar bed, slapen! Verbaasd dat ik heb gered.

Liefs van Marieke en ook van Hessel.

 

Zomergevoel

Vandaag, 23 juni, is de verjaardag van mijn moeder en een van de eerste dingen die vanochtend vroeg heb gedaan, nadat ik zwembaantjes heb getrokken, is haar bellen. Komende zaterdag vieren we het met haar in Amsterdam. Het wordt een dubbelfeestje, want Yara is eerder deze maand negentien geworden en dochterlief heeft het plan bedacht, om samen met mijn moeder een barbecue voor familie en vrienden te organiseren: “Oma en Yara samen 90 jaar” in park Frankendael. Heerlijk buiten … het ultieme zomergevoel! De saté ayam (kipsateetjes) verzorg ik en dat doe ik met alle liefde. Uiteraard ontbreek de satésaus van papa niet. Morgen na mijn werk haal ik het vlees en marineer ik het zodat het goed kan intrekken. Zaterdagochtend heb ik genoeg tijd om de stokjes te rijgen. Hopelijk is het zaterdag goed weer. De weersverwachtingen zijn gunstig, maar in ons kikkerlandje is het altijd afwachten wat het wordt.
Ik hoefde vandaag niet te werken en had alleen een afspraak staan ´s middags om 16.15 uur, de 2-maandelijkse controle in Rijnstate. De uitslag was goed en ik was, net als de vorige keer, weer in 10 minuten klaar. Inwendig zag alles er keurig uit en er was ook niets te voelen in mijn halsgebied. Dat in combinatie met mijn progressie (lichamelijk en mentaal) stemt de artsen tot grote tevredenheid. Helaas … de kans dat mijn verstoorde smaak en mijn beschadigde speekselklieren nog verder verbeteren dan wat het nu is, wordt steeds kleiner. Ik blijf echter optimistisch en hoop op een wonder. Ik richt mijn aandacht daarom maar op de dingen die ik wel kan en kan niet anders zeggen dat ik oprecht blij ben met waar ik nu sta.
Op weg naar ziekenhuis had ik een soort deja-vu ervaring. De vele, dagelijkse autoritjes naar het ziekenhuis van vorig jaar, flitsten aan mij voorbij. Tja … het was een behoorlijk heftige periode, eerst door al die onderzoeken en daarna de bestraling. De bedrukte blikken in de wachtkamer van patiënten, lotgenoten, die wachten op hun behandeling. De schrik en angst in hun ogen. Wat heb ik met ze te doen zeg. Gelukkig ligt dat voor mij persoonlijk allemaal ver achter me. Maar de herkenning is er. Het was toen ook zo broeierig en warm. De zomer is vorig jaar volledig aan mij voorbij gegaan. Het zomergevoel heb ik nu wel. Ik voel me steeds sterker en het kanker spook verdwijnt steeds meer naar de achtergrond. Mijn belastbaarheid gaat omhoog, maar dat geldt ook voor de belasting, dus de uitdaging blijft om goed te blijven balanceren. Ik krijg het steeds drukker en heb meer oog voor andere zaken. Ik ook kan weer volop genieten van alles om me heen. Vooral de ogenschijnlijk kleine dingen, zoals de zon die langer schijnt (eergisteren was het alweer de langste dag van het jaar). De warmte die mijn lijf opzuig t. Regenbuien die weer afkoeling brengen. Het vele water dat alles in de tuin uitbundig groen kleurt. De vogels op het dak die mij vroeg in de ochtend wakker maken. Life is good … and it gets better!

In de volgende versnelling…
We kennen het allemaal wel. Je zit achter het stuur in de auto. Je trekt op … je voet op het gaspedaal. Planken en vaart maken. Eenmaal in beweging bereik je een punt dat je geen extra snelheid meer kunt maken. Het is een punt dat je naar een volgende versnelling moet schakelen om harder en ook verder te kunnen richting jouw bestemming. Afgelopen woensdag (20 juli) had ik een soortgelijk gevoel bij mijn afspraak bij het Helen Dowling Instituut. Hier heb ik het afgelopen driekwart jaar veel steun gevonden bij het hervinden van mijn mentale balans. Het was mijn allerlaatste afspraak. Ik ben op een punt beland dat ik weer zelf verder kan. We hebben het proces dat ik heb doorlopen geëvalueerd en ik kan niets anders concluderen dat de begeleiding mij heeft geholpen inzicht te krijgen in de werkelijke impact van kanker op mij op verschillende fronten. De bewustwording is nodig om te kunnen werken aan de acceptatie en de verwerking. Pffff … ik was diep gezonken en kom van ver. Hoe gesloopt voelde mijn lichaam … verzwakt en moe. Al die vreselijke bijwerkingen waren een lijdensweg. Ik wilde toen echt maar 1 ding en dat was dat het allemaal stopte. Ik zocht wanhopig naar een uitweg. De hulp kwam van het HDI. In het laatste gesprek passeerde alles weer een beetje de revue. Daarmee kwamen bij mij ook de emoties los en ook de tranen. Geen tranen van verdriet, maar van blijdschap en geluk. Van dankbaarheid voor de persoonlijke groei die ik door deze ervaring heb kunnen maken. Ook trots op wat ik heb bereikt. Ik voel me op dit moment absoluut rijker en gezonder dan ik ooit was. Alle ellende ligt achter me en kan weer op eigen benen mijn weg vervolgen.
De grootste winst voelt voor mij dat ik de regie over mijn gezondheid en mijn leven naar me toe heb getrokken, althans voor de zaken waar ik invloed op heb. Niemand anders is daar verantwoordelijk voor dan ikzelf: “Me, Myself and I”! De periodieke controles in het ziekenhuis beschouw ik als APK-controles. Als er stront aan de knikker is, ben ik echt de eerste die het merkt. Meer waarde hecht ik in deze fase aan mijn bezoeken bij de natuurarts. Hier ben ik onlangs nog geweest (13 juli). Ik ga gewoon door op de ingeslagen weg, d.w.z.: mijn aangepaste voedingspatroon aangevuld met supplementen, periodieke ontgiftingskuren en balanceren van stress. Ik heb onder een microscoop met eigen ogen het positief effect op mijn bloed gezien en kunnen vergelijken met de vorige keer. Voor mij een bevestiging dat ik op het goede spoor zit met het versterken van immuunsysteem en het van binnenuit voorkomen dat de kanker terugkeert.
Het gaat al met al goed me en ik merk dat ik een nieuwe, volgende fase begin: de volgende versnelling. Kanker verdwijnt steeds verder naar de achtergrond. Een lotgenoot schreef heel treffend: “weer een beetje terug op aarde en niet alleen denken aan de toekomst, maar er ook aan beginnen”. Zo voelt het ook.Vanaf 1 september ga ik weer 100% werken in mijn oude functie. Eerst nog op vakantie. Komende maandag gaan we ouderwets kamperen met de tent in Zuid-Frankrijk. Heerlijk buiten leven als god in Frankrijk. Het wordt volop genieten, vooral ook omdat het zo goed als zeker de laatste keer is samen met de kinderen. De hangmat gaat mee en natuurlijk ook mijn gitaar. Dochterlief en ik doen ongetwijfeld wat optredens op de camping. Ik verheug me erop! Ik ben ook weer intensiever aan het sporten en doe naast het zwemmen ook 1-2 per week aan fitness in een sportschool. Niet overdreven, maar ik hou het op extra beweging op de crosstrainer, roeien en krachtoefeningen met gewichten. Enkele weken geleden ben ik ook begonnen met een opbouwschema voor 5 km hardlopen. Ik heb me tot doel gesteld om begin september de 3 mijl run van de Bridge To Bridge te lopen. Het is misschien te ambitieus, maar we zien wel of ik het red. Ik luister nog steeds goed naar mijn lichaam en blijf ervoor waken dat ik mijn energie zorgvuldig balanceer.

Still going strong…
Bijna drie maanden zijn voorbij sinds mijn laatste blog. Dat is best een lange tijd besef ik me. Blijkbaar is de behoefte bij mij om te schrijven afgenomen. Ik lees nog wel berichten van lotgenoten die ik volg met wie ik een bijzondere band heb en reageer ook meestal. Maar dat is voor nu wel zo een beetje al mijn activiteit op het forum wat natuurlijk alles te maken met de fase waar ik momenteel in verkeer. Heel logisch, want de behoefte aan informatie en steun was het grootst hardst helemaal in het begin toen ik de diagnose kanker kreeg, rondom de behandeling en natuurlijk tijdens een groot gedeelte van het herstel- en verwerkingsproces. Op kanker kanker.nl vond ik in deze moeilijke periode heel veel steun. Met mij vele lotgenoten. We gaan allemaal door hetzelfde proces en onderweg raakt iedereen wel iets kwijt. Uiteindelijk worden we geconfronteerd met de keiharde realiteit dat het sommigen lukt de kanker te keren en anderen helaas niet.

Voor mij is de fase aangebroken om de draad van het “normale” leven weer op te pakken. Met een heerlijke kampeervakantie in Zuid-Frankrijk nog vers in mijn geheugen en een mooie nazomer. Moet alleen flink wennen aan het herfstweer en de kou. Het kankerspook is nagenoeg geheel naar de achtergrond verdwenen. Ik ben er niet meer zo mee bezig. Alles gaat weer zo een beetje in de hoogste versnelling. Er komt ook meer en meer op me af. Sommige zaken die ik voorheen nog kon afhouden, zijn weer belangrijk. Voor mijn omgeving lijkt het erop alsof het allemaal voorbij is. Ik ben ook weer 100% aan het werk sinds 1 september. De afgelopen weken heb ik ook echt gevoeld dat er weer een tandje bij is gezet. In mijn hoofd ben ik veel drukker en mijn agenda loopt steeds vaker vol. Krijg gelukkig ook meer dingen gedaan en dat geeft voldoening en (zelf)vertrouwen. Voelde me aan het eind van de dag regelmatig moe. Vermoeidheid na werk is op zich niet erg, omdat ik daarna gewoon normaal herstel door rust te nemen. Het gaat niet erom wat ik kan, maar de mate waarin ik herstel na inspanning. Dat is maatgevend.

“Still going strong!” Ik kan niet anders zeggen dan dat het goed met me gaat, ook al blijft het vooralsnog balanceren met mijn energie. De vraag of ik “beter” ben vind ik daarbij eigenlijk helemaal niet relevant, omdat ik me momenteel sterker en gezonder voel dan ooit te voren. Dat is het enige wat voor mij echt telt. Hoe dan ook, precies een jaar geleden zat ik mentaal, emotioneel en fysiek op een absoluut dieptepunt. Gesloopt door alle bijwerkingen van de behandeling. Vanaf dat moment ging het stapje voor stapje de goede kant op. Een proces van vallen en opstaan, waarbij ik ook herhaaldelijk tegen mijn eigen grenzen ben aangelopen, meestal met een kleine tijdelijke terugslag om weer vooruit te gaan. Uiteindelijk heb ik ook moeten accepteren dat het herstelproces tijd nodig heeft. Hoewel ik in het begin het vertrouwen in mijn lichaam volledig kwijt was, ben ik sterk gaan geloven in het zelf-herstellend vermogen van mijn lichaam. Ik heb beter leren luisteren naar wat mijn lichaam, geest en ziel nodig hebben om op eigen kracht te helen. Ik ben ervan overtuigd dat daar de sleutel ligt voor preventie van kanker en voor genezing daar waar het nog omkeerbaar is.

Dit bericht is geplaatst op 23 jun 2016, in Herstel.

Verhaal van Ans over mondbodemkanker

ansMijn naam is Ans Elzinga, ben getrouwd met Richard en we hebben twee geweldig fijne zonen Koen en Tim. Met 2 leuke schoondochters erbij is het geluk compleet. De jongens wonen grotendeels nog thuis. Toen ik in 2014 “50” werd wilde ik absoluut die poespas niet in de voortuin met al die Sarah’s en “rijmpjes” van “joa t is woar, ans is 50 joar” Past gewoon niet bij mij… maar t is zo’n Twents gebruik… Had er ook geen moeite mee om 50 te worden (wees blij! zei ik altijd) maar daar kwam na een jaar ook verandering in.

We wonen in een klein dorpje Enter (de meest gebruikte rechter-pinkslag op het toetsenbord) nabij Almelo, een half uurtje rijden vanaf Enschede. Het mooie van Enter is dat ‘bijna’ iedereen elkander kent; mooi en minder mooi wat betreft sociale controle. Door op de fiets naar de huisarts te gaan wordt er ook al gauw over je gesproken… “hej zeen dat hij/zij ok bien’ dokter is ewes? Nee, wattah?…nou ik heurn dat en dat… en het is al gauw duidelijk wat de patiënt mankeert”… volgens de ooggetuige dan hé.

Mijn werk..heb ik helaas niet meer in verband met chronisch ‘hernia’ rugklachten… maar goed het is 23 april 2015 en ik ga met de auto naar de huisarts. 3 Kleine puntjes irriteren en maken dat ik pijn heb onder in m’n mond. Onder de tong maar niet aan de tong… op de mondbodem. Het lijken kleine puistjes en na 3 weken zeuren over pijn zegt mijn man: “of je gaat morgen naar de huisarts of je houdt erover op”… gelijk had ie… dus ik ging

Een korte samenvatting van een lange periode
Ik schrijf mijn verhaal op een simpele manier, niet in artsen taal nee, gewoon op mijn manier zoals ik het ‘t best kan verwoorden, als patiënt maar ook zeker als mens…die ineens kanker krijgt. Kanker op een meest ongunstige plek, je wil het nergens hebben bv borst, darm, maag, hersenen en noem maar op… maar in je mond!?
We kennen allemaal het woord “kanker”. Iemand die (gelukkig) nooit de mededeling heeft gekregen: ‘helaas heb ik niet zo’n goed bericht voor u, de patholoog-anatoom heeft geconstateerd n.a.v. de opgestuurde biopten, dat u kwaad-aardige kanker heeft’ zal niet begrijpen wat u op dat moment voelt. Het klinkt zo simpel en waarom zou hij of zij dat dan niet begrijpen..

..gewoon omdat de arts, die (als t goed is) gezond is het zelf niet eens begrijpt….
Hij begrijpt heel goed dat ie iets moet vertellen wat jou de grond onder de voeten vandaan haalt…maar zelf verder moet naar een bv een spoedbevalling..
Hij kan daar niet aankomen met jouw gevoelens, leven, redenen, situatie etc.etc.etc…. nee hij moet daar als arts z’n krachten bundelen om een nieuw “leventje” op de wereld helpen te zetten. Vervolgens krijgt hij een spoedoproep voor mevr. X.
Ze is 81 jr. zo benauwd en heeft de hulp van een arts nodig. Ze is al wel op leeftijd, maar verdorie..haar kinderen/kleinkinderen kunnen hun moeder/oma toch niet missen! Begrijpelijk, ze krijgen het er zelf benauwd van..
Ben je gezegend met een leeftijd van 90 of hoger en je hebt een goed leven gehad…moet je toch niet zeuren.
Hallo, begrijp ik het zelf wel? Helaas ja, ik kreeg die mededeling…

Scroll naar beneden om verder te lezen of klik op: mondbodemkanker

Verhaal van Ans over implantaten/klikgebit

In vervolg op mijn verhaal over de mondbodemkanker ga ik verder met mijn verhaal over mijn implantaten. Ik beschrijf dit in een apart hoofdstuk omdat het een verhaal op zich is. Het is geen leuk verhaal om te lezen, hoewel er genoeg lichtpuntjes in te vinden zijn en het uiteindelijk goed zal aflopen. Daarvan ben ik overtuigd. Toch hoop ik dat mensen die ditzelfde traject moeten doorlopen iets hebben aan mijn ervaringen.

Natuurlijk ben ik nog herstellende van alle behandelingen die ik in zo’n korte tijd heb ondergaan. In een half jaar tijd een operatie, chemo en ook nog eens 33 bestralingen gaat je niet in de kouwe kleren zitten. Het herstel zal nog wel even duren verwacht ik. Toch kan ik nu al zeggen dat ik door deze periode ook iets waardevols heb teruggekregen. Zo zijn bijvoorbeeld de familiebanden sterker geworden en je gaat écht anders tegen alles aankijken. Je bent niet meer zo bezig met pietepeuterige dingen die er niet toe doen…
Je leeft bewuster en oordeelt minder snel, pff wat een wijsheid (?)

Ik wil je iets laten lezen, mijn pijn…. Hoezo dat kan je niet lezen?!
Ja toch: je komt ’s morgens uit bed en stoot je kleine teen vreselijk tegen een dorpel. Ik zie je schudden “oh wat een smerige rotpijn”
Niet om af te geven op iets of iemand nee, echter ik ben mezelf naast de constante pijn een beetje onzeker aan het voelen. Misschien ben ik wel een drama queen aan het worden, dan wordt het tijd voor een extra bezoek aan de psycholoog. Nee, ik voel dat er iets loos is waar DE ARTS niet zomaar even uitkomt. Misschien zie ik het verkeerd maar breng het toch ter sprake…

Vóór ik ziek werd

ans-met-echtgenoot

.
.

Ik begin mijn verhaal met een foto. Het is een foto van 4 jaar geleden (2011). Vóór ik ziek werd… Ja, er mochten best wat kilo’s af maar op deze manier was rigoureus en daarbij: Ik had geen keus.

23 April 2015

Ik kwam bij mijn huisarts voor een klacht aan m’n rechteroog (had ook iets onder m’n tong… vergat ‘t bijna). Oh dokter zou u ook nog even willen kijken naar die rare bultjes onder mijn tong op de mondbodem? Hij keek en hij keek me in m’n ogen… hier moet je mee naar de Kaakchirurg… ik zag ‘t verband niet en kreeg voor de volgende dag een afspraak in het Twenteborg ziekenhuis. Mijn man –altijd positief!- voelde dat er iets mis was. Zelf had ik echt niets door. Ach, een paar aften in m’n mond. Ala, eenmaal in Almelo op 24 april 2015 zei de arts het meteen: het is een tumor, en voor 90% zeker kwaadaardig. Nou..daar ging ik met m’n goeie gedrag. Me echt totaal nog niet bewust van de hele situatie en het vervolg dat dit ging krijgen. Hij verdoofde m’n mondbodem en weg was het gezwelletje… op naar het lab.

Over een week zou ik uitslag krijgen, volgens mij viel het wel mee. Onderweg naar huis giebelden we een beetje aangezien ik met een spraakgebrek praatte… heel anders als ze een kies verdoven. Meteen maar even langs m’n vader om het gebeurde te vertellen, die man zou zich rot schrikken als ik het met een “telefoontje” zou afdoen. Hij reageerde rustig en kalm maar ik ken m’n vader, het ging om zijn kind.

De volgende dag voelde het een beetje rauw aan, had niet echt pijn maar hoe kon het… ik had inderdaad de laatste tijd al pijn als ik hete koffie dronk en last van de kruimels onder m’n tong bij het eten van een beschuitje. Ach Ans, niet bij nadenken… het valt vast allemaal mee. Zo verdrong ik de boodschap en onbewust ook de angst. Ik “kanker”? Kom op zeg!

De 25e was mijn zus jarig (een lieverd) maar daar had ik toch totaal geen zin in om heen te gaan…het verhaal had z’n ronde al gedaan… hallo kom ik daar en iedereen vragen naar hoe, wat, waarom, en, dus, etc… nee ik ben een flinke meid maar daar had ik geen behoefte aan.

Ja, ik rookte… ja, ik dronk m’n glaasje. Ben nu compleet geheelonthouder haha,cleane vrouw. Ik leefde m’n leven op mijn manier, had ook zo z’n voorgeschiedenis… alles heeft zijn redenen… maar hier was ik niet op voorbereid. Verdorie mijn man maar vooral onze jongens… hoe zeg je zoiets? Het vreemde van alles is, dat ik zo positief was! Weg met het gezwel… weg ziekte. Ik noemde het toen geheel geen kanker. Vanaf 23 april t.m 5 juni heb ik nooit aan een ernstige ziekte of iets dergelijks gedacht… ondanks dat mijn arts zei: het is een kwaadaardige agressieve kanker met nu een omvang van 1,5 cm. Als je hier niets aan doet ga je hieraan dood binnen 5 jaar. Nou nee nu nog niet!

Mei 2015
Op 1 mei kreeg ik de uitslag, een agressieve kwaadaardige tumor in m’n mond. Er werden direct vele onderzoeken gepland: pet-scan, bloedonderzoek, longfoto, mri, ct-scan etc. De eerste gesprekken met de secretaresse van de oncoloog waren heel fijn en berustend. Ze was naast een secretaresse een fantastisch persoonlijkheid. Als ik kwam en ze zag me dan vroeg ze of ik behoefte had aan ‘n knuffel…. zeker! Wat een topvrouw.

kaakchirurgToen kwam halverwege mei het eerste gesprek met de behandelend kaakchirug die de operatie gaat doen. 5 Juni wordt je geopereerd, de agressieve kanker heeft inmiddels een omvang van 4,5 cm. Ook mijn ondergebit wordt geheel verwijderd aangezien de tumor ook in de kaak was genesteld.

Nog eerst naar Utrecht. Het hele protocol, ik was ervan op de hoogte. Een rit naar Utrecht voor twee minuten bij de arts zijn. Hij had een stagiair tegen wie hij heel duidelijk zei:”als de mondbodem er zo uitziet en aanvoelt, is het altijd mis!” Klopt, er moet een second opinion komen en ook een eventuele andere benadering… dit was voor mij duidelijk… Moest ik hiervoor naar Utrecht?

De oncoloog verpleegkundige heeft me voorbereid op de OK en ik weet nog dat de arts zei: een spreekverbod voor 5 dagen. Daar snapte ik niets van. Het zat toch niet in m’n keel of stembanden… daar werd ik nadien bang voor. Pff, wat een stugge man zeg! Hij had zo z’n goede en slechte momenten. Haha. Overigens vind ik hem een TOP Vakman!

De aanloop voor de OK… ben je niet zenuwachtig of iets dergelijks? Nee, totaal niet. Echt niet! Moest nog wel ff bij de tandtechnicus/implantoloog zijn om te happen voor een klikgebit, want er zouden implantaten in komen.
Was achteraf niet nodig aangezien er roet in het eten werd gegooid door uitzaaiing.

De operatie

4 juni 2015…
daags voor de opname. Alles thuis nog ff op orde maken ondanks dat ik kaduuk ben. Maar sowieso geen zorgen, ik heb een man die beter functioneerde op dat moment dan ik.

5 juni 2015
De nodige spullen mee en daar gaan we omstreeks half 9 op weg naar Enschede. Ik moet me melden om 10.00 uur dus tijd zat! Eenmaal op de afdeling, het is 09.30 uur hoor ik ineens: “mevr. Elzinga, u mag zich omkleden… u bent al aan de beurt voor OK”. Snel omkleden, m’n man zoon en schoondochter lopen ff stukje mee in de gang en wensen me succes, komt goed lach ik… doei! Dit was vreemd.

Voor ik het in de gaten heb zit er een infuus in m’n arm (niet vreemd, ben het gewend na zovele operaties) en word ik richting OK gereden. Daar staat het voltallige OK personeel inclusief de kaakchirurg me op te wachten. Vragen: geboorte datum, naam, etc., waarvoor ben ik hier, wat wordt er gedaan…? Ik beantwoord de vragen rustig en een beetje lacherig, ach de zenuwen waarschijnlijk. Yep daar komt de spuit met witte slaapvloeistof en probeer nog te tellen… maar ik haal niet meer dan 4. Time to start!!

ans-na-de-operatie uit-narcose
Eenmaal wakker -wat heet wakker- lig ik op een kamer alleen. Buis in m’n neus, sonde voeding in m’n neus, nog wat meer slangen in m’n neus. Voel niets dan alleen moe, moe zijn. Slaap ook heel gauw weer.
Diezelfde avond ben ik beter bij m’n positieven en wil het één en ander vragen..nee..via papier! Niet praten. Oké. M’n mond voelt loodzwaar en m’n tong een uitgewrongen spons..wat een vieze smaak. Jee, wat is er allemaal gebeurd?

Richard en de jongens zijn er en kijken me aan… ik wil bijna vragen waarom ze zó kijken, zó meelevend. Ik voel dat m’n handen zijn vastgebonden aan het bed, wat krijgen we nou! Blijkt pure bescherming voor mezelf zodat ik niet de kans krijg om iets bij m’n mond/neus los te trekken. Oh oké.

Er loopt heel af en toe een verpleegster m’n kamer binnen voor het toedienen van pijnstillers en dan gaat ze weer. Steeds die blauwe jas aan, kapje voor handschoenen aan… wat heb ik toch?

hals-1 hals-2
6 Juni 2015
De 2e dag wordt ik verhuisd naar een 2 persoons kamer waar je je kont nauwelijks kan draaien, ala… weer steeds die blauwe jassen en handschoenen… wat is dat toch allemaal?

Ik laat me s avonds bijpraten door mijn man. Er is een bacterie op de afdeling geconstateerd. Nou ik blij net na m’n OK. Wat was die grote snee in m’n hals dan??? Mijn pijn toen: ontiegelijke pijn in m’n nek waardoor ik absoluut niet kon slapen, elk kwartier moest ik naar de wc om te plassen (zal wel van de sondevoeding zijn). Ik wilde zoveel vragen maar kon niet. Mocht niet praten en er was geen tijd voor de verpleging om ff te “luisteren” naar mijn schrijven. Ik kreeg nergens antwoord op.

7 juni 2015
De volgende dag kwamen beide kaakchirurgen en de oncoloog verpleegkundige. De gehele tumor was ruim weggesneden, geen reden tot bezorgdheid en het zou allemaal goed komen. Wat was er dan in vredesnaam in 6 uur opereren gebeurd?? Kon het allemaal niet vatten. Daar kwam bij dat ik nu toch BLIJ moest zijn… voelde me geheel niet zo! Ik gaf het op de verhuizing van de kamer. Er lag een mevrouw naast me met kanker, nou ik blij dat ik haar niet was! Goh, er waren 8 lymfeklieren verwijderd (hoor ik pas veel later) waarvan er 7 kankercellen bevatten. Oh… goh… er werd me toen niets verteld.

De dagen daarna
De eerste financiële onkosten beginnen een rol te spelen in ons dagelijks leven, elke dag die parkeerautomaat bijvullen of het niks is. Ik snak naar wat gewoon eten, heb het gevoel dat het nog heel lang duurt eer ik weer een stukje vlees naar binnen werk. Ala, ik ben beter… niet zeuren… hoppa.

Door de goede boodschap die ik kreeg maken we vaak grapjes over mijn ontstane gezichtsvorm. (Onder) tandeloos bekkie, met dubbele tong praten en zo meer. Mijn vriendin komt mee op bezoek en vraagt me of ik “glibberig” wil zeggen…m’n tong beweegt wat op en neer en thats it. Lachen lachen, koomp wa weer good. M’n zoon zegt: mam je hebt het warm eten al op haha, we zaten buiten in de zon met m’n sonde aan de stang. Ach van alles moet je een grap kunnen maken.

De mondhygiëniste komt om de dag heel voorzichtig m’n boventanden poetsen en er komt een psycholoog bij me. Ik verblijf 7 dagen in het ziekenhuis.

Dan wordt het tijd om naar huis te gaan! De neus-sonde blijft erin aangezien gewoon eten absoluut niet mogelijk is. De pijn in m’n keel met slikken wordt geregeld ondraaglijk. Er wordt dan een paar weken later ook voor gekozen om een maag-sonde te plaatsen. Nu alleen nog maar vloeibaar eten… het was zo gemakkelijk, gewoon wat grote spuiten legen in het slangetje wat via m’n neus naar de maag liep.

Ik ben superblij dat ik de operatie goed heb doorstaan, nu nog helemaal aansterken. Ik voel me echt een slap wrak… heel moe moe moe… Ik snap nog steeds niet hoe ze 4,5 cm kunnen wegsnijden op zulk een rotplek.

Chemo en Bestraling

ans-gezichtJuni 2015
Binnenkort (de 23e juni ben ik jarig, dan word ik 51 en wil dan beslagen ten ijs komen). Maar bij een eerste controle zakt me de grond onder m’n voeten vandaan…het is niet goed. De dokter windt er geen doekjes om. Tijdens de operatie hebben ze 7 lymfeklieren weggehaald waarvan er 4 kankercellen bevatten. Daarom 6 weken na de operatie 8 keer chemo (cetuximab) en 33 keer bestralen. Pff, tranen… m’n lichaam heeft me echt in de steek gelaten, waar kan ik nog op vertrouwen?

Afspraken volgen: internist, radio-therapeut, afdeling waar bestraald wordt, masker maken, bloed prikken, röntgenfoto’s, naar Ariensplein voor afspraak chemo. Sjonge, behalve voorgaande beginnen we ook de financiële lasten te merken. We hebben geen auto dus moet ik die van onze zoon of mijn vader steeds lenen. Dan ging mijn jongste zus mee dan weer de oudste, het waren nogal wat ritjes. Richard ging mee –waar ie kon- maar kon logisch niet steeds/dagelijks snipperen terwijl z’n baas heel meegaand was gelukkig. Had ik me ooit wel eens beter gevoeld? De automatische piloot stond aan.. En dan wordt er bij controle gevraagd: “hoe gaat het met u”? Nou, ik heb erg veel last van mijn tong en mijn onderkaak is heel pijnlijk. Deze klacht is tot op heden nog relevant!

Juli 2015
Maar goed het is begin juli en ik begin aan m’n eerste chemo. Krijg voordien een middel (weet niet waarvoor) maar wordt er wel slaperig op. Ach geen vervelende bijwerking. Ik ben toch alleen. Ik ga geregeld alleen in verband met taxi-vervoer, en om niet zoveel te hoeven praten. Daar zit ik dan tussen allerlei mensen met andere vormen van kanker. Blijven lachen Ans, je gaat voor een goed doel. Ja, ik ben me nog steeds niet bewust van de ernst en gevolgen van alles alsof het maar niet wílde doordringen. Ik werd heel goed begeleid bij de meeste acties door secretaresse van de oncoloog.
brandblaren-4
De bestralingen gaan ook beginnen.. ik heb een soort van strippenkaart met barcode gekregen. Deze moet ik dagelijks voor een blieb-apparaatje houden… dan weten ze dat ik er ben haha. Gedurende het dagelijkse bestralen 3 x per wk door naar de mondhygiënist om te sprayen en wekelijks gesprek met de radio-therapeut. Een geweldige vrouw, niets is haar teveel en ze vind ook dat ik het zelf heel goed doe. Niet lang duurt het of de bestralingen/chemo beginnen zichtbaar te worden. Dit is geen foto van mijzelf, echter de verbranding is wel reëel.

Ik heb een verbrande nek/keel, haaruitval (wordt niet kaal), jeuk over het hele lichaam, ontsteking aan teen en vinger, dikke blaren onder m’n tong, wang en tandvlees. Een erg droge mond, slikken lukt haast niet meer (vloeibaar eten). Half juli wordt er operatief een maagsonde rechtstreeks op mijn maag geplaatst. Moet onder narcose aangezien ik mijn tong niet kan uitsteken. Bah hè wat naar dat strakke masker om m’n hoofd, vooral omdat ik nog heel opgezwollen ben.

Augustus 2015
Je moet goed op gewicht blijven, want…dat…en dat…en dat. Ik ben heel goed geïnformeerd. Er mochten wel wat kilo’s af, maar 20 kg in zulk een korte tijd was wel heel veel. Af en toe kwam ik in onze buurt supermarkt maar mensen herkenden me absoluut niet tot ik ze zelf aansprak. Een vrouw waar ik jaren naast had gestaan bij het koor herkende me niet eens!

Mijn kastjes zijn gevuld met pijn medicatie. Zalfjes voor dit en dat, spoelmiddel, verschillende soorten tandenborstels, steriele gaasjes om de peg-sonde te verzorgen… het is elke dag een heel ritueel.

Eenmaal weer thuis opnieuw aan de flesjes Nutri-drink… jakkes ik kreeg steeds minder smaak. Of ik nou koffie of water dronk..het smaakte allemaal naar metaal. Dikke blaren vormden zich onder m’n tong en wang om maar te zwijgen van het praten. Thuis goot ik de nodige ora-morf naar binnen en vele tandenborstels en spoelmiddelen verder was ik weer klaar met de hele voorstelling. Ach een paar uurtjes, dan weer opnieuw. Toet-toet, oh de taxi stond er: Op de foto de briefjes die ik aanmaakte voor de taxi voor de volgende week.

Ik vertelde mezelf stiekem: als ik nu begin bij wk 33 en dan aftel… valt het nog mee hoe vaak ik nog moet bestralen. Elke keer moest ik opnieuw iets vinden om mezelf weer op te peppen en redelijk goed voor de dag te komen. Thuis had ik steun aan mijn man… een supervent!  Hij deed de was, huishouding, kookte geregeld en haalde boodschappen. Hij hielp me met de verzorging van de maag sonde, verbond m’n vingers en teen die regelmatig ontstoken waren. (Die teen is overigens geheel vergroeid). Nog steeds heb ik op de meest vreemde plekken uitslag/ontsteking.

Bij de radio therapie leek het wel lopende band werk… Je gaat zitten, wordt op tijd naar binnen geroepen, uitkleden en op weg naar het apparaat.  Het masker wordt aan de tafel vastgeklemd en ik kan geen kant meer op. Zelfs niet meer knipperen met m’n ogen. Verstand op nul en aan iets leuks denken (lukte ook geregeld nog!). Overigens -moet gezegd worden- het team bij de bestralingen hield me goed in de gaten wat betreft lichamelijk en geestelijk welzijn. Geweldig lieve mensen écht.

Maar na ongeveer 28 bestralingen werd het me teveel… m’n lichaam protesteerde. Overgeven, misselijk, spierpijn, zwak, vermoeid en die verdulde pijn in m’n mond. Soms zo zin in een broodje gezond of iets dergelijks, nee het was ff op. De nodige medicatie was soms meer dan het eten wat k binnen kreeg quetiapine, zopiclon, ora morf etc. Ala daar kom k ook wel weer vanaf.

Ineens was ik een gouden ring kwijt, shit! M’n vingers waren ook zo dun geworden. Van maat 48 naar maat 42 gegaan (er mochten echt wel nodige kilo’s af… niet op deze manier 20 kg in ruim 2 maanden tijd). Ik klapte in, werd via de eerste hulp opgenomen. Daar werkte een allervriendelijkste arts… vroeg me van alles en keek indringend naar m’n litteken bij de keel en zei: “zo zeg, indrukwekkend zo’n snee van oor tot oor… Alsof U DE ZIN VAN HET LEVEN NIET MEER ZAG” haha.

Ik reageerde koeltjes maar het zat me toch dwars en ik vertelde het mijn man ‘s avonds tijdens bezoekuur wel. Helaas luisterde er een man van de verpleging mee en deze heeft er melding van gemaakt. (Ik kreeg een rood gezicht, voelde me opgelaten en wilde het helemaal niet zover laten komen… ik kon een aanklacht indienen… nee zo zit ik niet in elkaar.) Er is dan verder op mijn verzoek ook niets mee gedaan. Ja… het voelde wel kut! Nou de volgende dag naar huis en de dagelijkse draad v h ziekenhuis/huislijk leven maar weer oppakken. Het ziekenhuis was voor mij een veilige omgeving geworden, ondanks de (toen nog niet voelbare) angst. Angst om dood te gaan… heel veel niet meer mee te kunnen maken.

M’n jongste zus was mee naar een van de laatste chemo en bestraling, kom we gaan ff gezellig de stad in, dat was toen de neussonde verruild was voor een maagsonde (PEG-sonde noemen ze dat) zo grappig eigenlijk als je het “zegt”. Ze zei: je eet wat je KAN en niets MOET! Lekker een glaasje prik (proefde er niks van) en warempel 5 kleine frietjes… ik liet haar schrikken. Zei dat er een frietje vast was gaan zitten in m’n peg-sonde hahaha. Nee het was geen pretje, alles kauwen met m’n onderkaak/vlees brr wat pijnlijk.

Met m’n oudste zus eens gezellig nadien naar de Intratuin de bloemetje buiten gezet. Op zoek naar een fleurig boeketje en ff koffie drinken.

Helse pijnen in januari

Blootleggen implantaten
De 19e januari zit ik dus in de martelkamer. In eerste instantie kon de mondhygiëniste maar één implantaat zien, ala sprayen en daar kwam de kaakchirurg aan. Hij was zelf overigens verbaast dat de boel zó vast zat. Hij verdoofde de onderkaak geheel en ging snijden, er moesten 4 implantaten worden blootgelegd die er tijdens de OK 5 juni in waren geplaatst. Steeds opnieuw bij-verdoven (7 ampullen) en weer snijden en boren. Uiteindelijk na drie kwartier zaten de hechtingen erin en moest ik de 21e terugkomen. Hij adviseerde om de aankomende dagen flink met een -in alcohol gedrenkt- wattenstaafje het vlees rondom de implantaten weg te duwen. Ahh, dit is gemeen pijnlijk.

implantaten

Voor blootleggen implantaten          2 weken ná blootleggen implantaten

Ik heb dan ook zaterdagavond  de verjaardag  van mijn zus op tijd opgegeven. Eenmaal thuis heb ik ora-morf genomen -er zat nog een bodempje in het flesje- en hier ff op geslapen.

Zondagochtend, ik heb veel pijn. Ik vraag of ik aanstaande dinsdag bij de kaakchirurg terecht kan. Ik heb dan ook een afspraak met de psychiater en psycholoog. Vandaag ga ik nog een paar keer met de wattenstaafjes duwen maar t geeft weinig resultaat. Ik heb via m’n huisarts oxy norm gekregen omdat ik het niet meer vol houd van de pijn.

vanaf 19 januari 2016
Mijn pijn is heel gemeen, voor en aan de rechterkant rondom implantaten. Het is erger geworden een paar dagen na het blootleggen op de 19e januari jl. Hier is ook bot weg geboord. Misschien dat dat de pijn is? Het was een ingreep van 3 kwartier snijden, wrikken, boren en constant bij verdoven. Ik kneep m’n vingers knel en liep daarna met een ijszak naar de auto op weg naar huis. De 21e moest ik komen voor sprayen, De mondhygiënistes zagen duidelijk 1 implantaat, de andere 3 zaten verscholen in het vlees van mijn lip. Ik neem ibuprofen 600 Mg 4x daags en paracetamol 1000 Mg zetpil 4x daags, het helpt niet.

26-01-16
Ik ben bij ‘s morgens bij de mondhygiëniste en tegen de middag/avond wordt de pijn weer veel erger. Ik bel haar op rond 16.45 en vraag of ik eventueel nog ora morf kan krijgen in verband met de hevige pijn. De apotheek is nog tot 17.30 u open. Ze wil dit eerst overleggen en belt me terug. Ik moet toch ff komen bij de implantoloog de volgende dag, dit schrijven ze niet zomaar voor. Oké. Waarom had ik dit ’s morgens niet gezegd vraagt ze. Had ze gelijk in.

27-01-16
Het is 08.40 uur en bel de secretaresse om te zeggen dat ik niet kom, weer 80 km rijden voor een minuut en ik wordt een beetje wrangerig, niet fair van mij hoor. Mijn man gebeld om te zeggen dat ik niet ga waar hij het niet mee eens is. We gaan wel, per auto en busrit naar MST.

Het is inmiddels 10.30 uur en ik ben aan de beurt… De oncoloog verpleegkundige wilde er ook bij zijn maar waar is ze? Ze liep in de hal maar ik heb haar die ochtend niet meer gesproken. De kaakchirurg kijkt ook in m’n mond en besluit in verband met m’n pijnklachten diclofenac voor te schrijven… ja dat ken ik… net zoiets als paracetamol, helpt echt niet. Zonder enig flauw benul te hebben hoe het verder gaat ben ik alweer op weg naar huis.

Ook moet ik met wattenstaafjes gedrenkt in spoelmiddel m’n tandvlees rondom de implantaten naar beneden duwen. Oh zo naar maar ik moet tot de pijngrens, ga zelfs met de elektrische tandenborstel over de implantaten.

Nog ff langs de apotheek…of het vanmiddag opgehaald mag worden? Nee, graag zo spoedig mogelijk, ik heb heftig veel pijn. Echter diclofenac mag niet in combinatie met antibiotica. Er wordt gebeld met kaakchirurg en iets anders voorgeschreven. Deze medicijnen hebben ze in Rijssen en komen eind van de middag in Enter… naproxen 500 Mg. Het is nu 16.05 uur… nog geen telefoontje van de apotheek. Om 16.30 uur kan ik het ophalen, gelukkig… maar helaas, dit helpt NIETS. Dat was dus 1 minuut Enschede…. ik wist het… geen goede pijnstilling. Weer 80 km gereden… en niets wijzer en vergaan van de pijn. ’s Morgens zit ik geregeld al om 05.00 beneden wat afleiding te zoeken met tv en I-pad.

28-01-16
Ik heb erg veel pijn, alsof er zout in een open wond komt… m’n onderlip voelt 2 x zo dik… Voor de eerste keer laat ik het warm eten na een paar moeizame hapjes staan. Het brand en heb meer pijn dan ik tijdens de bestraling had… wat is dat toch. Na het sprayen bij de mondhygiëniste  kijkt dr. H mee en vind dat het iets is voor implantoloog, een verhoging van de implantaten anders past er nooit van z’n leven een klikgebit op. Ik heb echt geen idee wat ie bedoeld.

  • Thuis Google ik eens en zie inderdaad foto’s van verhogingen van implantaten, gaat dat bij mij gebeuren? ik vraag me echt af of ik die pijn volhoud. Koffie dringt (voor mijn gevoel) langs de implantaten in het rauwe vlees, het bijt en klopt en de hechtingen voelen heel strak aan. Het lijkt wel of er onderaan de binnenlip een puist zo dik als m’n duim op spanning/knappen staat.
    pijn
  • Elke minuut van de dag is er pijn aanwezig. Moeten die 10 hechtingen er niet uit (zitten er nu 8 februari nog in). Mijn tong inmiddels rood uitgeslagen door de antibiotica (nu al de 3e week)
  • Praten: m’n mond droogt uit (water helpt niet) m’n tong is vooraan nog steeds doof/steekt/klopt. Spraak is met een soort van dubbele tong, De d, l, n, r, s, t, z lukken niet. Je voelt de mensen kijken. Ik verontschuldig me als ik iemand bel en zeg: sorry als u mij niet goed kunt verstaan.
  • Eten: aardappel puree en geprakte groente voelt aan als een hardgebakken vis en gaat vastzitten tussen implantaten/hechtingen. Oh per ongeluk een heel klein beetje nootmuskaat op de boontjes gedaan, nou dat komt aan alsof er met een vlijmscherp loei heet mes in het rauwe vlees wordt gesneden Een koekje kon ik eerst nog eten nadat het in de koffie was gedoopt… nu niet meer. Van links naar rechts is er constante pijn in m’n onderkaak die in de onderlip verborgen zit. Onbewust heb ik de laatste tijd ook het eten weg gekauwd met m’n onderlip in plaats van met de kaak. Ja je leest het goed: de onderkaak (vooraan) zit IN de onderlip of anders gezegd, de onderlip is over de voorkant van de kaak gegroeid.
  • Vlees lukt al niet meer. Kan met m’n tong geen lik beweging maken om het naar achteren te duwen.
  • IJs en vla gaan goed maar ik lebber een beetje. De 28e had ik een verjaardag en kletste wat in mezelf… wanneer kan ik weer eens simpelweg een nootje eten of een stukje kaas. Ach Ans, koomp wal good. Een zacht kwarkgebakje lukt nog maar de bodem is zacht kruimelig en blijft aan m’n gehemelte pakken, shit. Ik verslik me en krijg een heerlijke hoestbui.
  • Slikken gaat wel goed maar m’n lip weigert, voelt alsof er constant iemand mijn lip heel strak naar beneden trekt en nog! De twee buitenste implantaten voelen aan als 2 grote snijtanden die naar buiten steken langs de bovenlip. (Laatste is puur gevoelsstoornis)

29-01-16
Vrijdags bel ik MST. Een secretaresse vraagt waar het over gaat en ik geef aan geen vast voedsel te kunnen eten, of ik weer gebruik mag/kan maken van de drinkvoeding… nou dit kan zéker niet meer voor het weekend geregeld worden! Dit moet ik de eerstvolgende keer bespreken met de kaakchirurg. Dat vond ik zo raar… echt. Dat juist een secretaresse van een kaakchirurg hier niet op in speelde. Vroeg me voor de zoveelste keer af of ik het “met een goodwies” wal terechte had… Op naar de supermarkt om drinkontbijt (waar zelfs klontjes inzitten) te halen. Om 16.00 uur probeer ik het toch nog bij de diëtiste van MST: natuurlijk kan dat geregeld worden. Ze belt naar het bekende adres van Sorgente en zaterdag ochtend om 10.00 uur heb ik flesjes vloeibare voeding tot m’n beschikking. Ik had het zelf kunnen verzinnen!!

30-01-16
Om 19.00 uur besluit ik de huisartsenpost te bellen. Het gaat niet meer met deze pijn. Na de nodige vragen zegt de secretaresse dat ze overleg heeft gehad met de dienstdoend arts en helaas niets voor me kunnen doen.

Een kwestie van herstellen???

ans-thuisDe behandelingen zaten erop, nu nog wekelijks naar: Mondhygiënist, internist, radio-therapeut, controle bij de behandelend kaakchirurg en tussendoor ook nog een 3e narcose om de maagsonde te verwijderen. En het werd rustiger… ook in m’n hoofd. Té rustig… ik werd bang. Lag in verband met vermoeidheid veel op bed en ging onbewust aan het piekeren. Mijn vriendin greep in en binnen no-time stond de huisarts aan m’n bed. “ Dit is een heel logische reactie, dat zien we vaker” . Na 6,5 wk routine werd ik op mezelf teruggeworpen. Waar waren de vertrouwde gezichten van het ziekenhuis personeel… Als ik in het MST was kon me niets overkomen -hield ik mezelf voor- thuis kon dat wel als ik alleen was.

Ik sliep ‘s nachts niet en de schaarse momenten droomde ik en zag ik mezelf in de lijkkist liggen… etc etc……… Angst kreeg de overhand. Er werd vervolgens (op eigen verzoek) juist ingegrepen door de psycholoog en later psychiater. Ooit een psychose gehad en was hier als de dood voor. Ik kreeg slaapmedicatie en angst-remmers, na een paar weken merkte ik resultaat.

November 2015
In november 2015 mocht ik dan ook opnieuw een pet-scan laten maken… hier was niets meer van kankercellen te zien… wat was ik -soms teruggehouden- blij. Ik was idd bang voor terugkeer…van kanker!

blaren-in-mondNu wachten tot die mond met blaren schoon genoeg was om met de klikprothese aan de gang te gaan. Niet wetende wat ik nu wel weet én VOEL (febr. 2016) Ondraaglijke pijnen heb ik gehad… en voorzag dat het blootleggen van de implantaten ook niet zonder slag of stoot zou gaan. Misschien onzin, maar mijn pijngrens is echt hoog echter als m’n lichaam iets aangeeft… zij het ook helaas zo. Laat ik het maar houden op die voelsprieten die het vaak bij het goeie eind hebben.

Met Kerst gezellig gourmetten met m’n vader, de jongens en schoondochters…nou wat een feest. Het eerste stukje vlees (prakte meestal vlees/groente en aardappels door elkaar) kwam als een glasscherf op m’n kaak. Niets laten merken Ans, gewoon zachtjes doorkauwen. Ja, wie is Koen, als die niets merkt… en jahoor, verdorie daar gingen m’n tranen bah. Wanneer o wanneer zou ik weer gewoon kunnen eten, hopelijk volgende zomer.

Januari 2016
Dinsdag 19 januari jl om 11.00 naar het nieuwe MST ! Nou ik blij… de auto van m’n vader mee, tanken, afrekenen in de parkeergarage!! Het is best irritant bij de betaalautomaten van het nieuwe MST. Er staan lange rijen mensen die soms vloeken en tieren bij het zien van het bedrag en de onduidelijkheid van de automaten voor de ouderen. Whow en de 21e weer en de 26e weer… nou we hebben aan benzine en parkeren vanaf eind april 2015 t/m nu flinke onkosten gemaakt. En dan reken ik de eigen bijdrage voor de taxi nog niet eens mee.

Het jaar 2015 hebben we gelukkig achter de rug. Nu komt het op herstellen aan en zal ik meer vertellen over de implantaten met alle gevolgen van dien…

Klik hieronder om naar de volgende pagina te gaan

Pijnstilling en de huisarts

01-02-16
Weet ik dat ik toch moet bellen, de pijn is niet te doen. Oke, morgen weer naar Enschede tevens ziet de kaakchirurg me dan… ben zo op van de heftige pijn. Ik bel de oncologie verpleegkundige. Ze vind het goed dat ik bel in verband met de klachten en stelt voor dat zijzelf of haar collega morgen aanwezig is bij de afspraak. Ook vind ze dat er een foto gemaakt moet worden. Gelukkig, actie!

2-02-16
Ik heb een afspraak bij de mondhygiëniste  en ze ziet dat het niet goed gaat. Vanwege de hevige pijn stopt ze halverwege met sprayen. De kaakchirurg komt en peinst ook over wat hij moet doen. Geen van beide oncoloog verpleegkundigen zijn aanwezig en er wordt niet gesproken over een foto maken. Er wordt überhaupt “nergens” over gesproken wat ik de laatste tijd meer opmerk. Wel oppert de kaakchirurg nu oxy codon voor te schrijven. Ja bij het eerste tabletje wel even wennen aan het highe gevoel in m’n koppie maar de scherpste randjes zijn er nu wel heel even een uurtje af. Als ik slaap heb ik geen pijn maar ik zie er tegenop om wakker te worden want daar is het monster ‘pijn’ weer. Ik heb nu voor de 3e week antibiotica en daardoor is mijn tong en gehemelte rood en gevoelig.

Wat gaat er gebeuren, wanneer moet de kaakchirurg eventueel weer opnieuw de boel rechts losmaken? Kunnen de afspraken met implantoloog wel doorgaan? Zijn er andere opties… ik wordt niet ingelicht over wat er gaat gebeuren… ik moet gewoon elke keer terugkomen om te sprayen en zodat de kaakchirurg ook kan kijken hoe het gaat. Hoe lang en vaak nog? Begin soms te twijfelen. Ik had heimelijk gehoopt tegen de zomer zover te zijn… maar k vraag het me af. Het hoeft van mij niet deze zomer al klaar, als ik maar weet dát het goed komt. Het is zelfs zo dat ik het zelf raar vind dat ik geen antwoord kan geven op vragen van bijvoorbeeld mijn zoon: wat gaan ze nu doen dan, hoe willen ze de implantaten gaan verhogen, wanneer dit of dat, hoe nu verder?

Er is er één die pijn heeft, dat ben ik. Er is er één die dat vele uren van de dag met mij meemaakt, dat is Richard. Hij wil de pijn wel even van me overnemen… we weten beide beter. Ik ben al één keer een niveau gezakt, aan de zopiclon en temazepam. De nodige pijnstilling ect. Achteraf logisch dat de spoedpost me geen ora-morf durfde voor te schrijven. Die vrouw verbaasde zich sowieso al over dit medicijngebruik. Daar moet ik straks allemaal nog af… Ik geef niet op, ik laat me niet kennen. Maar help me waar nodig is alsjeblieft wel. In Enschede zit de wijsheid van de kaakchirurgen echter ook zij kunnen mijn geval een “moeilijk” geval vinden. Er is ook nog de woensdagmiddag als het team de patiënten bespreekt met Utrecht… ik ben vanaf mijn operatie tot nu niet meer op dat spreekuur geweest terwijl de radiotherapeut aangaf dat ik sowieso nog een aantal keren daar moest komen. Ik hoor hier niets over of moet ik dat zelf regelen? Ben ik m’n mond verloren?

Hierboven heb ik uitgesproken wat ik voel aan pijn en twijfel, niet bedoeld om iemand onjuist te beoordelen. We moeten tenslotte nog een poosje met elkander door één deur haha ?? en ik heb ook totaal geen behoefte aan een wijzende vinger of iets dergelijks maar bovenstaande is zéker een item waar ik -in het beter worden- tegenaan loop als de pijn écht niet meer te doen is. Het contact tussen arts en patiënt lijkt een stilzwijgend “onbesproken” consult, in mijn geval zoveel mogelijk komen sprayen en over een week opnieuw kijken. Dat kijken weet ik nu wel, wanneer komt er schot in?

Komt het goed met mij?
Wat is de volgende stap en dan..?
Moet er operatief iets worden gedaan?
Komen er überhaupt tanden in? Wanneer..?
Kan ik straks weer zonder pijn en droge mond praten?
Met vele dingen kan ik leven bv: het strakke gevoel om m’n keel, er anders uitzien, een eventueel klein spraakgebrek zonder pijn.  maar soms denk ik dat het anders uitpakt.

11 februari 2016
Ik schrijf een brief aan de huisarts:
Het is nu donderdag 01.30 uur en ik heb net een pleister fentanyl bijgeplakt en 10 Mg oxy codon genomen. Vrijdagavond loopt mijn pijn weer langzaam op naar ondraaglijk. Had gehoopt het vandaag met 2 x 10 Mg oxy codon en 1 fentanhyl pleister 12,5 mg aan te kunnen. Maar mijn lip voelt 3 keer zo dik alsof die op knappen staat en m’n tong zwelt vooraan op. Richard zegt aan de buitenkant niets van verdikking te kunnen zien. Ik heb met het spuitje de wond een paar keer uitgespoten met lauwwarm water waar ik totaal niets van voelde en heb het toen gedaan met chloorexidine. Dit voelde ook niet pijnlijk. Om 19.30 uur neem ik toch nog m’n 10 Mg oxy codon (de 3e dus). Links en rechts aan het eind van de bovenkaak kauw ik (onbewust) met de kiezen op het rauwe vlak van de onderkaak. Ik voel het kraken alsof het verticaal splijt. Ik weet het niet meer en wil de huisartsenpost bellen.

Maarja, ze zien me aankomen… Het enige wat aan de buitenkant zichtbaar is zijn de buitenste implantaten die m’n lip naar buiten duwen. Ik jank voor de 1e keer om de pijn.
De pijnstilling begint te werken en ik lig in bed tot 01.15 uur, dan ben ik klaarwakker en meteen die gruwelijke pijn weer! Hoe moet dit verder? Alsjeblieft, niet zo.

21 februari 2016
Ik schrijf weer een brief aan de huisarts:
Ik wil u toch laten weten hoe het nu gaat en u bedanken. Vorige week (vanaf 7 februari) was een drama voor wat betreft pijn. Gelukkig is het nu draaglijk en heb ik sinds eergisteren geen oxy codon meer genomen, was wel ff afkicken brr. Vooral het hallucineren was erg naar. Dat gaat nu goed en heb alleen nog 1 fentanhyl pleister. Donderdag moet ik weer naar de kaakchirurg die het rechter implantaat weer wat verder gaat blootleggen… Hopelijk hoef ik niet weer aan de oxy codon maar dat zie ik dan wel weer.

Heel hartelijk bedankt voor uw komst na het schrijven van mijn brief. Dat heeft me goed gedaan. Vooral het feit dat u me serieus nam, dat gevoel heb ik nog steeds niet bij de kaakchirurg. Hij zal z’n vak zeker verstaan echter omgaan met mensen is niet aan hem besteed. Hopelijk gaat de genezing vanaf nu voorspoedig en dan kom ik onder behandeling bij de implantoloog. Een erg vriendelijke man, die de verhoging en de prothese gaat plaatsen. Heb nu afspraken bij hem staan tot eind april en hoop (dan) met een stralende glimlach weer door het dorp te kunnen fietsen. Houd ik me voor…

We rommelen maar door

April 2016
8 April kreeg ik m’n prothese (ondergebit) waar ik héél blij mee was, echter na 2 weken begon ik drukplekken te krijgen en bleek er een stukje bot bloot te liggen links. Dit gebeurde ongeveer 3 weken geleden ook aan de rechterkant dus… uit m’n tandjes. De kaakchirurg is hier niet blij mee en wil proberen -door elke keer wat bot stukjes weg te krabben- er nieuw vel overheen te laten groeien. Het is akelig pijnlijk en maakt ook dat ik nu 3 keer per week bij de mondhygiënist moet komen en 1 keer per week door de kaakchirurg wordt gezien.

Ik heb ook heel veel last van m’n speekselklieren die niet meer werken, bij een diepe inademing heb ik het gevoel een föhn op m’n tong te hebben gehad… zo droog. Voor mij een reden om niet teveel weg te gaan en veel te praten. Dit is best vermoeiend en geeft op de één of andere manier dat ik wat kwetsbaarder ben. Ik ben gauw geïrriteerd en moe mede door de nodige afspraken op het programma. Vandaag heb ik de mondhygiënist afgezegd omdat ik me absoluut niet lekker voel (grieperig ?). Woensdag moet ik weer en dan is ook de verjaardag van onze zoon, donderdag naar psychiater en vrijdag weer naar mondhygiënist. Een drukke week.

kaakpijnHet was gister een jaar geleden dat ik geopereerd ben en de malle molen in ging… ben verbaast dat de tijd zo snel gaat… zit ook écht met verbazing m’n leeftijd soms te vatten. Ik ben nog maar 51 maar voel me in 1 jaar tijd veel ouder, …jakkes. Mn nachtkastje gevuld met flesjes water (met/zonder) koolzuur, een kleine versie van een bloemspuit om m’n wangen te bevochtigen..zó kurkdroog! Verder is het de tijd afwachten wanneer er hopelijk weer vel over het bot heen groeit en m’n prothese weer in mag.

Ik trek me ook teveel aan van de dingen die gaande zijn in de boze buitenwereld en vind het ook heerlijk (gelukkig) om thuis te zijn. Begin ik écht oud te worden???

27 mei 2016 
Kaakpijn. Ik maak wat aantekeningen voor de kaakchirurg in het MST. Sinds een tweetal weken heb ik toenemende pijnklachten waarvan ik hoopte dat ze vanzelf over zouden gaan. Helaas is dat niet het geval en moet ik toch aan de bel trekken. Met onderstaande foto kan ik misschien aanduiden waar de pijn zit. Van mij uit voel ik pijn aan de rechterkant, bijna achterin. Het voelt als een ontsteking/kneuzing onder de tong én tegen de binnenkant van de kaak. Tussen de tong en de kaak zit ook nauwelijks ruimte en ik kan de tong ook niet vrijuit gebruiken.
implantaten
Ik praat over het kaakgedeelte bij het operatiegebied. Ook het strekken van de tong is héél pijnlijk. Dit is al zo dit is vanaf begin februari na het nemen van een biopt. Eten, drinken en praten gaat maar is erg pijnlijk. Vooral het in- en uitdoen van het gebit. Daar is al iets aan weg geslepen (heeft wat geholpen).

Vóór ik de prothese kreeg had ik vaak (onbewust) m’n bovenste achterste kiezen op m’n blote onderkaak staan, dat was heel pijnlijk. Soms ging dat per ongeluk zó hard dat dit aanvoelde alsof m’n kaak of spieren achterin in de lengte doormidden werd gespleten. Soms hoorde ik letterlijk wrijf/lichte kraakgeluiden. Vandaar ook het gebruik van oxy-codon. Je mond ontspannen terwijl daarbinnen veel gaande was lukte mij niet. Het lijkt op een gemene kiesontsteking welke kies er geheel niet zit! Waarschijnlijk een drukplek? Ik heb hier nog steeds pijn aan.

  • kiespijn rechts waar geen kies zit, binnenkant kaak witte plek. Blootliggend bot?
  • Wangpijn rechts tegen kaken aan (komt tussen kiezen! Kapotte wang)
  • Kaakvlees is opgezet waardoor de uiteinden van het tand implantaat het vlees raken
  • Droogte tong geheel, doof en tinteling en zenuwpijn gedeelte van tong

Een terugblik op wat is geweest

9 juni 2016
Een tandarts heb ik nooit prettig gevonden, ik ging liever naar de huisarts met een ‘simpele’ klacht, zelfs al moest ik letterlijk met de billen bloot voor de arts. Maar die tandartsen… brr. Maar ik moet het ff kwijt… het is nooit leuk als de kaakchirurg eraan komt en zich loslaat op m’n blootliggend kaakbot… maar als team (Kaakchirurgen, Mondhygiënistes en bijzondere Tandheelkunde) zijn ze kundig.

Zonder trillende handen en zoekend naar het probleemgebied schraapt men weer wat minuscule stukjes bot weg die m’n kaak en tong aan die kant zo verduld pijnigen. Eindelijk had ik m’n zo gewilde tanden weer in… helaas, het mocht/kon niet meer.

De mondhygiënistes zijn vanaf het begin vorig jaar al betrokken bij m’n klachten en houden me goed in de gaten. We zijn zelfs in mei 2015 samen naar de medisch fotograaf geweest en ze gaven me allerlei aanwijzingen.

Ik weet nog goed dat ik tegen mijn man een grapje maakte over een mevrouw waar je goed aan kon zien dat ze haar ondergebit niet droeg, … “oh Rich, straks loop ik er ook zo bij met zo’n bekkie” waarop ik een stevig standje kreeg van Richard… daar mag je niet mee spotten. Dat was ook totaal niet mijn opzet maar meer bedoeld als “oh, dat zal mij toch niet overkomen?!”

Inmiddels sta ik in het MST volgens mij bekend als de bonte hond op de afdeling, ik laat m’n gezicht zien en er wordt al gezegd… ha mevrouw Elzinga, loopt u maar door ik heb u al aangemeld, geen goed teken.

Ik spreek mijn dank uit naar het team voor de spontane manier waarop zij het afgelopen jaar (en nog) met mij hebben doorgeworsteld. Ieder mens heeft wel eens wat te vitten, zo ook ik! Het was niet gemakkelijk en de verpleegkundige weet dat middels de brieven die ik haar soms stuurde. Het heeft mij in moeilijke tijden geholpen om één en ander van me af te schrijven en ja, ik had ook een psychiater nodig voor medicatie… tja het zit toch in het hoofd-halsgebied. Toch had ik soms ook, de behoefte,om m’n dagelijkse sleur, pijn, angst enzovoort met de behandelend arts/mondhygiëniste te bespreken maar dat is nu eenmaal onmogelijk. Meestal zit je daar met open mond, ja en dan kan je niet praten hè.

Kanker hebben is alsof je dubbel gestraft wordt… stom hé (je beschikt over de nodige humor maar bent ook als de dood voor onzekerheid) gaat toch eigenlijk niet samen? Je associeert het sowieso met het ziekenhuis, de artsen, onderzoeken, angst, pijn en ja de dood. Dan m’n portemonnee… pff die heeft een zwaar bestaan in m’n kleine handtasje… ja ik moet het team wel aan het werk houden hè. Ach laat ik het maar op een minder zware boeg brengen, lachen is een goede heelmeester… zegt men…

Zo ziet mijn week eruit:
Tanken, ja weer 3 keer naar het MST deze week dus hij moet wel vol! Snel nog ff de boodschappen halen voor het avond eten, huis aan kant en weer de snelweg op. Hoe laat is t? Ja ik haal het ruim op tijd (ben liever te vroeg dan te laat). Radio aan en proberen mee te zingen op het vrolijke nummer wat er draait, lukt niet door mijn droge tong die blijft plakken aan m’n gehemelte en ga dus maar neuriën… is ook beter. Even een slokje water uit m’n waterflesje wat trouw in m’n kleine autootje meerijdt.

Ja meneer, ik ga naar rechts… kunt u gas geven… ik laat me niet opjagen in het toch al drukke verkeer. Zo hej, het is druk op de weg… ah nee hè file! Nou, ‘t valt mee, na 3 minuten komt de vaart er weer in. De één na de ander raast langs me voorbij… allen naar een andere bestemming… Ben inmiddels bij afslag 25 Enschede Zuiderval, parkeer m’n auto bij P&R trek een kaartje en zie dat de bus net wegrijdt, te laat. Ala binnen 10 min. komt de volgende. Ja daar komt ie, laat m’n kaartje afstempelen en ga zitten… op naar het Casino, halte vanwaar ik naar de hoofdingang van MST loop. Mensen staan rokend net voorbij de rand van de pui… hmm ruikt nog steeds heerlijk… gelukkig ben ik er al meer dan een jaar af!

Al ben ik geen fan van lopen (gaat ook wat moeilijk in verband met m’n klapvoet), ik maak toch de nodige meters om aan calorie verbranding te komen. Yeah… heb er al heel wat gezet in het oude/nieuwe MST. Draaideur in, schuifdeur door, 2e schuifdeur door en met de lift naar 1. Met de lift?? Ja, met de lift. Trap af gaat prima maar óp niet, dus mét de lift. Zo, ook weer uitgelegd. Melden bij de balie, soms kijkt ze (secretaresse) me tussen alle mensen door aan en zegt: neem maar plaats, ik meldt u aan. Geen goed teken dat ze me zo goed kennen -denk ik soms- maar ook wel handig.

Ik zie meerdere mensen met een litteken in hun hals en een vervormde mond, deze zitten ook altijd achteraan in de wachtruimte. Ja eenmaal daar, ben je blij dat je een bekwaam arts en een goede mondhygiëniste hebt. Deze houdt alles goed in de gaten en roept de kaakchirurg er a-la-minuut bij in geval van problemen. Het is tijd, ik word binnengeroepen door de mondhygiëniste (afgelopen vrijdag keek de implantoloog ook nog ff mee, zeer optimistisch) ik voel -net als een klein kind- dat ik m’n beloning gauw krijg als ik maar goed genoeg m’n best blijf doen. Ik moet de prothese deze week meenemen… betekent dat weer een stapje verder? Durf het haast niet te hopen… oh m’n tandjes weer in.

tanden
Ik eet ‘s morgens brood, tussen de middag brood en ‘s avonds warm (niet door de blender) maar toch heel fijn geprakt. Heb ook in geval van een karbonaadje op tafel een flesje Nutridrink voor mij staan, dat kauwen wil echt niet op de blote kaak. M’n jongste zus heeft me beloofd dat we uit eten gaan zodra ik écht kan genieten van een “uit” etentje… jaa, wanneer? Oké ik wacht het af, moet ook wel. M’n hart mag wel voelen maar m’n verstand moet spreken in dit geval.

Ik heb ze

27 juli 2016
Ik heb ze en ben héél erg blij met m’n nieuwe ondertanden… wat ze allemaal toch kunnen! Helaas ging het ff mis wat betreft wrijving, maar we zullen er wel uitkomen hoop ik. Er is de laatste keer weer een stuk afgehaald door een collega implantoloog.

Het is nu ruim een jaar geleden dat ik mijn ondertanden kwijt raakte door middel van operatie… ala het hele verhaal ken je wel. Ook door de chemo en/of bestraling zijn m’n boven tanden erg verkleurd en brokkelt er hier en daar soms een stukje af. Het weerhoudt me ervan om vrijuit te lachen. Het hele gebeuren heeft een behoorlijke emotionele invloed op mijn uitstralen naar buiten. Juist nu ik m’n ondertanden weer heb zou ik tevreden moeten zijn. Dat ben ik ook… maar nog niet geheel sorry.

Waar ik nog wel erg mee zit is het volgende:

  • M’n boventanden (vooral snijtand) zijn erg verkleurd en fragiel (grotendeels door chemo en bestraling).
  • Ik kan m’n tong niet meer uitsteken.
  • Verschrikkelijke droogte over de gehele tong/wangen.
  • Na het eten van een snee brood, een voelbaar papperig gevuld ondergebit (vooral buitenshuis lastig).
  • Intimiteit is erg moeilijk door mijn uitval gevoel van tong en speeksel.
  • Eten kauwen is nog erg wennen, ik slik geregeld voedsel heel door… waardoor maagklachten.

Er is vorig jaar door de kaakchirurg sprake geweest van: mocht het zo zijn dat de boven tanden erg te lijden hebben door alles, we deze kunnen behandelen. Bij een eerstvolgende afspraak ga ik daar eens over praten.

29 augustus 2016
Ik heb een aantal klachten (misschien door bestraling/chemo?) waar ik naar wil laten kijken door de huisarts. Het kan misschien door de warmte komen… maar als ik warm eten heb gehad moet ik na een paar uur overgeven. Ik zie dan volle stukken vlees en niet goed gekauwd eten. Ik ben daarna ook weer gewoon goed te pas. Misschien komt het door het ondergebit want dat zit nog niet hoe het hoort te zijn.

Met lopen heb ik erg veel pijn. Heb het gevoel of m’n knie naar binnen trekt… heb ik al wel veel langer last van maar heb ik eigenlijk steeds opgeschoven in verband met m’n mondklachten. Ook heb ik een gevoelsstoornis in m’n tenen en voeten. Erg pijnlijk bij opstaan en lopen. (Zeker in combinatie met mijn erg pijnlijke knie). Ik kan niet een kilometer lopen… na de eerste 100 meter begint de rechter klapvoet op te spelen. Zonder schoenlepel krijg ik mijn schoenen niet aan… moet echt nadrukken op de knie om de voet in de schoen te krijgen. M’n tenen lijken over de andere te vergroeien. Dit speelt al vanaf augustus’15.

In oktober wordt ik dan ook geopereerd aan m’n knie, standscorrectie wordt opgeheven. De schroeven gaan eruit. Hopelijk gaat het lopen dan wat beter, zo niet moet er een nieuwe knie in.

Beter maar nog niet hersteld

Ik vraag me af of ik nog steeds kanker-vrij ben en wil binnenkort nog een keer bloed laten prikken. Ook ben ik weer wat onrustiger de laatste 3 weken.

25 november 2016
Vandaag een consult bij dr. v.d.K. om een nieuwe constructie toe te passen voor m’n onderprothese die maar niet wil (wennen). Helend maar erg geïrriteerd kaakvlees en nog steeds een stukje bot bloot.

Én een gesprek gehad met de oncoloog verpleegkundige Pam. Ze is verbaasd dat ik nog niet een halfjaarlijkse controle heb gehad bij het hoofd/hals team… overigens is ze sowieso verrast me zó te zien. Eerlijkheid gebood haar te zeggen dat ze een jaar geleden niet gedacht had om me hier dusdanig hersteld te zien zitten. Dit was behoorlijk confronterend… ik had al eens het gevoel: het lijkt voor de buitenwereld wel of ik een zware griep onder de leden heb gehad waar ik van aan het herstellen ben.

Zoals ik het 2e deel begon, eindig ik nu op 25 november 2016. Een vreemde dag voor mij. Er wordt gewerkt aan een nieuwe prothese met anders klemmende implantaat-hoogtes en ik heb een goed gesprek gehad met de oncoloog verpleegkundige. Heeft m’n keel en hals onderzocht en we hebben een afspraak gepland voor 7 dec.2016.
Daarna meer…

Lieve groet en ik wéét: ik sta nóóit alleen ?

ans-jan-nov-2016

De laatste berichten

Juli 2016
imgp4257Ik ben sinds juli langzaam verward geraakt.. Het ergste was dat Gea, mijn vriendin uit Groningen maandag 22 augustus met de trein vanuit Groningen een dagje zou komen. Haar aankomst weet ik nog, maar verder weet ik niets meer van de hele dag. Daar ben ik behoorlijk van geschrokken.Wat heb ik allemaal gezegd? Het eten aan laten branden, (had ik de dag er voor al gemaakt en hoefde alleen nog in de oven).

Dat noemen ze delier, heb ik bij of na de operatie van de bloedvaten ook in ernstiger vorm gehad. Ik ben verward met welke dag het is, vergeet afspraken, kan met moeite de recepten van de maaltijden op papier zetten en maak veel fouten. Dus ik ben gestopt met recepten schrijven voor mijn Smulweb site. Heel jammer, maar ik moet keuzes maken.

Augustus 2016
marieke-wandelenSinds augustus j.l. krijg ik periodiek hevige pijn in mijn keel, mond, kaak en hals. Daarom heb ik meer opiaten gekregen. Oxycodon 5 mg. 2x per dag langzaam werkend en snelwerkende bij een aanval, die ook echt snel werkt. Daarnaast krijg ik een verhoging van de fentanyl pleisters. Die had ik al een tijdje. Ook nog 2 x antibiotica erbij gehad. De verwardheid kan ik vaak zelf herstellen. Verder zijn de mensen om me heen ook opmerkzaam. Ik heb een agenda gekocht om op te schrijven wanneer ik de fentanyl pleisters moet verwisselen.

Oktober 2016
We beginnen met leuke berichten. Oscar was vorig jaar 23 november jarig geweest en had nog steeds een etentje tegoed. Bijna een jaar later woensdag 19 oktober is het er dan eindelijk van gekomen. In een trendy restaurant van mijn achternicht in Nijmegen, Restaurant Voldaan. Haar oma was mijn peettante en heeft mij na de geboorte een paar jaar verzorgd. Mijn moeder stond de hele dag in het café, dus hadden wij altijd een dienstmeisje. Ik had er al een keer gegeten. Sfeervolle ambiance, maar vooral heerlijk eten. Originele combinaties en er was voor elk wat te eten. Laura, Evi, Jacqueline, Hessel en ik waren de gasten. Mijn nicht, dus de moeder van de eigenaresse en schoonzoon kwam speciaal ook langs. Het was een avond om op terug te kijken. Oscar geniet er nu nog van. Het cadeau van dit jaar weet ik al en vindt hij leuk. Als groot Ajax fan krijgt hij het boek van Johan Cruyff. Ik heb het goed vol gehouden en er van genoten.

Maar al gauw kwamen er weer klachten, erge pijn aanvallen, die ik nog niet eerder gehad had. Vooral pijn in de wond van de 2e operatie en kaak/hals. Weer naar het ziekenhuis; MRI liet weer een ontsteking zien. Weer antibiotica. Ook weer extra opiaten en verhoging van de fentanyl pleisters. Een maand later weer een ontsteking, weer antibiotica, die deze keer niet werkte. Ik kreeg capsules die snel werkte bij pijnaanval en dan zakte de pijn na een half uur. De afspraak met de kaakchirurg heb ik 2 weken kunnen vervroegen. Volgende week dinsdag 25 oktober om 2.30 uur. Ik wil met name het verloop naar het einde van mijn leven bespreken wat pijnstilling betreft. Ik was gisteren dus vervroegd bij mijn kaakchirurg.vanwege te veel pijnklachten. Hij vindt dat ik al heel veel pijn medicatie slik. Bij onderzoek zei hij tegen zijn assistente dat er veel pus zat. Dat had ik thuis al gezien en verwijderd met een nat watje. Er volgt weer een MRI want de kaakchirurg was bang dat er weer een tumor zat. (er zitten nog slapende kankercellen helemaal onder in mijn keel). De uitslag bepaalt de te volgen behandelingen. Eerst hyperbare zuurstof therapie van 4-6 weken en daarna mogelijk nog die zware operatie. Vrolijk wordt je er nier niet van.

November 2016
Op 8 november ben ik naar de eet club geweest en heb weer lekker gegeten bij Toos.  Gelukkig was er op de MRI geen kanker te zien maar wel een opnieuw gebroken kaak. Achteraf weet ik wanneer dat is gebeurd. Het voelt heel eng als ik de rechter onderkaak omhoog duw en daarna de linker onderkaak. Zoals komieken doen als Andre van Duin. Vrijdag 11 november heb ik de uitslag gehad bij kaakchirurg Weijs. Geen kanker, hoera. Acties: Te beginnen met een CT scan; dan 4 weken alle werkdagen hyperbare zuurstof therapie in Het Rijnstate ziekenhuis in Arnhem. Informatie hierover kun je op internet vinden. Je krijgt 100% zuivere zuurstof in je lichaam dat naar de ontsteking/wond getransporteerd wordt. Ik moet naar de dermatoloog.

Verder ga ik steunkousen dragen. Ik heb erge oedeem aan beide enkels en de linker knie. Het einddoel is een zware operatie van een hele dag.  Ze gaan een plaat met gaas op de wond plaatsen. De techniek weet ik verder niet. Ik heb nog een delier gehad en ben 3 dagen verward geweest. Ik vergeet veel, weet niet altijd welke dag het is of vergeet afspraken. Dat gaat nu een beetje beter. Ik kan geen drukte om me heen hebben. Als ik me goed voel ga ik met de rollator naar buiten een kleine wandeling maken. Ja, ik wilde niet meer geopereerd worden, maar de pijn werd zo erg dat ik dat niet volhoud. Ik heb alleen deze keus, maar dan moet het wel mogelijk zijn vanwege de slechte bloedstroom in beide benen, die nog 50 % verkalkt zijn. Weer spannend. Het lijkt een opsomming van feiten, maar het zal een zware klus worden en ik ben verdrietig dat het niet anders kan. Ook weet ik niet of ik het deze keer zal doorstaan of dat een operatie mogelijk is. Ik ga er wel voor en zal doen wat ik kan.

December 2016
Ik heb een schriftelijke afspraak met de dermatoloog. Vrijdag 2 december en vrijdag 9 december volgt een uitgebreid onderzoek van hart en longen bij de anesthesiologie.

Twee jaar na behandeling …

 

We schrijven 16 oktober 2017. Ik geniet buiten in de tuin met volle teugen van de laatste nazomerzonnestralen en slurp alle energie en levenskracht in me op. Wat ziet de wereld er toch mooi uit als het zonnetje schijnt. Het geeft mij ook inspiratie voor een blogbericht. Het is namelijk, op de kop af, 1 jaar verder sinds ik voor het laatst iets heb gepost op dit forum. Hoogste tijd voor een korte update.

Hoe het met me gaat?
Goed! Tot zover zijn er geen enkele signalen die duiden op remissie. Alle metertjes staan op groen. Dat geldt voor de periodieke controles bij ARTI waar de KNO-arts voelt en in inwendig kijkt. Maar dat geldt zeker ook voor de periodieke controles bij mijn orthomoleculaire arts waar ik met behulp van Vincent-Beta en Naglase tests, aangevuld met voedingssupplementen en een dieetadvies meer inzicht en greep heb op mijn gezondheid. Vooral het laatste geeft innerlijke rust en vertrouwen.

Het afgelopen jaar heb ik de spreekwoordelijke ‘normale draad van het leven’ in alle mogelijke facetten weer opgepakt. Zowel werk als privé. Voor mijn omgeving lijkt alles te zijn genormaliseerd en eerlijk gezegd voelt dat voor mezelf ook vaak zo. Echter bij de periodieke controles wordt ik er telkens aan herinnerd dat ik nog steeds kankerpatiënt ben. Natuurlijk zijn er dingen anders, want kanker verandert een mens. Het heeft veel ellende en pijn gebracht, maar de ervaring heeft me wel verrijkt in veel opzichten. Zonder crisis, geen persoonlijke groei. De grootste verandering zit in de manier waarop ik naar de werkelijkheid kijk en hoe ik er vervolgens mee omga: bewuster. Kan erg genieten van hele kleine dingen. Ook maak ik veel duidelijkere keuzes en richt mijn energie op zaken die IK echt belangrijk vind. Ook maak ik me niet meer druk als zelf geen invloed iets op heb.

Ik voel me gezonder dan ooit te voren en ben veel beter in balans. Lichaam, geest en ziel. Hoewel het moeilijk is te bewijzen, ben ik ervan overtuigd dat veel te maken heeft met de veranderingen in voedingspatroon en levensstijl die ik consequent heb doorgevoerd. De handicap van mijn smaakverlies en minder speeksel als gevolg van kapotte speekselklieren, daar heb ik mee leren leven. Omdat er geen andere weg is. Ik heb me aangepast door het bekende los te laten. Smaken en aroma’s ben ik opnieuw gaan ontdekken en gaan herdefiniëren. Beter dan dit wordt het niet. Ik kan weer genieten van wat er nog wel is (smaak, textuur, geur, visueel) en ook van bekende dingen die anders proeven.

Het kankerspook is voor mij persoonlijk nagenoeg geheel naar de achtergrond verdwenen. Heel af en toe komt ie tevoorschijn als ik, steeds vaker, om me heen hoor dat er weer iemand is gediagnostiseerd. Ik lees hun verhalen van … zie hun worsteling … herken de fases in het proces waar ze doorheen gaan. Dezelfde angsten en onzekerheden. Iedereen maakt vanuit overlevingskans eigen keuzes op basis van informatie die men krijgt aangeboden of al dan niet zelf heeft verzameld. Maar waar moet je op vertrouwen?
We leven in een post-truth tijdperk waar feiten op het internet makkelijk worden verdraaid. Er is bovendien een overkill is aan informatie, waardoor je soms door de bomen het bos niet meer ziet. Daarom is zo’n platform als kanker.nl voor lotgenoten zo waardvol voor steun, begrip en het uitwisselen van ervaringen.

Wat mij heel erg heeft geholpen is om, daar waar mogelijk, de regie en verantwoordelijkheid over mijn eigen situatie terug te nemen. Door met een open houding zelf op onderzoek uit te gaan. Eigen waarheidsvinding. De man in de witte jas weet echt niet alles. Door kritische vragen te stellen en niet klakkeloos aan nemen wat verteld wordt. Soms tegen beter weten in, tegen de stroom in roeien. Niet iedereen wil of durft dat … en zolang dat goed voelt en rust geeft, is het OK. Uiteindelijk kiest iedereen zijn eigen pad. Welke keuze er wordt gemaakt, geen enkel pad biedt zekerheid of garantie.

Verhaal van Hanneke over kaakkanker

Mijn naam is Hanneke, ik ben inmiddels 65 jaar en met pensioen en behalve partner en moeder van twee volwassen kinderen ook oma van een kleinzoon.

In 2018 werd er een tumor geconstateerd in mijn linkerbovenkaak. (Vanwege spanning in die kaak had ik in goed overleg met de tandarts een kies laten trekken. Dit herstelde niet dus werd er gedacht aan een ontsteking, antibiotica hielpen niet ook niet de zwaardere kuur van de Kaakchirurg waar ik heen gestuurd werd. Deze stuurde mij voor de zekerheid door naar het AVL.)

Drie maanden nadat de kies getrokken was vertelden ze me in het AVL over de tumor. Een maand later (april ‘18) werd de tumor verwijderd(commando) en is een grote klosprothese geplaatst. Zes weken later is begonnen met de bestraling (33x). Er is me ook chemo aangeboden, hier heb ik na overleg met de chirurg van afgezien. In oktober ‘19 is een herstel operatie uitgevoerd waarbij weefsel uit mijn pols in mijn wang geplaatst is. Hierdoor is mijn mondopening sterk verbeterd en ben ik in staat bijna alles te drinken en eten en verstaanbaar te praten.

Na overleg met Hanneke is dit verhaal over genomen van haar blog over kaakkanker op Kanker.nl 

Hanneke vind het fijn dat nu meer mensen haar blog kunnen lezen. Wie wil is van harte uitgenodigd om te reageren. Vragen enzo worden altijd beantwoord.

Klik om verder te lezen op: operatie en/of scrol verder naar beneden

9 maart 2018: voor de zekerheid naar het AVL

De kaakchirurg stuurt mij voor de zekerheid naar het AVL omdat ze het toch niet helemaal vertrouwt. Er zaten geen aanwijsbare onrustige cellen in het door haar genomen biopt.

Zo liep ik eigenlijk samen met mijn man zelfverzekerd het ziekenhuis binnen : ‘ hier is een gezonde vrouw met een beetje een ongemak in haar bovenkaak.’

Wat hieraan voorafging:

september 2017: ik voel enige druk in mijn bovenkaak en dat zou volgens de tandarts komen door een verstandskies die tegen de andere kiezen aan drukt. Mogelijk moet die verstandskies of de laatste kies linksboven eruit.

november 2017: de kies links boven wordt getrokken door de tandarts. De druk in de kaak bleef, er zat een scheur in de wortel van deze kies, dus dat leek de juiste oplossing.

januari 2018: de kaak was nog steeds niet hersteld. De tandarts denkt aan een ontsteking en schrijft antibiotica voor. Na een week nog geen verbetering opgetreden dus hij verwijst me door naar de kaakchirurg.

februari 2018: de kaakchirurg verwijdert twee loszittende kiezen waaronder de verstandskies en schrijft twee weken antibiotica voor. Er wordt voor nader onderzoek een biopt genomen.

9 maart 2018: de artsen in het AVL weten gelijk dat het fout zit. Er is sprake van kanker. Binnen een maand zal ik geopereerd worden. De linkerbovenkaak zal worden verwijderd en vervangen worden door een klosprothese. Nog niet duidelijk is of dit van binnenuit of van buitenaf zal gebeuren. Dit is afhankelijk van de grootte van de tumor. Wellicht wordt de operatie gevolgd door bestralingen. Ik krijg allerlei informatie mee. Er wordt bloed afgenomen voor nader onderzoek en wederom een biopt.

Dit bericht is geplaatst op 9 mrt 2018, in operatie.

Dag lieve Marieke

Helaas moet ik jullie vertellen dat Marieke op 28 februari 2018 is overleden.

Op maandag 29 januari is zij geopereerd aan haar kaak. Een zware operatie waarvoor zij 10 uur onder narcose moest. De lichamelijke genezing van Marieke ging voorspoedig maar geestelijk was ze erg in de war. In de vroege morgen van 28 februari is zij in het ziekenhuis onverwacht overleden.

Marieke was een vriendin op afstand, die toch dichtbij was.
Marga.

Eén ding geldt voor iedereen: We Leven, Lachen en Lijden!

 

maart 2018: onderzoeken en voorbereidingen

Ik kies ervoor om zo goed en zo kwaad als het gaat gewoon door te gaan met mijn leven. De afspraken in het ziekenhuis gaan voor, maar verder werk ik gewoon door. Ik probeer wat betreft mijn werk alles zo goed mogelijk af te ronden en voor te bereiden voor de collega’s die alles overnemen. Ondertussen ga ik vaak wandelen om mijn lichaam zo goed mogelijk in conditie te houden.

In het ziekenhuis worden onderzoeken gedaan: CT-scan, MRI-scan ( niet zo’n succes vanwege alle kronen in mijn mond), röntgen foto, anesthesie, echo van de hals lymfeklieren, punctie van lymfeklier en wegen en meten.

Verder bezoek ik de tandarts, een logopediste en een verpleegkundige. De verpleegkundige bereidt me voor op de opname etc.

Na wat gedoe ( eerst zou een onbekende chirurg ons te woord staan) krijgen we toch van de chirurg, die mij ook op 9 maart heeft gezien, uitleg over de aanstaande operatie. Tevoren had er een MDO overleg plaats gevonden. We zorgen ervoor dat ik ook nog een afspraak krijg met de chirurg die me zal opereren. Dat is fijn. Hij besluit dat hij mij onderlangs, van linker mondhoek tot oor zal opensnijden. Dit zal als gevolg hebben dat ik geen gevoel meer heb in mijn linker mondhoek. Hij ziet ervan af om bovenlangs open te snijden aangezien zijn inschatting is dat hij tot vrij hoog, onder mijn oog, tumor weefsel weg moet halen. Als er dan ook nog een litteken overheen loopt is dit kwetsbaar.

De geplande vakantie in de meivakantie met het hele gezin naar Portugal wordt afgezegd. Ik ben hier heel verdrietig om. Het leek me geweldig om met z’n zessen te genieten in de zon. Er komt echter vast nog een andere gelegenheid.

Eind maart stuur ik het volgende bericht aan dierbaren om me heen:

Wat is begonnen met een hardnekkige ontsteking aan mijn linker bovenkaak, althans dat dachten de tandarts en de kaakchirurg, blijkt inmiddels veroorzaakt te worden door een kwaadaardige kanker.
Na een reeks van onderzoeken in het Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis hebben we vandaag gehoord dat de tumor aardig groot is en zich een weg baant door mijn kaakbot.
Het goede nieuws is dat er geen uitzaaiingen zijn, niet bij mij en meestal niet bij deze kanker.

Het nare nieuws is dat de tumor zo groot is dat ze dit niet van binnenuit kunnen opereren en dat er vrijwel zeker een serie van bestralingen op de operatie zal volgen.

Mijn operatie staat voor maandag 9 april gepland, waarschijnlijk kan ik op vrijdag weer naar huis.
Ik krijg dan aanvankelijk een tijdelijke prothese ter vervanging van mijn linker bovenkaak en gehemelte, na vier tot zes weken wordt dit een definitieve. Vanaf dat moment zal ik dagelijks bestraald worden,  30 keer op werkdagen.

Voorwaar geen al te prettig vooruitzicht maar ik heb geen keuze en probeer dit zo gezond en sterk mogelijk aan te gaan.

Dank jullie wel voor alle meelevende woorden tot nu toe, dat helpt me echt heel erg!

Dit bericht is geplaatst op 31 mrt 2018, in operatie.

Verhaal van Hans over tongkanker

April 2018

Ook ik zal me kort voorstellen. Ik ben Hans Vierbergen, 55 jaar. In april 2018 had ik een klein plekje op mijn tong. Vrij snel naar de huisarts gegaan. KNO arts. Plekje verwijderd en opgestuurd. Gelukkig niets bijzonders. Eind november 2018 aan de andere kant een plekje. Een soort wratje. Huisarts. KNO arts. Plekje weggehaald en opgestuurd. Ik maakte mij niet zoveel zorgen want in april was het ook niets.

Alleen toen kreeg ik 1,5 week later een vervelend telefoontje. Tongkanker. Je wereld stort in. 2 dagen later had ik een afspraak in Utrecht. Er is een stuk van mijn tong verwijderd. Een “lap” geplaatst vanuit mijn onderarm. Helaas afgestoten na 14 dagen door een slagaderlijke bloeding. 2x chemo en 33 bestralingen. Afgelopen mei is er een stuk kaak verwijderd. Reconstructie in september/oktober. Hopelijk wordt mijn tong dan ook losgemaakt want die is nu redelijk verkleefd aan mijn kaak. Eten is daardoor niet mogelijk. Gelukkig kan ik wel gewoon drinken. En ben ik de flesjes Nutridrink en andere soorten nog niet zat. Ik ben benieuwd wat anderen hebben meegemaakt en hoe ze dingen hebben ervaren.

Ik heb vanaf mijn eerste grote operatie een blog bijgehouden. Mocht je het interessant vinden dat kun je dit hier vinden.  https://www.pindat.com/…/user/hans.ziekenhuis/2019-01-15

Na overleg met Hans is dit verhaal over genomen van zijn blog. Klik om verder te lezen op: operatie en/of scrol verder naar beneden

9 april 2018 – 13 april 2018: de operatie en het verblijf in het ziekenhuis

Ik leef er naar toe, om me heen leeft iedereen mee: gezin, familie, buurvrouw, vrienden en collega’s. Huilend fiets ik mijn laatste werkdag naar huis. Ik voel me alleen en ben bang voor wat komen gaat. Het is wel fijn zoals ook mijn collega schoolleiders betrokken zijn bij mij en mijn zorgen. Ik ga naar de kapper, de schoonheidsspecialiste en de pedicure om me lekker te laten verzorgen. Zaterdagavond gaan we nog met z’n zessen uiteten in Haarlem bij een vertrouwd restaurant. Op zijn vraag, ‘hoe gaat het?’ vertel ik de ober dat ik maandag geopereerd zal worden. Hij schrikt als blijkt dat het niet gaat om de verwijdering van een verstandskies maar van een tumor. Hij  doet de suggestie om een fles cognac soldaat te maken in plaats van me te houden aan alcoholvrije varianten.

En dan is het maandag 9 april, samen rijden we naar het AVL en ik meld me nuchter op de afgesproken afdeling. Ik krijg wat pilletjes en maak me klaar voor de operatie.

Mijn man gaat mee tot de operatiekamer en hij wenst me uiteraard sterkte. Ik word verder voorbereid, oa met een infuus uit voorzorg zowel in mijn arm als in mijn enkel. Ik zie de chirurg die me toewenst rustig te gaan slapen.

Als ik bijkom lig ik op een zaal waar andere patiënten veel kabaal lijken te maken, er wordt getelefoneerd. Ik lig versuft met een verstopte neus en een raar ding in mijn mond. Praten gaat haast niet. Ze schijnen mijn man niet te kunnen bereiken; ik kan nauwelijks zijn 06 nummer uitspreken (maar ik ben het niet vergeten!).

Als ik terug gebracht wordt naar mijn kamer zijn mijn man en dochter er om me op te wachten. Zij zeggen dat het erg meevalt…  Ik bel met mijn zoon die ook nog even langs wil komen.  Als mijn bezoek vertrokken is mag ik proberen te gaan staan. Ik val echter flauw en lig snel bij te komen op mijn bed met allemaal verplegend personeel om me heen.

Mijn man stuurt mede namens mij en de kinderen het volgende bericht aan iedereen die meeleeft:  H. is vanmiddag onder het mes geweest in het Antoni van Leeuwenhoekziekenhuis. Ze is weer terug op haar kamer. De verpleegster heeft namens de chirurg meegedeeld dat de operatie volgens plan is verlopen. Wij zijn nu bij haar en ze is helemaal bij, kan praten en slikken, al kost dit een beetje moeite. Ze hebben alleen onderlangs (van lip tot oor) een snede gemaakt en dus gelukkig niet langs haar neus en oog. Het grote genezen kan beginnen.

We houden jullie op de hoogte!

De eerste ochtend krijg ik van de nachtverpleegster zetpillen voor Diclofenac en paracetamol. Hoewel ik aanvankelijk dacht wat moet ik daar nou mee, bleek het erg gemakkelijk om dit in te brengen.

In de loop van de dinsdag wordt er twee keer geprobeerd een sonde in te brengen via mijn neus. Volgens de geleerden zou ik niet kunnen slikken dus een sonde was echt nodig. Ik wilde dit niet en ook mijn lichaam protesteerde hevig. Overigens was mijn gevoel eerder dat ik wel kon slikken maar geen mogelijkheid had om iets in mijn mond te krijgen,

Er werd afgezien van de sonde gezien mijn reacties. Ik heb samen met mijn man met succes appelmoes en een nutridrink flesje binnen gekregen. Later bleek dat ik een tuitbeker kon krijgen om de nutridrink te kunnen drinken. Ik heb de laatste dagen ook gepureerd voedsel kunnen eten.

Ik kreeg bezoek van een diëtiste die mij en mijn man uitlegde dat ik voor de inname van voldoende calorieen  en eiwitten moest zorgen ivm mijn herstel.

De mondhygieniste kwam langs om het gebruik van de mond- en neusdouche uit te leggen.

Ondertussen probeerde ik te rusten en me af te sluiten voor alle gedoe om me heen, met name mensen die op de gang uitgebreide telefoongesprekken voerden stoorden me hevig.

De zetpillen werden vervangen door fijngemalen en in water opgeloste pillen.

Ik had erg veel bloed verloren tijdens de operatie en kreeg dan ook een liter bloed toegediend op de dag voordat ik naar huis ging.

Ik heb de eerste dag mezelf niet gezien in een spiegel, wel liet ik een foto maken. Pas de tweede dag bekeek ik mezelf en zag een opgezwollen wang en hals, een ritssluiting van mond tot oor en opgezwollen neus en mijn ogen stonden strak gespannen.

Dit bericht is geplaatst op 9 apr 2018, in operatie.

13 april 2018 tot 21 mei 2018, herstel en start van de bestraling

Het was heerlijk om weer thuis te zijn. In het begin ging ik elke middag echt een uur naar bed om te rusten. Al snel maak ik dagelijks een wandeling om te werken aan een goede conditie. Ik ga af en toe gewoon boodschappen doen of naar mijn school. Ik voel dat het me helpt in mijn herstel om onder de mensen te blijven komen. Al voel ik me wel kwetsbaar met mijn gehavende uiterlijk.

Eten moet gepureerd met de staafmixer en elke dag gebruik ik 2 tot 3 flesjes Nutridrink. De Nutridrink vermeng ik het liefste met kwark omdat het dan minder zoet is. Aangezien ik elke dag 1900 calorieën en 80 à 100 gram eiwit moet binnenkrijgen noteer ik alles wat ik eet of drink en ben pas tevreden als ik het gehaald heb. Ik ontdek producten met veel calorieën, bijvoorbeeld ijs, cake en ice macchiato. Als ontbijt neem ik een flink bord Brinta (met volle melk natuurlijk) waardoor ik in ieder geval al vezels binnen krijg.

Op 17 april worden de hechtingen verwijderd. Het litteken ziet er mooi uit. Er zit een dunne plek in mijn linker wang omdat de tumor daar tot dicht aan de huid was gegroeid en is weggehaald. De zwelling wordt langzaam minder.

Regelmatig heb ik een afspraak met de tandarts en de mondhygiëniste in het AVL om te zorgen dat mijn mond schoon blijft. Thuis maak ik mijn mond zo goed en zo kwaad als het gaat schoon met de monddouche. Het exemplaar dat ik meekreeg uit het ziekenhuis (AEG) begeeft het en na overleg met de mondhygiëniste schaf ik een waterflosser van het merk Waterpik aan.

Twee weken na de operatie heb ik een afspraak met een chirurg om de operatie en het vervolg te bespreken. Deze chirurg had ik nog niet eerder gesproken. Hij vertelde voor het eerst dat er ook aan chemo werd gedacht voor mij. De chirurg die mij geopereerd heeft bevestigde dit een week later: Ik was zo’n vitale vrouw dat ze me gunnen dat ik echt helemaal schoon zou worden.

‘s Nachts moet ik elke nacht twee of drie keer opstaan om met de neusdouche (een spuitfles met zoutwater gevuld) mijn neus schoon te maken. Dit is nodig omdat ik onder andere vanwege de prothese graag door mijn neus wil ademen.

Begin mei gaan we met z’n zessen naar Zuid Limburg. We verblijven in een huisje, er wordt gefietst en gewandeld en het is erg gezellig!

Op 9 mei wordt de operatieklos onder narcose verwijderd. Het bovenstuk wordt definitief van de klos afgehaald waardoor het mogelijk wordt de klos handmatig uit mijn mond te krijgen. Het eruit halen kost nog steeds veel moeite maar het lukt wel.

De internist begon in het voorgesprek over de chemotherapie  met ‘u heeft er dus voor gekozen de bestraling aan te vullen met chemotherapie’. Ik dacht ‘hoe zo gekozen?’…  De internist legde uit wat de bijwerkingen zouden kunnen zijn van de chemotherapie. Er werd voor mij gedacht aan drie keer chemo, voor veel patiënten blijkt de derde keer niet haalbaar gezien de effecten op met name de nieren. Ik vraag om een afspraak met het hoofd van de mondhals oncologie afdeling. Het wordt een telefonische afspraak. Tevoren stuur ik hem een mail met daarin mijn vragen en kanttekeningen bij het ondergaan van de chemotherapie. Hij is erg begripvol en snapt mijn twijfels. Chemo is een hele zware behandeling en niemand weet of kan mij duidelijk maken of er nog kankercellen in mijn lichaam zitten. Ik heb ervoor gekozen de chemotherapie achterwege te laten. Wat mij betreft zijn de mogelijke bijwerkingen van de chemo zo heftig, het voelt als ziek maken van mijn zo gezonde lichaam, dat ik dit niet aanga. De arts vertelde dat bij 90% van de mensen blijkt dat de chemotherapie onnodig is uitgevoerd.

De radioloog legt uit wat er staat te gebeuren bij de bestraling. Hij benadrukt dat ik gedurende de bestraling echt op gewicht moet blijven. Mocht dit niet lukken dan wordt er overgegaan op sonde voeding. Er wordt een masker aan gemeten en een CT scan gemaakt. Hiermee wordt een berekening voor de bestraling gemaakt.

33 keer zal ik bestraald worden, dit voelt als een niet te overziene hoeveelheid dagen. Dit betekent gedurende 7 weken dagelijks naar het AVL. De bestraling zelf duurt niet langer dan 2×2 minuten, met al het voor en nawerk dus hooguit 15 minuten. Wekelijks wordt er ook een afspraak met de radioloog of practioner, de diëtiste, de logopediste en de mondhygiëniste ingepland. Elke donderdag zal ik de afspraken horen voor de week erna..

Om een beetje voor mezelf te zorgen ben ik naar een psychosynthese therapeut gegaan. Mijn vraag aan haar is vooral om me te ondersteunen bij het verbinding houden tussen mijn gevoel en mijn gedachten. Het eerste gesprek was erg prettig en nuttig voor mij. De afspraak is dat ik haar benader als ik weer toe ben aan een gesprek.

Klik om verder te lezen op: bestraling

Dit bericht is geplaatst op 13 apr 2018, in operatie.

21 mei 2018 tot en met 5 jul 2018 : bestraling

Mijn collega’s hebben bedacht om mij voor elke bestraling een klein cadeautje met lief briefje te geven. Zo staat er een grote mand met 33 cadeautjes in de woonkamer. Elke keer als we terugkomen uit Amsterdam mag ik een cadeau uitzoeken. Het is elke dag een klein feestje om dit uit te pakken.

Van de bestraling zelf voel ik niets. Tijdens de bestraling stel ik me voor dat de tumorcellen worden aangepakt en de gezonde cellen met rust worden gelaten.

De ochtend na de eerste bestraling is mijn linker oog opgezet en ontstoken. Ik bel met het AVL en kan bij een radioloog terecht als ik er toch weer ben voor de tweede bestraling. De ontsteking heeft niets te maken met de bestraling en is mogelijk het gevolg van een ontsteking in mijn wang. Hij adviseert om het goed schoon te laten maken door de mondhygieniste om te voorkomen dat ik antibiotica moet gaan innemen. Inderdaad is een dag later de zwelling en ontsteking veel minder geworden.

De tandarts en de mondhygiensite zie ik bijna wekelijks. Met de monddouche maak ik ‘s avonds en soms gedurende de dag mijn mond schoon. Ik moet nog steeds regelmatig ‘s nachts opstaan om mijn neus schoon te maken.

Halverwege de bestralingsperiode mag ik na een interventie van de practioner toch overstappen op de nieuwe klosprothese. Hiermee kan ik gaan proberen ook thuis de prothese uit mijn mond te halen. Mijn mond gaat niet open als gevolg van een streng littekenweefsel vanaf mijn onderkaak naar boven in mijn wang. Om de opening te vergroten is het wel nodig om steeds met spatels de mondopening (helaas maar tijdelijk) te vergroten. Ik doe dit ‘s ochtends omdat mijn wang dan enigszins ontspannen is en het gemakkelijker gaat.

De diëtistes houden het eten in de gaten. Twee wekelijks kan ik met mijn vragen bij hen terecht. Het noteren van mijn inname helpt me om ongeveer op gewicht te blijven.

De logopedistes helpen bij het praten en slikken. Ik kreeg bijvoorbeeld oefeningen mee om mijn slikspieren te trainen. Als gevolg van de bestraling zou ik hier problemen mee kunnen krijgen.

De 33 bestraling zijn me gelukt, zonder al te veel problemen. In een soort roes bleef de boog gespannen en zijn de zeven weken voorbij gegaan. Ik was blij dat mijn man bijna elke keer meeging. Mijn zus, mijn zoon en mijn dochter gingen elk een keer in plaats van hem mee. Mijn speekselproductie ging wel omhoog. Langzamerhand kon ik weinig verdragen in mijn mond, ik ervaarde eten en drinken al gauw als te scherp of te zuur.

Ik had steeds minder energie, bracht mijn tijd door met een beetje lezen, mandala’s kleuren en legpuzzels maken. Lieve kaartjes, mailtjes en whatsappjes bleef ik ontvangen evenals regelmatig een mooi boeket bloemen. Dat was allemaal echt een geweldige steun!

 

6 juli 2018 tot 15 oktober 2018: de gevolgen van de bestraling

Drie weken nadat de bestraling is gestopt kan ik ‘s nachts niet slapen van de pijn. De volgende dag bel ik met het AVL en krijg een radioloog te spreken. Hij weet precies wat ik doormaak. De pijn is het gevolg van het loslaten van slijmvliescellen. Dit zal twee weken duren denkt hij. Ik krijg fentanylpleisters (25 microgram per uur) die ik om de drie dagen moet vervangen. Na een maand ga ik terug naar een gehalveerde dosering van de fentanyl. Ik heb gelukkig weinig last van de mogelijke bijwerkingen. Ik neem wel dagelijks lactulose om obstipatie te voorkomen. Het was heerlijk om goed te kunnen slapen als gevolg van de fentanyl. Ik moet er nog wel vaak uit om mijn neus schoon te maken.

Mijn gehoor is sinds de operatie niet goed aan de linkerzijde. Het lijkt of de buis van Eustachius niet meer open gaat. Na de bestraling is ook mijn gehoor rechts niet meer goed genoeg. Op mijn verzoek wordt er een gehoortest afgenomen. Inderdaad is het gehoor aan beide zijden minder dan verwacht. Volgens de chirurg is dit het gevolg van vocht achter het trommelvlies. De verwachting is dat dit zich in de loop van de tijd zal herstellen.

Ondertussen probeer ik elke dag te wandelen om op die manier mijn conditie te verbeteren. Ook gebruik ik gewichtjes en sta ik dagelijks thuis op mijn cross over apparaat.

Het eten en drinken wordt niet gemakkelijker. Het is moeilijk om mijn mond open te krijgen en ik kan weinig verdragen in mijn mond. Ik voel regelmatig een soort overmatige hitte (als een hete luchtoven) in mijn mond. Ik kan bijvoorbeeld Brinta niet meer verdragen. Ik neem nu ‘s ochtends als ontbijt drie scheppen Weight Care in 250ml volle melk. Verder drink ik veel perensap, lekker zacht en wel calorieën!

Na de zomervakantie  ga ik twee à drie uur werken op maandag, dinsdag, woensdag en donderdag. Ik vind het heerlijk om op deze manier een beetje aan het werk te zijn. Als ik thuis kom ben ik in het begin wel erg moe.

Op advies van de tandarts maak ik een afspraak met een ortho faciale fysiotherapeute die bij de Stichting Bijzondere Tandheelkunde werkt. Zij adviseert me om de litteken streng dagelijks te masseren door er stevig met mijn duim of wijsvinger op te duwen. Na drie weken blijkt dit weinig effect te hebben op mijn mondopening.

In augustus heb ik een tweede gesprek met de psychosynthese therapeute. Zij liet me onder andere inzien dat mijn verdriet over de situatie er is naast de tevredenheid over hoe het gaat. Mijn neiging was dat ik of verdrietig zou moeten zijn of tevreden en dat allebei niet kan.

De tandarts en de mondhygiëniste bezoek ik met enige regelmaat. De chirurg van dienst (voor het eerst een vrouw!) die er bij geroepen wordt omdat de tandarts denkt dat er een ontsteking in mijn mond zit, brengt mij in contact met een dermatoloog. De huid van mijn wang is namelijk nog steeds erg rood en droog. Ook rond mijn mond ziet het er rood en vervelend uit. Er wordt gedacht aan een allergische reactie op de purol die op mijn lippen en daarom heen smeer. Ik krijg producten voorgeschreven die zouden helpen om dit te verhelpen. Zij zorgt ook dat er een echo van mijn halslymfeklieren gemaakt gaat worden.

De echo laat geen aangetaste lymfeklieren zien! Dat betekent dat er geen uitzaaiingen zijn. Half oktober stop ik zelf met de fentanyl! Gelukkig heb ik nagenoeg geen afkick verschijnselen.  Ook stop ik dan eindelijk met de paracetamol (3x 2 per dag). Dit werd aangeraden te blijven slikken omdat dit ontspannend zou werken op de streng littekenweefsel.

16 oktober 2018 tot en met december 2018: verder herstel

Eind oktober zie ik de chirurg die mij geopereerd heeft. Hij is onder de indruk van de beperkingen die ik nog steeds ondervind met eten, drinken en praten. Hij geeft aan dat er een operatie mogelijk is, maar dat die nogal ingrijpend zal zijn. Hij moet dan de streng littekenweefsel verwijderen en een stuk spierweefsel uit mijn been ervoor in de plaats zetten. Onder een microscoop zal hij dan bloedvaten aan elkaar bevestigen. Hij vertelde weer hoe tevreden hij is dat hij bij de verwijdering van de tumor mijn oogzenuw heeft kunnen sparen. Hierdoor functioneert mijn oog gewoon. Ook houden ze voor een volgende operatie aan dat dit pas  een jaar na de vorige operatie mogelijk is. Eigenlijk ook een jaar na het einde van de bestraling in verband met het noodzakelijke herstel.  We zullen elkaar eind januari weer zien en in de tussentijd allebei nadenken over de mogelijke operatie met alle risico’s die erbij horen.

Ondertussen is de tandarts aan de slag voor een nieuwe prothese. Er wordt gehapt en gepast en gemeten en gesleuteld door de tandtechniker. Bijna wekelijks heb ik een afspraak om weer te meten en te proberen. Het is lastig voor de tandarts dat hij niet zomaar in mijn mond kan kijken, hij moet veelal op zijn gevoel werken.

Mede op advies van de bedrijfsarts ben ik op zoek gegaan naar een fysiotherapeute die me kan helpen. Met name wilde ik werken aan mijn conditie. Ik belde het AVL en werd verwezen naar  ‘onconet.nl’. Zo kwam ik terecht bij een fysiotherapeute die een master oncologische fysiotherapie heeft gedaan. Zij past bindweefselmassage toe op mijn wang. Dit is heerlijk en geeft mij het gevoel dat de wang er weer bij gaat horen. Daarnaast heeft zij een oefenprogramma samengesteld om aan mijn conditie te werken.

Bij de psychosynthese therapeute kwam in het derde gesprek aan de orde dat het op dit moment voor mij gaat over geduld, vertrouwen en mededogen met mijzelf.

Inmiddels red ik het zonder de Nutridrink flesjes en kan ik in plaats daarvan ook andere zaken binnen krijgen: croissantjes,  pannenkoeken met kaas, zelfgemaakte soep  en banaan.

Vlak voor kerstmis is het zover dat ik de nieuwe prothese mee krijg naar huis. Ik moet deze nieuwe afwisselen met de oude prothese zodat ik die niet helemaal ontwend raak. Met de nieuwe prothese is het verstaanbaar praten er niet gemakkelijker op geworden. Bovendien produceren mijn speekselklieren veel speeksel wat lastig is. Dit komt omdat zij reageren op dit nieuwe ding in mijn mond.

januari 2019 tot en met maart 2019: het gaat steeds beter

Met Kerst kon ik aardig meedoen tijdens het diner in het gezin, kleine hapjes, maar er kwam genoeg binnen! Ik eet steeds vaker in gezelschap en zelfs al in een pizzeria of ander restaurant. Ik heb veel tijd nodig om te eten dus neem alleen een voorgerecht of vraag de rest van de pizza mee naar huis.

In januari ben ik opgehouden met elke dag te noteren wat ik at en dronk. Ik eet niet meer voor de calorieen maar omdat het lekker is. In de periode na de diagnose en de operatie ben ik ongeveer 15 kg afgevallen. Sinds die tijd blijf ik goed op gewicht. Ik weeg nu 70 kg en dat vind ik wel prima. Behalve echt harde dingen als chips, crackers, meergranenbrood en heel taai vlees krijg ik eigenlijk alles wel binnen zolang het niet te scherp gekruid is.

Vanaf de kerstvakantie ga ik vier uur naar mijn werk en na de voorjaarsvakantie is dit uitgebreid tot 6 uur per dag op de maandag, dinsdag, woensdag en donderdag. Het Open Huis van de school heb ik aan me voorbij laten gaan, maar bij de aanmelding heb ik heel wat leerlingen ingeschreven en ontvangen. Ik zal ook ‘gewoon’ bij de basisscholen langs gaan als ambassadeur van de school.

Het oefenprogramma van de fysiotherapeute heeft mijn conditie goed verbeterd. Inmiddels heb ik een tochtje van 35 km gemaakt op de racefiets naar Zaandam en weer terug. Dat ging prima! Ik zie er naar uit dat we in de meivakantie kunnen kamperen.

De chirurg heeft me eind januari gezegd dat hij een operatie niet ziet zitten gezien de risico’s. Het gaat inmiddels zo goed met mij dat hij denkt dat ik beter kan leren leven en omgaan met de mogelijkheden dan het risico op oa oogbeschadiging lopen. Aan de ene kant is dit een teleurstelling aan de andere kant ben ik ook wel opgelucht. Hij vertelde dat ik tevreden moet zijn dat ik mijn smaak heb behouden. Hij maakt ook wel anders mee.

De radioloog was tevreden en onder de indruk van mijn schone mondholte. Verder begreep hij nauwelijks hoe het mij lukt om eten binnen te krijgen.

In mei zie ik de chirurg weer en ik ga vragen of hij niet in ieder geval de litteken streng kan losmaken van mijn onderkaak. Ik heb een kuil in mijn wang, op de plaats waar hij dicht bij de huid is gekomen om het tumor weefsel weg te halen. Het is weliswaar ontsierend in mijn gezicht maar ik vind het totaal onbelangrijk om dit te laten herstellen. Echter het niet kunnen openen van mijn mond is toch wel een dingetje.

Inmiddels heeft de tandarts een paar randjes aangebracht op de prothese waardoor het praten en eten en drinken veel beter gaat. Binnenkort heb ik een afspraak met de tandtechniker die hopelijk nog wat kan betekenen. De prothese haal ik er voor het slapen gaan uit om mijn mond schoon te maken met een sponsstokje en tandenborstel. Met behulp van de spatels moet ik eerst de mondopening vergroten.

De logopediste heeft oefeningen meegegeven om de letter D goed uit te spreken. Ik maak daar gemakkelijk een N van en dat is onhandig.

Het eten kost veel tijd, ik krijg een krentenbol goed in plukjes naar binnen maar het kost me een half uur en warm eten ‘s avonds kost minstens een uur. Ook ‘even’ een kopje koffie drinken zit er niet in…Maar sinaasappelsap, leverworst, boerenkool, zuurkool, pizza, kaasfondue en een kopje thee, het lukt en het smaakt me allemaal goed. We kunnen dus weer min of meer samen van een maaltijd genieten.

Soms is mijn wang heel rood en rondom mijn mond kan het heel droog en rood zijn. Geen idee wat de oorzaak hiervan is. Zo goed en zo kwaad als het gaat smeer ik kokosolie op de rode wang en veelvuldig vaseline rond mijn lippen en er omheen. Mogelijk komt het omdat er hard gewerkt wordt door mijn huid aan herstel of vanwege de prothese die door de extra randjes anders zit.

April en mei 2019 mijn huid wordt steeds beter!

Van een dermatoloog in het Spaarneziekenhuis kreeg ik een crème die de huid rondom mijn mond tot rust gebracht heeft, In combinatie met de behandeling en de producten van mijn schoonheidsspecialiste voelt mijn huid steeds beter. Het ziet er ook beter uit, natuurlijk ook doordat ik bruin word vanwege de zon. De schoonheidsspecialiste, Yvonne van Ewijk, werkt met de producten van Clephar. Derma+ heeft echt een goede herstellende werking op mijn bestraalde huid!

We hebben gekampeerd in Zd Limburg; in de tent en fietsen mee!!

vervolgens nog een paar dagen in een hotel in Antwerpen: het ging allemaal goed.

inmiddels werk ik bijna 100%, en ga drie keer sporten in de week. Een gespecialiseerde fysiotherapeute masseert twee keer per week mijn wang en rekt het littekenweefsel op. Zij gebruikt hierbij heel veel kracht. Helaas is er maar tijdelijk meer ruimte in mijn kaak. De tandarts is aan het bouwen aan een nieuwe prothese, wsl krijg ik die over twee weken.

De chirurg ziet toch mogelijkheden voor een hersteloperatie hopelijk ben ik in juli aan de beurt. Heel spannend is het wel: de operatie zal 8 uur duren , ik krijg 10 dagen een maagsonde en mogelijk een tracheotomie. Er wordt een deel uit mijn linker pols in mijn wang/onderkaak geplaatst, met het idee dat ik mijn mond dan weer open kan doen!! Ik kijk ernaar uit al vind ik het ook erg eng!

in mijn volgende bericht zal ik hopelijk kunnen vertellen over de operatie en het vervolg

Klik om verder te lezen op: hersteloperatie

Juni 2019 wachten duurt lang

Op 14 mei hoorde ik dat er toch een mogelijkheid is voor een hersteloperatie!!! Het zal wel een erg ingrijpende operatie zijn (8 uur, 2 dagen IC en 10 dagen maagsonde in het ziekenhuis) maar zo is het ook niet veel: moeite met verstaanbaar praten, eten met een klein lepeltje en twee keer per dag met spatels mijn mond open krijgen voor de noodzakelijke hygiëne.

Maar ja ik dacht dat ik in juli aan de beurt zou zijn. Gisteren toch maar eens gebeld: ik sta inderdaad op de lijst maar de arts opereert niet in juli….Dus het wachten duurt voorlopig nog voort, Ik snap ook wel dat ik niet super urgent ben… Ik vind het heel moeilijk en probeer afleiding te vinden in een goed boek, werken en uitstapjes. We denken ook aan lekker kamperen in Limburg met de fietsen mee, zodra mijn vakantie begint.

Voor  nu blijft er dus niets anders over dan doorgaan en geduld hebben.

Donderdag weer naar de tandarts om mijn nieuwe ( de vierde) prothese te testen op lekkage. Gezien de moeite met verstaanbaar zijn lekt hij ondanks het al extra aangebrachte randje waarschijnlijk wel enigszins.

Klik om verder te lezen op: hersteloperatie en/of scrol naar beneden

Juli augustus en september 2019

En zo gaat het wachten nog steeds voort. Ik werk in het onderwijs dus kan genieten van vijf weken vrij! We hebben heerlijk gekampeerd in Zd Limburg, wel een gedoe met het schoonmaken van mijn prothese in de wasruimte. Het ging goed, er was 1 keer een vrouw die me vroeg hoe het ging enzo. Fijn die belangstelling maar ook lekker rustig dat anderen niets zeiden.

Ondertussen genoten van het mooie weer en de mooie omgeving op de fiets of tijdens een wandeling tussen de buien door. Onze vrienden kwamen ook voor tien dagen en de kinderen een weekend. Kortom geen klagen maar uiteraard gaat het wachten gewoon verder.

Inmiddels gebeld met het AVL: door vakantie enzo was ik nog niet aan de beurt en ik hoef er zeker tot 16 sept. niet op te rekenen. Het wachten gaat dus gewoon door al is er iets meer duidelijkheid.

Gisteren met de assistente van de tandarts gebeld omdat mijn prothese er steeds moeilijker uit en in gaat…. hij is op vakantie en pas komende week weer aan het werk. Afspraak gemaakt met mijn fysiotherapeute die na vier weken pauze mijn wang, met name de littekenstreng weer heeft gemasseerd: gisteravond ging het in en uitdoen gemakkelijker. Dus zou haar behandeling toch echt helpen?? De fysio en ik hebben goede hoop!!!

Met het eten gaat het vooruit al blijft een klein lepeltje wel behelpen, ik word handiger en kan steeds meer verdragen.

de operatie waar ik tegenop zie en naar uitkijk laat voorlopig nog op zich wachten en dat vraagt veel geduld van mij en mijn omgeving.

Na 11 jaar opnieuw keelkanker

Juli 2019

De meeste mensen die het “moesten” weten zijn al op de hoogte, maar om iedereen te berichten is dit toch wel de simpelste manier ? Tess zit weer in de molen. (Ja voor de 3e x.?) Alle onderzoeken inmiddels al achter de rug en vanmorgen te horen gekregen dat er GEEN UITZAAIINGEN zijn ??

Volgende week onder het mes en daarna gaan ze kijken of bestraling en/of chemo nodig zal zijn ???. Zo ja dan word het wel een pittige, maar dat is latere zorg. Voor dusver ben ik ondanks het na 11 jaar weer terug is, best positief na vanmorgen?

Is dit een gevolg van de kaaktumor of is het gewoon domme pech? Ze weten het wederom niet wat het precies is. Vandaar dat het behandel plan nog niet bekend is. Dus voor nu is het een beetje van beide. Pech dat sowieso. Ja vind onderstaand filmpje wel ff noodzakelijk omdat mensen vaak denken dat als je kanker hebt, je meteen doodziek bent en niets meer kunt. We gaan van het beste uit maar het vreet wel energie.

Ik wil het….ik kan het….het lukt me?

We gaan met onze tijd mee dus Tessa vertelt haar verhaal door middel van filmpjes.

 †17-09-2020

 


 

Je kunt het filmpje afspelen door op deze knop in het midden van het filmpje te klikken.

Na afloop van het filmpje zie je een aantal voorgestelde video’s die ook op mijn website staan. Dit kan helaas niet anders.

 Je kunt het filmpje wel opnieuw afspelen door de pagina te verversen of op deze knop onder aan het filmpje te klikken.


 

 

De operatie

Ik ben in het Medisch Spectrum Twente en de operatie is achter de rug.

22 juli 2019
E.T. goes home ? iedereen super bedankt voor de geestelijke mentale lichamelijke ondersteuning ?. Was super goed vertoeven op het MST met hele lieve behulpzame mensen (thuis ist gewoon net iets beter). Nu nog thuis verder aansterken en dan maar weer afwachten ???

 


 

Het gaat steeds beter

1 Augustus 2019
Het gaat steeds beter!!? Laten we positief beginnen;
*mn stem is zo goed als de oude
*slikken nog beetje stagnatie, maar stukken beter
*arm/schouder/nek beweegt ook steeds beter
*litteken is een beste, maar ziet er “goed” uit
*gevoel beetje bij beetje komt dat terug
*vocht ophoping beetje bij beetje verdwijnt dat
*slapen gaat ook goed. Middagdutje slaan we over.
Groen licht gekregen om ff paar dagen op vakantie te gaan ????

Maar dan……
Klaar maken en verder aansterken voor de bestraling 33x ?
Toen ik hoorde dat ze het krap hadden weggehaald was ik hier eigenlijk al wel vanuit gegaan, maar als ze het dan zeggen dat het inderdaad gaat gebeuren…dan is het wel weer een beste domper. Ben je lekker aan het herstellen en kun je straks weer van vooraf aan beginnen? *zucht*
Woensdag krijg ik te horen of er ook nog een kuur bij gaat komen????

Tot zover…update ?

 


 

Bestralingen

13 Augustus 2019
En dan word je op deze regenachtige dag weer blij verrast met een geweldige vaas met bloemen ? jurylid zijn van de #sbwn heeft meerdere voordelen dan alleen het proeven van de geweldige gerechten die de teams bereiden en de gezelligheid. Dankjulliewel

 

 


 

September 2019 controle na een jaar

Vandaag afspraak met logopedie: ik kan duidelijk genoeg praten en heb geen problemen met slikken. Dit ondanks mijn zeer beperkte mondopening. Ongeveer een jaar na de bestraling is er weer een spraakopname gemaakt. Vooralsnog wordt de begeleiding door logopedie beëindigd. Mogelijk is het na de operatie weer nodig. Dat zal tzt blijken.

De radioloog was meer dan tevreden over de vooruitgang in mijn mond. Het ziet er echt veel beter uit met nog maar een paar korstjes. Ik kreeg zelfs complimenten voor het schoonhouden! Hij zag en voelde niets verontrustends in mijn mond en halsklieren: dit voelt als een grote opluchting!!

over vier maanden een nieuwe afspraak met de radioloog.

Ondertussen duurt het wachten op een oproep voor de operatie maar voort …

De laatste loodjes en dan zit het erop

17 September 2019
Vanmiddag ff met mien grime-moatie Sieb de Boer bie kuiert. ? en vaas weer gevuld met mooi boeket van Muziektheater Servus Almelo ? dankjulliewel.

Heb veel bloemen/ kadootjes, kaartjes, foontjes, en appjes e.d. gekregen en om geen namen te vergeten ga ik ze dus ook niet allemaal noemen??. Maar weet dat ik het van iedereen super waardeer!! ❤ ?

23 September 2019
Nog 10x ? (ben het zooooo zat!!?
Gelukkig heb ik heel veel lieve mensen om mij heen die met mij mee gaan.

24 September 2019
Toen waren het er nog maar 8 ?.
Samen met mn dinsdagmorgen chauffeuse/ schoonzussie. Gezellie
27 September 2019
Toen waren het er nog 5? goed weekend ook namens Paps ?

 


 

Oktober 2019 Eindelijk duidelijkheid over de hersteloperatie

Afgelopen vrijdag ontving ik eindelijk de mail waar ik al sinds half mei op wacht: mijn hersteloperatie is op maandag 28 oktober gepland.

Wachten kan ondanks alle afleiding door vakantie (in de zomer naar Zuid Limburg en net een week fietsen in de Rioja in Spanje), werk en anderszins toch nogal lang duren.

Het is niet zo dat ik erg uitkijk naar deze ingrijpende operatie die 8 uur zal duren, gevolgd door één of twee dagen op de intensive care afdeling en minimaal tien dagen in het Antoni van Leeuwenhoek verblijven….. In die tien dagen word ik ‘gevoed’ via een maagsonde. Het zou kunnen dat er ook nog een tijdelijke opening in mijn hals wordt gemaakt (trachea canule) om een goede ademweg mogelijk te maken. Op vrijdag 25/10 hoor ik de laatste informatie over de operatie en mijn opname.

Maar ja zoals de meesten van jullie weten is het op dit moment verre van gemakkelijk voor mij. Mijn mond gaat nauwelijks open waardoor ik moeite heb met praten, drinken en eten. Ik eet met name zacht voedsel en met een klein lepeltje.Verder moet ik elke avond mijn mond oprekken door zeven spatels tussen mijn rechterkaak te wrikken. Hierdoor wordt de mondopening tijdelijk groot genoeg om de prothese eruit te halen, waarna ik met een spons-stokje mijn mond schoon kan krijgen en mijn tanden kan poetsen.  Dit kost me meestal minstens drie kwartier.

Uiteraard realiseer ik me goed dat ik heel blij mag zijn dat de tumor geheel verwijderd is en dit terwijl ik in overleg met de arts heb afgezien van de chemo….. Ik zal altijd de prothese blijven houden: ter vervanging van mijn linker bovenkaak, jukbeen en  linker helft van mijn gehemelte.

De arts heeft onder andere zoveel tijd nodig voor de operatie omdat hij huid met weefsel, inclusief een bloedvat uit mijn linker pols in mijn hals zal plaatsen. Onder een microscoop moeten de bloedvaten aan elkaar vast gemaakt worden. Hij maakt een verbinding met het rechter bloedvat in mijn hals aangezien de linker bloedvaten zijn aangetast door de bestraling. Hij zal onder mijn kaak door een snee maken van links naar rechts.

De maagsonde is nodig om mijn kaak in alle rust te laten herstellen. Mijn linkerpols wordt afgedekt met een stuk huid uit mijn bovenbeen en een week lang wordt hij gefixeerd door een gipsspalk.

Ik weet nog niet wanneer ik weer zal kunnen praten na de operatie, dit hangt af van de terugplaatsing van de prothese en van de eventuele canule.

Kortom het zal een heel gedoe zijn en ik heb ongetwijfeld nogal wat tijd nodig om te herstellen. Ik hoop tegen Kerstmis weer op de been te zijn.

De hersteloperatie 28 oktober 2019

Misschien laat ik nog wel eens een foto zien, wat is het knap zoals ze te werk zijn gegaan  en wat hebben ze me te pakken gehad.

Een litteken van vijf cm over mijn linker wang: de kuil is opgevuld. Onder mijn hals langs op de plek van het vorige litteken maar dan niet tot op de kin zit weer een ritssluiting met nietjes. En natuurlijk de ‘donorsite’ op mijn linkerpols. Vijf dagen gefixeerd  met een spalk en een wonddrain. Inmiddels is de spalk eraf en er zit bij de pols  een grote wond van 4 bij 8 cm rondom gehecht met nog een lijn hechtingen van ongeveer 12 cm op weg naar de elleboog.

Inmiddels  is de wonddrain uit  mijn wang en twee infusen uit rechtervoet en -pols verwijderd.

Alleen de maagsonde via mijn neus blijft over en die moet tot donderdag    (tien dagen na   de operatie)  blijven zitten. Op donderdag ga ik oefenen met drinken en eten….

Morgen zal de canule in mijn luchtpijp  verwijderd worden, sinds vrijdag kan ik wel weer een beetje praten omdat er  een dopje op  zit. Het praten gaat moeilijk omdat de prothese nog niet in mag, waardoor ik geen gehemelte (dus geeen klankkast) heb. De prothese moet aangepast worden omdat  anders de wond in mijn wang beschadigd wordt.

Ik heb me flink beroerd gevoeld: moest twee keer braken  waarvan de tweede keer inclusief ophoesten van de sonde.  Na een nacht en een halve dag op de IC mocht ik naar  de verpleegafdeling. Ik heb een eigen kamer gekregen. Regelmatig werd de canule uitgezogen om het slijm weg te halen. Ik heb geen pijn gevoeld, ik kreeg een pompje om mezelf een shotje pijnstilling te kunnen geven, maar dat heb ik niet gebruikt. Ik krijg antibiotica, ik geloof uit voorzorg.

In het begin werd ik gewassen op een stoel zittend, vanaf vrijdag ga ik onder begeleiding onder de douche. inmiddels krijg ik alleen nog een dosis paracetamol (via de maagsonde).

Dat beroerd voelen heeft  tot vrijdag geduurd, ineens kreeg ik zin in TV kijken enzo.

Nu moet ik tot donderdag geduld hebben, dan kan het oefenen met eten beginnen. Maar ik ben dus al over de helft, dus ik denk wel dat het gaat lukken. Ondertussen word ik goed verzorgd door alle verpleegkundigen en artsen hier in het AVL. Er zijn wel veel wisselingen en het lijkt erop dat er ook nog veel verpleegkundigen in opleiding zijn of in ieder geval nog bepaalde handelingen moeten leren.

Mijn man, zoon en dochter komen elke dag langs, dat is me heel dierbaar. Verder krijg ik lieve kaartjes en email berichten: heel erg fijn en ondersteunend allemaal.

Klik om verder te lezen op: controles

Het valt me zwaar

Had van de week weer een filmpje gemaakt van een update. Maar nog niet durven te plaatsen, omdat dit een andere kant is van die stoere sterke Tess en dr zijn toch mensen die soms net iets verder nadenken dan anderen en enige stilte hebben vernomen op dit vlak. Ga me aub geen goed bedoelde adviezen geven oid. Ik doe het op mijn manier…dat is de enigste manier. Als je me vraagt…dan zal ik zeggen: Het gaat goed! Accepteer dat dan.


 

 

Een leuke dag

Gisteren een leuke dag gehad dankzij Organisatie Kanker “wat dan en daarna”. Met nog 5 dames meer, waarbij niemand precies wist wat te verwachten. Ontvangen op de geweldige locatie van Mieke Lenferink De Kroesweffer. Beetje aftasten en kennis maken met elkaar onder het genot van een kopje thee. De groep van 6 werd verdeeld in 2×3. 1 spreekgroep en de ander de massagegroep. Tussen de middag heerlijke broodjes gegeten en werd er omgewisseld.

Het fijne vond ik dat het geen groepssessie was maar waar iedereen aandacht kreeg en de tijd voor elkaar genomen werd. De verhalen waren voor iedereen wel herkenbaar en werden begripvol ontvangen en ervaringen werden volop gedeeld. Gelachen absoluut, maar voor sommigen was de doos met tissues ook wel handig. Marleen Wesselink van #naarmarleen had me hiervoor benadert en ik mocht bij haar dan ook een heerlijke maar ook gezellige massage ondergaan.

Iedereen super bedankt hiervoor en voor degene die twijfelen om wel of niet te gaan?! Ik zeg DOEN.
Ps. Je hoeft niet uit gemeente Tubbergen te komen om hier deel aan te nemen!! Iedereen met kanker of verleden met kanker heeft is welkom.
En MANNEN…ook aan jullie word gedacht. Hou de site van hun ff goed in de gaten.

Januari 2020 Controle van de radiotherapeut

In september ‘19 had ik hem voor het laatst gezien. Ondertussen is er met mij veel gebeurd (hersteloperatie)  en is mijn mond/wang behoorlijk veranderd.

Ik kan mijn prothese zonder moeite uitdoen. Hij is daar blij verrast over. Elke dag oefen ik met 6 a 8-9 spatels om extra druk uit te oefenen op mijn linkerwang. Ik ga naar een chiropracter die mijn linkerwang en linkerkant behandelt.

Mijn mondholte ziet er goed schoon uit. Hij noemt dit ongelooflijk, in vergelijking met wat hij ook wel ziet bij anderen. En met zo’n beperkte mondopening vindt hij dit echt goed. Ik maak dit dagelijks schoon met een sponsstokje , (elektrische) tandenborstel, tandenrager en monddouche.
Verder geen pijn en geen droge mond en hij voelt geen alarmerende weefsels in mijn klieren en wang/mond.

Ik kan zo’n beetje alles eten, al is chips een beetje hard, koolzuurhoudende drankjes een beetje veel prik en wijn drink ik vooralsnog zonder alcohol.

Blij naar huis dus en over een half jaar weer een afspraak. Het is nu bijna 20 maanden na afloop van de bestraling.

Overigens ben ik ook onder behandeling van een fysiotherapeut om mijn linkerpols, met groot litteken als gevolg van het wegnemen van weefsel en bloedvat (de donorsite), te mobiliseren.

Dit bericht is geplaatst op 1 jan 2020, in controles H.

April 2020 Naar AVL in Coronatijd: de tandarts had ik nodig

Afgelopen dinsdag werd ik, zoals ik verwachtte, gebeld door de assistente: durf je vrijdag te komen, kan je komen  (geen klachten) en is het nodig om te komen? Alle drie de vragen kon ik met ‘ja’ beantwoorden. Vijf weken geleden had ik een min of meer definitieve prothese gekregen en die begint toch weer te lekken. Dit is lastig met eten en drinken en een beetje met praten. Dus ik wilde maar al te graag dat de tandarts er naar zou kijken en er zo mogelijk een randje aan zou zetten.

Ondertussen heb ik me wel gerealiseerd hoe superblij ik ben dat mijn hersteloperatie geslaagd is, ver voordat Corona in het land was. Ik heb echt te doen met lotgenoten die, langer dan wenselijk is, moeten wachten op behandelingen als gevolg van Corona. Hopelijk duurt het voor hen niet te lang en kan de behandeling starten of snel voortgezet worden. De controle afspraak bij de chirurg van eind maart heb ik uitgesteld tot juni.

In het AVL nemen ze belangrijke voorzorgsmaatregelen: bij binnenkomst wordt navraag gedaan over eventueel hoesten of andere klachten en ze meten je temperatuur. Bij mij was die als gevolg van de fietstocht van een uur zo laag dat ze dachten dat de thermometer kapot was…. Vervolgens  moest elke bezoeker haar/zijn handen reinigen met de gel die in handige apparaatjes klaar stond. Een wachtende patient die hoestte werd door een verpleegster alvast in een kamer gezet om te wachten tot de arts tijd had.

De tandarts en zijn assistente trokken beschermende kleding aan: mondkapje, plexiglas scherm voor het gezicht, handschoenen en plastic pak. Wel een beetje wennen voor ons allemaal. Mijn wang, waar weefsel uit mijn pols ingezet is bij de hersteloperatie, was weer behoorlijk geslonken waardoor hij lekte. Een aanvullend randje dat op de prothese geplakt is, biedt hier uitkomst voor. Ik merk het gelijk, want ik heb  minder moeite met eten en drinken. Dus zeer tevreden stappen we weer op de fiets! Waarschijnlijk is dit weer voor zes weken een goede oplossing. Tegen die tijd zien we weer verder en zal ik een nieuwe afspraak maken.

Dit bericht is geplaatst op 17 apr 2020, in controles H.

Tess zit weer in de molen

27-06-2020
De meeste mensen zijn al op de hoogte gebracht en snap dat dit nu voor sommige mensen ook ff binnen zal komen …maar… gewoon rustig blijven ademhalen ❤
Tess zit nl weer in de molen….alleen dit x is het wind stil ?

Korte terugblik:
1.5 maand geleden ben ik met wasmand uitgegleden op de trap. Lies was wel wat gevoelig, maar dacht…ach spiertje verrekt spierpijn…gaat wel over en gezien corona ga je daarvoor niet meteen bellen. Eindelijk weer paar uur op het werk kunnen doorbrengen. Wezen fietsen en met buuf weer heerlijk aquasporten. Conditie weer opbouwen. Maar toch…met bepaalde bewegingen voelde het niet echt heel prettig. Op en af stappen vd fiets ging niet echt soepeltjes. Toch de HA maar gebeld en kon er de volgende morgen terecht. Hij vertrouwde het niet en liet me foto’s maken. Op terugweg naar huis werd ik al door hem gebeld. Je hebt een bekkenfractuur!! Huh…wat…hoe dan…serieus…en nu?! Gezien mn uitleg van de val, mn leeftijd en mn geschiedenis was dat inderdaad wel heel raar. We willen graag verder onderzoek doen. Tsja…dan krijg je wel zo’n naar onderbuik gevoel.

Ct scan laten maken en daarop was te zien dat ik 2 tumoren had die dus mede de breuk hadden veroorzaakt. En dan ga je verder met de onderzoeken en kom je weer bij je oncoloog terecht. Petscan laten maken en daar kregen we vorige week bericht van. Het is niet goed..absoluut niet!! Zowel rechts als aan de kant vd linker heup, longen en vermoedelijk darmen was wat te zien. (Dit laatste konden ook nog poliepen zijn). Ik heb vaker gehoord dat ik kanker had, maar deze keer voelde het al heel anders, maar je blijft hopen… misschien…je weet het niet….we wachten af. Vorige week biopsies van longen gehad en werd onze angst werkelijkheid. Je toekomst word weggeveegd….

Uitzaaiingen waar ze niets aan kunnen doen. Geen operatie geen chemo geen bestraling. Dat laatste zou nog tzt kunnen voor de pijn. We kunnen nog kiezen om naar Amsterdam te gaan. Om weer een long biopsie te doen en dat ze daar nog een specifiek plan kunnen maken. Maar een plan om me weer beter te maken is het niet. Het is een uitstel en voor hoe lang? Een jaar? Weten we niet ?‍♀️. Ondanks dat ik mn heup/bekken voel…voel ik me verders goed. Blijf zolang het me gegund is…genieten van alle leuke en mooie dingen. Nog meer dan we deden ? Ben ik NIET zielig en wil ik ook niet zo behandeld worden. Ja het is ongelofelijk KUT en we janken wat af maar we lachen ook en hebben nu gesprekken dat je denkt…is dit nu waar we mee bezig moeten zijn. Realist blijf ik maar this onwerkelijk…bizar…zo onzeker allemaal.

Ik houd de regie in eigen handen. We hebben helaas teveel ervaring met bepaalde dingen dat ik nu “gelukkig” wel dondersgoed weet hoe ik het wel en niet wil hebben. En ben blij dat dat wordt gerespecteerd. Blijf ik gewoon dingen op Facebook/insta posten. Blijven we op onze manier redelijk normaal doen ?. Ik laat mn hoofd niet hangen…zo ben ik niet. We halen het beste dr uit en iedereen weet:
er is een tijd van komen maar ook een tijd om te gaan. En die tijd…bepaal ik!!

Wij gaan trouwen

07-07-2020
Iets wat eigenlijk totaal niet in ons woordenboek voorkwam ….nooit over gehad…..en toch waren we het meteen eens… we gaan het gewoon doen!!??

 

11-07-2020
Hoe bizar het ook klinkt maar wat voel ik me gelukkig….

27-07-2020
Een geweldige dag….

Update

Nou….hier even een update van mijn kant. Hopende hieŕ de meeste app berichtjes ook meteen te kunnen beantwoorden ?

Vorige week heb ik hier ook een paar dagen moeten vertoeven en hebben ze 1.5lt vocht bij longen weg gehaald. Helaas was de pret van korte duur want afgelopen donderdag kon ik weer naar de spoed. Op de foto’s was te zien dat ik het in principe ineens met maar 1 long moest doen zoveel vocht zat er. Met het eerste sneetje spoot het er al uit, zoveel druk stond er op. Dus die pijn van benauwdheid was vlug te verklaren. Nu heb ik een drain in mijn zij tussen de ribben, die dr in blijft zitten en het vocht zoveel mogelijk moet worden weg gezogen zodat ze mn longvliezen aan elkaar kunnen gaan plakken. Garantie krijg ik niet, maar de helft van mn long is weer zichtbaar en dat verschil merk ik goed. Nu hopen dat de rest dr ook uit wil??.

We houden moed ? ben inmiddels zo’n 4lt kwijt. Nu heerlijk aan de morfine tabletjes…dusss….
whooehoeee…jippie a jee ?????

Tessa is overleden

 †17-09-2020
Vanmorgen om 07.17 is in mijn armen van ons heen gegaan, mijn onwijs gave, lieve, toffe, stoere en onuitputtelijk positieve vrouw. Ik hoop met heel mijn hart dat je toch genoten hebt van je leven en onze tijd samen.

 

September 2020 Halfjaarlijkse controle bij de radiotherapeut

Vandaag gelukkig toch fysiek de controle na een half jaar door de radiotherapeut in het AVL.

Hij voelde niets  alarmerends in mijn hals lymfeklieren. Hij vond dat het er in mijn mond en wang goed en wonderbaarlijk schoon uit ziet.
Pas over een jaar zal ik hem weer zien.

Voor maart  ‘21 staat er een afspraak met de chirurg gepland.

Het is fijn om zo’n bevestiging te krijgen: ik voel me goed, conditie is oké, praten, eten en drinken gaat naar behoren. Mijn prothese zit goed en krijg ik gemakkelijk in en uit.

Eind oktober gaat de tandarts uit het AVL nog wat sleutelen aan de prothese, waarschijnlijk een randje eraan. Nu komt er bijna dagelijks eten en drinken uit mijn neus omdat de prothese achterin mijn mond niet voldoende afsluit.

Ik word wekelijks behandeld door een oncologische fysiotherapeute: massage van beschadigde wang, oprekken mondopening en massage van mijn gevoelige pols en hand. Daarnaast ga ik naar een chiropractor die door zijn behandeling onder andere ruimte creëert in mijn wang. Een schoonheidsspecialiste behandelt mijn door de bestralingen gekwetste huid, dit houd ik dagelijks zelf bij met de producten van Clephar, dermatocosmetics uit België.

En natuurlijk elke avond met spatels mijn mondopening oprekken en daarna uitgebreid met sponsstokje, tandenborstel, tandenrager, elektrische tandenborstel en waterflosser  mijn mond schoonmaken.

Uiteraard  voel ik me en ben ik behoorlijk beschadigd vanwege de tumor, de operaties en de bestralingen die nodig waren om de tumor te laten verdwijnen. Maar ik prijs me gelukkig dat ik vooralsnog schoon ben en mijn leven weer min of meer gewoon kan voortzetten.

Dit bericht is geplaatst op 29 sep 2020, in controles H.

Verhaal van Hans over reconstructie kaak

Woensdag 18 november 2020 Daar zijn we dan weer
Vanavond om 20.00 uur mocht ik mij melden in het ziekenhuis. De eerste verpleegkundige die ik zag was een “oude bekende”. Ik lig nl op dezelfde afdeling als in januari 2019. Eerst een hele vragenlijst invullen. Daarna de waardes gemeten Bloeddruk, zuurstof. Verder een paar buisjes bloed gegeven. Nu (23.20 uur) ben ik toch maar in mijn bed gaan liggen. Ik lig op een 2-persoons kamer. Maar wel lekker alleen. Erg prettig moet ik zeggen. Morgen sta ik om 09.25 uur ingepland. Ben op dit moment erg rustig. Hopelijk blijft dit zo. Verder ben best wel moe. Dus ik ga mijn ogen dicht doen.

Vrijdag 20 november 2020 De eerste update. Even kort want slecht geslapen en nog erg moe
Operatie is geslaagd. De pijn is niet fijn. Alles doet mij zeer. Zeker als ik mij beweeg. Mijn kaak/mond doet zeer. Ik heb een soort slotjes op mijn tanden. Maar die zijn zo scherp. Ze prikken pijnlijk in mijn lippen. Verder mijn bekken. Als ik maar heel stil lig dan gaat het wel. Maar als ik mij verslik of moet hoesten dan doet het zo zeer. Eten is nog niet mogelijk. Ga zo wel aan een flesje. Er wordt overlegd over pijn medicatie. Heb nu paracetamol, Ibuprofen, Oxicodon, en een broertje daarvan.

Arts is net geweest. Langwerkende pijnstilling is verdubbeld. En de kortwerkende mag ik 6 keer per dag. Kijken hoe het gaat en als het kan eind van de morgen even naast het bed. En het is logisch dat het pijnlijk is. De zgn. buitenbocht van mijn kaak was 7 cm. Dus zo’n stuk is eruit gehaald. Best wel groot dus.?

Zaterdag 21 november 2020 Weekend! 
En dan is het zomaar weer zaterdag. Vannacht heb ik een redelijke nacht gehad. Alleen veel “last” van mijn buurman. Vaak plassen in de fles en als hij sliep dan snurkte hij. Maar het is niet anders. Een man van 86.

Met mij gaat het op zich wel goed. De pijn is redelijk onder controle. Maar ik ben zeker nog niet pijnvrij. Maar er nog een mogelijkheid om de pillen op te voeren. Wel is mijn gezicht meer opgezet dan gisteren. Dit moet langzaam weer wegtrekken. Heeft tijd nodig. Als ik mij een beetje kan bewegen in bed moet vandaag ook de katheter eruit. Ik vond het wel makkelijk. Nergens aan hoeven denken Laat maar lopen. Maar het is beter en minder kans op infectie. Verder moet ik natuurlijk weer gewassen worden. Ben erg benieuwd of ik er op kan staan. We gaan het zien.

Zondag 22 november 2020 Zondag en het gaat een stuk beter.!
Ik had vrijdag niet gedacht dat ik vandaag al zover zou zijn. Natuurlijk heb ik de pijnstillers nog volop nodig. Maar daardoor kan ik ook meer uit de voeten. Enige nadeel is dat mijn ogen steeds dichtvallen. Maar dat is dan maar niet anders. Helder denken is er ook niet altijd bij. Maar ik kan mij wel beter bewegen. Dat maakte dan de katheter er vanochtend uit gehaald is. Ik was hier enigszins benauwd voor maar het is mij erg mee gevallen. Voor ik het in de gaten had was hij eruit. Ik ga zo proberen mijzelf te wassen. Ben benieuwd.

Zaterdag 5 december 2020 Twee weken verder
Ik hoorde van mijn schoonmoeder dat er al naar mij gevraagd was omdat ze niets meer op mijn blog gelezen hadden. Dat doet mij goed. Die belangstelling. Maar inmiddels is het net twee weken geleden dat ik geopereerd ben. En ik moet zeggen dat het best goed gaat. Afgelopen maandag ben ik begonnen met zuurstoftherapie. In totaal hoef ik gelukkig maar 10 keer. Ben dus alweer op de helft. Ook ben ik maandag voor controle bij de arts geweest. Hij was tevreden hoe de operatie was verlopen en hoe e.e.a. er nu ook uitzag. Zie foto. En ik kreeg een compliment over hoe ik al kon lopen. Maandag 14-12 terugkomen.

Even over de foto. Die “fietsketting” is van titanium. Die is vastgezet met een paar schroeven. Daarboven zie je het stuk nieuwe bot. 7×2 cm. Het vlechtwerk rond mijn tanden en kiezen mag er gelukkig de 14e uit. En helemaal rechts zie je nog de nietjes zitten. Dat doen ze i.p.v. hechtingen. Maar die zijn er gelukkig alweer uit. Ik ben open geweest van achter mijn linker oor tot mijn adamsappel. En dan klappen ze je huid “gewoon” even naar boven.

Verder is er helaas wel een zenuw gekneusd waardoor de aansturing van mijn linker onderlip niet meer werkt. Het gevoel was al weg sinds de operatie in mei, maar nu ook de aansturing weg is wordt zelfs gewoon drinken lastig. Heel klein beetje geprobeerd wat te eten. Lukt beperkt. Blijven oefenen. Dus op dit moment nog vloeibaar. Of de aansturing nog weer terugkomt is op dit moment niet te zeggen. Herstel van zenuwen kan heel lang duren. Met de pijn gaat het goed. Ik ben al snel weer gestopt met de morfine. Nu alleen paracetamol en Ibuprofen. Nu lekker weekend en maandag om 10.00 weer naar zuurstoftherapie.

Zaterdag 12 december 2020 Even een update hoe het met mij gaat
Eigenlijk had ik hier van het weekend willen schrijven dat het best heel goed gaat met mij. Het loopt allemaal een beetje anders dan gepland. Donderdagavond voelde ik mij niet zo fit. gisterenochtend was mijn hele kaak dik. En 39,1 koorts. Direct contact opgenomen met Utrecht. Kon ‘s middags komen én gelijk blijven. Na bloedafname en een spoed CT scan werd er gezocht naar een bed. Ik ben om 18.00 uur geopereerd. Om een uur of 20.00 weer terug op de afdeling. Gynaecologie. Verder was er geen plaats. Ze hebben een sneetje in mijn hals gemaakt en zo goed mogelijk alle pus eruit gedrukt. Het is nog wel dik. Maar dat komt wel goed hoop ik. Er zitten twee draintjes in. Die moeten regelmatig gespoeld worden. Ik voel mij verder goed . Wel een beetje moe. Het zit dus niet echt mee.

UPDATE:
Goedemorgen. Ik heb prima geslapen. Ik vind mijn gezicht nog wel dik. Maar ik heb ook nog die draintjes dus ik hoop dat het nog beter wordt. Ik heb een beetje hoofdpijn maar verder helemaal geen last. En zoals op iedere afdeling (en ik heb wat ervaring, dit was de 8e operatie in 2 jaar) zijn ze ook hier weer heel aardig. De arts is net geweest. Ze hebben gisteren bij de operatie heel wat pus kunnen weghalen. Nu moeten de drains de rest van het werk doen. 3 x per dag spoelen. Zeker niet eerder dan dinsdag naar huis. En dan nog wel 6 weken antibiotica. Voor mijn gevoel halen ze alles uit de kast om de reconstructie te laten slagen. Groetjes maar weer. ?

Dinsdag 15 december 2020 Weer thuis
Gelukkig ben ik begin van de middag weer thuis gekomen. De ontstekingswaarden zijn de afgelopen dagen flink gedaald. De drains zijn er vanochtend tegelijk uit gegaan. Een flink gapend gat. Dit moet vanzelf dichtgroeien. Voor nu denk ik “gaat dat echt dicht zonder hechtingen”.? Ik merk wel dat ik weer flink wat ingeleverd heb aan conditie. Dus ik weet wat mij te doen staat.

Ik zou afgelopen vrijdag voor de laatste keer naar zuurstoftherapie gaan. Maar ik begin morgen aan een nieuwe serie van 10 keer. Dit alles om de bot aangroei te bevorderen. Daarnaast geen 6 weken antibiotica maar 3,5. Met plezier heb ik weer al jullie reacties gelezen. Dank jullie wel. Ik ga ervanuit dat er de komende tijd niet veel schokkende dingen zijn te melden. En daarom wens ik jullie allemaal hele fijne feestdagen en een goede wisseling van het jaar. Het is allemaal wat soberder. Maar toen er vrijdag met spoed een bed voor mij gezocht werd, en dat niet vanzelfsprekend was, dan is het toch wel duidelijk. Er moet iets veranderen.

Maandag 1 maart 2021 Goed nieuws.!!
Eindelijk goed nieuws te melden. Vandaag voor controle geweest in Utrecht. Er zijn foto’s gemaakt. Alles zag er goed uit. Er was bot aangroei te zien. Dit betekent dat ik voorlopig niet geopereerd hoef te worden. Ik moet over een half jaar terugkomen. Dan wordt er bekeken of de titanium strip er nog uit gehaald moet worden. Maar die kans is wel groot. Over een maand naar de tandarts daar om te kijken of het mogelijk is om een prothese te maken. Implantaten vindt de arts niet goed i.v.m. bestraald gebied.

Maandag 17 mei 2021 Update

Er is vorige week een MRI gemaakt omdat de tong nog steeds een beetje pijnlijk is. Vanmiddag werd ik gebeld door de arts. Er is niets bijzonders te zien. Het ziet er allemaal goed uit. Eind augustus terugkomen voor reguliere controle. Weer een zorg minder. ???Pffff. Sinds een week had ik last van mijn tong. Pijnlijk. Zojuist voor controle geweest. Gelukkig geen rare dingen te zien. Het lijkt op overbelasting van de spier. Slijmvliezen zagen er ook goed uit. Moet wel overgaan met een paar weken. Over 2 weken telefonische afspraak. Is het niet over of erger geworden dan volgt een MRI. Vooralsnog hoef ik mij geen zorgen te maken. En dat deed ik wel. Lange tijd niet zo gespannen gevoeld.

Maandag 30 augustus Controle
Vanmiddag ben ik weer in UMC Utrecht geweest. KNO arts was zeer tevreden. Alles zag er goed uit. Over een half jaar terugkomen.

Donderdag 23 september 2021 Kaakoperatie
Net weer terug op de afdeling. Alles is goed gegaan. De titanium strip is uit mijn kaak gehaald. Het bot, toen geplaatst vanuit mijn bekken is heel goed aangegroeid. Nu bijkomen en waarschijnlijk morgen weer naar huis.

Om in ieder geval voor mijzelf het verhaal compleet te maken toch een kort verslagje van de operatie op 23 september. Op deze dag zal de titanium strip worden verwijderd. Weer mijn litteken opeen maken. Strip verwijderen en de krammen er weer in. Om 08.30 uur moest ik mij melden op de afdeling. Bart heeft mij even weg gebracht. Ivm Covid mocht er niemand mee naar binnen. Om 11.00 uur was het zover en werd ik naar beneden gereden op weg naar de OK. In de voorruimte kwam de chirurg nog even langs. Ze hebben besloten om de strip toch niet van buiten te verwijderen maar van binnenuit. Zij zullen wel het beste met mij voor hebben.

Het infuus zetten was wat lastig. Nadat de eerste verpleegkundige het geprobeerd had in de linker hand werd er een tweede bijgehaald. Zij heeft mij in de rechterhand geprikt en dat ging goed. Het inslapen ging weer helemaal vanzelf. Na een poosje in dromenland te zijn geweest werd ik wakker met toch wel heel veel pijn. Gelukkig werd er snel morfine bijgespoten. Eenmaal terug op de afdeling werd het langzaam beter. Die dag ging snel voorbij en ik heb in de avond lekker tv gekeken. Het eten heb ik maar vloeibaar gedaan. De wond trok wel een beetje maar met paracetamol was het goed onder controle te houden. Na een rustige en goede nacht ben ik de volgende dag alweer naar huis gegaan. Weer een operatie achter de rug.

De controles een paar weken later zagen er goed uit en ik werd op de wachtlijst voor de volgende operatie. Het losmaken van mijn tong. Deze datum is inmiddels bekend en de OK zal op 6 januari plaatsvinden.

Verhaal van Tjan over tongkanker

Dit verhaal gaat over Tjan die de diagnose tongkanker kreeg.

Tjan heeft in juli 2012 een commando operatie ondergaan en daarna nog 33 bestralingen.
Zijn dochter Carlijn heeft dit hele traject van dichtbij meegemaakt en alles beschreven in het boek Papa gaat over de tong.

Het is een aangrijpend verhaal wat ongelooflijk goed geschreven is.

Je kunt dit verhaal hieronder downloaden of lezen via de blog van Carlijn.

     
In Levenden Lijve | Carlijn Willemstijn blogt – In Levenden Lijve

‘Passage uit ‘Papa gaat over de Tong’ van Carlijn Willemstijn’. 
Voorwoord:

Enkele maanden geleden stuurde papa mij een krantenartikel toe van een meneer die net als hij tongkanker had overleefd. Mijn vader was verbaasd, zo vaak horen we niet over tongkanker.

“Weet je nog dat ik een dagboek heb bijgehouden over alles wat jou is overkomen? Eigenlijk moeten we daar eens iets mee doen hé pap? Denk er eens over na of je dat zou willen.”

“Daar hoef ik niet over na te denken lieverd. Iedereen mag weten hoe het is geweest.”

Zo ontstond mijn idee om het boek ‘Papa gaat over de tong’ te schrijven. Niet alleen als herinnering voor ons gezin maar vooral voor mensen die nu in dezelfde angstige situatie zitten met een geliefde die lijdt aan tongkanker. Vol vragen en onzekerheden.

Ik hoop dat ik iemand anders met tongkanker een lichtpuntje kan geven door middel van dit boek: Papa gaat over de tong.

Want papa leeft nog.

Het ís mogelijk.

Carlijn

 

September 2021 Controle bij de radiotherapeut

Lang niets laten horen want het gaat gewoon goed: ben 65 geworden, met pre pensioen gegaan en inmiddels oma van een kleinzoon!

Vandaag na een jaar weer gezien door de radiotherapeut in het AVL.

inmiddels is ruim drie jaar geleden de tumor verwijderd gevolgd door 33 bestralingen. Ik voel me goed, kan bijna alles drinken en eten (bij voorkeur niet te sterk gekruid of te zuur). In een restaurant vraag ik vaak aanvullend om een lepel. Met name de verlamde lip is beperkend. Praten gaat ook goed en ik heb een uitstekende fysieke conditie.

mijn mondholte zag er goed verzorgd uit en de bobbeltjes in mijn hals zijn zeer waarschijnlijk het gevolg van littekenweefsel: wel in de gaten houden maar verder geen zorgen!

elke avond schoonmaken: sponsstokje, poetsen, tandenstoker, elektrisch poetsen en monddouche. Ook dagelijks met spatels ( 8 -10) mijn mond oprekken. Om de drie maanden naar de chiropractor voor de behandeling van wang/mondopening en nek.

Dit bericht is geplaatst op 28 sep 2021, in controles H.

De operatie

Maandag 14 januari 2019 Pre operatieve screening
Vanmiddag om 14.00 uur mocht ik mij weer melden in Utrecht. Even een screening om te kijken of ik wel veilig geopereerd kan worden. Bij het meten van de bloeddruk bleek deze (veel) te hoog. Ik moet voor zekerheid ook een hartfilmpje laten maken. De hoogte van de bloeddruk heeft geen gevolgen voor de operatie zelf. Die kan gewoon doorgaan. ECG gaf geen bijzonderheden. Nu nog even bij Ikea voor een kop koffie

Dinsdag 15 januari 2019 De laatste dingen
Vandaag stond in het teken van nog wat spulletjes kopen. Een mooie flanellen pyjama met knoopjes bijvoorbeeld. Verder ben ik lekker wezen lunchen met Anja. Nog heel wat bezoek gekregen. Morgen op tijd opstaan. En om een uur of 10.00 in de auto.

Woensdag 16 januari 2019 Daar zijn we dan.!
Om 11.00 uur vanochtend zijn Anja en ik aangekomen in het UMC. De dag voor de grote operatie. Ik lig op een ruime 1 persoonskamer. Dat is wel erg fijn. Ik hoef geen rekening te houden met iemand anders. Lekker rustig. Dat zal ik ook wel nodig hebben. De eerste arts van er al om 11.45 uur. Even een kort gesprekje en de laatste controles. In principe mag ik vandaag niet van mijn kamer af want de hele middag zal het af en aan lopen.

Om 14.00 uur komt er nog iemand op bezoek. Een ervaringsdeskundige. Iemand die zo’n zelfde operatie heeft ondergaan. Wel fijn denk ik om daar een gesprek mee te hebben. Deze wat oudere meneer (75) is zojuist geweest. Fijn om eens te horen hoe hij dit ervaren heeft. Ondanks dat dit bij hem een ander soort operatie is geweest. Maar wel vergelijkbaar. Ondertussen 8 jaar geleden en de technieken zullen ook wel weer veranderd/verbeterd zijn. Direct maar lid geworden van de patiënten vereniging. Wel confronterend, maar het feit is nu eenmaal daar. Er is me al uitgelegd dat het een heel traject zal worden. En een beetje verteld wat ik allemaal kan verwachten.

Nu was ik al niet vrolijk maar als je dit te horen krijgt dan is het even janken. Gelukkig een pilletje gehad om een beetje rustig te worden. Het eerste buisje bloed is al afgenomen. Straks nog even op de weegschaal. Ik mag nl. niet afvallen nà de operatie. Ik moet op pijl blijven. Dit is beter voor het herstellen van de wond. 16.30 uur. Alweer een aantal mensen over de vloer gehad. Diëtiste, iemand die vroeg of ik met een onderzoek mee wil doen, alweer een nieuwe verpleegkundige. Straks nog de zaalarts, en de artsen die mij gaan opereren.

De artsen die me gaan opereren zijn ook geweest. De hele procedure is nogmaals uitgelegd. Men gaat voor algemene verwijdering van de tumor. Zekerheid kunnen ze nooit geven. Mochten de snijranden toch niet volledig schoon zijn of wordt er toch iets gevonden in de klieren dan volgt er alsnog een bestralingstraject. Laten we hopen dat dit niet nodig is. De verwachting is dat ze om een uur of 10.00 daadwerkelijk beginnen.

Zojuist lekker gegeten. Macaroni Bolognese. Voorlopig mijn laatste “normale” eten. Komende 5 dagen sonde voeding en daarna heel rustig opbouwen van voedsel via de mond. Ik ga mijn verslag stoppen. Het is nu 20.30 uur. Anja is een uurtje geleden naar huis gegaan. Mijn broer is zojuist vertrokken. Ik ga eerst maar even een pilletje vragen. Ben erg gespannen voor wat allemaal komen gaat. Heb alle vertrouwen maar dan toch. Komende dagen zal Anja het overnemen totdat ik zelf in staat ben om weer wat te schrijven. Weet je wat nu zo leuk is…. Ik mag hier ook gewoon post ontvangen?

Donderdag 17 januari 2019 Dag van de operatie
Een lange dag vandaag. Er moest dan ook veel gebeuren. Hans kreeg nog een energydrank en werd klaargemaakt voor de operatie. Het team kon aan de slag. Om half acht werd ik gebeld dat ze klaar waren. De operatie is goed verlopen. Er waren geen complicaties. Vannacht blijft Hans op de PACU. Ik ben samen met zijn broer Jasper even bij hem geweest. Fijn om hem te zien en aan te raken. Moeilijk dat hij niet praten kan. Hopelijk een rustige nacht. Nu gaat het beginnen. We gaan de strijd aan.
Anja

Vrijdag 19 januari 2019 En dan ben je patiënt
Gisteren is Hans weer teruggekomen op zijn kamer. ‘s Nacht is hij nog op de OK geweest om een bloeding aan zijn arm te verhelpen. ‘Op zich gaat het goed maar hij heeft weinig echt geslapen’ hoorde ik om 7.00 uur. Hij ligt er rustig bij. De arts is tevreden en de verpleging zorgt goed voor hem. Hij ligt aan allerlei slangen en kan zelf een morfinepompje bedienen. Regelmatig wordt de tracheostoma schoongemaakt. Dat is wel lastig. Gisterenavond heeft hij met de hulp van twee verpleegkundigen even op de rand van het bed gezeten. Als ‘beloning’ kreeg hij een rug massage. Een fijn cadeautje om weer een beetje mens te worden. Daarna werd en het bed en Hans weer in de juiste positie gebracht. Eerste dag voorbij.

Opnieuw in de nacht veel wakker geweest. Vanmorgen vroeg nog twee spannende uren. De verpleging vertrouwde de lap (het transplantaat) niet en heeft de KNO-arts opgeroepen. Die constateerde gelukkig dat het wel in orde was. Het ging vandaag een klein beetje beter. Hans heeft zijn ogen iets meer opengedaan en een paar woorden geschreven. Hoogtepunt van de dag is dat hij tien minuten in een stoel heeft gezeten. Nooit geweten dat dit zo’n opgave kan zijn. Maar het is gelukt. Daarna weer terug in een schoon bed. Uitrusten van een wereldprestatie. Misschien slaapt hij nu beter. Want slaapmedicatie en morfine schijnt geen veilige combi te zijn. Morgen weer een dag.

 

Verblijf in het ziekenhuis

Maandag 21 januari 2019 YES Ik kan weer een beetje praten
Ik zal proberen vandaag zelf ook een stukje te schrijven. Vanochtend is 1 van de KNO artsen geweest en de stoma veranderd. Ik heb er nu 1 met een gaatje en een dopje. Als het dopje erop zit dan kan ik een beetje praten. Wel lastig want ze hebben bijna een halve tong verwijderd. Wel een plak teruggezet maar die heeft niet dezelfde functie als de tong. Met name om het af te dekken.
Ik heb ook nog koorts. Ze weten niet waar dit vandaag komt. Om 15.00 uur krijg ik een CT scan om ze te kijken waar er een ontsteking is. Het blijkt vocht bij de wond in de hals te zijn. De drain is iets verplaatst en opnieuw gehecht. Verder komen de kleine irritaties om te hoek kijken. Diarree bijvoorbeeld. Ik krijg sonde voeding. Alles wat er vloeibaar ingaat…. Maar doordat ik nog hier en daar wat slangetjes heb ben ik niet altijd op tijd. Vandaag pas drie keer ?. De verpleging is zo ontzettend aardig. Willen je overal bij helpen. Weer wassen, weer verschonen, niets is teveel. Tot overmaat van ramp werd ik vanmiddag zo ontzettend misselijk. Alles eruit. Alles moest schoon. Bed, kleding, vloer. Ik weet wel waarom ik bij de WUR werk
Anja is vanmiddag geweest. Vanavond komt Jasper mijn broer. Dan is het wel weer genoeg voor vandaag.

Dinsdag 22 januari 2019 Een beetje moe (Nu iets minder)
Ik werd vanochtend wakker gemaakt door een horde van artsen. Groot team bezoek. Dat was om 08.30 uur. Ik heb heerlijk geslapen. Even was er een aarzeling over de lap. Ze hebben met een echo apparaat geluisterd of ze de aders hoorden kloppen. Dat was het geval. Zowel voor hen als voor mij een opluchting.

Het was de bedoeling dat ik onder de douche zou gaan maar daar was ik toch te moe voor. Net daar voor weer diarree gehad. En dat put uit. Gewoon even (laten) wassen. Dat was ook fijn.
Vandaag voor het eerst mijn tanden gepoetst. Lekker is dat dan. En gewoon even je mond spoelen met koud stromend water. Ach wat is dat lekker. Na gebruikelijke dingen heb ik wat meer in de stoel gezeten. Ik wil wat meer op zijn. Kan ik misschien weer zo goed slapen. Om 13.00 uur toch maar even gaan rusten. Vanaf 14.00 uur volgt er een aantal bezoekmomenten. Hopelijk lukt dat vanwege het weer.

Mijn nicht met haar vriend kwamen als eerste. Verder is mijn zwager geweest. En….. daar was ik heel blij mee…. kwam Anja ‘s middags met Gerben en zijn vriendin Petra. Het was de 1e keer dat Gerben er was. Hij vond het nog wel spannend maar erg fijn om hem te zien en te kunnen knuffelen. ‘s Avonds zijn ook nog mijn schoonzus en zwager geweest. Toen was de pap op. Oh nee, Ik mag helemaal nog niet eten en drinken.

Vanavond even geen stukje. (sorry Gea) Ik voel me op dit moment erg moe. Ik zal morgenochtend dit stukje even aanvullen van vandaag. Maar op zich gaat het wel goed hoor.

Woensdag 23 januari 2019 Douchen, wat is dat lekker.!
Vanochtend rustig wakker geworden. De lap blijft een beetje zorgen geven. De huid lijkt niet helemaal mee te willen doen. Wel doen de bloedvaten het nog steeds goed. Deze zijn goed hoorbaar.
En dan was het zover. Lekker onder de douche. Gewoon even dat warme water over je heen laten stromen. Heerlijk. De verpleging heeft wel veel tijd maar niet alle tijd, anders zat ik daar nu nog. Zo lekker. Verder weer de gewone verzorging van alle slangen en wonden. Bloed geprikt. De waarden dalen en dat is een goed teken. Vandaag een rustig dagje. Bezoek eind van de middag en vanavond. Misschien best fijn.?.

13.30 uur. Lig al een half uurtje muziek te luisteren. Gewoon koptelefoon op en lekker liggen. Ik doe dat bijna nooit maar is best wel ontspannend. Oh daar komt weer iemand aan. Lydia, iemand maatschappelijk werk. Komt al voor de tweede keer langs om te kijken hoe het gaat. Kun je het aan. Lukt het allemaal een beetje. Fijn om even te praten. Even verder genieten van de muziek. Oh daar komt weer iemand aan. De diëtiste. Ze hebben de voeding wat lager gezet omdat ik zo misselijk werd. Maar zij wil niet dat ik afval. We verschillen hier trouwens duidelijk van mening over.
Toch de voeding weer wat hoger en wat meer vocht, want gewoon drinken mag ik nog steeds niet. Zo het is 15.00 uur. Ik had mijzelf voorgenomen om nog een kleine wandeling te maken. Dus badjas aan en gaan. De kerstboom moet natuurlijk mee. zie foto. Even van de afdeling helemaal naar de hal beneden. En het is hier groot! Moe maar voldaan ben ik een half uurtje later weer terug.

Mijn broer en schoonzus kwamen om een uur of 17.00 uur. Bijna gelijk kwam ook de arts nog even kijken. Maar hij had ook een belangrijke mededeling.
De lymfen die weggehaald zijn, zijn A L L E M A A L S C H O O N.
YES wat een fantastisch bericht. Ik schiet vol. Gelukkig is er iemand bij. Direct Anja gebeld en het goede nieuws doorgegeven. Natuurlijk weer tranen. Nu alleen de uitslag van de tongranden nog. Ook een heel belangrijke natuurlijk. Dat wordt volgende week pas. Begin van de avond kwamen vrienden uit Baarn. Dat was fijn. Dit is het laatste wat ik voor vandaag schrijf. Kijk nog even naar de foto. Ik word niet vergeten. Wat een partij kaarten. Zo leuk.

Donderdag 24 januari 2019 Goedemorgen!!
Ik werd vanochtend wakker met dr vraag “mag ik even het licht aan doen, dan kan ik even schoonmaken ” Euh, sinds wanneer wordt er ‘s nachts schoongemaakt.? Maar dat viel mee/tegen. Het was 8.15 uur. Toen zij klaar was stond gelijk de dame van het lab aan mijn bed. “Ik kom even bloedprikken.” Oké, Ik ben toch nog niet helemaal wakker. Verder lekker gewassen. Douchen doen we morgen weer. Aangekleed en wondverzorging. 10.10 uur. Tijd voor een bakkie. Oh wat verlang ik daarnaar. Dat zal nog wel een week of wat duren voordat dit mag. Eerst moet die wond helemaal genezen zijn.

12.00 uur. Ik ga maar weer eens een wandeling maken naar beneden. Geen handige tijd. Uitrustend beneden zie ik veel mensen met zijn of haar lunch voorbij lopen. Dat is niet fijn om te zien. Ik heb ook zo’n zin in eten maar vooral drinken. Verder weinig gedaan. Ik ben erg moe. Anja kwam om een uurtje of 14.30 uur. Ik had gevraagd of ze gebak mee wilde nemen voor de afdeling om goede nieuws van gisteren te vieren. Anja had haar schriften bij zich. Slim. Ik was zo moe dat ik een poosje heb liggen slapen. Kon ze gewoon nuttig werk doen. En was ze toch in de buurt. Dat was fijn.

Vanavond is mijn broer weer geweest. Samen met Jasper junior. Al met al vind ik zelf een wat mindere dag. Maar er mogen best mindere dagen zijn. Je kunt niet blijven klimmen met dezelfde vaart. Morgen mag het pijpje uit mijn luchtpijp. Dat zal een hele verlichting geven. Ik denk niet dat het vanavond heel laat wordt. Morgen nieuwe dag, nieuwe kansen. Leuk om ook de reacties op mijn blog te lezen.
Iets anders…. Ik zou het leuk vinden om (ander) bezoek te ontvangen dan alleen de familie. En ook om de familie een beetje te ontlasten. Voor het weekend is er hier en daar nog wel een plekje vrij en zeker volgende week ben ik nog niet volgeboekt. Mocht je op bezoek willen komen dan mag je contact opnemen met met broer en schoonzus. Zij verzorgen het agendabeheer.

vrijdag 25 januari 2019 Temperatuur veel te hoog??
Even tempen… Enigszins vreemd kijkende verpleegster. Volgens mij klopt het niet helemaal zegt ze. Je temperatuur is rond de 99. Ik, net wakker, maar wel goed wakker, dat klopt toch, alleen staat het apparaat op Fahrenheit. Ze kijkt nog een keer op het apparaat en zegt dat ik gelijk heb. Temperatuur was 37,2 dus prima in orde. 1-0 voor mij. Vandaag stond in het teken van zorgen dat ik zo min mogelijk met wonden naar huis ga volgende week ergens. Hopelijk net voor het weekend.

De ” kaasplak” van mijn been was nog steeds beplakt met een soort folie. Daarom voelde ik daar niets van. Die folie moest er tijdens het douchen af. Ja, je leest het goed. Weer lekker gedoucht. Maar het ergste was dat er niets voor in de plaats kwam. Dan heb je dus de bekende schaafwond die aan de lucht moet drogen. Niet prettig dus. Hele dag in een korte broek. Maar… het zit nu 17.00 uur wel bijna dicht. Artsenbezoek was rond 11. De drain van de wond in mijn hals loopt nog steeds. Daarom mag/moet hij nog even blijven zitten.

Wel moet het verband van mijn arm af. Een een soort schuimkussen dat op de wond zit moet verschoond. Nou, dat is geen grapje. Dat kussen zit met 25 krammen vast. Ik heb maar muziek opgezet en de verpleegsters haar werk laten doen. Toen het eraf was heb ik gekeken. Nou, ze had even mogen waarschuwen. Ik wist wel dat het niet zo mooi zou zijn maar dit gapend gat had ik niet verwacht. Het zal nog wel beter worden. Nieuw schuimkussen erop (zonder krammen ), verband erom klaar. Medisch gezien zag het er mooi uit?.

Daarstraks hebben de artsen gelijk weer naar de lap gekeken. Nog steeds twijfel. Canule mag er nog steeds niet uit. Spanning neemt toe. Het zal toch niet dat ik toch weer geopereerd moet worden. Mijn schoonzus en schoonmoeder zijn op bezoek. De arts zou om een uur of 15.00 weer terugkomen. Misschien dat dan de beslissing is gevallen. Annelies vraagt of ze moet blijven. Ik zeg dat dit niet hoeft. 16.00 uur. Nog geen arts gezien. Wel komen er twee verpleegsters binnen. De Canule mag eruit. Y E S . Nu is de kans op een volgende operatie wel heel klein. Enige rust valt over me heen. Nog wel de spanning dat dit ding eruit gaat. Voordat ik het in de gaten heb is ie er al uit. Gelukkig. Dakpansgewijs drie pleisters verticaal. Daarna drie horizontaal. Dat is het dan. Alleen moet ik er wel aan denken dat ik met mijn vinger erop druk als ik wil praten of als ik moet hoesten. Hoe minder vocht/slijm er nog doorkomt hoe sneller het dichtgroeit.

De verpleegster komt even later weer binnen. Stapel van 10 kaarten. Ik heb al om een tweede prikbord gevraagd, de eerste is vol. Al wel 50 kaarten gekregen. F a n t a s t i s c h . 10 minuten later is ze er weer. Een prachtige bos bloemen, namens de FS en FB collega’s uit Wageningen. Nu even rusten. 18.30 uur. Vrienden uit Ede op bezoek. Gezellig. Ze blijven niet te lang. Ze zien dat ik moe ben. Anja zou ook nog komen. Even bellen of ze al weg is. Nee, ze is nog thuis. Toch maar gezegd dat ze maar niet meer moet komen. Nog even gezellig gekletst. Misschien zo nog even tv kijken en dan de ogen maar dicht. Nog wel even vragen hoe het met de schaafwond moet. Tot morgen maar weer.

Zaterdag 26 januari 2019 Tja, wat zal ik zeggen
De stijgende lijn is er voor mij gevoel een beetje uit. Mijn bed uit, en zelf een beetje gewassen. Oké, toch weer wat vooruitgang. Aangekleed. Erg moe. En dat wordt er in de loop dan de dag eigenlijk niet beter op. Zo vroeg (11 uur) stond de kamer vol met visite. Josette, Anne en Kim waren er. Maar ook gelijk Thomas en Bart. Ik wist hier wel van dus dat was prima. Twee aan 3 zijn ze op de kamer geweest verder.

De middag rustig doorgekomen. Een beetje tv liggen kijken, een geslapen, heel even op de stoel. Als ik niet op bed lig heb ik zoveel last van slijm/speeksel in mijn mond. Dit krijg ik bijna niet weg. Ik merk dat dit mij beperkt in de dingen die ik (moet) doen. Even in de stoel. Stukje wandelen. Belangrijk voor herstel. Verder krijg ik erge keelpijn. Gelukkig wel pijnstillers gekregen. En iets om het slijm wat dunner te maken. Helpt beperkt. Eind van de middag is mijn broer er alweer met zijn vrouw. Ze blijven niet zo heel lang. Als laatste is Anja nog geweest, ‘s avonds. Na wat tv gekeken te hebben ben ik in slaap gevallen. Een goede nacht gemaakt. Ik ga zo douchen.

Zondag 27 januari 201 Te negatief?
Ik merk dat ik gisteren een beetje te negatief geschreven had Ik kreeg zoveel opbeurende berichten. Dank jullie wel. Vanochtend zelf wezen douchen. Zonder hulp van een verpleegkundige. Geeft voldoening. Dat toch weer zelf gedaan te hebben.

Ik merk dat ik het een beetje lastig begin te vinden om iedere dag iets te schrijven omdat de dagen een beetje hetzelfde blijven. Dus zal het af en toe niet en soms misschien een beetje kort. Lastig op dit moment is dat ik nogal veel keelpijn heb. Wel pijnstilling maar helpt niet heel geweldig. Ik voel me ok gewoon een beetje grieperig. Zal er allemaal wel bij horen. Ik zal blij zijn als de sonde eruit gaat. Dat scheelt misschien ook weer voor de keelpijn. Maar dan moet ik eerst zelf wat eten. Kijken of dat goed gaat. Ook vandaag was het bezoek weer prima geregeld. 3 x bezoek op een dag is genoeg. Ik weet niet meer of ik het ergens geschreven had maar ik mag trouwens wel lekker water drinken. Ik heb een kan met ijswater naast me staan waaruit ik regelmatig een glaasje tap. H e e r l i j k.

Maandag 28 januari 2019 Een werkdag aangebroken
Wat ik nog niet wist vanmorgen toen ik mijzelf stond te wassen, is dat dit een echte werkdag zou worden. Al vroeg (08.30 uur) stond Hidde aan mijn bed. Eén van de weinige mannen hier. Hidde komt overigens uit het zuiden maar heeft een Friese naam. ? Verder houdt hij van Ajax, net als ik. Dus we laten het voetbal direct voor wat het is. Ander onderwerp. De keelpijn is nog lang niet verdwenen maar die slang zit in de weg.

Afdelingsarts kwam langs. Gewone ritueel. Kijken, vragen en dat is het. Ik vraag hem of er al stappen gemaakt kunnen worden voor wat betreft vloeibaar voedsel. Hij zal overleggen met de hoofdarts. Het duurt even maar tussen de middag hoor Ik dat ik wat vloeibaar voedsel mag. Vanille vla. Een theeglas vol. Ik krijg een kleine en grote lepel. Kijk maar wat lukt. Nou daar gaat we dan. Eerst maar een klein hapje met een klein lepeltje. Dus bijna geen vla. De smaak is prima. Van die heerlijke échte vanille vla. Maar verdorie wat is dat lastig. Mijn tong doet niet wat ik wil. Ik krijg de vla niet door mijn mond geduwd, laat staan doorgeslikt. Tellen… 1,2, 3 en slik. Ja daar is wat naar binnen. Nog maar 126 van dit soort hapjes te gaan. Dat schiet niet op. Daarom de grotere lepel geprobeerd met wat meer vla. Dat gaat iets beter. Zo, dat was weer een hap. De rest even wegspoelen met water. Water doorslikken gaat goed. Nog een hapje en nog 1. Water erbij. Weg. Even liggen. Even uitrusten. Dat is toch niet normaal. Dit zal toch niet de rest van mijn leven zo blijven. Ik wordt een beetje moedeloos. Nu al?. Ja, dat ben ik. Ik ploeter voort zoals beschreven. Drie kwartier later is het glas leeg. Poeh poeh.

De diëtiste komt binnen. Even horen hoe het gaat. Ik ben niet veel afgevallen. Ze is tevreden. Een afspraak gemaakt voor woensdag. Dan komt ze terug en dan zal Anja er ook zijn. Gaat ze wat uitleggen over hoe het straks thuis moet. Ah, bezoek. Mijn lieve vrouw komt binnen. Bijna gelijk komt ook de logopediste binnen. Ze heeft appelmoes meegenomen en drie verschillende lepeltjes. We gaan samen oefenen. Niet te grote lepel. Rechts op de tong (het goede deel) leggen. Daarna een krachtige slikbeweging maken. En zo proberen het in 1 keer door te slikken. Ontspannen, schouders laag. Volgende hapje. Dit gaat al beter. Nooit gedacht dat “leren eten”, iets waar ik normaal niet zo’n moeite mee heb ?, mij zoveel moeite zou kosten. Maar gelukt. Morgen komt ze weer. Verpleegkundige Hanneke komt binnen. Ze snapt precies wat er aan de hand is. Ja”zegt ze”, Nu ben jij aan de beurt. Die sonde moet er zo snel mogelijk uit en daar moet jij voor zorgen. Laat zien dat je goed vloeibaar kunt wegwerken. In overleg geeft ze me een tuitflesje met enigszins verdunde vla. Kijk maar hoe dat gaat. Ik kan makkelijk met dat (lange) ruitje de vla rechtsachter op mond tong krijgen. Nu doorslikken gaat een stuk makkelijk. Rechtop. Hoofd iets gebogen naar rechts. En slik. Het lukt. Het flesje is vrij snel leeg. Maar wat is dit topsport zeg. En dan hebben we het over 100 ml. vla.

Even genoeg voor vandaag. Maar Hanneke geeft aan dat ik vanavond weer zo’n flesje krijg. Oké het is voor het goede doel. Hoe beter dit gaat, hoe sneller de sonde eruit mag. Anja gaat even wat eten in het restaurant beneden. Ik rust wat uit. Nog een kopje koffie voor Anja en ze vertrekt weer richting Ede. Het is nu 20.15 uur. Hanneke houdt woord. Ze komt net met de vla binnen. Ik ga de strijd weer aan. 10 minuten later is het flesje leeg. Een nieuw record. Straks nog wat tv kijken. Daarna mondverzorging en dan weer slapen. Op naar de dinsdag.

Dinsdag 29 januari 2019 Gefeliciteerd broer
Vandaag sla ik even over. Misschien schrijf ik morgen ochtend.

 

Een flinke tegenvaller

Woensdag 30 januari 2019 Wat een dag 1
Een radiostilte is vast geen goed teken. Dat is zo voor deze keer. Terwijl ik dit schrijf probeert Hans te slapen. De worsteling met het begin van eten was vandaag stopgezet. Vannacht had Hans een bloeding gehad. Dus zijn mond moest worden ontzien. Het geplande gesprek met de diëtiste kreeg daardoor een andere inhoud. Vrijdag komt ze terug. Aan het eind van de middag kreeg Hans opnieuw een hevige bloeding. Dat was schrikken. Met veel hulp werd die gestelpt. Dit herhaalde zich echter een paar keer. Er werd besloten tot operatief ingrijpen. De beste oplossing. Inmiddels is de operatie achter de rug. Onder andere een slagader was gesprongen. Ze hebben het transplantaat moeten verwijderen. Helaas, een flinke tegenvaller. Morgen hebben we een gesprek met de artsen. Nu is Hans weer op zijn kamer. Alle toeters en bellen zijn weer aangesloten en de nodige pijnmedicatie wordt gegeven. Eerst maar slapen.

Donderdag 31 januari 2019 Wat een dag 2
Ik houd het een beetje kort. Vannacht redelijk geslapen. Wel veel (keel)pijn gehad. Dat was me een ontzettende tegenvaller. De bloedingen waarbij je soms bijna denkt dat je stikt. En ook nu stond er weer een team van lieve verpleegsters m/v en artsen om mij heen. 3 bloedingen in 2 uur tijd is geen grap. Daarom dus besloten voor operatie. Écht geen andere keus. Vandaag een spannende dag. 13.30 uur. uitslag gesprek. Je probeert je in te dekken dat niet alles positief is. In mijn geval was er weinig positiefs te melden.

1 lymfe klier bleek toch niet helemaal schoon. Balen. Maar dit heeft geen gevolgen voor de rest. Hoeft niet meegenomen te worden bij eventueel bestralen. Helaas dus gisteren implantaat gesneuveld. Maar ook de snijranden zijn niet helemaal schoon. Nu wordt er morgen een scan gemaakt om te kijken hoever ze eventueel nog weg kunnen halen. Kan er niet geopereerd worden, dan wordt er bestraald. Maar omdat het implantaat gesneuveld is, wordt er ook nagedacht over een nieuwe lap. Nu van mijn rechterarm. Oftewel….. we beginnen dan gewoon opnieuw met een hele kleine kans dat er niet bestraald hoeft te worden. Je snapt dit is een ontzettende tegenvaller. Het bed voor thuis was net bezorgd.? Op mijn directe vraag aan de arts “ga ik dit overleven”, ga hij volmondig toe, JA. Daar gaan we voor. Ook zei hij daarbij dat als het anders was hij dit ook zou zeggen. Je snapt….een ontzettende tegenvaller.

Beetje duur hotel geweest voor de afgelopen 14 dagen. Komende dagen staan in het teken van plannen maken en uitvoeren. Ik ben overigens ontzettend moe.

Vrijdag 1 februari 2019 Nog steeds zo moe
Na een ontspannende voetmassage werd Hans vanmorgen pas om 9.45 uur wakker gemaakt. Tja, hij hoeft er niet uit om te ontbijten en krijgt ook geen ontbijt op bed. Een dagindeling als voor of na het eten bestaat er niet op dit moment. We communiceren vandaag door wat te appen. Slikken is lastig. Niet even lekker water drinken. Praten is ook moeilijk. Dat gaat minder duidelijk dan eerder. Alleen Gerben en ik gaan vanmiddag op bezoek. Fijn om elkaar weer even te zien. Aan het eind draait Hans zich vast op zijn goede zij om uit te rusten. Om 20.30 uur een appje: Ik ga slapen. Ben nog steeds zo moe.

Zaterdag 2 februari 2019 Geen zin om te schrijven
Vandaar ook maar een heel kort stukje. Ik heb al het bezoek dat eventueel wilde komen afgezegd behalve Anja. Ik heb nog steeds erge keelpijn. Pijnstillers doen redelijk hun werk, ongeveer de helft van de tijd heb ik niet veel pijn. Maar ze maken zooooo slaaaaaaperig . Oftewel, ik doe niet veel. Ik zit nu even in de stoel de verslagje te typen. Dat is al een hele opgave. Anja heeft net wat in het restaurant gegeten. Cordon Blue, broccoli, gebakken aardappels en een chocolade toetje. Ik duik mijn bedje weer in.

Zondag 3 februari 2019 Vandaag schrijft en leest Hans zelf niet
Deze keer twee berichtjes.
De toestand van Hans is niet veel anders dan gisteren. Vandaag zijn er verder ook geen onderzoeken. Morgen een CT- scan of een vorige scan, van na de operatie, geeft voldoende informatie. Anja

Verboden voor Hans om te lezen
Dinsdag is Hans jarig. Het zou leuk zijn als hij deze dag in het ziekenhuis verrast wordt met veel kaarten! Stuur je/ jullie ook een kaartje?! Dinsdag willen we een verassingsbox aan Hans geven met kleine attenties zodat hij vaak en wanneer hij er zelf energie voor heeft van zijn verjaardag kan genieten. Voor degene die een attentie in de doos willen doen kunnen dit afgeven bij Anja of bij Josette. Wij zullen ervoor zorgen dat het een feestelijk doos wordt!
Groeten, Annelies en Josette

Maandag 4 februari 2019 Nog niet jarig
Gisteren was echt een offday. Er gebeurde niets en Hans voelde zich in meerdere opzichten niet fijn. Het was wel een mooie rustdag. Vandaag was de stemming wat beter. Wel meteen weer moe. Een reis door het ziekenhuis om een foto te laten maken. Er moest gecontroleerd worden of de maagsonde nog goed functioneerde. Het lijkt er toch op dat de hals wond wat ontstoken is. Weer wat open en opnieuw aan het infuus met antibiotica. Ook nog zelf een rondje op de gang gelopen en vanavond weer. Plannen om dit morgen minstens dubbel te herhalen. Voor nu genoeg.

Dinsdag 5 februari 2019 Jarig! Echt wel
Ik ontkom er natuurlijk niet aan om iets te schrijven vandaag. Al was het maar om iedereen te bedanken voor alle felicitaties via de app en de stapel kaarten die ik ook vandaag mocht krijgen.
Verpleging is hier sprakeloos. Ik ook trouwens. En…… Laat Facebook nu maar lekker Facebook zijn. Ik heb twee keer zoveel échte kaarten gekregen dan FB felicitaties. Ruim 50 kaarten erbij.
En twee ballonnen en bloemetjes. En dat heb ik het nog niet over die prachtige kist met kado’s. Het lijkt wel een kraampakket. Ik word hier écht niet vergeten.

Verder is er nog niet bijzonders te melden. Ik ben begonnen met mijn baard af te scheren na een vermoeiende douche beurt. Anja is een tijd geweest. Aan het begin van de avond mijn broer. De arts kwam eind van de middag nog binnen. Gelukkig was Anja er. Wel is het volgende traject bekend. En dat is nog een heel eind te gaan. Er wordt een PEG sonde aangevraagd. Sonde voeding via de buikwand. Dat is een kleine ingreep. Verder geen operatie meer. Wel bestraling. 7 weken iedere werkdag. In die periode van 7 weken 3 keer een chemokuur. Geen haar verlies. En niet écht misselijk. Dat is de ervaring. En in die periode dus opnieuw leren slikken en praten.

Ik heb via de app veel felicitaties gekregen en ook de nodige vragen. Bedankt. Maar ik ga niet iedereen persoonlijk terug appen. Dat kost teveel energie. Ik ben nu (20.30 uur) erg moe.

Woensdag 6 februari 2019 Aftellen
Niet handig om zelf aan het eind van de dag nog te willen schrijven. Ik ben eigenlijk veel te moe. Weer een paar kado’s uitgepakt vandaag. Anja kwam nog met een prachtige bos bloemen. Waren thuisbezorgd. Verder niet veel bijzonders.

Behalve,
als alles goed gaat, ik vrijdag in de loop van de middag naar huis mag. Dat is wel een fijn vooruitzicht. Verder laat ik het hierbij. Ik ga jullie niet vermoeien met de bezoekjes van de arts, fysiotherapeut, diëtiste, logopediste, uitleg hoe het thuis verder moet, verpleging die mij dingen uitlegt hoe het thuis met de medicatie gaat, wilt-u-een-tijdschrift-lenen, oh ik-heb-nog-wat-kaarten-voor-u. En zo vliegen de uren voorbij.

Donderdag 7 februari 2019 Nog 1 nachtje
Vandaag een rustig dagje geweest. De gebruikelijke dingen. Uitleg gekregen over de sonde voeding die mee naar huis gaat. Komt speciaal een vertegenwoordiger om dit uit te leggen. De buik/maag sonde is nog niet geplaatst. Zal volgende week dus ergens pas worden. Nog een dagje terug naar Utrecht. Tot die tijd nog die slang in mijn neus. En die begin ik nu wel echt zat te worden.
Vanmiddag was Anja er al lekker vroeg. Gezellig. Kon ze gelijk meelopen naar een andere afdeling voor de gehoortest. De chemo die ik krijg kan van invloed zijn op het gehoor. Daarom een nulmeting. Later tussentijdse metingen om te kijken of het gehoor minder wordt. Is dit het geval dat wordt de chemo minder toegepast of gestopt.

Anja heeft vandaag al het nodige meegenomen. Anders krijgen we het allemaal niet in 1 keer mee naar de uitgang morgen. Misschien dat er straks nog bezoek komt. Dan kunnen die ook gelijk wat meenemen. De 16 liter sonde voeding bijvoorbeeld. Misschien begin ik straks al wel met het verwijderen van de vele kaarten. En dan is het straks een paar weken rustig. De bestraling zal met 3 à 4 weken starten. Dat is ook nog een hele opgave. Ben erg benieuwd hoeveel last ik daarvan zal krijgen. 7 weken, iedere werkdag met de taxi naar Utrecht. We wachten af. Eerst morgen naar huis genieten van het weer thuis zijn .

En weer thuis

Vrijdag 8 februari 2019 Weer thuis
Vanochtend om 12.30 uur zij we met een auto vol spullen richting Ede gereden. Heerlijk om weer thuis te zijn. Wel heel vermoeiend. Maar het bed stond in de woonkamer klaar. Gewoon lekker zo’n verstelbaar bed. Wel even wennen. Moet voor mijn eigen “eten” zorgen. Maar ook zorgen voor mijn eigen medicijnen. Groot voordeel is dan weer dat dit niet 6 uur ‘s ochtends hoeft, zoals in het ziekenhuis het geval was maar gewoon op de tijd die ik zelf een beetje kan kiezen.

Zojuist lekker van woonkamer naar slaapkamer. Ik lig nu echt in mijn eigen bed. Hopelijk heeft Anja niet veel last van mij vannacht. We zullen zien. De buurtzorg komt om 10.00 uur pas, dus kunnen we een beetje uitslapen.

Zaterdag 9 februari 2019 Best fijn om thuis te zijn
Nu ik weer thuis ben zal ik niet iedere dag wat schrijven. Er gebeurt hier natuurlijk niet zo veel als in het ziekenhuis. Afgelopen nacht een redelijk goede nacht gemaakt. Wel een droge mond, dus regelmatig even sprayen met water. Dat maakt het wat onrustig zo’n nacht.

Vandaag niet kunnen opbrengen om te douchen. Morgen ochtend om 9.00 uur is de zorg er weer. Voor die tijd wil ik wel gedoucht hebben. Overdag voldoende tijd om weer uit te rusten. Dat heb ik voor mijn gevoel vandaag te weinig gedaan. Aan de andere kant ook niet veel mijn bed uit geweest. Maar toch de nodige bezoekjes gehad en tv gekeken. Morgen proberen iets actiever te zijn. Hans en Marijke hebben de hometrainer gebracht dus dat wordt fietsen.‍ Niet te veel, maar iedere keer een klein stukje. Door de hernia kan ik niet veel lopen. Ik mag de komende weken wel een spuit laten zetten met ontsteking remmers maar mag zeker niet geopereerd worden. Het lichaam heeft alle energie nodig voor de wond en straks de bestraling en chemo. Dat is wel lastig. Daarom maar een beetje fietsen. Slaap lekker.

Woensdag 13 februari 2019 Behandeling hernia
Behandeling i.v.m. pijnklachten hernia staat gepland. Vrijdag a.s. mag ik me om 10.00 uur melden in het ziekenhuis Gelderse Vallei. Ik heb dan een gesprek om te kijken of een pijnblokkade mogelijk is. Als dat kan dan moet ik om 13.30 uur terugkomen voor een spuit. Hopelijk helpt dat en kan ook wat beter uit de voeten. Het wordt mooi weer dus kan ik misschien een blokje om zonder pijn in mijn been. Fijn dat dit snel geregeld is.

Vandaag is de dag weer voorbij gevlogen. Opstaan, aankleden. Blijkt de Buurtzorg bijna een uur te vroeg. Ik was net aangekleed. Snel naar beneden. Wonden verzorgen. Arm, en de wond van stoma. Dat was weer dat. Toen de medicijnen. Eerst alles klaarleggen. Glaasjes met water. Alles oplossen en door de sondevoeding spuiten. Ik was daar net mee klaar toen de eerste visite al op de stoep stond. Gezellig, iemand uit de buurt. Daarna kwam de “hulp in de huishouding”. Mijn schoonmoeder . Zij heeft de was opgevouwen en het strijkgoed meegenomen. Ook eten Anja en Bart daar bijna dagelijks. Wat fijn dat ze dat doet voor ons.

Daarna moest ik wel bijkomen hoor. Lag ik net even te rusten, was de zak met eten leeg. Verder geprobeerd een aantal kleine dingen te doen. Vaatwasser leeghalen, wat spulletjes naar de schuur, de eerste uitgebloeide bloemen weggegooid. Ik merk wel dat ik nog niet veel waard ben. Maar het geeft een goed gevoel. Vanmiddag ook nog even op de hometrainer gefietst.
Mocht je op bezoek willen komen, iets wat ik erg leuk vind, dat kun je gewoon met mij contact opnemen. Hoeft dus niet via mijn broer. De bezoekjes wil ik wel beperken tot 2 per dag. Maar dat overleggen we eventueel wel.

Donderdag 14 februari 2019 Korte update
Even een korte update wat ik gedaan heb vandaag en wat er de komende week staat te gebeuren. Buurtzorg was vandaag weer heel vroeg, 9 uur. Nog geen tijd gehad om mij aan te kleden.
Er kwam ook nog een speciale wijkverpleegkundige. Kijken hoe de wond van mijn arm eruit zag. Die kan voorlopig een paar dagen zonder verschoning. Wond ziet er niet uit maar de genezing gaat voorspoedig. Het begint af en toe te jeuken dus dat is een goed teken.

Douchen en aankleden. De boel boven een beetje opgeruimd. Mijn schoonmoeder zou even komen stofzuigen. Daarna een poosje gerust. Het was prachtig weer. Dus ben ik even buiten geweest.
Even een paar honderd meter gelopen naar het winkelcentrum. En daar ben ik zelfs naar de kapper geweest. Het was hard nodig vond ik zelf. En misschien komt er de komende weken wel niets van. Ik weet niet hoe ik me straks zal voelen bij de chemo en bestralingen. Erg moe maar voldaan heb ik verder niet veel gedaan. Nog wel twee keer 7 minuten op de hometrainer. (Langzaam opbouwen). Help waar is mijn conditie gebleven. Dit valt niet mee. Begin van de avond kwamen vrienden uit de straat met een prachtige vergroting van scholeksters. Nog voor mijn verjaardag. Die zal mooi staan in de gang.

Ik moet niet teveel denken wat er de komende week allemaal te gebeuren staat. Dit valt me zwaar. Daar zie ik best wel tegenop. Morgen dus voor de pijnblokkade naar het ziekenhuis in Ede.
Verder:
Maandag naar Utrecht i.v.m. bespreking bestraling traject. Van 10.00-14.00 uur. Woensdag morgen bespreking over chemo. Woensdagavond word ik weer voor 2 dagen opgenomen. Donderdag gaan ze die PRG sonde plaatsen. Vrijdag dan weer naar huis. Wanneer bestraling en chemo start weer ik nog niet. Al met al dus weer genoeg te doen straks.

Vrijdag 15 februari 2019 De spuit
Vanochtend weer niet écht uitslapen. Want om 10.00 uur werd ik verwacht in het ziekenhuis. Een gesprekje gehad met de arts hoe ze de spuit zouden zetten. Ook uitgelegd dat het meestal niet direct werkt maar soms 2 weken nodig heeft. De behandeling stond gepland voor 14.00 uur. Best wel gespannen kom ik daar aan. Ik mocht me omkleden en in een bed gaan liggen. Het was een komen en gaan van mensen die allemaal een spuit kregen. Een hele rij bedden. De meeste mensen kregen een spuit i.v.m. een hernia. 1 mevrouw naast mij kreeg een spuit in haar nek.

Daar ben ik aan de beurt. Met bed en al word ik naar een andere ruimte gereden. Ik moest op mijn buik liggen. De plaats werd gemarkeerd aan de hand van röntgenstraling. Plek gedesinfecteerd. Daar komt de prik zegt ze. Eerst de huid. Die is wel vervelend geeft de arts aan. Daarna even zoeken naar de goede plek. Een kleine pijnscheut door mijn bil. Vloeistof erin, klaar. Oh, was dit het al. Dat viel geen 100% mee maar wel 200%. Heb ik me hier nu zo druk over gemaakt. Terug in de “bedden ruimte” moet ik een half uurtje blijven liggen. Aankleden en weer naar huis. Dat was weer dat. Nu lekker rusten.

Klik om verder te lezen op: chemo en bestraling

Verhaal van Hans over maagsonde en voorbereiding bestraling

Maandag 18 februari 2019 Het masker
Vanochtend om een uur of 9 richting Utrecht. We hadden een afspraak met de bestralingsarts. Zij heeft precies uitgelegd wat er gaat gebeuren. Omdat 1 van de 15 lymfeklieren die weggehaald zijn toch niet helemaal schoon was, hebben we besloten om toch de rij met klieren daaronder mee te nemen in de bestraling. Dus de tong en de tweede rij lymfeklieren. Daar tussen hoeft dus niet bestraald te worden. In het groot overleg was een aantal artsen voor extra bestralen en een aantal niet direct voor. We gaan voor zoveel mogelijk zekerheid. De bestraling van de klieren zal wel minder zwaar zijn. Er vinden 33 bestralingen plaats. Te beginnen op maandag 4 maart of dinsdag 5.

Daarna moest ik een masker laten aanmeten. Dit is een masker die strak over het hoofd vastzit, zodat het hoofd niet kan bewegen bij de bestraling en dat het hoofd iedere keer op dezelfde plaats ligt. Dit masker wordt vastgemaakt op de onderplaat waarop je komt te liggen. Zie foto.

Nog even een CT scan laten maken. Dat is gelukkig niet zo vervelend als een MRI. Om 12.00 reden we alweer richting Ede. Lekker uitgerust verder. Even naar buiten geweest. Lekker in de zon.

Vanavond waren er twee collega’s op bezoek. Was gezellig. Ook even weer de laatste dingen gehoord hoe het allemaal loopt. Ik kan dit gelukkig allemaal loslaten. In begin vond ik dit nog wel moeilijk. Maar voor nu…. Het is niet anders. Morgen een rustdag. Woensdag ochtend naar Utrecht. En dan ‘s avonds weer voor opname van twee nachten. Gaat eindelijk die slang uit mijn neus. Wordt vervolgd.

Woensdag 20 februari 2019 Zo, daar zijn we dan weer!
Vanochtend om 10.00 richting Utrecht. Een gesprek gehad met de hoofd arts die de chemo gaat begeleiden. Er is me veel verteld. Het waarom van de chemo. (net weer wat meer procenten kans op volledig herstel). Verder zijn de bijwerkingen besproken. Eventueel vermindering van het gehoor. Mijn uitgangspositie was overigens heel erg goed voor iemand van mijn leeftijd.
Maar met name ook de misselijkheid besproken. Ik heb al recepten voor een cocktail aan medicijnen tegen de misselijkheid. Haaruitval komt heel zelden voor. Dat is dan weer een meevaller. Die gesprekken zijn dan soms best lastig. Op zich wel fijn dat ik makkelijk mijn tranen de vrije loop kan geven. . Emoties maar niet opkroppen.

En vanavond weer richting Utrecht. Ik lig nu op een tweepersoons kamer. Maar…. gelukkig, de andere bewoner is vanmiddag naar huis gegaan. Ik lig dus weer lekker alleen. Het grappige is dat ik op dezelfde afdeling lig. Allemaal dezelfde verpleging. Lekker vertrouwd. Alleen loop ik hier nu heel anders rond. Ik kan veel meer zelf. Al op mijn kop gehad omdat ik zelf de medicatie toegediend had. Maar dat is de verantwoordelijkheid van het ziekenhuis. Niet meer doen dus. Morgen dus plaatsen van maagsonde via de buik. Heerlijk die slang uit mijn neus. Dan ga ik ook weer gewoon wat eten/drinken. Op vrijdag mag ik dan weer naar huis. Al ga ik wel proberen of ik morgenavond al naar huis kan. Voor de rest gewoon nemen zoals het komt.

Donderdag 21 februari 2019 YES !!
Dan weet je dat je in het ziekenhuis bent. De verpleging maakte mij om 06.30 uur al wakker. Dan heb je tijd genoeg om je te wassen en je klaar te maken. 7 uur. Helemaal klaar. Wachten. Best wel spannend. Om 8.00 uur word ik met bed en al naar beneden gereden. Daar hoorde ik pas dat het niet altijd mogelijk is. Als de darmen in de weg leggen dan wordt het lastig. Het zal toch niet waar zijn. Ben ik weer een uitzondering.?

Echo maken. Klinkt een beetje zorgelijk. Tweede arts erbij. Lucht in de maag blazen. Röntgen erbij. JA, het moet lukken. Een zucht van verlichting gaat door mij heen. Al met al is het erg meegevallen. Verdovingsprikjes  zijn niet zo lekker maar voor de rest… weer zo’n meevaller. Alleen wat last van een opgeblazen gevoel. Ze pompen heel wat lucht in de maag. Maar ook YES, de slang gaat direct uit mijn neus. De eerste 4 uur mag ik niet eten of drinken. Wel mijn mond sprayen met water. En ik moet wel rustig aan doen. ‘S Middags om een uur of 14.00 eerst rustig water door de nieuwe sonde. Dat gaat goed. Een half uurtje later wordt de voeding aangesloten. Lage stand. Rustig opbouwen. Maar nu, begin van de avond, is het niet écht fijn. Flinke steken in de buik. Eigenlijk ook niet gek. Er zijn 3 plaatjes vastgehecht. Een slang door de buikwand naar de maag. Met pijnstillers is het te doen. Net een flinke spierpijn. Hopelijk kan ik een beetje slapen vannacht. En is de pijn wat minder morgen. En ik dacht nog wel dat ik misschien vandaag al naar huis kon. Beetje foute inschatting. Maar ademen door mijn neus is erg prettig. Oh ja, die pleisters op de foto zijn er ook af. Het gaatje zit dicht.

Zaterdag 23 februari 2019 Het valt niet helemaal mee
Ik moet zeggen, het valt me nog niet mee. Vannacht heb ik in de woonkamer geslapen omdat dat bed makkelijker is te verstellen. Op mijn zij liggen doet erg veel pijn. Ondanks de pijnstillers. Maar goed, ze zijn ook helemaal de buikwand en maagwand door gegaan om die sonde daar te krijgen. Vandaag merk ik wel dat het iets beter gaat. Maar ik weet ook zeker als de pijnstillers uitgewerkt zijn. Dus op tijd innemen. Een rustig dagje. Buurtzorg heeft de wonden weer schoongemaakt en opnieuw verbonden. Mijn arm ziet er er al best goed uit.

Het is nu zondag. Redelijk goed geslapen. De pijn wordt écht minder. Medicatie nog wel nodig. Vanmiddag even een klein blokje om, samen met Anja. Het lijkt dat de spuit i.v.m. hernia een klein beetje gaat werken. Ik kan al iets verder lopen dan vorige week. Hopelijk gaat ie zijn werk verder doen. Verder heerlijk voetbal gekeken.

Dinsdag 26 februari 2019 Ik voel me goed
Vandaag een goede dag gehad. Vanochtend begonnen met de gewone dingen. Daarna ben ik even naar Wageningen gereden om eens te kijken hoe het met mijn collega’s was. Na 6 weken geen auto te hebben gereden wel even vreemd om zelf achter het stuur te kruipen. Het was wel even gezellig. Even hier gekletst en nog even daar. Het praten valt me nog niet helemaal mee. Ik merk dat ik dan toch wel moe wordt. Natuurlijk was het niet mogelijk om alle afdelingen langs te gaan waar ik regelmatig kaartjes van krijg. Sorry

Bij thuiskomst even een paar boodschappen gedaan. Allemaal lopend. En dat gaat goed. De spuit doet zijn werk. Ik heb niet veel pijn meer bij het lopen en staan. Top. Dat is wel erg fijn moet ik zeggen. Bij terugkomst was er even visite. Aansluitend maar even gerust. Bart is vanavond op ski kamp gegaan met school. Dus die heb ik samen met Anja weggebracht. Moe maar voldaan ga ik zo slapen. Hopelijk morgen weer zo’n dag. Dan ga ik maar even een stukje fietsen denk ik. Het is voorlopig de laatste mooie dag.

Zondag 3 maart 2019 Aangekomen UMC Utrecht
Tijd om weer wat te schrijven. Afgelopen week ben ik goed doorgekomen. Elke dag wel iets ondernomen. Boodschappen gedaan. Beetje opruimen. Gewoon lekker bezig. Afgelopen vrijdag ben ik weer een tijd in Utrecht geweest. Uitleg gekregen hoe de chemo behandeling eruit komt te zien. Wat alle bijwerkingen kunnen zijn, enz. Op zondag word ik er weer verwacht.

En zover is het nu. Om 17.00 uur aangekomen. Om 17.30 uur lag ik aan het infuus. Ik lig deze keer niet alleen op een kamer maar op een kamer met twee anderen. Allemaal chemo. En dan blijkt nog maar eens dat je niet alleen bent. Ik word nu in eerste instantie volgepompt met vocht. Mijn nieren moeten goed werken. Ik zal om 3.30 uur gewekt worden om te plassen. Daarna moet ik precies bijhouden wat ik uit plas. Als dat voldoende is dan start om 8.00 uur de chemo. Dit duurt tot een uur of 12.00 uur. Voor de rest is het morgen een druk programma. Daar schrijf ik dan morgen weer over. Als ik me goed voel tenminste.

 

Chemo en bestraling

Maandag 4 maart 2019 De eerste chemo en bestraling
Vannacht redelijk geslapen. Veel wakker. De ene keer piept mijn infuuspomp. De andere keer die van 1 van de kamergenoten. Veel plassen. Dat hoef ik normaal nooit. Om 4.00 uur werd ik wakker gemaakt. Verplicht uitplassen. Vanaf dat moment moet ik bijhouden hoeveel ik plas. In de loop van de ochtend ben ik de 3 liter al voorbij.

Iets later dan gepland werd de zak met chemo om 9.00 uur aangesloten. Een vreemde gewaarwording. Het is écht zo. Dat rotspul moet zijn werk gaan doen. Verder voel je er niets van. Hopelijk valt het straks ook allemaal mee. Elk uur moet ik nu, na de chemo, bloed af staan. Is voor een bepaald onderzoek/studie. Daarom is de bestraling uitgesteld naar 17.00 uur. Mondhygiëniste gaat vandaag niet door. Zij is ziek. Ik zou om 15.00 uur naar de poli voor de sonde moeten. Maar de dame is al hier op de afdeling geweest. Hechtingen zijn verwijderd. De huid onder de knoopjes was een beetje kapot. Geen wonder dat dit nog zeer deed. Nu zijn de hechtingen en knoopjes eruit. Het voelt een stuk beter.

Hè, hè. 17.30 uur. Weer terug op zaal. Doordat ik pas om 17.00 uur de bestraling had was de rustgevende Oxazepam volgens mij een beetje uitgewerkt. Ik vond het spannend, maar het was te doen. De tip van de de verpleging hielp goed. Handen op je buik en goed door je buik ademen. Handen naar boven en naar beneden. Het gevoel dat je vast ligt is niet fijn. De tijd dat je helemaal alleen ligt is maar 5 minuten. Morgenochtend om 8.00 uur de volgende. Dus maar lekker vroeg een pilletje nemen. Verder heb ik een klein stapje gezet in wat eten. Tot nu toe alleen dingen gedronken. Gisteren dikke vla en vandaag ben ik begonnen met kwark. Eten met een lepel. Kwark op de bolle kant van de lepel leggen en achterin op de rechterkant van mijn tong leggen. En het lukt. Geeft weer wat zelfvertrouwen.

Donderdag 7 maart 2019 Een volgend stukje
Het wordt tijd dat ik weer een stukje schrijf. Afgelopen dinsdag stond om 10.00 uur de taxi klaar om weer naar huis te gaan. Keurig op tijd. Ik voel me op dat moment nog wel redelijk. Nog niet heel veel last van de bijwerkingen al begin ik me wel een beetje misselijk te voelen. Niet dat ik moet overgeven maar meer zo’n wee gevoel. Erg vervelend. Verder ben ik erg moe aan het worden. Bij thuiskomst direct mijn bedje ingekropen. Helaas zijn de bijwerkingen als misselijkheid en moe zijn alleen maar toegenomen.
Woensdag was gelijk een vermoeiende ochtend. De taxi was er al om 07.30 uur. Om 08.30 bestraling en aansluitend de intake voor een fit onderzoek. Het lijkt bewezen dat hoe meer je beweegt tijdens de chemo en bestralingen des te sneller je herstelt. Daarna nog een gesprek bij de logopediste. Wachten op de taxi en weer naar huis. Je snapt dat dit in combinatie met de bijwerkingen slopend is. Het valt me dus eerlijk gezegd niet mee. Want vanochtend om 9.15 uur weer met de taxi naar Utrecht. Eerst mondhygiënist en daarna bestraling. Om half 2 was ik weer terug. De medicijnen tegen de misselijkheid lijken niet ècht te helpen. Ik lig alleen maar op bed en doe helemaal niets. Ik hoop dat het snel beter gaat. Gelukkig morgen pas aan het eind van de middag weer die kant op.

Maandag 11 maart 2019 Alweer een aantal dagen verder
Alweer een aantal dagen verder. Het gaat heeeel langzaam een beetje beter. Afgelopen vrijdag nog contact gehad met de oncoloog. Wat kan ik doen tegen de misselijkheid. Tevens een gesprek gehad bij de radioloog. In overleg medicatie aangepast. Van het weekend heeft dit voor mij gevoel niet heel veel gedaan. Heel veel gelegen. Misselijk en moe. Vanochtend samen met Anja om 8.00 uur alweer naar Utrecht.

Eerst bestraling. Daarna gesprekje met radioloog. Aansluitend een gesprek met de diëtiste. Weer iets afgevallen. Maar ik verdraag niet de volledige voeding. In overleg krijg ik nu andere voeding die wat minder zwaar is. Vanochtend voelde ik me wel goed maar naarmate de dag vordert wordt het wat minder. Heb veel last van oprisping. Woensdag aan de oncoloog vragen wat daar aan te doen is. Voor de verandering morgen alleen “even” naar Utrecht voor een bestraling. Gelukkig niet heel vroeg. Ik heb er nu 6 gehad. Woensdag wel dubbele afspraken. Donderdag heen en weer en vrijdag middag weer een drukke middag. Mondhygiëniste, fysio, bestraling en radioloog. Maar daarna is het weer weekend. We houden vol… toch? En bezoek…. even nog maar helemaal niet.

Woensdag 13 maart 2019 Afspraak oncoloog
Anja moest vandaag gewoon werken maar ik had wel een afspraak bij de oncoloog. Er waren toch wel wat dingetjes die ik wilde bespreken, dus was het fijn dat Akke met mee mee is geweest. Om 09.15 richting Utrecht. Daarvoor heb ik al 5 minuten rustig gefietst op de hometrainer. Ik voel me wel heel moe maar verder weer iets beter. Eerst de bestraling. Akke ging mee naar binnen en kreeg precies uitgelegd hoe dat in zijn werk gaat. Daarna de route naar het hoofdgebouw. En het UMC is nog steeds heel groot. Bloed prikken. Druppeltje voor druppeltje uit de vinger. Men wil nl. de bloedvaten sparen voor de volgende chemo. Maar zover is het nog lang niet. Daarna naar de oncoloog. Helaas zat er nog een uur wachttijd tussen bloed geven en gesprek. Een goed gesprek gehad. De arts begreep goed waar de pijnpunten zitten. Wat andere medicatie voorgeschreven gekregen om toch die misselijk tegen te blijven gaan. Bloedwaarden waren prima en ze vind dat ik, ondanks dat ik me niet niet zo lekker voel, er goed uit zie (inkoppertje natuurlijk. Wist ik allang?) en het goed doe. Maar wel leuk om te horen. De wandeltocht maar weer door het ziekenhuis en lekker in de auto naar huis. Ik lig nu even in bed. 13.00 uur. Denk dat het goed is dat mijn ogen een poosje dicht gaan. Dank je wel Akke. Fijn, familie die dit wil en kan doen.

Vrijdag 15 maart 2019 En dat is tien!
Het was een vermoeiende middag. 14.00 uur afspraak bij de KNO arts die mij geopereerd heeft. Ik heb zo’n last van de zwelling van de tong. Door het litteken weefsel begint de linkerkant te zakken en trekt de rechterkant omhoog. Iedere keer het gevoel dat er iets achter in mijn keel zit. Daar is weinig aan te doen. Nog wel even een verdoving spray geprobeerd maar dat was zeker geen verbetering. Toen om 14.30 mondhygiëniste. Door de verdoving spray had ik helemaal het idee dat ik moest overgeven. Dus dat werd niet zoveel. Om 15.30 de afspraak bij de fysiotherapeut. Ik had dus nog even tijd. Daarom zijn we even naar de verpleegafdeling gegaan waar ik lag toen ik geopereerd werd. Hier werd ik door “zuster Petra” met drie zoenen onthaald. Gelijk maakte ze de opmerking “niet professioneel bezig”.? Even een paar mensen begroet. Ook hier…. je ziet er goed uit.. Snel terug naar de andere kant van het ziekenhuis. Op naar de fysiotherapeut.
Ik moest bekennen dat ik de oefeningen van de week niet gedaan heb. Daar voelde ik me te slecht voor. Maar vanmiddag moest ik ze wel allemaal even doen.

Zo, even pauze. Om 16.30 uur een afspraak bij de radiotherapeut. Dat was gelukkig kort. Als laatste nog even een bestraling. Jawel, dit was “alweer ” nummer TIEN! Bijna een derde erop zitten.
Al met al was het een hele drukke middag. Ik weet niet wat ik liever heb. Elke dag bestraling met een andere afspraak of even zo’n heftige vrijdagmiddag. Nu is het in ieder geval weekend. Eerst uitrusten en hopelijk voel ik me van het weekend een beetje fit. Wederom fijn dat er iemand mee was. Dit keer niemand minder dan Anja.

Dinsdag 19 maart 2019 Gewoon even kort!
Gewoon even kort. Dat is de titel. Er is niet zoveel bijzonders te melden op dit moment. Maar wel dat ik mij de laatste dagen best goed voel. Natuurlijk een beetje moe maar dat hoort erbij. Zaterdag, met die wind, naar het dorp geweest op de fiets. Even naar de markt. Daarna de eerste helft gekeken bij voetbal van Bart. Gewoon een actieve dag. De zondag niet zoveel gedaan.
‘s Maandags was het weer de rit naar Utrecht. Dit keer bestraling en diëtiste. Ik was iets aangekomen. Dat is goed want mijn masker begint wat losser te zitten. Vandaag alleen voor bestraling geweest. Grote file. Google Maps gaf op een gegeven moment aan dat we er 2 uur over zouden doen. Gelukkig bleek dit niet juist en waren we maar een half uurtje later. Men is daar gelukkig in staat om flexibel te werken. Enig minpuntje op dit moment is dat de slijmvliezen kapot gaan. Ik krijg blaren in mijn mond. Dat is pijnlijk. Het hoort er helaas bij.

Zondag 24 maart 2019 Weer voor een paar dagen opgenomen
Zo, sinds lange tijd weer een stukje geschreven vanuit Utrecht. Vandaag is weer de opname dag. Om 18.00 uur stond de taxi voor. Anja wilde me eerst wel brengen, maar dat kost dan weer zoveel tijd. Daarom de taxi. Lekker makkelijk. Een comfortabele Mercedes bus. Mijn plek was precies dezelfde als drie weken geleden. Ook twee van de drie kamergenoten zijn dezelfde. “Lekker vertrouwd.” Ondertussen lig ik aan het infuus met vocht. Dat ging niet zonder slag of stoot. Eerst een verpleegkundige aan het prikken. Mislukt, en het deed nog even heel zeer ook. Daarna een warmte kompres op mijn arm. Dit om de aders wat beter zichtbaar te krijgen. Een andere verpleegkundige. Tweede keer ook niet goed. Maar, zoals het spreekwoord luidt, drie keer is scheepsrecht.

Verder is de pijnstilling verhoogd omdat mijn mond / tong zo’n pijn doet. Ik kan bijna niet praten. Want dat is pijnlijk. Ook water drinken doet zeer. Maar die verhoging werkt nog niet echt. Daarom is de arts langs geweest. Zij overlegt met de oncoloog wat nu te doen. Fentanyl pleister eventueel verhogen maar dat duurt minimaal 12 uur voordat dit gaat weken. Morgen om 8 uur start de chemo. Duurt een uurtje of 5. Daarna weer veel vocht in het lichaam. Om 15.30 uur bestraling. Dinsdagmorgen om 8 uur weer bestraling en ontslag en naar huis. Als ik dinsdag naar huis ga, ben ik over de helft van de bestralingen.

Nu nog naar even voetbal kijken. Ook al staan we 2 doelpunten achter. Duitsland is echt veel beter.?

Dinsdag 26 maart 2019 Weer thuis
Het ging erg goed. Ik heb een paar goede dagen gehad.  Pijnmedicatie voor de mond hebben ze nu redelijk op de rit. Dus dat is fijn. Maar hier kreeg ik ook erge jeuk van over mijn hele lichaam. Nu toch weer ander soort gekregen. Sterk spul volgens mij. Ik mag tot 6 keer per dag 1 ml. Dat is dus niet veel. Maar het doet wel zijn werk. En dat is het belangrijkste.

Misselijkheid begint wel iets te komen maar is goed te doen. Ben wel heeeel erg moe. Gisternacht slecht geslapen. Ieder uur wel een paar keer de tijd gezien. Vannacht wat beter maar ik had een klysma gekregen  ‘s middags omdat de ontlasting niet goed ging. Was al 5 dagen niet geweest. Nou dat heb ik geweten. Word ik om 3.00 uur wakker, hele bed onder. Het liep via de benen naar beneden toen ik naar de douche ging. Nou, een beetje ongelukkig voel je je dan wel. Dus ik mijzelf onder de douche gezet.  Toen ik klaar was, was mijn bedje alweer lekker schoon. #Lieve nachtzuster.

Verder heb ik vannacht heel goed geslapen. Ik werd om 7 uur wakker. Bestraling om 8 uur. Dus mooi op tijd. Daarna hoor ik dat ze bloed wilde prikken bij mijn buurman. Dat was om 08.05 uur.
Dus te laat. Snel aangekleed en naar beneden. 20 minuutjes te laat. Bij bestraling is dat nooit een probleem. Terug naar de afdeling. De laatste papieren moesten nog in orde gemaakt worden.
Zo,… klaar. Alle medicijnen opgehaald. Taxi gebeld en naar huis. Daar was ik om 12.00 uur. Mijn bedje in. Ik heb bijna de hele middag geslapen. Erg lekker overigens. En het goede nieuws… Ik ben over de helft met de bestralingen. 17 gehad, nog 16 te gaan. Woensdag de 17e april. En nog maar 1 chemo. Maandag de 15e april.

Dinsdag 2 april 2019 Even een kort stukje
Lieve allemaal
Er is weer heel wat gebeurd sinds mijn vorige stukje. In eerste instantie viel de ik me na de chemo redelijk goed. Maar naarmate het vrijdag werd voelde ik mij steeds beroerder / misselijker worden. De Radioloog had mij vrijdag al en beetje gewaarschuwd. Het kan best nog wat erger worden. Nou…. dat heb ik geweten. Het werd erger en erger. Ik kom niets meer verdragen. Geen mensen om mij heen. Maar ook de sondevoeding werd steeds lastiger. Dan maar een standje lager. En nog een standje tot op een gegeven moment helemaal uit. Spugen alles kwam eruit. Zelfs de medicijnen bleven er niet in. En dan wordt het lastig.

Zondag om 00.00 uur toch maar contact gezocht met Utrecht. Ik moest toch maar komen. Heel gedoe natuurlijk. Om 3 uur lag ik in een bedje op zaal. Gelukkig weer alleen. Infuus aangesloten. En proberen de nacht door te komen. Het is nu dinsdag avond. Twee bestralingen verder. Dat telt gelukkig gewoon af. Sinds een uurtje de voeding op een hele lage stand aangesloten. Kijken of dit gaat. Kan er nog niet veel van zeggen. Hopelijk gaat de weg weer wat naar boven.
Dank je wel lieve lezers.

Donderdag 4 april 2019 Stijgende lijn
De stijgende lijn zet zich door. De misselijkheid is bijna over. Omdat ik morgen middag nogal veel afspraken heb staan is er besloten dat ik morgen na de afspraken weer naar huis ga.
Dus met het weekend weer thuis. Verder “spelen” we vandaag of ik gewoon thuis ben. Gewoon wandelingetje maken. Hometrainer. Even rusten. Hetzelfde als thuis. Opbouw van de sondevoeding is bijna weer op peil. Wel is er besproken dat de derde kuur van hetzelfde kaliber zal zijn. Dat is op 15 april. Grootste probleem is de misselijkheid. Dus daar zetten ze vol op in. De nierwaarden e.d. zijn allemaal prima. Dat is heel positief.

Woensdag 10 april 2019 Een beetje vreemd idee
Vanochtend had ik een afspraak bij de oncoloog / internist. Na de tweede chemo had ik zelf zoiets van, laat die derde chemo maar zitten. Zo misselijk wil ik niet nog een keer zijn. Maar de misselijkheid speelde voor haar geen rol, zodat de chemo toch door zou gaan. Maar, zoals ik al zelf in de gaten kreeg, mijn gehoor gaat achteruit. En dat was voor haar een reden om toch af te zien van de derde chemo. Hopelijk herstelt mijn gehoor nu nog een beetje. Na de 3e kuur was het zeker onherstelbaar beschadigd. Vandaar deze keuze.

Daarom is het einde nu ineens ook anders geworden. Ik heb nog 5 bestralingen en dan is het KLAAR. Nog wel een nasleep van de bestralingen, maar geen chemo meer. De nasleep bestaat met name uit kapotte mond / slijmvliezen. En dat wordt zeker niet minder. Dat zal nog een week of 2/3 duren. Maar het einde is in zicht.

Woensdag 17 april 2019 Ja….. daar is ie dan toch
Daar is ie dan toch aangekomen. Dag 33 van de bestralingen. Nu eerst wachten bij de mondhygiëniste. Kijken of ze nog iets kunnen doen. Maar dat zal wel niet zoveel zijn. Mijn hele linker kant van mijn mond is kapot. Tandenpoetsen is lastig en pijnlijk en dus schoonmaken zal ook wel niet makkelijk zijn. Ze moet maar kijken wat ze kan doen. Daarna een afspraak bij de fysiotherapeut. Ik ben nog steeds erg moe en misselijk. Lastig om dan de oefeningen te doen. En dan….. als klap op de vuurpijl…. de LAATSTE bestraling. YES. Achteraf gezien is het dan toch wel weer snel gegaan. Met ups en, voor mijn gevoel, meer downs. De bestraling zal nog zo’n 1,5 week doorwerken. Daarna moet het herstel gaan beginnen. Even volhouden dus. Mijn blog zal ik waarschijnlijk nog minder gaan schrijven. Maar je kunt me rustig appen als je wilt weten hoe het met me gaat.

Herstellen van chemo en bestraling

Woensdag 1 mei 2019 Hoe het nu gaat!
Het gaat heel langzaam beter. De pijn en misselijkheid zijn onder controle. Mijn tong is nog wel heel erg dik. Hopelijk slinkt dat nog wat. Verder is mijn mond aan het genezen. Nog niet helemaal hersteld maar wordt ook beter. Veel last van slijm en daar is weinig aan te doen. Misschien als ik straks weer ga eten dat dit dan beter wordt. Eerlijk gezegd zie ik daar nog wel tegenop. Al zolang helemaal niet gegeten. Daar zal ik nog wel hulp bij nodig hebben. Wel ben ik nog ontzettend moe. Ik doe nog niet heel veel. Even een boodschapje en dan weer rusten. Stapje voor stapje vooruit. Soms eentje achteruit. Bezoekjes houd ik nog steeds een beetje af. Kost mij zoveel energie. En moet wel leuk zijn voor beide partijen. 13 mei heb ik de eerste afspraak in het ziekenhuis. Controle afspraak in Ede i.v.m. de hernia en pijnklachten. Die klachten zijn trouwens helemaal verdwenen. Er mag wel iets mee zitten. Daarna de 17e . Eerste afspraak weer in Utrecht. Wel gek dat het nu “gewoon” herstellen en opknappen is.

Zondag 19 mei 2019 Ach ja, iedere dag een stukje beter!
Ach ja, iedere dag een stukje beter. Soms een kleine terugval. Ik probeer iedere dag wel wat te doen. Zoals zaterdag. Boodschapje. Auto (laten) wassen. Samen met Jasper de zomerbanden op de auto.  Dat werd echt wel tijd. Verder iedere dag het rondje om de vijver. Een blokje om van 20 minuten. Soms maak ik het rondje wat langer. En dan maar weer uitrusten. Vrijdag ben ik naar het ziekenhuis geweest . De radioloog was tevreden. Ze vond dat ik goed vooruit gegaan was. Mijn mond en tong is op een paar plaatsen nog niet helemaal genezen maar het gaat vooruit. Over 6-8 weken terugkomen voor controle. Maar dan bij de KNO arts. Hij neemt de controles verder over.
Wat betreft voeding ben ik gisteren  begonnen met vloeibare drinkvoeding in combinatie met sondevoeding. De flesjes overdag en de sonde voor de nacht. Verder wordt er een traject opgestart voor logopedie. Mijn tong doet niet wat ie moet doen. Daarom is eten zo lastig. Van de week geprobeerd om kleine stukjes brood te eten maar die krijg ik niet weggewerkt. Daarom eerst maar opbouwen met wat vla en dikke soep ofzo.

Wel is het speeksel nog een probleem. Doordat mijn tong niet wil, krijg ik dat niet voldoende weggeslikt. En dat is vervelend. Terwijl ik  juist in de nacht een droge mond heb?. Dus vaak wakker en dan maar weer een slokje water. Daarom ook niet altijd uitgerust wakker worden. Vandaag had ik een echte offday. Helemaal nergens zin in en het even niet zien zitten. Het zal er wel bij horen maar het voelt niet fijn. Ik moet bekijken wat ik hier mee moet. Misschien goed om hier met een professional over te praten.

Dinsdag 4 juni 2019 Korte update
Hierbij een korte update hoe het met me gaat. Iedere dag gaat het wel een stukje beter. Met name de conditie gaat echt wel vooruit. In probeer het bekende “rondje rond de vijver” iedere dag te lopen. Maar ook de afstand regelmatig te verlengen. Minimaal 6000 stappen per dag. Vorige week ben ik naar de bedrijfsarts geweest. Er is nog geen sprake van “moeten” werken. Eind juli terug komen. Het is fijn om helemaal geen druk te voelen. Als het zo door gaat wil ik wel per augustus een paar uur (per dag?) gaan beginnen. Ik heb nog wel veel pijnstillers nodig want mijn tong doet nog erg veel pijn. Vandaag contact gehad met Utrecht maat dat kan er wel gewoon bij horen. Niets om me zorgen over te maken.

Gisteren is de logopediste thuis geweest. We hebben de oefeningen vanuit Utrecht doorgesproken en gesproken over waar ik mee zal beginnen met eten. Fijn maken en vooral smeuïg. Zodat het als het ware naar binnen glijdt. De beweging van de tong is nog maar matig. Wat ik wel merk is dat ik weinig scherp eten kan verdragen. Vanavond had ik gekochte Broccoli soep. Mijn hele tong prikte en deed zeer. Niet prettig dus.

Ik heb me voorgenomen om iedere week even op het werk langs te gaan. Gewoon een bakkie doen. Vandaag ben ik een paar uur bij de grote sportdag van mijn werk geweest. Dat was gezellig. Veel mensen gesproken. Ik was wel moe toen ik thuis kwam. Misschien teveel van het goede maar dat zien we morgen dan wel weer. Van de week wil ik ook even langs de huisarts. Ik wil laten kijken of mijn oren misschien uitgespoten kunnen worden of dat het toch gewoon het gevolg is van de chemo. Het verminderde gehoor en met name het gevoel dat het gedempt wordt is lastig. Mochten er mensen op bezoek willen komen dan vind ik dat gezellig. App maar dan kijken we wel wat uit komt. Tot zover. Veel meer heb ik niet te melden.

Woensdag 19 juni 2019 Goed nieuws.!!
Ik begon mij steeds meer zorgen te maken over het herstel van mijn mond/tong. Ik heb er nog erg veel pijn aan. En ik gebruik (heel) veel pijnstillers. De afspraak van 21 juli was al vervroegd naar 8 juli maar gisteravond baalde ik zo van de pijn dat ik weer aan de bel getrokken heb of ik toch niet eerder terecht kon. Ik vertrouwde het niet. En jawel, er was vanochtend iemand uitgevallen. De KNO arts heeft alles heel goed bekeken en ziet geen reden voor zorg. Het zag er allemaal goed uit. Ook heeft hij in mijn hals en klieren gevoeld. Ikzelf vind ze erg dik maar hij vond het erg meevallen. Het hoort er allemaal bij.

De pijn waar ik last van heb lijkt op zenuw pijn. Vandaar dat de pijnstillers niet heel veel doen. Ik moet 17 juli terugkomen. Als het dan niet beter is met de pijn kan er zuurstof therapie overwogen worden. 6-8 weken alle werkdagen bijna 2 uur aan de 100% zuurstof. Dat vindt dan plaats in het ziekenhuis. Dat zou dan weer een heel traject zijn. Maar wel één waarvan je weet dat de klachten niet erger worden. Maar als het goed is minder. We wachten af. Maar voor nu in ieder geval positief nieuws. Ik maak me een stuk minder zorgen.

Woensdag 10 juli 2019 Even een update hoe het nu gaat
Misschien dat je het wel weet maar ik ervaar nog steeds veel pijn in mijn mond en onder en in mijn tong. Begin van de week heb ik dit aangekaart in Utrecht en de afspraak van volgende week kon vervroegd worden naar vandaag. Vanochtend was ik om 08.30 uur al in Utrecht. De KNO arts die me ook geopereerd heeft heeft alles bekeken maar kon geen rare dingen zien. Op zich goed nieuws maar de pijn die ik nog steeds heb zou eigenlijk minder moeten zijn. Het is nu bijna 3 maanden na de laatste bestraling. Iets wat ze eigenlijk niet doen in dit stadium is het maken van een MRI. De arts vond het toch zinnig om dit te gaan doen. Hij kan net niet genoeg “in de diepte” kijken. Hij wil zekerheid of er wel of niets zit. Het zal een ” MRI in masker” worden. Dit betekent dat ik met het bestralingsmasker op de MRI inga. Nu vind ik een MRI al vervelend maar met het masker op lijkt me helemaal geen pretje. Een rustgevend pilletje zal dus wel nodig zijn.

Erg spannend allemaal. De wereld staat weer even op zijn kop. Ik weet best dat het te vroeg is mij zorgen te maken maar je houdt toch rekening met het feit dat de kanker niet weg is. Dat de bestraling en de chemo hun werk niet goed genoeg gedaan hebben. Gelukkig kan ik volgende week dinsdagmorgen al terecht voor de MRI. Volgende week woensdag krijg ik eind van de middag al de uitslag. Ik merk dat ik hiervan redelijk van slag ben. Mocht er nog iets zitten dan is de enige optie weer opereren. Terwijl ze in januari eigenlijk niet verder de diepte ik konden ivm functie verlies van de tong. Hoe het dan verder moet weet ik nu nog niet. Wat de consequenties zullen zijn is ook nog niet bekend. Maar ik ben wel druk met wat ik allemaal nog wel of niet zal kunnen na een eventuele operatie. Het is dus een spannende week waarbij ik niets weet. Ik hoop maar dat ik de pech heb dat het “gewoon” nog erg zeer doet en dat alles schoon is. Voorlopig maar even niets doen. Wordt vervolgd.

Woensdag 17 juli 2019 Snel een berichtje
Even kort het goede nieuws met jullie delen. Zojuist uitslag gehad van de MRI van gisteren. Er zijn geen afwijkingen gevonden. Waar de pijn vandaan komt kunnen ze niet helemaal zeggen.
Daarom word ik doorgestuurd naar de pijnpoli om te kijken of ze iets kunnen betekenen. Maar voor nu F A N T A S T I S C H nieuws. Over 3 maanden een nieuwe MRI om alles goed te monitoren.
Feest vieren is een beetje lastig omdat de pijn niet weg is . Maar het gevoel is goed.

Dinsdag 23 juli 2019 Pijnpoli
Ik ben vanochtend vroeg samen met Anja naar Utrecht geweest. Ik had een afspraak op de pijnpoli. Een uitgebreid gesprek gehad. Aardige arts. Het lijkt er op dat het zenuw pijn is. Zeker omdat de pijnstillers die ik slik niet écht helpen. Ik heb een recept gekregen voor medicatie. Deze medicijnen helpen niet direct. Na 2 weken waarschijnlijk eerste resultaat. Na 6 weken weet ik of het wel of niet voldoende is. Ik moet dus nog even volhouden.

Zondag 4 augustus 2019 Vakantie!
Even een update hoe het met me gaat. Eerst had ik helemaal geen zin om op vakantie te gaan. De meesten van jullie weten waarschijnlijk wel van de situatie van Gerben. De laatste maanden woonde Gerben weer bij ons thuis. Dit ging met ups en downs. Sinds ruim een week heeft Gerben een eigen appartementje. Hij wordt begeleid door het RIBW, een organisatie in Ede. Gerben redt zich prima. Bart is op vakantie met mijn schoonzus en zwager en zijn neef. Daarom hebben we besloten om toch op vakantie te gaan. Best wel spannend want je weet niet hoe het loopt met Gerben. Hij moet alles doen in zijn huisje. Eten koken, afwassen, wassen, de boel opruimen enz. En dat is hij niet gewend. Maar we hebben vertrouwen in de begeleiding. Normaal gaan we kamperen met onze De Waard tent maar dat zag ik niet zo zitten. Wij hebben vrienden van ons in Duitsland. Zij zijn zelf op vakantie en wij mochten gebruik maken van hun huis. We kennen het huis goed dus dat is lekker vertrouwd. Afgelopen woensdag zijn we met onze nieuwe auto vertrokken naar Dieblich. We rijden nú op gas/benzine en dat is een stuk stiller dan onze diesel. Ook iets om van te genieten. Dieblich is een plaatsje 18 km van Koblenz. Het huis staat aan de Moezel dus we hebben een prachtig uitzicht.
Het weer is fantastisch. We rusten lekker uit (maar dat deed ik thuis ook wel?) maar trekken er ook veel op uit. We hebben al heel wat wandelingen gemaakt. Zelfs 1 van 9 km. Dus ik ben mijn grens redelijk aan het verleggen. We hebben gezelschap van Paul. Een goede vriend van ons. Dat is voor Anja wel gezellig voor het eten want mijn eten bestaat nog steeds uit alleen vloeibaar.
Vanmiddag had ik geen zin om te wandelen (formule 1) en dus gingen Paul en Anja samen op pad. Gezelliger dan alleen. Anja heeft vandaag nog gezwommen in de Moezel. Ik zei vanmiddag tegen Anja dat ik sinds heel lange tijd écht weer kan genieten. Dus dat is een goed teken.

De pijn in mijn mond is nog steeds aanwezig. Met twee weken zou ik misschien wat moeten gaan merken van de nieuwen medicijnen. En dat is morgen. Soms denk ik dat het iets minder wordt.
Even doorzetten nog. Hopelijk gaan ze hun werk doen. Van de week geprobeerd een ijsje te eten maar het bewegen van mijn tong doet dan erg zeer. ijsje was wel lekker. Van de week willen we nog een dag naar Trier. Verder nog geen plannen. De vrienden komen zaterdag weer thuis. Zaterdag avond is er in Koblenz “Rhein in Flammen. Alles prachtig verlicht en een afsluiting met groot vuurwerk. Zondag weer naar huis. Dus we gaan nog een week genieten.

Vrijdag 27 september 2019 Daar zijn we weer
Ik heb van verschillende kanten gehoord dat men wel graag op de hoogte gehouden wíl worden. Daarom hierbij weer een stukje. Met met conditie gaat het best wel goed. Ik fiets best flinke stukken. We hebben een paar keer zelfs een rondje van 40 km gefietst. Ik had van de week een gesprek met de bedrijfsarts. Ik heb haar voorgesteld om vanaf oktober te beginnen met mijn werk.
2 x 2 uur. Rustig aan opbouwen. Het plan was om dit te doen tot de herfst vakantie.

In de herfst vakantie hebben mijn broer en schoonzus een huisje gehuurd. Dit kwam zo ter sprake en we hebben besloten om met hen mee te gaan. Lekker een weekje naar Oostenrijk.  In het Zillertal. Het eten van de heerlijke Oostenrijkse schnitzel zit er helaas nog niet in. De pijn in mijn mond is zeker nog niet verdwenen. Vandaag had ik een telefonische afspraak. Ik heb weer andere medicijnen erbij gekregen. Duurt weer een paar weken voordat ik de werking ervan kan merken. Maar dat houden we wel weer vol.

Maar sinds een paar weken heb ik ook pijn gekregen in mijn kaak. Links onder. De plek die ook bestraald is. Daarvoor ben ik vanmiddag bij de kaakchirurg geweest. Hij heeft gekeken en wist vrij snel wat het was. Op zich niet zulk mooi nieuws. Er is dood bot en dat komt bloot te liggen. Dit wordt wel vaker gezien bij mensen die bestraald  zijn. Dit moet verwijderd worden. Operatie duurt een uurtje. Onder lokale verdoving. Daarna moet ik wel de zuurstof therapie gaan volgen. Hij heeft me daar al voor aangemeld. Minimaal 20 keer naar Arnhem. Al met al weer een flinke tegenvaller. Net nu ik afgesproken had om 2 x 2 uur te gaan werken. Eens kijken of dit te combineren valt. 10 oktober is de operatie. Hopelijk ben ik genoeg opgeknapt om toch naar Oostenrijk te gaan. Zo….. Jullie zijn weer een beetje op de hoogte.

Klik om verder te lezen op: zuurstoftherapie

 

Verhaal van Hans over reconstructie tong

Donderdag 6 januari 2022 Weer een operatie!
En weer lig ik in het ziekenhuis in Utrecht. Dit keer gaan ze mijn tong losmaken van mijn mondbodem/kaak. Hopelijk kan ik op termijn wat beter praten en ook wat beter eten. Operatie stond gepland om 10.45 uur. Om 10.00 uur werd ik opgehaald. In de voorruimte werd mij gevraagd of er een via een echo een infuus geplaatst mocht worden. Dan konden er gelijk twee mensen meekijken die het nog moesten leren. Geen probleem natuurlijk.

Ondertussen is het 11.00 uur geweest maar lig ik nog steeds niet op de OK. Daar komt de de arts aan. Het loopt erg uit want er is een spoedgeval tussendoor gekomen. Het is niet anders. Duurt minstens een uur. Mij werd gevraagd of ik terug naar de afdeling wilde. Dat heb ik maar gedaan. Dus weer door het hele ziekenhuis en van de begane grond naar de 4e. Afwachten dus wanneer ik alsnog mag. Gelukkig ben ik niet de patiënt die met spoed geopereerd moet worden.

Het is 12.00 uur. Ik wordt opgehaald door dezelfde verpleegkundige. Weer naar de voorruimte. Nu ben ik gelukkig snel op de OK. Ik verbaas mij altijd wel hoeveel mensen er omheen staan. Draadjes aansluiten en een paar keer flink wat extra zuurstof inademen. Weer niet gemerkt dat ik weg zak.

Na ongeveer 2 uur kom ik langzaam weer op de wereld. Ik voel mij nog erg slaperig?. Na een klein uurtje word ik weer naar de afdeling gereden. Ik krijg wat extra pijnstillers. Ook een beetje morfine. Dat helpt goed. Anja is in de avond een poosje op bezoek geweest. Praten gaat eigenlijk niet en moet ik ook zoveel mogelijk beperken. Nog wat tv gekeken en toen maar proberen wat te slapen.

7 januari 6.00 uur. Daar komt de eerste verpleegkundige met de medicijnen en voor de controles. Bloeddruk en temperatuur is prima in orde. Nog maar even proberen wat te slapen. 8.00 uur. Het gaat redelijk op dit moment. Onrustig geslapen. Op en neer. De pijn is onder controle met paracetamol en Ibuprofen. Geen morfine nodig op dit moment. Praten is erg lastig en moet ik zo min mogelijk doen. Verder voorlopig ook niet of nauwelijks drinken. Maar daarvoor heb ik sondevoeding en infuus. Ik heb mijzelf een beetje gewassen maar dan weet je dat ze iets met je gedaan hebben.. Nog best wel moe. Douchen is lastig want ik heb sondevoeding en een wond op mijn been. Daarom maar de washand. Als ik morgen naar huis wil dan kan dat volgens mij. Maar misschien plak ik er wel een dagje aan vast..

Maandag 10 januari 2022 Gelukkig weer thuis!
Zoals de titel zegt, geluid weer thuis. Zaterdagmiddag om een uur of 17.00 ben ik thuisgekomen. Het valt me nog niet mee allemaal. Met name de sondevoeding valt mij zwaar. Ik spuit nu dit zelf in. 6 x per dag. Terwijl ik in het ziekenhuis een pomp had die het 24 uur per dag langzaam inspoot. Ik heb hier zelf voor gekozen maar weet niet of deze keuze de juist is. Even aankijken nog maar. Voor de rest voel ik mij gewoon niet lekker en ben nog erg moe. Ik doe maar rustig aan.

Woensdag 12 januari 2022 Controle operatie in Utrecht
Zojuist voor controle geweest in Utrecht. Het lijkt een keer mee te vallen. De chirurg was erg tevreden. Ik had erg veel last van de sondevoeding. Daar werd ik erg misselijk van. Maar de wond lijkt zo goed genezen dat de sonde direct verwijderd werd. Ook het frame mag ik voor de komende dagen uit laten. Dit voelt heerlijk. Mijn eerste kopje koffie heb ik al binnen. Maandag moet ik terugkomen voor controle. Wel heb ik oefeningen gekregen voor mijn tong. 8 keer per dag 5 minuten bewegings oefeningen. Over een paar weken starten met logopedie. Al met al mag ik niet klagen.

Jouw verhaal over kanker

Lieve lotgenoten en andere belangstellenden,

Jouw ervaring is belangrijk voor lotgenoten. Het is daarom een waardevolle aanvulling op mijn website als jij ook iets wilt vertellen. Zo kan je een steun zijn voor anderen en anderen kunnen een steun zijn voor jou. Het mag over jezelf als patiënt gaan maar ook over je ervaring als naaste.

Klik op: Een reactie plaatsen en vertel wat jou is overkomen.


Het kan natuurlijk ook anders zoals hieronder beschreven:

Je stuurt mij een “Word” document of email en ik zorg dat jouw verhaal geplaatst wordt. Wil je wel maar vind je het moeilijk om te schrijven dan help ik graag zodat we er samen een mooie presentatie van kunnen maken.

Nieuw is ook de mogelijkheid om je verhaal te vertellen via een filmpje. Film jezelf met je GSM en vertel je verhaal. Stuur het filmpje naar mij en ik zorg dat het geplaatst wordt. Maak het filmpje niet te lang. Je kunt ook meerdere filmpjes opnemen. Lotgenoot Tessa heeft dit als eerste gedaan.

Als je al een eigen blog hebt dan wil ik die graag overnemen om toe te voegen aan de rubriek lotgenoten. Heb je een eigen website dan plaats ik graag een link.

Zelf heb ik het als heel fijn ervaren om mijn verhaal bij te werken tijdens de verschillende behandelingen. Vrienden, familie en andere bekenden blijven zo op de hoogte zonder ellenlange telefoongesprekken. De rubriek “lotgenoten” geeft je de mogelijkheid om je verhaal kwijt te kunnen en/of van je af te schrijven. Tevens geeft het de mogelijkheid om in contact te komen met lotgenoten.

Lijkt het je wat of heb je nog vragen, stuur dan een mail naar Marga. Uiteraard blijf je zelf verantwoordelijk voor de inhoud van het verhaal.

Eén ding geldt voor iedereen: We Leven, Lachen en Lijden!